Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van het college van Papendrecht 2010

Geldend van 23-06-2010 t/m heden

Intitulé

REGLEMENT VAN ORDE VOOR DE VERGADERINGEN EN ANDERE WERKZAAMHEDEN VAN HET COLLEGE VAN PAPENDRECHT

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

  • 1. Het college regelt de verdeling van zijn werkzaamheden.

  • 2. Het college regelt de onderlinge vervanging in geval van verhindering of ontstentenis van één van de wethouders.

  • 3. Het college regelt de vervanging van de burgemeester in geval van diens verhindering of ontstentenis.

Artikel 2 Dag en plaats van vergadering

  • 1.

    Het college vergadert in de regel eenmaal per week op een in onderling overleg vast te stellen dag en tijdstip en voorts zo dikwijls de voorzitter of tenminste twee wethouders dit nodig oordeelt/oordelen.

  • 2.

    Indien tenminste twee wethouders een vergadering nodig achten verzoeken zij met opgaaf van redenen aan de voorzitter deze bijeen te roepen.

  • 3.

    De vergaderingen worden als regel in het raadhuis gehouden en vinden achter gesloten deuren plaats.

Artikel 3 Agenda

  • 1.

    Voor elke vergadering wordt, als regel tenminste 24 uur van te voren, door de gemeentesecretaris een agenda aan de leden van het college toegezonden.

  • 2.

    De burgemeester kan onderwerpen aan de agenda voor een vergadering van het college toevoegen.

  • 3.

    De burgemeester kan ten aanzien van geagendeerde onderwerpen een eigen voorstel aan het college voorleggen.

Artikel 4 Verslaglegging

  • 1.

    De gemeentesecretaris is verantwoordelijk voor een deugdelijke verslaglegging.

  • 2.

    Stemverhoudingen worden alleen vermeld als een lid van het college daarom vraagt.

  • 3.

    Het verslag wordt in de eerstvolgende vergadering vastgesteld.

Artikel 5 Stemmingen

  • 1.

    Indien geen van de leden van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2.

    Indien een lid van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt mondeling gestemd, tenzij het derde lid wordt toegepast.

  • 3.

    Indien een lid van het college dat verlangt, wordt bij het nemen van een besluit over benoeming, voordracht of aanbeveling van personen gestemd bij gesloten en ongetekende stembriefjes.

  • 4.

    Bij de benoemingen, voordrachten of aanbevelingen van personen worden leden die blanco briefjes hebben ingeleverd, geacht aan de stemming te hebben deelgenomen.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Dit Reglement van Orde treedt in werking op 23 juni 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 22 juni 2010.
de secretaris, de voorzitter,
R.G. Beek C.J.M. de Bruin