Regeling vervallen per 01-01-2011

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2010

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

De raad der gemeente Nijkerk;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2009;

gelet op artikel 229 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2010

Artikel 1. Begripsomschrijvingen.

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van eerste dag in een kalendermaand tot de eerste dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalenderjaar tot de eerste dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit.

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht.

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4. Vrijstellingen.

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren in de uitoefening van hun functie;

  • b.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • c.

    stukken genoemd in de onderdelen 2.1 en 2.2 van de tarieventabel verstrekt aan redacties van nieuwsbladen, mits deze stukken voor geen andere doeleinden worden gebruikt dan voor de berichtgeving in de door hen uitgegeven nieuwsbladen, alsmede aan de secretariaten van de plaatselijke afdelingen van volgens de kieswet geregistreerde politieke partijen en van de plaatselijke politieke groeperingen;

  • d.

    op aanvraag van een secretariaat van een in de gemeenteraad vertegenwoordigde politieke partij kunnen maximaal 3 exemplaren van de in de onderdelen 2.1 en 2.2 van de tarieventabel genoemde stukken kosteloos beschikbaar worden gesteld;

  • e.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen;

  • f.

    het afgeven van vergunningen tot het houden van collecten;

  • g.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

  • h.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 5. Tarieven.

  • 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing.

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling.

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen tien dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Teruggaaf.

  • 1. Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een schriftelijke aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde en vijfde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 9a. Overdracht van bevoegdheden.

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving met betrekking tot de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel:

1. hoofdstuk 9 (reisdocumenten),

2. hoofdstuk 10 (rijbewijzen),

3. hoofdstuk 17, onderdelen 17.1 t/m 17.2 (diverse verklaringen),een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 9b. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.

Het college van burgemeester en wethouders kan op grond van artikel 233a Gemeentewet nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 10. Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel.

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2009’ van 4 november 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 5.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Legesverordening 2010’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van de gemeente Nijkerk op
17 december 2009
De griffier, De voorzitter,
mr. F.E. CONTANT mr. drs. G.D. RENKEMA

Tarieventabel behorende bij de legesverordening 2010.

Indeling tarieventabel

Titel 1 - Algemeen

Hoofdstuk 1 Algemeen

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken

Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie

persoonsgegevens

Hoofdstuk 5 Bouwvergunningen

Hoofdstuk 6 Gemeentearchief

Hoofdstuk 7 Gereserveerd

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Reisdocumenten

Hoofdstuk 10 Rijbewijzen

Hoofdstuk 11 Wet op de kansspelen

Hoofdstuk 12 Drank- en Horecawet

Hoofdstuk 13 Gereserveerd

Hoofdstuk 14 Gereserveerd

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 16 Gereserveerd

Hoofdstuk 17 Diversen

Titel 2 - Omgevingsvergunningen

Hoofdstuk 21 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 22 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

Hoofdstuk 23 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 24 Vermindering

Hoofdstuk 25 Teruggaaf

Hoofdstuk 26 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 27 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Titel 1 - Algemeen

Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.1.1

Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen per pagina op papier:

1.1.1.1

Op A4-formaat

€ 0,30

1.1.1.2

Op A3-formaat

€ 0,35

1.1.2

Kaarten, tekeningen, lichtdrukken en kopieën groter dan A3-formaat, al dan niet behorend bij de in onderdeel 1.1.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening, lichtdruk of kopie groter dan A3-formaat;

€ 7,95

1.1.3

Een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 62,60

Hoofdstuk 2 Bestuurstukken

2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

2.1.1

Een afschrift van de programmabegroting

€ 22,00

2.1.2

Een afschrift van de productenraming

€ 44,00

2.1.3

Een afschrift van de programmarekening

€ 22,00

2.1.4

Een afschrift van de productenrealisatie

€ 44,00

2.1.5

Een afschrift van het burgerjaarverslag

€ 0,00

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

Tot het afsluiten van een abonnement, met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 2.1, voor een kalenderjaar:

2.2.2.1

Op de agenda en verslagen van de vergaderingen van de raad en raadscommissies (per e-mail)

€ 11,00

2.2.1.2

Op de agenda en verslagen van de vergaderingen van de raad en raadscommissies (per post)

€ 47,00

2.2.1.3

Op alle stukken behorende bij de vergaderingen van de raad en raadscommissies

€ 185,00

Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand

3.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap dan wel een geregistreerd partnerschap in een huwelijk:

3.1.1

In het stadhuis:

3.1.1.1

Op maandag om 09.00 uur en 09.30 uur

€ 0,00

3.1.1.2

Op maandag op hele uren van 10.00 uur tot en met 16.00 uur en op dinsdag tot en met vrijdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 16.00 uur

€ 313,00

3.1.1.3

Op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 17.00 uur tot en met 20.00 uur

€ 624,00

3.1.1.4

Op zaterdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 15.00 uur

€ 624,00

3.1.2

Op een andere locatie dan in het stadhuis:

3.1.2.1

Op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 16.00 uur

€ 458,00

3.1.2.2

Op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 17.00 uur tot en met 20.00 uur

€ 773,00

3.1.2.3

Op zaterdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 15.00 uur

€ 773,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het ter beschikking stellen van gemeenteambtenaren als getuige bij een huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap, per ter beschikking gestelde ambtenaar:

€ 40,50

3.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap dan wel een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 175,00

3.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

3.3.1

Een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 10,95

3.3.2

Een trouwboekje of partnerschapboekje in luxe uitvoering

€ 28,00

3.3.3

Voor het kalligraferen van een trouwboekje bedoeld in de onderdelen 3.3.1 en 3.3.2, bedraagt het tarief

€ 12,65

3.4

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,50

3.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 4.3 en 4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

4.2.1.

Tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 7,15

4.3

Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

4.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

4.4.1

Tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 7,15

4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vestrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€ 2,40

4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,50

Hoofdstuk 5 Bouwgerelateerde leges

Algemeen

Dit hoofdstuk heeft betrekking op leges die de gemeente kan heffen voor aanvragen in het kader van de:

-Woningwet;

-Wet ruimtelijke ordening;

-Gemeentelijke bouwverordening;

-Monumentenwet en de gemeentelijke monumentenverordening

-Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit).

Bouwkosten

5.1

Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratie voorwaarden voor uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit voeren werk, exclusief omzetbelasting, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, wordt in dit hoofdstuk onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

Deze bouwkosten moeten door de aanvrager van de bouwvergunning op het aanvraagformulier worden ingevuld, kunnen de kosten van het bouwwerk worden vastgesteld conform de op de datum van binnenkomst van de aanvraag geldende richtprijzen uit “Missets taxatieboekje (Her)bouwkosten”.

Bouwvergunningen

5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

5.2.1

Een verzoek om advies omtrent een vergunningaanvraag voor ieder daaraan besteed kwartier, met uitzondering van het eerste kwartier:

€ 18,00

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning voor een op basis van het advies uitgewerkt bouwplan in behandeling wordt genomen, worden de daarvoor geheven leges met deze leges verrekend.

5.2.2

Een verzoek tot beoordeling van een schetsplan in het kader van vooroverleg:

25 %

Van het tarief als genoemd in onderdeel 5.2.3.

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning voor een op basis van het schetsplan uitgewerkt bouwplan in behandeling wordt genomen, worden de daarvoor geheven leges met deze leges verrekend;

5.2.3

Een aanvraag tot het verkrijgen van een reguliere en lichte bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdelen o en p, van de Woningwet, indien de bouwkosten:

5.2.3.a

Minder dan € 5.000,00 bedragen dan

2,70%

van die bouwkosten, doch met een minimum van

€ 105,00

5.2.3.b

€ 5.000,00 of meer doch minder dan € 10.000,00 dan

€ 141,00

en vermeerderd met 2,20 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.0000,00 te boven gaan.

5.2.3.c

€ 10.000,00 of meer, doch minder dan € 50.000,00 dan

€ 256,00

en vermeerderd met 1,80 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 10.000,00 te boven gaan.

5.2.3.d

€ 50.000,00 of meer, doch minder dan € 250.000,00 dan

€ 1.007,00

en vermeerderd met 1,60 % van het bedrag waarmeer die bouwkosten € 50.000,00 te boven gaan.

5.2.3.e

€ 250.000,00 of meer, doch minder dan € 500.000,00 dan

€ 4.345,00

en vermeerderd met 1,50 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000,00 te boven gaan.

5.2.3.f

€ 500.000,00 of meer, doch minder dan € 2.000.000,00 dan

€ 8.256,00

en vermeerderd met 1,40 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000,00 te boven gaan.

5.2.3.g

€2.000.000,00 of meer dan

€ 30.159,00

en vermeerderd met 1,30 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 2.000.000,00 te boven gaan, doch met een maximum van:

€ 62.580,00

5.2.3.h

Betrekking hebben en dus de aanvraag betrekking heeft op woningbouw van één en hetzelfde type, welke in één complex worden uitgevoerd: 1,60 % en berekend op de volgende wijze:

-complex van 1 t/m 5 gelijke woningen, tarief over volledige bouwsom;

-complex van 6 t/m 10 gelijke woningen, tarief over bouwsom 6 woningen;

-complex van 11 t/m 20 gelijke woningen, tarief over bouwsom 10 woningen;

-complex van 21 t/m 30 gelijke woningen, tarief over bouwsom 18 woningen;

-complex van 31 t/m 40 gelijke woningen, tarief over bouwsom 26 woningen;

-complex van 41 t/m 50 gelijke woningen, tarief over bouwsom 34 woningen;

-complex van 51 t/m 60 gelijke woningen, tarief over bouwsom 42 woningen;

en zo vervolgens.

Hiervoor geldt geen maximum bedrag aan leges.

Etage- en galerijwoningen e.d. worden als één bouwblok beschouwd, zodat het tarief wordt berekend naar de totale bouwsom van het bouwblok volgens onderdeel 5.2.3, onder a t/m g. Hiervoor geldt geen maximum bedrag aan leges.

Alle bedragen worden boven afgerond op hele euro’s.

5.2.4

Een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning eerste fase als bedoeld in artikel 56a, tweede lid, van de Woningwet

50 %

van het bedrag berekend naar het tarief en op de wijze als in onderdeel 5.2.3 bepaald.

5.2.5

Een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde bouwvergunning eerste fase, als bedoeld in artikel 56a, achtste lid, van de Woningwet:

Een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als bedoeld in onderdeel 5.2.4 bepaald en verminderd met de voor de primaire bouwvergunning eerste fase berekende leges, met dien verstande dat in elk geval

€ 355,00

is verschuldigd en dat geen restitutie van de voor de primaire bouwvergunning eerste fase betaalde leges plaatsvindt:

5.2.6

Een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning tweede fase, als bedoeld in artikel 56a, derde lid, van de Woningwet

50 %

van het bedrag berekend naar het tarief en op de wijze als in 5.2.3 bepaald en vermeerderd met een bedrag van

€ 710,00

5.2.7

De onder onderdeel 5.2.3, onderscheidenlijk onderdeel 5.2.4, 5.2.5 en 5.2.6 vermelde tarieven worden in verband met het publiceren van de aanvraag en vergunning verhoogd met

€ 21,00

5.2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlenging van de geldigheidsduur van een bouwvergunning met instandhoudingbeperking (artikel 45 Woningwet)

€ 80,00

5.2.9

Indien de aanvraag als bedoeld in onderdeel 5.2.2, 5.2.3, onderscheidenlijk 5.2.4 of 5.2.5 in verband met toetsing aan welstandscriteria door een welstandscommissie wordt beoordeeld, wordt het tarief als bedoeld onder genoemde onderdelen verhoogd met leges die als volgt worden berekend:

5.2.9.a

1,9 promille met een minimum van € 44,00

-in geval de bouwkosten van € 1,00 tot en met € 500.000,00 bedragen;

-plus over het gedeelte van de bouwsom van € 500.001,00 t/m € 2.500.000,00 0,6 promille;

-plus over het gedeelte van de bouwsom van € 2.500.001,00 t/m € 5.000.000,00 0,25 promille;

-plus over het gedeelte van de bouwsom van € 5.000.001,00 en meer 0,11 promille.

5.2.9.b

voor woningbouw van één en hetzelfde type, welke in één complex worden uitgevoerd:

-complexen van 1 t/m 5 gelijke woningen tarief volgens a;

-complexen van 6 t/m 10 gelijke woningen tarief over bouwsom 5 woningen;

-complexen van 11 t/m 20 gelijke woningen tarief over bouwsom 6 woningen;

-complexen van 21 t/m 30 gelijke woningen tarief over bouwsom 8 woningen;

-complexen van 31 t/m 40 gelijke woningen tarief over bouwsom 10 woningen;

-complexen van 41 t/m 50 gelijke woningen tarief over bouwsom 12 woningen;

-complexen van 51 t/m 60 gelijke woningen tarief over bouwsom 14 woningen

-en zo vervolgens.

Etage- en galerijwoningen e.d. worden als één bouwblok beschouwd, zodat het tarief wordt berekend naar de totale bouwsom van het bouwblok

5.2.9.c

Voor illegale bouwwerken: 1,5 keer het tarief als genoemd onder onderdeel 5.2.9.a.

5.2.9.d

Voor integrale advisering:

-Welstand + 1 extra discipline: 1,8 keer het tarief zoals genoemd in onder onderdeel 5.2.9.a;

-Welstand + meerdere extra disciplines: 2,2 keer het tarief als genoemd onder onderdeel 5.2.9.a.

5.2.9.1

Het verschuldigde bedrag op grond van de onderdelen 5.2.2 of 5.2.3 wordt indien de aanvraag betrekking heeft op een licht bouwvergunningplichtig bouwwerk in verband met de toetsing van de loketcriteria genoemd in de welstandsnota, waarbij het bouwplan niet is voorgelegd aan de welstandscommissie, verhoogd met

€ 44,00

Verhogingen/aanvullende leges

5.3

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 en de van toepassing zijnde subonderdelen wordt, indien:

5.3.1

De aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 50, derde lid, onderdeel a, van de Woningwet, verhoogd met

€ 152,00

5.3.2

De aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid, onderdeel c of artikel 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met

€ 152,00

5.3.3

De aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.22 of artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met

€ 389,00

5.3.4

De aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.10 of artikel 3.40 van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met het tarief van onderdeel 5.8.5 van deze tarieventabel.

5.3.5

De aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend

€ 500,00

5.3.6

De aanvraag van een bouwvergunning wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouw dan wel tijdens de behandeling van de aanvraag met de bouw wordt aangevangen, verhoogd met

50%

5.3.7

De aanvraag van een bouwvergunning krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een milieukundig bodemrapport als bedoeld in artikel 2.1.5 van de Bouwverordening wordt beoordeel en indien dit rapport betreft:

5.3.7.1

Een vooronderzoek, voorafgaand aan een verkennend en nader onderzoek, verhoog met

€ 184,00

5.3.7.2

Een verkennend onderzoek volgens NEN 5740, uitgave 1999, betreft naar de bodemgesteldheid, verhoogd met

€ 184,00

5.3.7.3

Een nader onderzoek betreft in het kader van de saneringsparagraaf van de Wet Bodembescherming

€ 184,00

5.3.8

De aanvraag krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met

€ 184,00

5.4

Teruggaaf

5.4.1

Indien van een verleende vergunning geen gebruik wordt gemaakt en die vergunning is ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van 25% van de geheven leges, zoals vermeld in onderdeel 5.2.3, onderscheidenlijk onderdeel 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 verleend, met dien verstande dat zij niet minder dan € 47,00 zullen bedragen.

5.4.2

Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning doch voor het verlenen van de vergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de geheven leges, zoals vermeld in onderdeel 5.2.3, onderscheidenlijk onderdeel 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 verleend, met dien verstande dat zij niet minder dan € 47,00 zullen bedragen.

5.4.3

Indien de gevraagde vergunning niet wordt verleend, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de geheven leges, zoals vermeld in onderdeel 5.2.3, onderscheidenlijk onderdeel 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 verleend, met dien verstande dat zij niet minder dan € 47,00 zullen bedragen.

5.5

Aanvraag wijziging vergunning als gevolg van wijziging bouwplan

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een vergunning als gevolg van een naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het bouwplan

€ 161,00

5.6

Overschrijving bouwvergunning

5.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende bouwvergunning

€ 86,00

5.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het overdragen van een ontheffing als bedoeld in artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening.

€ 86,00

5.7

Aanlegvergunningen

5.7.1

Begripsbepalingen aanlegkosten

Onder aanlegkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan: de aanneemsom exclusief omzetbelasting als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen.

Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfredzaamheid gescheiden wordt in dit hoofdstuk onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft.

Aanvraag aanlegvergunning

5.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 aanhef en onderdeel a of artikel 3.38, derde lid aanhef en onderdeel a van de Wet ruimtelijke ordening (aanlegvergunning):

0,75%

aan de aanlegkosten met een minimumtarief van

€ 505,00

5.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een aanlegvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeel, geringe wijziging in het aanlegplan

€ 131,00

Verhogingen

5.7.4

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.7.2 wordt, indien de aanvraag van een aanlegvergunning:

5.7.4.1

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch bodemrapport, verhoogd met

€ 184,00

5.7.4.2

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid, onderdeel a, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met

€ 389,00

5.8

Bestemmingsplannen, projectbesluiten en ontheffingen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

5.8.1

een aanvraag voor toepassing van artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening bij een oppervlakte van de bij de herziening van het bestemmingsplan betrokken gronden:

-tot 300 m²

-van 300 m² tot 1.500 m²

-vanaf 1.500 m²

€ 4.332,00

€ 6.497,00

€ 10.672,00

5.8.2

een aanvraag voor het met toepassing van artikel 3.6, eerste lid, onderdeel a of b van de Wet ruimtelijke ordening, wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan

€ 2.093,00

5.8.3

een aanvraag van een ontheffing van het geldende bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onderdeel c of artikel 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 152,00

5.8.4

een aanvraag van een ontheffing van het geldende bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.22 of artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening

€ 389,00

5.8.5

een aanvraag tot het verkrijgen van een projectbesluit als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet ruimtelijke ordening, bij een oppervlakte van de bij het besluit betrokken gronden:

-tot 500 m²

-van 500 m² tot 10.000 m²

-vanaf 10.000 m²

€ 7.193,00

€ 11.282,00

€ 17.513,00

5.8.6

een besluit tot het buiten toepassing laten van een beheersverordening als bedoeld in artikel 3.40 van de Wet ruimtelijke ordening, bij een oppervlakte van de bij het besluit betrokken gronden:

-tot 500 m²

-van 500 m² tot 10.000 m²

-vanaf 10.000 m²

€ 2.804,00

€ 4.701,00

€ 6.702,00

5.8.7

een aanvraag van een ontheffing van het verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet ruimtelijke ordening

€ 500,00

5.8.8

een verzoek om advies omtrent een bestemmingsplanwijziging/-herziening voor ieder daaraan besteed kwartier, met uitzondering van het eerste kwartier, € 18,00; indien ene procedure tot een bestemmingsplanwijziging/-herziening daadwerkelijk wordt doorlopen, wordt de geheven leges met deze leges verrekend.

5.8.9

De onder onderdelen 5.8.1 t/m 5.8.7 genoemde bedragen worden verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld. Voor de toepassing van onderdeel 5.8.7 wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Indien de werkelijke externe advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

5.9

Gebruiksvergunning in verband met brandveiligheid

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

5.9.1

een aanvraag voor een gebruiksvergunning voor een inrichting als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening

€ 106,00

5.9.2

een aanvraag voor een gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken:

5.9.2.1

woningen en woongebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 500 m²

-vanaf 500 m²

€ 1.059,00

€ 1.412,00

5.9.2.2

kantoorgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 706,00

€ 1.765,00

5.9.2.3

logiesverblijven en logiesgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 500 m²

-vanaf 500 m²

€ 1.129,00

€ 1.412,00

5.9.2.4

onderwijsgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m² tot 2.000 m²

-vanaf 2.000 m²

€ 706,00

€ 1.412,00

€ 2.470,00

5.9.2.5

gezondheidszorggebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 2.823,00

€ 3.529,00

5.9.2.6

stationsgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 1.059,00

€ 2.117,00

5.9.2.7

sportgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 2.500 m²

-vanaf 2.500 m²

€ 1.412,00

€ 2.117,00

5.9.2.8

bijeenkomstgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 706,00

€ 1.765,00

5.9.2.9

gebouwen ten dienste van de horeca met een vloeroppervlakte:

-tot 500 m²

-vanaf 500 m² tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 1.059,00

€ 1.412,00

€ 2.117,00

5.9.2.10

winkels met een vloeroppervlakte:

-tot 500 m²

-vanaf 500 m² tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m²

€ 706,00

€ 1.412,00

€ 2.117,00

5.9.2.11

industrie- en bedrijfsgebouwen met een vloeroppervlakte:

-tot 1.000 m²

-vanaf 1.000 m² tot 5.000 m²

-vanaf 5.000 m²

€ 706,00

€ 1.412,00

€ 2.117,00

5.9.3

een beschikking op een aanvraag tot het wijzigen of intrekken van voorwaarden, verbonden aan de onder onderdelen 5.9.1 en 5.9.2 bedoelde vergunningen

€ 424,00

Teruggaaf

5.9.4

Indien een aanvraag om een gebruiksvergunning wordt ingetrokken, voordat hierop een beslissing is genomen of een vergunning wordt geweigerd, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de onder onderdelen 5.9.1 en 5.9.2 geheven leges verleend.

5.10

Sloopvergunning en sloopmelding

Sloopvergunning

5.10.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een sloopvergunning als bedoeld in artikel 8.1.1 van de Bouwverordening, artikel 3.3 aanhef en onderdeel b, artikel 3.38, derde lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet ruimtelijke ordening of artikel 37, eerste lid van de Monumentenwet 1988 bedraagt:

5.10.1.1

bij een hoeveelheid sloopafval:

-vanaf 50 m³ tot 250 m³

-vanaf 250 m³ tot 1.000 m³

-vanaf 1.000 m³

€ 282,00

€ 418,00

€ 564,00

5.10.1.2

voor de beoordeling van het inventarisatierapport inzake de aanwezigheid van asbest, als bedoeld in artikel 8.1.2 van de Bouwverordening

€ 85,00

Verhogingen

5.10.2

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.10.1 wordt, indien de aanvraag van een sloopvergunning:

5.10.2.1

Betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is;

-tot 100 m² verhoogd met

-vanaf 100 m² tot 500 m² verhoogd met

-vanaf 500 m² tot 1.500 m² verhoogd met

-vanaf 1.500 m²

€ 53,00

€ 105,00

€ 136,00

€ 178,00

5.10.2.2

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met

€ 184,00

5.10.2.3

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd met

€ 500,00

5.10.2.4

wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de sloop dan wel tijdens de behandeling van de aanvraag met sloop wordt aangevangen, verhoogd met

50%

5.10.3

de onder onderdeel 5.10.2 vermelde tarieven worden verhoogd met vanwege het publiceren van de aanvraag en vergunning.

€ 21,00

Sloopmelding

5.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening

€ 83,00

Teruggaaf

5.10.5

Wanneer een aanvrager zijn aanvraag intrekt terwijl deze al in behandeling is genomen door de gemeente Nijkerk, wordt 50% van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag verschuldigde leges bedoeld in de onderdelen 5.10.1 t/m 5.10.3 teruggegeven, met dien verstande dat minimaal verschuldigd blijft

€ 47,00

5.10.6

Wanneer de gemeente Nijkerk een sloopvergunning weigert, wordt 50% van de verschuldigde leges bedoeld in de onderdelen 5.10.1 t/m 5.10.3 teruggegeven, met dien verstande dat minimaal verschuldigd blijft

€ 47,00

5.11

Monumentenvergunning

5.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een monumentenvergunning als bedoeld in artikel 11 van de Monumentenwet 1988 of artikel 10 van de Monumentenverordening Nijkerk 2005, indien de kosten met betrekking tot wijziging, herstel, enz.:

-tot € 5.000,00

-vanaf € 5.000,00 tot € 25.000,00

-vanaf € 25.000,00 tot € 50.000,00

-vanaf € 50.000,00 tot € 100.000,00

-vanaf € 100.000,00 0,75% van de kosten met een maximum van

€ 110,00

€ 215,00

€ 433,00

€ 647,00

€ 845,00

5.11.2

De onder onderdeel 5.11.1 vermelde tarieven worden verhoogd met in verband met het publiceren van de aanvraag en de vergunning

€ 21,00

Verhoging

5.11.3

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.11.1 wordt, indien de aanvraag van een monumentenvergunning wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de werkzaamheden dan wel tijdens de behandeling van de aanvraag met de werkzaamheden wordt aangevangen, verhoogd met

50%

Teruggaaf

5.11.4

Indien een aanvraag van een monumentenvergunning wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen of een vergunning wordt geweigerd, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de onder onderdelen 5.11.1 en 5.11.2 geheven leges verleend.

5.12

Overig

5.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief is opgenomen

€ 83,00

5.12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vestrekken van bouwdossiers, ter vervaardiging door de aanvrager zelf van A3 en A4 fotokopieën van tekeningen uit deze dossiers, bij jaarabonnement

€ 59,00

5.12.3

Alle tarieven genoemd in dit hoofdstuk 5 worden naar boven afgerond op hele euro’s.

Hoofdstuk 6 Gemeentearchief

6.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 16,25

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift:

8.1.1

Per informatie van ene object uit de kadastrale registratie, inclusief een afdruk van die registratie

€ 9,95

8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van de op de kadastrale registratie betrekking hebbende:

8.2.1

Afdruk van een kadastrale kaart op A4-formaat

€ 9,95

8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

8.3.1

Een gewone uitdraai van de Wkpb-registratie of een kopie van in kader van de Wkpb geregistreerde documenten, per pagina op papier:

8.3.1.1

Op A4-formaat

€ 0,30

8.3.1.2

Op A3-formaat

€ 0,30

8.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

8.4.1

Een verzoek tot het doen van nasporingen in het gemeentelijk Bodem Informatie Systeem, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,50

8.4.2

Een verzoek om informatie uit het kadastraal register via Kadaster On Line voor het verstrekken van informatie uit en over de niet gemeentelijke publiekrechtelijke beperkingen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 17,25

8.4.3

Een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen omtrent de bodemgesteldheid per inlichting inclusief de informatie uit de geautomatiseerde registratie van één perceel

€ 69,90

8.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een digitaal bestand uit de G.B.K.N.

€ 44,00

8.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afdruk van een luchtfoto A4-formaat

€ 65,00

8.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit de gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 9,95

Hoofdstuk 9 Reisdocumenten

9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

9.1.1.

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen geldt het maximum tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 9.1.1 (zakenpaspoort) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in onderdelen 9.1.1, 9.1.2 en 9.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocumenten geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in onderdelen 9.1.1, 9.1.2 en 9.1.3 geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.1.6

Tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.2

Verhogingen

9.2.1

De tarieven als genoemd in de onderdelen 9.1.1 t/m 9.1.3 alsmede in onderdeel 9.1.6 worden bij een spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

9.2.2

Het tarief als genoemd in onderdeel 9.2.1 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in onderdeel 9.1.1, 9.12 en 9.13 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in onderdeel 9.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend.

9.2.3

Het tarief als genoemd in onderdeel 9.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

Vermissing/misdrijf

9.3

Indien de aanvraag om een reisdocument als bedoeld in de onderdelen 9.1.1 t/m 9.1.3 en 9.16 dient ter vervanging van ene vermist reisdocument, met uitzondering als de vermissing het gevolg is van een misdrijf, zoals omschreven in het Wetboek van Strafrecht, wordt het onder onderdeel 9.1.1 t/m 9.1.3 of 9.1.6 genoemde bedrag verhoogd met

€ 16,45

Overig

9.4

Alle tarieven van dit hoofdstuk worden naar beneden afgerond op eenheden van vijf eurocent.

Hoofdstuk 10 Rijbewijzen

10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 37,05

10.2

Indien de aanvraag om een rijbewijs, als bedoeld in onderdeel 10.1, dient ter vervanging van een vermist rijbewijs, met uitzondering als de vermissing het gevolg is van een misdrijf, zoals omschreven in het Wetboek van Strafrecht, wordt het onder onderdeel 10.1 genoemde bedrag verhoogd met

€ 16,45

10.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van een aanvraagformulier ter verkrijging van een verklaring van geschiktheid

€ 20,65

10.4

Het tarief als genoemd in onderdeel 10.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in de ministeriële “Regeling spoedprocedure afgifte rijbewijzen toeslag spoed”.

Hoofdstuk 11 Wet op de kansspelen

Vervallen, zie artikel 3 van het Speelautomatenbesluit.

Hoofdstuk 12 Drank- en Horecawet/Verordening

12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet, zonder toepassing van de Wet BIBOB

€ 157,00

12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet, met toepassing van de Wet BIBOB

€ 209,00

12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 21,00

12.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing van het verbod om sterke drank te verstrekken op grond van de Drank- en Horecaverordening

€ 55,00

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

15.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 33,00

15.1.2

tot het verkrijgen van een tijdelijke ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, geldig voor (maximaal) één dag

€ 7,00

15.1.3

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 148 of 149 van de Wegensverkeerswet 1994

€ 33,00

15.1.4

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 43,00

15.1.5

Tot het verlengen van een in onderdeel 15.1.4 genoemde gehandicaptenparkeerkaart

€ 43,00

Hoofdstuk 17 Diversen

17.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

17.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag geldt het tarief zoals dat is opgenomen in de ministeriële Regeling leges en afdracht vergoeding afgifte verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen en rechtspersonen.

Dit tarief wordt naar beneden naar beneden afgerond op eenheden van vijf eurocent.

17.1.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 7,15

17.1.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 7,15

17.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

17.2.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

17.2.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,25

met een maximum per bericht van

€ 4,70

17.2.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 23,50

17.2.1.3

bij verstrekking anders dan op papier

€ 4,70

17.2.2

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 23,50

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 17.4.1 t/m 17.4.2 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

17.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 4,70

17.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

17.4.1

tot het verkrijgen van een ontheffing van het algemeen sluitingsuur

€ 33,40

17.4.2

ter verkrijging van een vergunning voor het houden van een snuffel-, antiekmarkt c.a.

€ 52,15

17.4.3

tot het verkrijgen van een ventvergunning geldig voor:

17.4.3.1

één dag

€ 13,60

17.4.3.2

één week

€ 18,80

17.4.3.3

één jaar

€ 33,40

17.4.4

tot het verkrijgen van een kapvergunning als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a, van de Bomenverordening Nijkerk

€ 26,35

17.4.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

17.4.5.1

tot het verkrijgen van een vergunning op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening anders dan genoemd in deze verordening

€ 44,85

17.4.5.2

tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijk Verordening anders dan genoemd in deze verordening

€ 44,85

17.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van de werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 157,00

17.5.1.1

Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op gemeentegrond per lasgat verhoogd met

€ 78,50

17.5.1.2

Indien over een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, nader beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 157,00

17.5.1.3

Indien de melder verzoekt om een inhoudelijk afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet verhoogd met

€ 157,00

17.5.1.4

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

17.5.2

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 17.5.1.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melding ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

17.6

Het tarief bedraagt voor het in het behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap

€ 7,15

17.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 278,50

17.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot inschrijving op de wachtlijst voor de markt, per jaar

€ 26,10

Behoort bij raadsbesluit van 17 december 2009, nr. 2009-086

De griffier,

mr. F.E. CONTANT

Titel 2 - Omgevingsvergunningen

Hoofdstuk 21 Begripsomschrijvingen

21.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

21.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

21.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

21.1.3

sloopkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting,, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

21.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

21.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

21.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 22 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

22

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

22.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, voor ieder daaraan besteed kwartier, met uitzondering van het eerste kwartier:

€ 18,00

22.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

25 %

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

Hoofdstuk 23 Omgevingsvergunning

23

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 24. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

23.1

Bouwactiviteiten

23.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

23.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen:

2,25% van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 105,00

23.1.1.2

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 250.000 bedragen:

€ 1.125,00

plus 1,75% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000 te boven gaan.

23.1.1.3

indien de bouwkosten € 250.000 tot € 500.000 bedragen:

€ 4.625,00

plus 1,50% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 250.000 te boven gaan.

23.1.1.4

indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.500.000 bedragen:

€ 8.375,00

plus 1,40% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 500.000 te boven gaan.

23.1.1.5

indien de bouwkosten € 1.500.000 tot € 2.500.000 bedragen:

€ 22.375,00

plus 1,375% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 1.500.000 te boven gaan.

23.1.1.6

indien de bouwkosten € 2.500.000 tot € 5.000.000 bedragen:

€ 36.125,00

plus 1,35% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 2.500.000 te boven gaan.

23.1.1.7

indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

€ 69.875,00

Welstandstoets

23.1.2

Het tarief, berekend op grond van onderdeel 23.1.1, wordt verhoogd met de werkelijke kosten van de welstandstoetsing en –advisering die het Gelders Genootschap de gemeente met betrekking tot de aanvraag in rekening brengt, een en ander conform de Tariefregeling Gelders Genootschap per 01.01.2010 welke als bijlage aan deze tarieventabel zijn gehecht.

Verplicht advies agrarische commissie

23.1.3

n.v.t.

Achteraf ingediende aanvraag

23.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 23.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

50%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Beoordeling aanvullende gegevens

23.1.5

n.v.t.

23.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

0,75%

van de aanlegkosten,

met een minimum van € 105,00 en een maximum van € 840,00

23.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 23.1:

23.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 105,00 en een maximum van € 420,00;

23.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 840,00;

23.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 1.680,00 en een maximum van € 4.400,00;

23.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 840,00;

23.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 840,00;

23.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

20%

van het op grond van onderdeel 23.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 840,00;

23.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

20%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 840,00;

23.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

20%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 105,00 en een maximum van € 420,00.

23.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

23.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 210,00

23.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 420,00

23.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.200,00

23.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 420,00

23.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 420,00

23.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 420,00

23.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 420,00

23.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 210,00

23.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

23.5.1

indien in een bouwwerk bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft aan:

23.5.1.1

10 – 100 personen in een hotel:

meer dan 100 personen in een hotel:

€ 1.425,00 € 2.500,00

23.5.1.2

10 – 50 personen in een verpleeginrichting:

meer dan 50 personen in een verpleeginrichting:

€ 2.500,00 € 4.000,00

23.5.1.3

personen in een gebouw niet zijnde een hotel of verpleeginrichting, indien sprake is van kamerverhuur aan 5 personen of meer:

in overige gevallen bij 10 – 50 personen: en bij meer meer dan 50 personen:

€ 700,00 € 1.425,00 € 2.500,00

23.5.2

indien in een bouwwerk dagverblijf zal worden verschaft aan:

23.5.2.1

meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar of meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapten, bij 10 – 50 personen:

bij 50 – 500 personen:

bij meer dan 500 personen:

€ 700,00 € 1.425,00 € 2.500,00

23.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten

23.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot de gemeentelijke Monumentenverordening Nijkerk 2005 aangewezen monument, waarvoor op grond van artikel 10 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

0,75%

van de kosten van het slopen, wijzigen of herstellen van het monument, met een minimum van € 105,00 en een maximum van € 840,00

23.6.2

n.v.t.

23.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten

23.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

23.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

1,50%

van de sloopkosten, met een minimum van € 210,00 en een maximum van € 1.680,00

23.7.1.2

in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de gemeentelijke Bouwverordening 2007 een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo,

1,00%

van de sloopkosten, met een minimum van € 315,00 en een maximum van € 945,00

23.7.2

Asbesthoudende materialen

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 23.7.1.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is:

20,00%

van het legesbedrag als bedoeld in onderdeel 23.7.1.2.

23.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

0,75%

van de aanlegkosten, met een minimum van € 105,00 en een maximum van € 840,00

23.9

Uitweg/inrit

n.v.t.

23.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2 van de Bomenverordening Nijkerk een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 27,00

23.11

Opslag van roerende zaken

n.v.t.

23.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

n.v.t.

23.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

n.v.t.

23.14

Andere activiteiten

n.v.t.

23.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

23.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

23.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

23.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

23.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport, indien het betreft:

23.16.1.1

een vooronderzoek, voorafgaand aan een verkennend en nader onderzoek

€ 184,00

23.16.1.2

een verkennend onderzoek naar de bodemgesteldheid volgens NEN 5740

€ 184,00

23.16.1.3

een nader onderzoek in het kader van de saneringsparagraaf van de Wet Bodembescherming

€ 184,00

23.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 184,00

23.17

Advies

23.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

23.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

23.18

Verklaring van geen bedenkingen

23.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

23.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 420,00

23.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

23.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 23.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 24 Vermindering

24.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 22, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 23.

24.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 23.17 en 23.18. De vermindering bedraagt:

24.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten:

2%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

24.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

3%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

24.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

5%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

Hoofdstuk 25 Teruggaaf

25.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 23.1, 23.2, 23.6 en 23.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van zes weken na het in behandeling nemen ervan

60%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

25.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na zes weken en binnen twaalf weken na het in behandeling nemen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

25.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 23.1, 23.2, 23.6 en 23.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen drie jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

25.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

25.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 23.1, 23.2, 23.6 of 23.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

25.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 25.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

25.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 47,00 wordt niet teruggegeven.

25.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 23.17 en 23.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 26 Intrekking omgevingsvergunning

26

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 25.2 van toepassing is:

€ 105,00

Hoofdstuk 27 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

27

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 210,00