Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit Mandaat en machtiging Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

Geldend van 30-01-2014 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit Mandaat en machtiging Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

Besluiten vast te stellen:

Besluit Mandaat en machtiging Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

Artikel 1

Gedeputeerde staten verlenen aan de algemeen directeur van de provincie Flevoland en het hoofd Programma Management Europa provincie Flevoland mandaat en machtiging tot het namens hen nemen van besluiten betreffende het verstrekken van subsidie op grond van de Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

Artikel 2

De ondertekening van besluiten als bedoeld in artikel 1 luidt:

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

namens deze,

mr. drs. T. van der Wal,

algemeen directeur provincie Flevoland

of

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

namens deze,

mevrouw J. van den Brink-Rozendaal,

hoofd Programma Management Europa provincie Flevoland

Artikel 3

  • 1. De algemeen directeur, dan wel het hoofd Programma Management Europa, brengt jaarlijks verslag uit aan gedeputeerde staten van Noord-Holland van de besteding van het voor het voorafgaande jaar uitgetrokken budget voor het verstrekken van subsidies, waarin opgenomen een uiteenzetting van de daarbij opgedane ervaringen en de daaruit te trekken conclusies en alle in de voorgaande periode de krachtens dit mandaat- en machtigingsbesluit genomen besluiten.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in het voorgaande lid verschaft de algemeen directeur, dan wel het hoofd Programma Management Europa, desgevraagd alle informatie aan gedeputeerde staten terzake van de uitoefening van de in dit besluit bedoelde bevoegdheden.

Artikel 4

  • 1.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Mandaat en machtiging Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Ondertekening

Haarlem, 21 januari 2014.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
J.W. Remkes, voorzitter.
G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.

Toelichting

bij Besluit Mandaat en machtiging Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014

Algemeen

Dit besluit mandaat en machtiging hoort bij de Uitvoeringsregeling subsidie Technologische Milieu Innovatie Noord-Holland 2014.

Deze uitvoeringsregeling wordt uitgevoerd door de provincie Flevoland als onderdeel van het Flevolandse project “Regeling Technologische Milieu Innovatie 2008-2013”, gesubsidieerd uit het programma Kansen voor West van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).

Juridisch kader

De regels van de Algemene wet bestuursrecht zijn op dit besluit mandaat en machtiging van toepassing. Met name afdeling 10.1.1. waarin alle bepalingen aangaande mandaat zijn opgenomen. Het besluit mandaat en machtiging geeft invulling aan deze bepalingen.

De grondslag voor het nemen van een besluit mandaat en machtiging is neergelegd in artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht dat bepaalt dat een bestuursorgaan een mandaat kan verlenen, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald.

Artikel 10:5 van de Algemene wet bestuursrecht vereist, nu het een algemeen mandaat betreft en niet voor een incidenteel geval, een schriftelijk mandaat.

Artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht vereist instemming van de gemandateerde indien gemandateerde niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van de mandaatgever. Deze instemming is niet opgenomen in de overeenkomst maar apart gegeven.

Artikel 10:6 van de Algemene wet bestuursrecht bepaalt dat de mandaatgever de gemandateerde per geval of in het algemeen instructies kan geven ter zake van de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid.

Artikelsgewijs

Artikel 1 Mandaatverlening

Het mandaat beoogt het gehele proces van subsidieverstrekking te mandateren. Overige handelingen, zoals handelingen ter voorbereiding van het besluit tot vaststelling van de subsidie vallen onder de reikwijdte van het mandaat. Het uitbetalen valt hier eveneens onder, nu de subsidiebeschikking aangemerkt wordt als de beschikking als bedoeld in artikel 4:86 van de Algemene wet bestuursrecht en voor het uitbetalen geen apart besluit vereist.

Uit artikel 10:3 Algemene wet bestuursrecht volgt reeds de begrenzing van het mandaat. Zo omvat het mandaat niet het beslissen op bezwaarschriften nu dit op grond van 10:3, derde lid van de Algemene wet bestuursrecht niet verleend kan worden aan degene die het besluit waartegen het bezwaar zich richt, krachtens mandaat heeft genomen. Overigens verzet artikel 10:3, eerste lid zich ertegen het beslissen op bezwaar te mandateren aan een ondergeschikte van degene die het besluit waartegen het bezwaar zich richt heeft genomen.

Verder omvat het mandaat niet de bevoegdheid tot het maken van beleidsregels.

Artikel 2 Ondertekening

Dit artikel geeft invulling aan artikel 10:10 van de Algemene wet bestuursrecht. Artikel 10:10 van de Awb bepaalt dat een krachtens mandaat genomen besluit vermeldt namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen, niet de wijze waarop ondertekening plaatsvindt.

Artikel 3 Verantwoording

Dit artikel geeft invulling aan artikel 10:6, tweede lid van de Awb waarin is bepaald dat de gemandateerde de mandaatgever op diens verzoek inlichtingen verschaft over de uitvoering van de bevoegdheid.