Regeling vervallen per 03-04-2021

Toeslagenverordening Wet Investeren in Jongeren 2009 Gemeente Oegstgeest

Geldend van 23-12-2010 t/m 02-04-2021

Intitulé

TOESLAGENVERORDENINGWET INVESTEREN IN JONGEREN 2009GEMEENTE OEGSTGEEST

De raad van de gemeente Oegstgeest;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2009, nr. 119/09;

 

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e, en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren;

 

overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar bij verordening te regelen;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de

 

TOESLAGENVERORDENING

WET INVESTEREN IN JONGEREN 2009GEMEENTE OEGSTGEEST

HOOFDSTUK 1

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.wet :

de Wet investeren in jongeren;

b.gehuwdennorm :

de norm als bedoeld in artikel 28, eerste lid onderdeel d, van de wet;

c.college :

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest;

d.woning :

een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, van de Wet op de huurtoeslag, alsmede een woonwagen of woonschip als bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Wet werk en bijstand;

e.woonkosten :

1.indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs als bedoeld in artikel 1 onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;

2.indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud;

f.verzorgingsbehoevende :

degene die voor beroepsmatige verzorging in een verzorgingshuis of een andere inrichting tot verpleging of verzorging is geïndiceerd.

Artikel 2

  • 1.

    De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar.

  • 2.

    De toeslagbepalingen gelden niet voor de gehuwde jongere waarvan de norm,  door samenloop van WIJ en WWB wordt bepaald op de norm van een alleenstaande of, wanneer er sprake is van een of meer ten laste komende kinderen, op de norm van een gehuwde

HOOFDSTUK 2

CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE NORM

Artikel 3

Toeslagen voor alleenstaanden of alleenstaande ouders

  • 1.

    De toeslag als bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft;

  • 2.

    De toeslag als bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor de jongere die met één of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft;

  • 3.

    Voor de toepassing van dit artikel wordt de verzorgingsbehoevende die door de belanghebbende wordt verzorgd, of personen die de verzorgingsbehoevende belanghebbende verzorgen, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft.

HOOFDSTUK 3

CRITERIA VOOR HET VERLAGEN VAN DE NORM OF TOESLAG

Artikel 4

Verlaging van de norm voor gehuwden

  • 1.

    De verlaging bedoeld in artikel 31 van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben.

  • 2.

    Voor de toepassing van dit artikel wordt de verzorgingsbehoevende die door de belanghebbende wordt verzorgd, of personen die de verzorgingsbehoevende belanghebbende verzorgen, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft.

Artikel 5

Verlaging van de norm of de toeslag in verband met de woonsituatie

  • 1.

    De verlaging bedoeld in artikel 32 van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm indien:

  • a.  een woning wordt bewoond waaraan voor de jongere geen woonkosten verbonden zijn; of

    b. wanneer geen woning bewoond wordt (bijv. dak- en thuisloze situatie).

  • 2.

    In afwijking van artikel 1 wordt de verlaging ten aanzien van de alleenstaande en alleenstaande ouders vastgesteld op de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.

Artikel 6

Verlaging schoolverlaters

De verlaging bedoeld in artikel 33 van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm

Artikel 7

Verlaging toeslag alleenstaanden van 21 en 22 jaar

1. De verlaging bedoeld in artikel 34 van de wet bedraagt:

a.  15 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 21 jaar betreft;

b. 10 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 22 jaar betreft.

2. In afwijking van lid 1 wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.

3. De vorige leden zijn niet van toepassing ten aanzien van een jongere op wie artikel 6 van toepassing is.

Artikel 8

Anti-cumulatiebepaling

De toepassing van de artikelen 3 tot en met 7 geschiedt zodanig, dat de toepasselijke norm voor de jongere ten minste bedraagt:

a.   35 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande,

b.   55 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder,

c.   65 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden.

Artikel 9

Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen kan ten gunste van de jongere worden afgeweken van de bepalingen in deze verordening, als strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van zwaarwegende aard zou leiden.

Artikel 10

Onvoorziene situaties

In gevallen waarin de bepalingen in deze verordening niet voorzien wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij vergelijkbare situaties met inachtneming van artikel 35, vierde lid van de wet in relatie tot artikel 17, eerste lid van de wet.

HOOFDSTUK4

SLOTBEPALINGEN

Artikel 11

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking een dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 oktober 2009.

Artikel 12

Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Toeslagenverordening WIJ 2009 gemeente Oegstgeest.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 15 december 2009.
, voorzitter
, griffier