Regeling vervallen per 01-01-2020

Regeling bedrijfsauto’s gemeente Nieuwkoop 2008

Geldend van 01-01-2008 t/m 31-12-2019

Intitulé

Regeling bedrijfsauto’s gemeente Nieuwkoop 2008

Burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwkoop;

gelet op het gestelde in artikel 160 Gemeentewet;

gelet op artikel 13 bis, lid 3 en lid 4, van de Wet op de loonbelasting;

gelet op artikel 15:1 b van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

gezien het positieve advies van de OR van 19-06-2008;

Besluiten:

vast te stellen de volgende:

Regeling bedrijfsauto’s gemeente Nieuwkoop 2008

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    gemeente: gemeente Nieuwkoop;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van Nieuwkoop;

  • c.

    regeling: regeling bedrijfsauto’s;

  • d.

    medewerker: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, lid 1, sub a van de CAR/UWO;

  • e.

    CAR: Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

  • f.

    UWO: Uitwerkingsovereenkomst van de gemeente Nieuwkoop;

  • g.

    bedrijfsauto: voertuig dat in eigendom, danwel in gebruik, is bij de gemeente, niet zijnde een voertuig dat uiterlijk herkenbaar is als brandweervoertuig;

h.functie: geheel van aan de medewerker opgedragen werkzaamheden

voortvloeiend uit de doelstellingen van de gemeentelijke organisatie;

  • i.

    werkdag: dag waarop de medewerker arbeid verricht;

  • j.

    werktijd: voor elke werkdag vastgestelde periode waarbinnen de medewerker arbeid verricht.

Artikel 2 Algemene bepalingen

Indien de medewerker zijn functie niet doelmatig kan uitoefenen zonder gebruik te maken van een auto, dan kan het college aan de medewerker een bedrijfsauto ter beschikking stellen, waarbij het college bepaalt voor welke werkzaamheden de medewerker de bedrijfsauto mag gebruiken.

Artikel 3 Onderhoud

De gemeente is er verantwoordelijk voor dat de bedrijfsauto’s in een goede technische staat verkeren, dat het periodiek onderhoud van de bedrijfsauto’s wordt uitgevoerd, en dat de gemelde schade aan de bedrijfsauto’s wordt hersteld.

Artikel 4 Voorwaarden voor gebruik

  • 1. De medewerker dient voorafgaand aan het gebruik van de bedrijfsauto:

    • a.

      sleutel, kentekenbewijs en overige bescheiden van de auto in ontvangst te nemen;

    • b.

      de auto op beschadigingen te controleren en te controleren of voldoende brandstof aanwezig is.

  • 2. De medewerker dient tijdens het gebruik van de bedrijfsauto:

    • a.

      te beschikken over een geldig rijbewijs en de auto zelf te besturen;

    • b.

      in het logboek van de auto de kilometerstanden, tijdstippen en bezochte adressen in te vullen.

  • 3. De medewerker dient na gebruik van de bedrijfsauto:

    • a.

      de auto met een gevulde tank op de aangewezen plaats te parkeren;

    • b.

      de auto te controleren en elke schade aan de bedrijfsauto te melden;

    • c.

      sleutel, kentekenbewijs en overige bescheiden van de auto in te leveren.

Artikel 5 Verbod op privégebruik

  • 1. Het is de medewerker verboden zonder toestemming van het college de bedrijfsauto te gebruiken voor:

    • a.

      privédoeleinden tijdens de werktijd;

    • b.

      woon-werkverkeer of andere privédoeleinden buiten de werktijd.

  • 2. Indien de medewerker het in lid 1 genoemd verbod overtreedt, dan zal het college een nader te bepalen disciplinaire straf opleggen aan de medewerker en dan komen eveneens voor rekening van de medewerker de:

    • a.

      aansprakelijkheid voor ongevallen tijdens het privégebruik;

    • b.

      aansprakelijkheid voor overtredingen van de Wegenverkeerswet tijdens het privégebruik;

    • c.

      door de belastingdienst opgelegde naheffingen en boetes als gevolg van het privégebruik.

Artikel 6 Schade en Ongevallen

  • 1. Kosten ten gevolge van schade of ongeval met een bedrijfsauto komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. De medewerker meldt een schade of ongeval met een bedrijfsauto uiterlijk aan het begin van de volgende werkdag bij de direct leidinggevende en bij de eenheid P&O van de afdeling Bedrijfsvoering.

  • 3. In afwijking van het gestelde in lid 1 komen de kosten ten gevolge van de schade of van een ongeval met een bedrijfsauto ten laste van de medewerker, indien sprake is van:

    • a.

      opzet of aan bewuste roekeloosheid grenzende verwijtbaarheid van de medewerker;

    • b.

      gebruik van de bedrijfsauto voor privédoeleinden door de medewerker.

Artikel 7 Overtredingen en Boetes

  • 1. Strafmaatregelen volgend uit overtredingen van de Wegenverkeerswet en van andere wetten en regelingen met de bedrijfsauto, komen ten laste van de medewerker.

  • 2. In afwijking van het gestelde in lid 1, komen de kosten van maximaal drie verkeersboetes per kalenderjaar ten laste van de gemeente, voor zover het boetes betreft van minder van 50 euro voor een lichte verkeersovertreding als bedoeld in de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften.

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1. In die gevallen waarin deze regeling niet, of niet in redelijkheid, voorziet zal het college een beslissing nemen in de geest van deze regeling.

  • 2. De regeling treedt na bekendmaking in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2008.

Artikel 9 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als Regeling bedrijfsauto’s gemeente Nieuwkoop 2008.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 4 juni 2008.