Regeling vervallen per 01-01-2015

Uitvoeringsregeling subsidies campusvorming Noord-Holland 2013

Geldend van 06-12-2013 t/m 31-12-2014

Intitulé

Uitvoeringsregeling subsidies campusvorming Noord-Holland 2013

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Besluiten vast te stellen:

Uitvoeringsregeling subsidies campusvorming Noord-Holland 2013

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    campus of campusvorming: het tot stand brengen van een onderwijsproject door een samenwerkingsverband van onderwijsinstellingen en bedrijven in Noord-Holland, met als doel om gezamenlijk onderwijs aan te bieden in aansluiting op de actuele behoeften van het bedrijfsleven;

  • b.

    regionale clusters: de indeling van gemeenten in Noord-Holland volgens bijgevoegde kaart naar de volgende clusters:

    • 1e.

      voor Noord-Holland Noord: agribusiness, duurzame energie, maritiem&offshore, vrijetijdseconomie en techniek;

    • 2e.

      voor Noord-Holland Zuid: logistiek, creatieve industrie, food&flowers, toerisme&congressen en techniek;

  • c.

    samenwerkingsverband: samenwerking tussen twee of meer onderwijsinstellingen en drie of meer bedrijven in Noord-Holland.

Artikel 2

Subsidie kan worden verstrekt aan onderwijsinstellingen voor mbo of hbo.

Artikel 3

Subsidie kan worden verstrekt voor het binnen een van de regionale clusters ontwikkelen en opzetten van een campus.

Artikel 4

Gedeputeerde staten verstrekken geen subsidies van minder dan € 30.000,-.

Artikel 5

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie wordt niet behandeld indien op het moment dat de aanvraag is ontvangen, binnen de campus reeds één kalenderjaar of langer onderwijs wordt aangeboden.

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie bevat tenminste:

    • a.

      een schriftelijke verklaring van samenwerking, waarin een overzicht is opgenomen van de deelnemers aan het samenwerkingsverband, met vermelding van de organisatorische inzet of cofinanciering per deelnemer;

    • b.

      een inhoudelijke beschrijving van de activiteit;

    • c.

      een begroting van de kosten van de activiteit;

    • d.

      een financieringsplan van de kosten van de activiteit;

    • e.

      een tijdsplanning van de activiteit.

Artikel 6

Het subsidieplafond gedurende de looptijd van deze regeling bedraagt € 617.421,-.

Artikel 7

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie is tijdig ingediend indien de aanvraag in de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 is ontvangen.

  • 2.

    Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 3.

    Wanneer een aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag, de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 4.

    Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste projectkosten als eerste in behandeling genomen.

  • 5.

    Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie.

Artikel 8

Subsidie wordt in elk geval geweigerd indien de activiteit:

  • a.

    een identiek vervolg op reeds bestaande projecten betreft;

  • b.

    ziet op een onderwijsproject dat behoort tot het bestaande reguliere onderwijsaanbod van de aanvrager;

  • c.

    niet aantoonbaar bijdraagt aan de actuele behoefte van het bedrijfsleven binnen het betreffende cluster.

Artikel 9

Subsidie wordt verstrekt voor de volgende kosten:

  • a.

    programmamanagement;

  • b.

    onderzoek;

  • c.

    communicatie;

  • d.

    ontwikkelen van lesprogramma’s;

  • e.

    eenmalige fysieke investering in apparatuur.

Artikel 10

Indien uren van eigen personeel worden ingezet ten behoeve van het onderwijsproject is het norm-uurbedrag maximaal € 85 per uur exclusief BTW en dient een urenregistratiesysteem te worden gehanteerd.

Artikel 11

De subsidie bedraagt 50 % van de subsidiabele kosten tot maximaal € 65.000,-.

Artikel 12

De subsidieontvanger is verplicht om:

  • a.

    het logo of de naam van de provincie op alle publiciteitsuitingen te plaatsen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteit.

  • b.

    uiterlijk binnen twee jaar na subsidieverlening te beginnen met het aanbieden van onderwijs binnen de campus.

Artikel 13

  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van de activiteit.

  • 2.

    Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 14

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij is geplaatst.

  • 2.

    Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2015.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidies campusvorming Noord-Holland 2013.

Ondertekening

Haarlem, 26 november 2013.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
J.W. Remkes, voorzitter.
G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.