Regeling vervallen per 11-05-2019

Damoclesbeleid Peel en Maas

Geldend van 31-01-2013 t/m 10-05-2019

Intitulé

Damoclesbeleid Peel en Maas

DE BURGEMEESTER VAN PEEL EN MAAS

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op het bepaalde in artikel 13b Opiumwet;

Overwegende:

Dat artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet de burgemeester de bevoegdheid geeft om bestuursdwang toe te passen indien in lokalen of woningen, dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven, eën middel als bedoeld in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is;

Dat tot de middelen waarop de bevoegdheid betrekking heeft, gelet op lijst II bij de Opiumwet, eveneens behoort elk deel van de plant van het geslacht Cannabis (hennep), waaraan de hars niet is onttrokken, met uitzondering van de zaden;

Dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen hoe de burgemeester invulling geeft aan deze bevoegdheid en de contractpartners van het regionale hennepconvenant Limburg 2012 eenduidig beleid voeren;

Dat het regionale hennepconvenant Limburg 2012 zorgt voor ëen effectieve aanpak tegen georganiseerde hennepteelt. Het Damoclesbeleid lokalen en woningen 2012 sluit aan bij de uitgangspunten zoals vermeld in het regionale hennepconvenant Limburg 2012;

Dat de bevoegdheid tot toepassing van bestuursdwang aanwezig wordt geacht indien er sprake is van een handelshoeveelheid verdovende middelen, danwel (bij hennepplanten) van beroeps- of bedrijfsmatige hennepteelt, voor de uitleg waarvan aansluiting wordt gezocht bij het daartoe gestelde in de Aanwijzing Opiumwet;

Dat bij de toepassing van deze bevoegdheid gekozen wordt voor het opleggen van een last onder bestuursdwang en niet voor het in plaats daarvan opleggen van een last onder dwangsom. Bestuursdwang is een directer middel dat in tegenstelling tot de dwangsom op termijn tot feitelijke beëindiging van de overtreding zal leiden. Van een dwangsom mag in de meeste gevallen weinig effect worden verwacht, gelet op het feit dat het financiële gewin in het verdovende middelen-circuit dusdanig groot is dat met een dwangsom naar verwachting niet zal worden bereikt dat een overtreding ophoudt of niet meer wordt herhaald;

Dat bij het toepassen van bestuursdwang gekozen wordt voor het opleggen van een last tot sluiting van de woning/het lokaal, gelet op het feit dat dit als de meest effectieve maatregel wordt beschouwd om de met de Opiumwet strijdige situatie te doen beëindigen en herhaling ervan te voorkomen;

Dat bij het vaststellen van de sluitingsduur in overweging is genomen:

• de noodzaak om de bekendheid van de inrichting als drugsadres teniet te doen;

• het doen wederkeren van de rust in de directe omgeving;

• het voorkomen van herhaling van de verstoring van de openbare orde;

• het voorkomen van een verdere aantasting van het woon- en leefklimaat.

Dat voorkomen moet worden dat de verschillende illegale drugsmarkten zich verplaatsen van stedelijke gebieden naar plattelandsgemeenten met uitgestrekte buitengebieden;

Dat genoemde aanpak noodzakelijk is gelet op het feit dat in Peel en Maas sprake is van verschillende illegale drugsmarkten waarop soft-, hard- en synthetische drugs worden geproduceerd en verhandeld, welke handel overlast en een grote mate van onveiligheid bij burgers in de directe omgeving tot gevolg heeft;

Dat de met de bevoegdheidsuitoefening in het algemeen belang nagestreefde doeleinden, zoals hierboven beschreven, bij de belangenafweging in concreto zwaar zullen wegen;

Dat bij harddrugs in lokalen, vanwege de zeer ernstige inbreuk op de openbare orde en het feit dat ook nietsvermoedende bezoekers hieraan worden bloot gesteld, met toepassing van artikel 5:31 van de Algemene wet bestuursrecht geen voorafgaande last zal worden opgelegd;

BESLUIT

Vast te stellen de volgende beleidsregel:

Damoclesbeleid Peel en Maas

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze beleidsregel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

1. harddrugs: middelen vermeld op lijst I en lijst II behorend bij de Opiumwet, met uitzondering van softdrugs;

2. softdrugs: hasjiesj en hennep (ook stekjes) zoals omschreven in lijst II behorend bij de Opiumwet, ook wel aangeduid als hasj, marihuana, weed, wiet of stuff;

3. handel in drugs: het verkopen, afleveren of verstrekken van harddrugs of softdrugs, dan wel het daartoe aanwezig zijn daarvan; onder verkoop wordt tevens verstaan het sluiten van een mondelinge overeenkomst tot koop en verkoop van drugs, waarbij de aflevering van de drugs elders plaatsvindt;

4. lokalen en daarbij behorende erven: alle al dan niet voor publiek opengestelde lokalen en daarbij behorende erven, zoals een winkel, café, een hotel, cafetaria, discotheek, sportkantine, kiët, clubgebouw, loods of bedrijfsruimte;

5. woning: een woning is een pand dat in hoofdzaak dient tot woning dan wel dienstbaar is aan het wonen. Hieronder valt zowel een koopwoning als een huurwoning. Het is de plaats waar een persoon zijn privaat huishoudelijk leven leidt. Dit wordt niet zonder meer bepaald door uiterlijke kenmerken zoals de bouw en aanwezigheid van bed en ander huisraad, maar ook door daadwerkelijk daaraan gegeven bestemming. Een tijdelijke afwezigheid van dè bewoner leidt er niet toe dat de ruimte het karakter van woning verliest. Een persoon die incidenteel overnacht in een woning en niet op dat adres in GBA staat ingeschreven, wordt niet aangemerkt als bewoner. Een voor bewoning bestemde ruimte die niet gebruikt wordt als woning kan aangemerkt worden als lokaal;

6. sluiting: een sluiting met toepassing van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet.

Artikel 2 Sluitingsmaatregel

Deze houdt in dat de woning / het lokaal wordt gesloten voor de desbetreffende periode. Indien er feitelijk tot sluiting wordt overgegaan zal de woning/het lokaal voor publiek ontoegankelijk worden gemaakt. Dit betekent dat niemand meer in de woning/het lokaal aanwezig mag zijn en/of worden toegelaten en dat eventuele bewoners al dan niet tijdelijk moeten verhuizen. Ook de eigenaar kan gedurende de sluiting niet over zijn eigendom beschikken. De kosten van de toepassing van bestuursdwang worden op basis van de Algemene wet bestuursrecht op de overtreder(s) verhaald.

Artikel 3 Wijziging huursituatie

Een wijziging in de huursituatie wordt als niet ter zake doende beschouwd. De ratio hierachter is dat de verhuurder niet met het plaatsen van andere huurders onder de toepassing van bestuursdwang kan uitkomen. Het is immers op dat moment nog steeds noodzakelijk om de bekendheid van een dergelijk pand in het criminele circuit weg te nemen, het enkel plaatsen van nieuwe huurders leidt niet tot het voorkomen van herhaling van een met de wet strijdige situatie. Eerdere waarschuwingen/maatregelen ten aanzien dezelfde exploitant/persoon/huurder/verhuurder en/of dezelfde woning/lokaal blijven hun gelding houden.

Artikel 4 Begunstigingstermijn

Als begunstigingstermijn wordt bij lokalen een periode van 36 uur aangehouden waarbinnen betrokkene zelf in de gelegenheid is om gehoor te geven aan de opgelegde last. Bij lokalen geldt dat binnen het eerste uur van deze 72 uur de klanten uit de inrichting dienen te worden verwijderd. Bij woningen wordt de begunstigingstermijn gesteld op 72 uur.

Artikel 5 Sluitingsduur lokalen

Handel in softdrugs:

1. Indien er sprake is van het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig zijn van softdrugs wordt het lokaal gesloten voor de duur van drie maanden.

2. Indien binnen drie jaar na de eerste overtreding een tweede overtreding wordt geconstateerd ten aanzien van verdovende middelen, wordt het lokaal gesloten:

a. bij softdrugs voor de duur van zes maanden;

b. bij harddrugs voor de duur van twaalf maanden.

3. Na de tweede overtreding wordt bij elke volgende overtreding bij softdrugs en/of harddrugs het lokaal gesloten voor vierentwintig maanden.

Handel in harddrugs:

1. Indien er sprake is van het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig zijn van harddrugs wordt het lokaal gesloten voor de duur van twaalf maanden.

2. Indien binnen drie jaar na de eerste overtreding een tweede overtreding wordt geconstateerd ten aanzien van verdovende middelen, wordt het lokaal gesloten:

a. bij softdrugs voor de duur van twaalf maanden;

b. bij harddrugs voor de duur van vierentwintig maanden.

3. Na de tweede overtreding wordt bij elke volgende overtreding bij softdrugs en/of harddrugs het lokaal gesloten voor zesendertig maanden.

Artikel 6 Sluitingsduur Woningen

Handel in softdrugs:

1. Indien er sprake is van het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig zijn van softdrugs wordt volstaan met een waarschuwing.

2. Indien binnen drie jaar na de eerste overtreding een tweede overtreding wordt geconstateerd ten aanzien van verdovende middelen, wordt de woning gesloten:

a. bij softdrugs voor de duur van drie maanden;

b. bij harddrugs voor de duur van zes maanden.

3. Na de tweede overtreding wordt bij elke volgende overtreding bij softdrugs en/of harddrugs de woning gesloten voor twaalf maanden.

Handel in harddrugs:

1. Indien er sprake is van het verkopen, afleveren of verstrekken dan wel daartoe aanwezig zijn van harddrugs wordt de woning gesloten voor de duur van drie maanden.

2. Indien binnen drie jaar na de eerste overtreding een tweede overtreding wordt geconstateerd ten aanzien van verdovende middelen, wordt de woning gesloten:

a. bij softdrugs voor de duur van zes maanden;

b. bij harddrugs voor de duur van twaalf maanden.

3. Na de tweede overtreding wordt bij elke volgende overtreding bij softdrugs en/of harddrugs de woning gesloten voor vierentwintig maanden.

Artikel 7 Andere wettelijke bepalingen

Deze beleidsregel laat onverlet dat het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas, dan wel de burgemeester van Peel en Maas, tevens andere bevoegdheden op grond van bijvoorbeeld de Drank- en Horecawet, Gemeentewet, de Woningwet (Wet Victor / Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek) en de APV Peel en Maas kunnen inzetten.

Artikel 8 Inschrijving kadaster (Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen)

Iedere sluiting wordt ingeschreven in de openbare registers (Kadaster), ledereen kan, voordat hij een pand in gebruik neemt, kennis hebben van een eventuele eerdere sluiting en het risico bij ingebruikname van het pand. Voor informatie over een eventuele eerdere sluitingen dan wel waarschuwingen van een pand kan men terecht bij de gemeente.

Artikel 9 Overgangsbepaling

Uiterlijk drie jaar voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze nieuwe beleidsregels gedane waarschuwingen en/of beëindigde sluitingsmaatregelen behouden hun gelding en kunnen worden gebruikt bij eventueel getrapt handhavingsbeleid. Deze termijn sluit aan bij de gekozen geldigheidsduur van een opgelegde maatregel. Hij valt voor wat betreft duur als redelijk aan te merken en biedt rechtszekerheid aan de overtreder(s).

Artikel 10 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)

Een locatie waar illegaal verdovende middelen aanwezig zijn kan een woning, inrichting of een voor publiek toegankelijk lokaal betreffen. Aangezien het huisrecht op grond van artikel 8 EVRM beschermd wordt, is voor woningen een zwaardere motivering vereist dan nodig is voor inrichtingen of lokalen. Er is, naast hetgeen hiervoor is gesteld, een aantal zwaarwegende argumenten om ook voor woningen het "one strike you are out" principe toe te passen:

1. de desbetreffende woningen worden vaak niet als zodanig gebruikt;

2. er is sprake van bedrijfsmatigheid;

3. voorkoming van het verplaatsingseffect. Bij een niet gelijke toepassing van de sluitingssystematiek, zal een nog sterkere verplaatsing naar woningen gaan plaatsvinden, met alle negatieve gevolgen van dien, zoals verloedering van de woonomgeving op steeds meer plaatsen in de gemeente.

Artikel 11 Lokale driehoek

Dit beleid is overeengekomen in het lokale driehoeksoverleg van 20 december 2012.

Artikel 12 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. Deze beleidsregel wordt aangehaald als "Damoclesbeleid Peel en Maas"

  • 2. De beleidsregel treedt in werking op de dag volgend op die van publicatie.

Ondertekening

Peel en Maas, 21 januari 2013
Burgemeester van de gemeente Peel en Maas,
W.J.G. Delissen-van Tongerlo

Toelichting op het Damoclesbeleid Peel en Maas

Op 1 november 2007 is het gewijzigde artikel 13b Opiumwet in werking getreden. Op grond van dit artikel is de burgemeester bevoegd om bestuursdwang toe te passen indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd, verstrekt of daartoe aanwezig is.

De werkingssfeer van 13b Opiumwet is daarmee verruimd tot ook de niet voor publiek toegankelijke lokalen en woningen.

In het Damoclesbeleid is vastgelegd op welke manier de burgemeester gebruik zal maken van de bevoegdheid op grond van artikel 13b Opiumwet, behoudens gevallen waarvoor hij gebruik zal maken van de afwijkingsbevoegdheid.

De Opiumwet richt zich primair op de preventie en beheersing van de uit drugsgebruik voortvloeiende risico's voor de gezondheid en de effecten op de leefomgeving. Voor handhaving van de Opiumwet is de gecoördineerde inzet van het openbaar bestuur, het openbaar ministerie en de politie vereist. Uitgangspunt is dat de burgemeester handhavend optreedt als er zich een overtreding als genoemd in artikel 13b Opiumwet voordoet. Dit beleid geeft aan hoe er opgetreden wordt.

Voor de bestuurlijke handhaving verstrekt de politie de benodigde informatie aan de burgemeester. De informatie heeft betrekking op de geconstateerde feiten en het optreden en de bevindingen van de politie die voortvloeien uit het strafrechtelijke onderzoek.

Met het oog op artikel 8 EVRM (inbreuk op de persoonlijke levenssfeer) wordt bij een eerste overtreding van softdrugs vanuit een woning volstaan met een waarschuwing. Eveneens wordt er in het beleid rekening mee gehouden dat een woning niet voor onbepaalde tijd wordt gesloten.

Woningcorporaties in Peel en Maas (Wonen Limburg, Woningstichting Kessel en Antares) hebben in de huurcontracten bepalingen opgenomen met betrekking tot overlast en hennep e.d. Indien sluiting van een woning aan de orde is, kan de burgemeester besluiten dat niet tot sluiting wordt overgegaan danwel de sluiting wordt opgeheven op het moment dat het huurcontract met de betreffende huurder is ontbonden. Het beleid om hennepkwekerijen in huurwoningen tegen te gaan is vervat in het regionale hennepconvenant Limburg 2012.

Bij de procedure tot sluiting van een woning of lokaal op grond van artikel 13b Opiumwet worden de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht in acht genomen. Alvorens over te gaan tot het daadwerkelijk sluiten van een woning of lokaal zal aan belanghebbenden de gelegenheid worden geboden een zienswijze in te dienen op het voorgenomen besluit.

De financiële gevolgen van toepassing van de sluitingstermijnen zijn bijzonder zwaar voor eigenaren en exploitanten. Echter, naast het feit dat eigenaren/exploitanten indirect respectievelijk direct financieel voordeel hebben behaald uit de exploitatie van een illegaal verkoop-Zproduktiepunt wordt de zwaarte van de maatregel gerechtvaardigd door:

* De brede bekendheid van het (nationale en lokale) beleid ten aanzien van verdovende middelen; softdrugs mogen alleen worden verkocht in gedoogde coffeeshops en handel in harddrugs is altijd verboden.

* de aard van de overtreding; namelijk een drugsgerelateerde criminele handeling met een bedrijfsmatig karakter, strafbaar gesteld bij wet;

* het geschonden algemeen belang, namelijk verstoring van de openbare orde, verloedering van het straatbeeld, aantasting van woon- en leefklimaat, onveiligheidsgevoelens in de straat/wijk, aantasting van de geloofwaardigheid van de overheid, geen controle op de verkoop met alle gevolgen en gevaren voor de volksgezondheid, vergaren van illegale inkomsten en belastingontduiking, aanzuigende werking op het ontstaan van soortgelijke illegale handel, toename straathandel, vermindering waarde onroerend goed; en de beoogde werking van de maatregel: het terugdringen van de door de criminele handelingen veroorzaakte negatieve effecten en het herstel van het woon- en leefklimaat.