Regeling vervallen per 01-05-2012

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2002

Geldend van 22-12-2001 t/m 30-04-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2002

De raad van de gemeente Onderbanken;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2001;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

“Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2002”.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a

    begraafplaats: de begraafplaatsen te Merkelbeek en Schinveld;

  • b

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • c

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d

    eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • e

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • f

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • g

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • h

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • i

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a

    het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;

  • b

    het begraven van doodgeboren kinderen of zuigelingen die met de overleden moeder in een kist worden begraven;

  • c

    het bijzetten van doodgeboren kinderen of zuigelingen die met de overleden moeder in een asbus worden bijgezet.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten als bedoeld in de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

De rechten als bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

De rechten moeten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Onderbanken 1997’ van 12 december 1996, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 26 maart 1998, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de 1e dag na die van de bekendmaking.

  • 3 In afwijking in zoverre van het in het voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode;

  • 4 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2002.

  • 5 Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Onderbanken 2002’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 20 december 2001.

Voorzitter
Secretaris

Tarieventabel behorende bij de 'Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Onderbanken 2002'.

Hoofdstuk 1

Verlenen van rechten

euro €

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

1.1.1

voor een periode van 10 jaar

294,45

1.1.2

voor een periode van 20 jaar

588,90

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

1.2.1

voor een periode van 10 jaar

147,22

1.2.2

voor een periode van 20 jaar

294,45

1.3

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 10 jaren wordt een recht geheven gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht

294,45

1.4

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.2 met 10 jaren wordt een recht geheven gelijk aan het bedrag dat wordt geheven

voor het verlenen van het uitsluitend recht

147,22

Hoofdstuk 2

Begraven

euro €

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven

409,43

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar wordt geheven

102,35

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven

204,70

2.4

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1, 2.2 en 2.3 verhoogd met

25 %

2.5

Onder buitengewone uren worden verstaan: Zon - en feestdagen of daarmee gelijk te stellen dagen

Hoofdstuk 3

Bijzetten van asbussen en urnen

euro €

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

3.1.1

in een urnengraf

233,69

3.1.2

in een eigen graf

233,69

3.1.3

in een algemeen graf

233,69

Hoofdstuk 4

Grafbedekking en onderhoud

euro €

4.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 19 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Onderbanken 1993, wordt geheven:

4.1.1

voor de aanleg van een grafkelder

294,45

4.1.2

voor het plaatsen van gedenktekenen en kruisen, per gedenkteken of kruis

81,79

4.1.3

voor het plaatsen van een zerk

81,79

Hoofdstuk 5

Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen

euro €

5.1

Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven in een daartoe bestemd register wordt geheven

1,40

5.2

Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven

1,40

Hoofdstuk 6

Opgraven, ruimen, verstrooien

euro €

6.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven

409,43

6.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

409,43

6.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

409,43

6.4

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:

6.4.1

uit een eigen graf

233,69

6.4.2

uit een eigen urnengraf

233,69

6.4.3

uit een algemeen graf

233,69

6.4.4

uit een algemeen urnengraf

233,69

6.4.5

bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven

233,69

6.5

Voor het ruimen van een graf op verzoek van de belanghebbende wordt geheven

818,87

6.6

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

6.6.1

in een eigen graf

140,21

6.6.2

in een algemeen graf

140,21

6.6.3

in een algemeen urnengraf

140,21

6.6.4

op een verstrooiingsplaats

140,21

Behoort bij raadsbesluit van 20 december 2001

De secretaris van Onderbanken