Regeling vervallen per 01-01-2017

Beleidsregel integrale schuldhulpverlening

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2016

Intitulé

Beleidsregel integrale schuldhulpverlening

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op het bepaalde in artikel 2 lid 4 sub d en artikel 3, lid 2 en 3 van de op 1 juli 2012 in werking getreden Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;

Gelet op artikel 1.2 van het beleidsplan integrale schuldhulpverlening 2013-2016 zoals vastgesteld door de Raad op 18 december 2012;

Overwegende dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor schuldhulpverlening zoals opgenomen in de hiervoor genoemde wetgeving en het beleidsplan;

BESLUITEN:

 

Vast te stellen de volgende beleidsregel:

Beleidsregel integrale schuldhulpverlening

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze beleidsregel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: 

  • a.

    Belanghebbende : degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken is;

  • b.

    College : het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Peel en Maas;

    rekte biistand;

  • c.

    Fraude : de situatie waarin iemand door zijn handelen of nalaten een

    bestuursorgaan financieel benadeelt en dat wist, of redelijkerwijs had kunnen weten, waarbij dit heeft geleid tot een strafrechtelijke veroordeling, waaronder het terugvorderen van ten onrechrekte bite ver;tjstand.

  • d.

    Recidive : de situatie waarin iemand die zich eerder bij een

    schuldhulpverleningsinstantie (gemeente, Sociale Dienst, gemeentelijke kredietbank) heeft aangemeld voor hulp bij problematische schulden, na dossiersluiting terugkeert omdat opnieuw of nog steeds sprake is van problematische schulden (dus zowel na een geslaagd traject als na een voortijdig beëinulpverldigde .ening);

Voor het overige zijn de begripsbepalingen zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (hierna te noemen de wet) en de gedragscodes van de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK) zijn in deze regels van overeenkomstige toepassin

Artikel 2 Doelgroep

  • 1. Degene die als ingezetene in de basisregistratie personen is ingeschreven in de gemeente Peel en Maas;

  • 2. De zelfstandige wiens onderneming niet levensvatbaar is onder de voorwaarden dat:

    • a.

      de zelfstandige feitelijk stopt met de onderneming én;

    • b.

      waarvan de onderneming niet economisch meer actief is én;

    • c.

      de zelfstandige zich laat uitschrijven bij de Kamer van Koophandel.

  • 3. Uitzondering op artikel 2, eerste lid, zijn de situatie waarbij belanghebbenden naar een andere gemeente verhuizen nadat de aanvraag om schuldhulpverlening is ingediend. Hiervoor geldt de volgende richtlijnen:

    • a.

      De dossiers blijven in principe in behandeling bij het college. Overdracht van de dossiers is niet aande orde wanneer een schuldregeling eenmaal is opgestart en de schuldeisers akkoord

      zijn gegaan;

    • b.

      zolang er nog geen voorstel naar de schuldeisers zijn gestuurd, kan het dossier overgedragen worden naar de andere gemeente óf;

    • c.

      wanneer de individuele omstandigheden van de belanghebbende dit specifiek vereisen en de reden(en) daartoe aan de ‘nieuwe’, de ontvangende schuldhulpverlenende instantie, kenbaar

      zijn gemaakt kan een dossier overgedragen worden aan de andere gemeente. Overdrachtn

      het dossier vindt dan plaats in samenspraak tussen de twee schuldhulpverlenende instanties.

Artikel 3 Uitvoering

  • 1. De uitvoering van de verschillende vormen van schuldhulpverlening vindt plaats conform de betreffende gedragscodes en termijnen van de NVVK en de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening.

  • 2. Onder uitvoering, zoals genoemd in artikel 3 lid 1 van deze beleidsregel wordt verstaan;

    • a.

      aanmelding: tijdens de melding (telefonisch, per e-mail of in persoon aan de balie) wordt beoordeel of belanghebbende inwoner van de gemeente Peel en Maas is, inkomen heeft, niet uitgesloten is van schuldhulpverlening op grond van artikel 5 en 7 van deze beleidsregel en of er sprake is van een bedreigende situatie;

    • b.

      informatie en advies: Tot informatie en advies (waaronder begrepen doorverwijzing naar derden) kan worden besloten indien het mogelijk wordt geacht om een duurzaam financieel evenwicht te bereiken voor belanghebbende zonder dat een beroep wordt gedaan op herfinanciering, schuldregeling of stabilisatie. Het betreft maximaal drie gesprekken in een korte periode. Ook kan informatie en advies verstrekt worden indien geen recht op schuldhulpverlening bestaat vanwege fraude, recidive of het niet voldoen aan de vereisten zoals vermeld in resp. artikel 4, 5, 7 van deze beleidsregel. Er wordt dan informatie en advies verstrekt over eventuele andere mogelijkheden tot oplossing van de problematische schuldensituatie

    • c.

      Intake: tijdens de intake is het toetsen van de zelfredzaamheid van de belanghebbende en het vaststellen van het probleem van de belanghebbende om een plan van aanpak te ontwikkelen. Het plan van aanpak en de daaraan verbonden contracten zijn leidend ten aanzien van de voortgang van het schuldhulpverleningstraject.

    • d.

      crisisinterventie: tijdens de crisisinterventie is het afwenden van de crisis en daarmee de mogelijkheid creëren om de schuldenaar te helpen via de reguliere schuldhulpverlening. Deze interventie wordt uitgevoerd conform de module 'Crisisinterventie NVVK' en het gemeentelijke crisisprotocol.

    • e.

      Stabilisatie: stabilisatie vloeit voort uit het plan van aanpak zoals in lid 2 van dit artikel. Het doel van de stabilisatiefase is het in evenwicht brengen en houden van inkomsten en uitgaven van belanghebbende. Zodar dit het geval is, kan worden gestart met de schuldregeling.

    • f.

      Betalingsregeling: de betalingsregeling is gericht op het 100% terugbetalen van schulden waarbij een overeenkomst wordt opgesteld welke door alle partijen ondertekend moet worden.

    • g.

      Schuldsanering: de schuldsanering is gericht op de sanering van de schulden door het bewerkstelligen van een minnelijke regeling van de totale schuldenlast. Hierbij wordt een schuldbemiddelingsovereenkomst of schuldsaneringskredietovereenkomst welke door alle partijen ondertekend moet worden.

    • h.

      Voorbereiding WSNP-aanvraag: het voorbereiden voor WSNP toelating door middel van het opstellen van de verklaring en het verzoekschrift.

Artikel 4 Algemene verplichtingen

  • 1. Vanaf het moment dat belanghebbende zich voor schuldhulpverlening heeft gewend tot het college gelden de volgende algemene verplichtingen:

    • a.

      Belanghebbende doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op de op hem van toepassing zijnde schuldhulpverlening of voor de uitvoering van de Wet en deze beleidsregel;

    • b.

      Belanghebbende verleent toestemming voor het inwinnen bij en het verstrekken van informatie aan derden voor zover relevant voor de schuldhulpverlening;

    • c.

      Belanghebbende is desgevraagd verplicht alle medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de Wet en deze beleidsregel;

    d. Belanghebbende verplicht zich om maximale, aantoonbare inspanningen te verrichten om zijn inkomsten te vergroten ten behoeve van de schuldeisers.

  • 2. Vanaf het moment dat de aanvraag is ingediend geldt daarnaast de verplichting dat:

    • a.

      er geen nieuwe schulden meer ontstaan door toedoen van aanvrager;

    • b.

      aanvrager, indien dit noodzakelijk wordt geacht, over een basisbankrekening dient te

      beschikken.

Artikel 5 Beëindiging schuldhulpverlening

  • 1. In navolgende situaties wordt de schuldhulpverlening met onmiddellijke ingang beëindigd:

    • a.

      Fraude;

    • b.

      Het schenden van de inlichtingenplicht zoals bedoeld in artikel 6 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en dat geen financiële benadeling van deuitkering of inkomensvoorziening van de gemeente Peel en Maas tot gevolg heeft maar wel voor de schuldeisers;

    • c.

      Het niet of onvoldoende nakomen van de medewerkingsplicht zoals bedoeld in artikel 7 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en artikel 4 van deze beleidsregel, nadat belanghebbende in de gelegenheid is gesteld dit verzuim te herstellen binnen een redelijke termijn;

    • d.

      Als een belanghebbende zich zeer ernstig misdraagt tegenover personen en/of instanties die zijn belast met de uitvoering van de schuldhulpverlening;

    • e.

      Het beëindigen van de schuldhulpverlening op grond van lid 1, sub a tot en met d van dit artikel heeft automatisch tot gevolg dat de bijzondere bijstand, die wordt betaald voor de kosten van inkomensbeheer, wordt stopgezet.

  • 2. Onverminderd overige bepalingen in deze beleidsregel wordt de schuldhulpverlening beëindigd nadat:

      • a.

        de schulden volledig zijn gekweten dan wel finale kwijting is verleend door de schuldeisers;

      • b.

        belanghebbende in staat is om zijn schulden zelf te regelen dan wel in staat is de schulden zelfstandig te beheren;

      • c.

        beëindigen die voortvloeien uit het plan van aanpak en/of de daaronder liggende contracten;

      • d.

        als schuldeisers geen medewerking verlenen aan het minnelijk voorstel, staat alleen nog de mogelijkheid open voor een WSNP- traject. Het college maakt een afweging om een verzoek tot dwangakkoord bij de rechtbank in te dienen en informeert belanghebbende hier schriftelijk over. Als belanghebbende niet binnen 3 maanden na bekendmaking van het voornemen van genoemd verzoek, gebruik maakt van het recht om een WSNP aan te vragen, eindigt de gemeentelijke schuldhulpverlening.

Artikel 6 Fraude voorafgaande aan een aanvraag voor schuldhulpverlening

In geval van fraude door aanvrager in een periode voorafgaande aan de aanvraag schuldhulpverlening, wordt de aanvraag niet eerder dan 5 jaar na het plegen van deze fraude, toegekend.

Artikel 7 Mate van verwijtbaarheid

Bij toepassing van artikel 3 en 4 wordt de mate van verwijtbaarheid beoordeeld, alvorens over te gaan tot beëindiging van de schuldhulpverlening, in situaties waarin minderjarige inwonende kinderen deel uitmaken van het gezin dat een beroep doet op schuldhulpverlening.

Artikel 8 Recidive

Ten aanzien van recidive en de gevolgen die daaraan vanuit oogpunt van schuldhulpverlening zijn verbonden, wordt in de volgende situaties geen schuldhulpverlening aangeboden.

  • 1.

    Binnen zes maanden voorafgaande aan het verzoek een schuldhulpverleningstraject voortijdig is afgebroken tijdens de intakefase;

  • 2.

    Binnen 5 jaar na afsluiting van de eerdere begeleiding nadat de eerder aangeboden schuldhulpverlening werd gestopt tijdens het minnelijke traject (na instemming door de schuldeisers) of na afloop van het minnelijk traject;

  • 3.

    Binnen 2 jaar nadat tijdens de eerder aangeboden schuldhulpverlening werd gestopt voorafgaande aan de start van het minnelijk traject. Uitzondering hierop is de situatie dat belanghebbende eerder heeft voldaan aan de voorwaarden die ten tijde van de eerdere begeleiding zijn opgelegd en daarbij uitdrukkelijk is aangegeven dat het voldoen aan deze voorwaarden leidt tot het verkorten van de wachttijd van 2 jaar.

  • 4.

    Binnen 5 jaar na beëindiging van eerder geboden schuldhulpverlening nadat deze werd gestopt als gevolg van fraude.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, indien toepassing van deze regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 10 Citeertitel, inwerkingtreding en intrekking oude beleidsregel

  • 1. Deze beleidsregel wordt aangehaald als integrale schuldhulpverlening;

  • 2. Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2016;

  • 3. De beleidsregel integrale schuldhulpverlening d.d. 5 januari 2015 wordt met ingang van 1 januari 2016 ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Peel en Maas van 21 december 2015
de gemeentesecretaris/directeur, de burgemeester,
drs. H. Mensink, W.J.G. Delissen-van Tongerlo

Toelichting

Toelichting Beleidsregel integarle schuldhulpverlening