UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE ‘BEHEERSVERORDENING BEGRAAFPLAATSEN OOSTZAAN 2015’

Geldend van 25-07-2015 t/m heden

Intitulé

UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE ‘BEHEERSVERORDENING BEGRAAFPLAATSEN OOSTZAAN 2015’

Het college van burgemeester en wethouders van Oostzaan;

Gelet op de Beheersverordening begraafplaatsen Oostzaan 2015;

Besluit : vast te stellen de volgende:

Nadere regels, zijnde uitvoeringsvoorschriften voor het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen.

Artikel 1 Algemene graven

Algemene graven worden gesitueerd op een door het college aan te wijzen veld.

  • a.

    Op de algemene graven mag een liggend of staand grafteken worden geplaatst. Of het een liggend of staand grafteken wordt, is afhankelijk van de volgorde van uitgifte van het graf).

  • b.

    Het liggende grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      60 x 50 cm;

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • o

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • c.

    Het staande grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Hoogte maximaal 70 cm (inclusief voetstuk) vanaf maaiveld;

    • o

      Breedte maximaal 60 cm

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • o

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • d.

    Het voetstuk moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte maximaal 85 cm

    • o

      Breedte maximaal 25 cm

    • o

      Dikte/hoogte tezamen met het staande grafteken maximaal 70 cm.

  • e.

    Het staande grafteken en voetstuk moet worden geplaatst op een door de gemeente/beheerder aangebrachte verharding;

  • f.

    De graftekens moeten zodanig zijn geplaatst dat omwaaien is uitgesloten.

  • g.

    De graftekens moeten volledig bestaan uit natuursteen of een ander door het college goed te keuren materiaal.

  • h.

    Op de graftekens moet rechts onder het grafnummer worden aangebracht.

  • i.

    Op het graf mag beplanting worden aangebracht.

    • o

      Deze beplanting mag geen grotere oppervlakte dan 0,75 x 1,00 meter beslaan, waarbij de maat van 1,00 meter gemeten wordt vanuit de achterkant van het grafteken.

    • o

      De beplanting mag geen grotere hoogte hebben dan 1,0 m boven het maaiveld (bomen en boomvormers zijn niet toegestaan).

    • o

      Zijden bloemen zijn toegestaan maar kunnen, indien verwaarloosd, zonder opgave van redenen door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 2 Particuliere bandengraven

Een bandengraf kan alleen particulier zijn. Bandengraven worden gesitueerd op een door het college aan te wijzen veld.

  • a.

    Op de particuliere bandengraven mag een liggend en of staand grafteken worden geplaatst.

  • b.

    Het liggende grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte 180-200 cm (inclusief voetstuk)

    • o

      Breedte maximaal 85 cm

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

  • c.

    Het staande grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Hoogte maximaal 90 cm (inclusief voetstuk) vanaf het maaiveld;

    • o

      Breedte maximaal 75 cm

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

  • d.

    Het voetstuk moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte maximaal 85 cm

    • o

      Breedte maximaal 25 cm

    • o

      Dikte/hoogte tezamen met het staande grafteken maximaal 90 cm.

  • e.

    Het staande grafteken en voetstuk moet worden geplaatst op een fundering of betonplaat met de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte minimaal 85 cm

    • o

      Breedte minimaal 25 cm

  • f.

    Men kan een keuze maken voor een combinatie van keuze c met begrenzingsbanden. Men dient een fundering aan te brengen van een open frame (indien men het graf wil beplanten) of een gewapende betonplaat (indien men steenslag of grind wil gebruiken) met de afmetingen van:

    • o

      Lengte maximaal 200 cm (inclusief voetstuk)

    • o

      Breedte maximaal 85 cm

    • o

      Dikte 5 cm

  • g.

    Men kan een keuze maken tussen een combinatie van bovengenoemde keuzen b en c waarbij de fundering moet worden aangepast op een open frame waarvan de afmetingen maximaal 200 cm lengte en 85 cm breedte mogen bedragen.

  • h.

    Het staande grafteken en voetstuk moet worden geplaatst op een door de gemeente/beheerder aangebrachte verharding;

  • i.

    De graftekens moeten zodanig zijn geplaatst dat omwaaien is uitgesloten.

  • j.

    Het grafteken moet volledig bestaan uit natuursteen of een ander door het college goed te keuren materiaal.

  • k.

    Rechts onder op de steen moet het nummer van het graf worden aangebracht.

  • l.

    Op het graf mag beplanting worden aangebracht.

    • o

      Deze beplanting mag geen grotere oppervlakte dan 0,85 x 2,00 meter beslaan, waarbij de maat van 2,00 meter gemeten wordt vanuit de achterkant van het grafteken.

    • o

      De beplanting mag geen grotere hoogte hebben dan 1,0 m boven het maaiveld (bomen en boomvormers zijn niet toegestaan).

    • o

      Zijden bloemen zijn toegestaan maar kunnen, indien verwaarloosd, zonder opgave van redenen door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 3 Particuliere beplantingsgraven

Een particulier beplantingsgraf kan alleen particulier zijn. Bij een beplantingsgraf bevindt zich een deel van het graf onder het aanwezige gazon.

  • a.

    Op een particulier beplantingsgraf mag een staand grafteken worden geplaatst.

  • b.

    Het grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Hoogte maximaal 90 cm (inclusief voetstuk);

    • o

      Breedte maximaal 85 cm

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • o

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • c.

    Het voetstuk moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte 85 cm

    • o

      Breedte 25 cm

    • o

      Dikte/hoogte tezamen met het staande grafteken maximaal 70 cm.

  • d.

    Het staande grafteken en voetstuk moet worden geplaatst op een door de gemeente/beheerder aangebrachte verharding;

  • e.

    De graftekens moeten zodanig zijn geplaatst dat omwaaien is uitgesloten.

  • f.

    Het grafteken moet volledig bestaan uit natuursteen of een ander door het college goed te keuren materiaal.

  • g.

    Rechts onder op de steen moet het nummer van het graf worden aangebracht.

  • h.

    Op het graf mag beplanting worden aangebracht.

    • o

      Deze beplanting mag geen grotere oppervlakte dan 0,75 x 1,00 meter beslaan, waarbij de maat van 1,00 meter gemeten wordt vanuit de achterkant van het grafteken.

    • o

      De beplanting mag geen grotere hoogte hebben dan 1,0 m boven het maaiveld (bomen en boomvormers zijn niet toegestaan).

    • o

      Zijden bloemen zijn toegestaan maar kunnen, indien verwaarloosd, zonder opgave van redenen door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 4 Particuliere kindergraven

Een kindergraf kan alleen particulier zijn. Kindergraven worden gesitueerd op een door het college aan te wijzen veld.

  • a.

    Op de particuliere kindergraven mag een liggend en of staand grafteken worden geplaatst.

  • b.

    Het liggende grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • a.

      60 x 50 cm;

    • b.

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • c.

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • c.

    Het staande grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • a.

      Hoogte maximaal 70 cm (inclusief voetstuk) vanaf maaiveld;

    • b.

      Breedte maximaal 60 cm

    • c.

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • d.

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • d.

    Het voetstuk moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • a.

      Lengte maximaal 85 cm

    • b.

      Breedte maximaal 25 cm

    • c.

      Dikte/hoogte tezamen met het staande grafteken maximaal 70 cm.

  • e.

    Het staande grafteken en voetstuk moet worden geplaatst op een door de gemeente/beheerder aangebrachte verharding;

  • f.

    De graftekens moeten zodanig zijn geplaatst dat omwaaien is uitgesloten.

  • g.

    De graftekens moeten volledig bestaan uit natuursteen of een ander door het college goed te keuren materiaal.

  • h.

    Op de graftekens moet rechts onder het grafnummer worden aangebracht.

  • i.

    Op het graf mag beplanting worden aangebracht.

    • a.

      Deze beplanting mag geen grotere oppervlakte dan 0,75 x 1,00 meter beslaan, waarbij de maat van 1,00 meter gemeten wordt vanuit de achterkant van het grafteken.

    • b.

      De beplanting mag geen grotere hoogte hebben dan 1,0 m boven het maaiveld (bomen en boomvormers zijn niet toegestaan.

    • c.

      Zijden bloemen zijn toegestaan maar kunnen, indien verwaarloosd, zonder opgave van redenen door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 5 Particuliere urnengraven

Een urnengraf kan alleen particulier zijn. Urnengraven worden gesitueerd op een door het college aan te wijzen veld.

  • a.

    Op een urnengraf mag een liggend of staand grafteken worden geplaatst;

  • b.

    Het liggende grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      60 x 50 cm;

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • o

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • c.

    Het staande grafteken moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Hoogte maximaal 70 cm (inclusief voetstuk) vanaf maaiveld;

    • o

      Breedte maximaal 60 cm

    • o

      Dikte maximaal 10 cm, minimaal 6 cm.

    • o

      Het grafteken mag maximaal 500 kilogram wegen.

  • d.

    Het voetstuk moet voldoen aan de volgende afmetingen:

    • o

      Lengte maximaal 85 cm

    • o

      Breedte maximaal 25 cm

    • o

      Dikte/hoogte tezamen met het staande grafteken maximaal 70 cm.

  • e.

    De graftekens moeten zodanig zijn geplaatst dat omwaaien is uitgesloten.

  • f.

    De graftekens moeten volledig bestaan uit natuursteen of een ander door het college goed te keuren materiaal.

  • g.

    Op de graftekens moet rechts onder het grafnummer worden aangebracht.

Artikel 6 Particuliere urnenmuur

Een plaats in de urnenmuur kan alleen particulier zijn. De urnenmuur wordt gesitueerd op een door het college aan te wijzen locatie.

  • a.

    De afmetingen van nis waarin de urn geplaatst wordt is afhankelijk van de urnenmuur (muur 1 of muur 2) waarvoor gekozen wordt.

  • b.

    In muur 1 kunnen de afmetingen van de urn de volgende afmetingen hebben:

    • o

      Hoogte maximaal 45 cm

    • o

      Breedte onderkant van de urn maximaal 40 cm

  • c.

    In muur 2 kunnen de afmetingen van de urn de volgende afmetingen hebben:

    • o

      Hoogte maximaal 35 cm

    • o

      Breedte onderkant van de urn maximaal 20 cm

  • d.

    Gedenkplaten in muur 1 dienen inwendig in de nis te worden aangebracht en te worden bevestigd met kit;

  • e.

    Gedenkplaten in muur 2 dienen uitwendig aangebracht te worden waarbij de bestaande schroefgaten gebruikt moeten worden. Voor het afdichten dient een rubber afdichtingstrip gebruikt te worden;

  • f.

    De oppervlakte van de gedenkplaat mag niet groter zijn dan de buitenmaat van de nis;

  • g.

    De dikte van de gedenkplaten mag maximaal 5 cm zijn;

  • h.

    Boren in de muur/nis is niet toegestaan;

Artikel 7 Uitgesloten materialen en werken

Geen vergunningen worden verleend voor:

  • a.

    Hekken;

  • b.

    Palen met buizen of kettingen;

  • c.

    Banden of plinten, zowel van natuursteen als van ander materiaal;

  • d.

    Het versieren van het grafteken met verf, lak of kunststof;

  • e.

    Het plaatsen van een firmanaam of enige andere reclame op graftekens of een onderdeel daarvan.

Artikel 8 Onderhoud van de graven

  • a. Onder het onderhoud uitgevoerd door de gemeente/beheerder wordt verstaan:

    • o

      het éénmaal per jaar schoonmaken en het verwijderen van mos e.d.

    • o

      het verwijderen van verwelkte bloemen, bloemstukken, kransen e.d. zonder kennisgeving door de beheerder

  • b. Onder het onderhoud uitgevoerd door de rechthebbende wordt verstaan:

    oAl het overige onderhoud van de graven en het voorkomen van overhangend groen naar andere graven.

Artikel 9 Werken door derden

  • a. Tijdens een begrafenis mogen geen werkzaamheden door derden worden verricht.

  • b. Voor het verplaatsten van een grafteken dient overleg gepleegd te worden met de beheerder van de begraafplaats omtrent de juiste datum en tijd van plaatsing.

  • c. Alle sporen, ontstaan door of tengevolge van werkzaamheden moeten ten genoege van de betrokken opzichte worden verwijderd.

Artikel 10 Beheer en administratie

Beheer en administratie van de begraafplaats(en) wordt uitgevoerd door medewerkers gebied- en wijkzaken en dienstverlening van OVER-gemeenten.

Artikel 11 Diversen

In gevallen waarin deze nadere regels niet voorzien, beslist het college van burgemeester en wethouders van Oostzaan, of namens deze (indien gemandateerd door het college) het afdelingshoofd Gebied- en Wijkzaken.