Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van havengelden 2012

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van havengelden 2012

De raad van de gemeente Oud-Beijerland;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van .. november 2011, nr. Z-11.05897;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van havengelden 2012.

(Verordening havengelden 2012)

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    vaartuig: elk drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebruikt dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen van of vervoeren van al dan niet het drijvende lichaam één geheel uitmakende voorwerpen;

  • 2.

    binnenschip: een vaartuig dat uitsluitend is bestemd of wordt gebruikt voor de vaart op de binnenwateren;

  • 3.

    pleziervaartuig: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor de recreatie;

  • 4.

    passagiersschip: een binnenschip dat is bestemd of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen;

  • 5.

    vrachtschip: een binnenschip dat is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer van goederen;

  • 6.

    sleepboot: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd en wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere vaartuigen;

  • 7.

    hospitaalschip: een binnenschip dat in gebruik is als vakantieschip ten behoeve van zieken en gehandicapten;

  • 8.

    meetbrief: het document als bedoeld in artikel 782, derde lid, van het Wetboek van Koophandel, juncto het besluit van 24 oktober 1983, Stb. 548 (Besluit binnenschependocumenten);

  • 9.

    laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte laadvermogen, zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • 10.

    oppervlakte: het product van de lengte over alles en de grootste breedte, zoals blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • 11.

    lengte: de lengte over alles, zoals blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • 12.

    termijn: een in de tarieventabel genoemd tijdvak waarin het gebruik van de haven plaats heeft;

  • 13.

    ton: een massa van 1.000 kilogram;

  • 14.

    een jaar: een kalenderjaar;

  • 15.

    een kwartaal: een kalenderkwartaal.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam havengeld wordt een recht geheven ter zake van het gebruik van:

  • 1.

    de haven met de daarbij behorende voor de scheepvaart bestemde gemeentelijke werken

  • 2.

    de loswal

  • 3.

    de aanlegvoorziening in het Spuimet vaartuigen overeenkomstig de bestemming daarvan en het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, degene aan wie het vaartuig in gebruik is gegeven, of degene die als vertegenwoordiger voor een van deze optreedt.

Artikel 4 Vrijstellingen

Havengeld is niet verschuldigd ter zake van:

  • 1.

    vaartuigen, rechtstreeks in dienst van de gemeente Oud-Beijerland;

  • 2.

    politie- en marinevaartuigen, als zodanig gebezigd;

  • 3.

    roeiboten, behorende bij vaartuigen, geen pleziervaartuigen zijnde, waarvoor havengeld verschuldigd is.

  • 4.

    hospitaalschepen;

  • 5.

    vaartuigen, welke rechtstreeks gebruikt worden voor het uitbaggeren van de haven en de afgebakende vaargeul buiten de haven;

  • 6.

    vaartuigen, welke de haven, de loswal of de aanlegvoorziening tengevolge van averij of noodweer als vluchthaven aandoen zonder te laden of te lossen;

  • 7.

    vaartuigen, welke niet langer dan drie achtereenvolgende uren gebruik maken van een speciaal daartoe door de havenmeester aan te wijzen ligplaats, mits deze tijd uitsluitend wordt benut om in de gemeente inkopen te doen of zaken te behandelen, niet laden of lossen en geen passagiers in- of ontschepen;

  • 8.

    vaartuigen in directe dienst van het rijk, voor zover vrijstelling krachtens wettelijke voorschriften is verleend;

  • 9.

    het gebruik van de haven, of gedeelte ervan, waarvoor door de gemeente bij overeenkomst een vergoeding is bedongen.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en tarieven

Het havengeld wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van de daarin gegeven bijzondere bepalingen.

Artikel 6 Tariefberekening en toepassing

Bij de toepassing van de tarieven wordt:

  • 1.

    het aantal tonnen van het vaartuig bepaald overeenkomstig de bij dat vaartuig behorende meetbrief of een daarmee gelijk te stellen document.

  • 2.

    voor de oppervlakte van het schip gehouden het product van de grootste lengte en grootste breedte, zoals deze blijken uit bij het schip behorende, mits in Nederland geldige, meetbrief of een daarmee gelijk te stellen document.

  • 3.

    in afwijking van hetgeen hiervoor bepaald is, de ingenomen wateroppervlakte van bergings-, heffings-, bagger- en soortgelijk drijvend materieel, bepaald op de kleinste rechthoek, waarin het loodrecht op het wateroppervlak geprojecteerde beeld van het drijvende lichaam, de opbouw inbegrepen, past.

  • 4.

    De lengte van een vaartuig wordt gemeten op het bovendeel vanaf de punt van de voorsteven tot die van de achtersteven of achterronding.

  • 5.

    Bij gebreke van een geldige meetbrief of daarmee gelijk te stellen document, dan wel indien deze stukken het laadvermogen, de grootste lengte en breedte van het schip niet vermelden, worden het laadvermogen en de oppervlakte ambtshalve vastgesteld.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1 De havengelden worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, bon, nota of andere schriftuur, waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan

    de belastingschuldige bekendgemaakt.

     

  • 2 Indien zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten ter zake daarvan worden geheven bij wege van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

     

Artikel 8 Ontstaan belastingschuld, heffing naar tijdsgelang en overschrijving

  • 1 De belastingschuld ontstaat:

    • 1.

      indien een abonnement wordt genomen, op het tijdstip waarop het abonnement wordt verleend;

    • 2.

      indien geen abonnement wordt genomen, op het tijdstip waarop het verblijf aanvangt.

  • 2 Indien het havengeld is geheven voor een periode van een kwartaal of langer kan bij tussentijdse beëindiging van het gebruik als gevolg van omstandigheden onafhankelijk van de wil van belastingplichtige, op verzoek ontheffing worden verleend over het aantal volle maanden dat nog in de desbetreffende periode over is.

  • 3 Indien het gebruik van de gemeentehaven met een vaartuig in de loop van een abonnementsperiode van een kwartaal of jaar eindigt kan het abonnement worden overgeschreven op een vervangend schip.

    Daarbij wordt de belasting voor het nog niet verstreken deel van de abonnementsperiode verrekend met de over dat deel voor het vervangende schip verschuldigde belasting. Bij de berekening wordt een kwartaal gesteld op 90 dagen en een jaar op 360 dagen gesteld.

     

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald op het moment van uitreiking van de in artikel 7 bedoelde kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen één maand na de dagtekening van de kennisgeving.

     

  • 2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de havengelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de havengelden.

 

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 De 'Verordening havengelden 2011 van 30 november 2011, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4 Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening havengelden 2012'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in openbare vergadering van 6 december 2011.
De griffier, de voorzitter,
 
E.G. Bunt K. Tigelaar
 

Tarieventabel behorende bij de Verordening havengelden 2012 1

510px 510px

Toelichting 1 Toelichting op de 'Verordening havengelden 2012'

Aan de raad,

Toelichting op de 'Verordening havengelden 2012'

Er is, zoals gebruikelijk, gekozen voor een volledig nieuwe verordening. Hierdoor wordt de duidelijkheid van de verordening bevorderd en de kansop fouten in de verordening verminderd.

Inhoudelijk is de verordening niet gewijzigd.

Overeenkomstig het vastgestelde beleid zijn de tarieven ten opzichte van 2011 verhoogd met 2 %.

( 2 % inflatie).

Voor de duidelijkheid worden de tarieven inclusief BTW aangegeven, waar relevant ook exclusief BTW.

Sinds 1 juli 2011 is de aanlegvoorziening in het Spui in gebruik genomen. Met de Watersportvereniging Het Spui is overeengekomen dat zij zorg dragen voor de heffing en invordering van de betreffende havengelden. Onder 4. zijn daarvoor tarieven in deze verordening opgenomen.

Het college van burgemeester en wethouders.