Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Oosterhout, artikel 213a Gemeentewet

Geldend van 01-01-2017 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Oosterhout, artikel 213a Gemeentewet

De raad van de gemeente Oosterhout

besluit

gelet op artikel 213a Gemeentewet,

vast te stellen:

Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Oosterhout.

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Doelmatigheid :

    de mate waarin de gewenste prestaties worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, of de mate waarin met de beschikbare middelen zoveel mogelijk resultaat wordt bereikt.

  • b.

    Doeltreffendheid :

    de mate waarin de gemeente erin slaagt de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk te bereiken.

  • c.

    Auditplan :

    plan waarin de werkzaamheden gericht op auditing worden beschreven. Auditing heeft als doel de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid in het functioneren van de gemeentelijke organisatie en de uitvoering van het gemeentelijk beleid te beoordelen en verbeteren.

Artikel 2. Onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid

  • 1. Het college onderzoekt periodiek de doelmatigheid van (onderdelen van) de organisatie-eenheden van de gemeente en de uitvoering van taken door de gemeente.

  • 2. Het college gaat periodiek na of de uitvoering van onderdelen van in de programmabegroting opgenomen programma’s en paragrafen beantwoordt aan de vooraf vastgestelde doelen.

Artikel 3. Auditplan

  • 1. Het college stelt periodiek een auditplan op. De auditcommissie ontvangt het auditplan ter kennisname.

  • 2. In het auditplan wordt globaal aangegeven:

    • a)

      het object van onderzoek

    • b)

      de reikwijdte van het onderzoek

    • c)

      de onderzoeksmethode

    • d)

      doorlooptijd van het onderzoek

    • e)

      de wijze van uitvoering

  • 3. Indien er aanvullende kosten zijn verbonden aan de onderzoeken, zal in het auditplan worden vermeld ten laste van welke budgetten deze worden gebracht.

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

Het college rapporteert in de tussentijdse rapportages en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.

Artikel 5. Rapportage en gevolgtrekking

  • 1. De uitkomsten van de onderzoeken worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.

  • 2. Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een verbeterplan op. Het college neemt op basis van dit plan, waar nodig,organisatorische maatregelen.

  • 3. De auditcommissie wordt geïnformeerd over de uitkomsten van de onderzoeken en het op basis van dit onderzoek opgestelde verbeterplan.

Artikel 6. Intrekken oude verordening en overgangsrecht

Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2017.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Oosterhout 2017’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van

13 december 2016.

DE RAAD VOORNOEMD,
, griffier.
, voorzitter.

Toelichting verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid

Artikel 2. Onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid

In artikel 2 wordt het college opgedragen onderzoek te verrichten naar de doelmatigheid van het gevoerde bestuur. De onderzoeken naar de doelmatigheid betreffen onderzoeken naar de uitvoering van het beleid en het beheer van middelen. Daarnaast biedt het artikel de mogelijkheid – naast de reguliere preventieve bedrijfsdoorlichting – andere doelmatigheidsonderzoeken te verrichten binnen één of (tussen) meerdere afdelingen.

Dit artikel bepaalt tevens, wat betreft de doeltreffendheid, dat het college de raad inzicht geeft in de vraag of het uitgevoerde beleid heeft geleid tot (van te voren) bepaalde maatschappelijke effecten. De onderzoeken naar de doeltreffendheid vinden plaats op basis van het in de programma's of paragrafen van de beleidsbegroting geformuleerde beleid. Dit beleid kan gehele begrotingsprogramma's omvatten of delen daarvan. Ook kunnen dergelijke onderzoeken paragrafen van de begroting en jaarstukken of delen daarvan omvatten.

Artikel 3. Auditplan

Periodiek wordt een auditplan opgesteld. In principe is dit jaarlijks, maar het college kan er, als gevolg van prioritering van werkzaamheden, voor kiezen om in een bepaald jaar geen audits uit te voeren. De beslissing wat te onderzoeken is aan het college.

Het auditplan moet een volledig beeld geven van de voorgenomen onderzoeken. De auditcommissie zal hiervan op de hoogte worden gebracht. De onderzoeken in het auditplan worden op een later tijdstip door het college gedetailleerd per onderzoek uitgewerkt.

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

Het jaarverslag geeft inzicht in de stand van zaken van de bedrijfsvoering van de organisatie. Het ligt voor de hand om eveneens te rapporteren over de stand van zaken bij de interne onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur.

Artikel 5. Rapportage en gevolgtrekking

Met de instelling van de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te versterken. De auditcommissie wordt dan ook geïnformeerd over de uitkomsten van de onderzoeken, zoals voorgeschreven in artikel 213a, tweede lid van de Gemeentewet. De uitkomsten van de onderzoeken dienen volgens artikel 197 tweede lid van de Gemeentewet te worden gevoegd in de jaarrekening en het jaarverslag. Dat betreft uiteraard de onderzoeken die lopende het verslagjaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat het college de uitkomsten eerder kan aanbieden aan de auditcommissie.

Systematische aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid impliceert ook het doel om te leren, om te denken over en te streven naar verbetering. Daarom is in deze verordening opgenomen, dat evaluatie en aanbevelingen voor verbetering onderdeel zijn van de rapportage en dat zo nodig door middel van een plan van verbetering het vervolgtraject moet worden ingezet. De bedrijfsvoering is een zaak van het college. Het is dan ook het college, dat maatregelen moet nemen tot verbetering.