Mandaatbesluit jeugdgezondheidszorg 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m heden

Intitulé

Mandaatbesluit jeugdgezondheidszorg 2011

Het college van Pijnacker-Nootdorp;

overwegende:

  • -

    dat de gemeenten sinds 1 januari 2003 op grond van de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid en sinds 9 oktober 2008 op grond van de Wet publieke gezondheid verantwoordelijk zijn voor geïntegreerde jeugdgezondheidszorg;

  • -

    dat de uitvoering van de – 9 maanden tot 19 jarigenzorg in de regio Zuid-Holland West vanaf 1 januari 2011 de verantwoordelijkheid is van de Stichting Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West krachtens een opdracht van de gemeenten in de regio Zuid-Holland West;

  • -

    dat de Stichting per 1 juli 2010 een nieuw samenwerkingsverband is van vijf organisaties en dat tijd nodig is om als één organisatie te kunnen functioneren;

  • -

    dat het daarom wenselijk is dat de directeur van de GGD Zuid-Holland West voorlopig gemandateerd blijft tot het beschikken op aanvragen om subsidies in het kader van de jeugdgezondheidszorg;

  • -

    dat de Awb zich niet verzet tegen mandatering aan de GGD;

  • -

    gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

De bevoegdheid tot het beschikken op aanvragen om subsidies in het kader van de Jeugdgezondheidszorg te mandateren op grond van artikel 10.3 Awb aan de directeur van GGD Zuid-Holland-West.

Aan dit mandaat verbindt het college ingevolge artikel 10:6 Awb de volgende voorwaarden en instructies:

  • 1.

    de te verlenen subsidie wordt besteed aan de in het basistakenpakket JGZ beschreven taken voor de doelgroep – 9 maanden tot 19 jarigen.

  • 2.

    de GGD verantwoordt zich adequaat richting bestuur en gemeente over de gehele – 9 maanden tot 19 jarigenzorg. Ten behoeve hiervan worden tussen GGD-bestuur en gemeentebesturen schriftelijke afspraken gemaakt over de wijze waarop verantwoording moet worden afgelegd;

  • 3.

    bij de uitoefening van de krachtens mandaat opgedragen bevoegdheden wordt in acht genomen hetgeen daaromtrent bij of krachtens wetten, besluiten, subsidieverordeningen, circulaires en richtlijnen van rijks-, provinciale en gemeentelijke overheden of andere bestuursorganen, het door ter zake bevoegde bestuursorgaan vastgestelde subsidiebeleid, is bepaald.

  • 4.

    het bestuursorgaan dat de uitoefening van een bevoegdheid heeft opgedragen aan de gemandateerde, is te allen tijde bevoegd bijzondere aanwijzingen en instructies te geven.

  • 5.

    het oorspronkelijk bevoegde bestuursorgaan dat de uitoefening van de bevoegdheid heeft gemandateerd mag te allen tijde zelf de gemandateerde bevoegdheid uitoefenen.

  • 6.

    de gemandateerde verschaft de mandaatgever op diens verzoek inlichtingen over de uitoefening van de bevoegdheid.

  • 7.

    de gemandateerde is bevoegd functionarissen eenmaal ondermandaat te verlenen tot het geheel of gedeeltelijk uitoefenen, met inbegrip van ondertekening van stukken, van de aan hem opgedragen bevoegdheden, mits hiervan van te voren schriftelijke mededeling wordt gedaan aan het ter zake bevoegde bestuursorgaan.

  • 8.

    een krachtens mandaat te nemen besluit wordt in elk geval aan het bestuursorgaan voorgelegd indien:

    • a.

      het desbetreffende besluit precedentwerking heeft of zal kunnen hebben;

    • b.

      het desbetreffende besluit afwijkt van, strijdt met of een aanvulling vormt op bestaand beleid, richtlijnen of voorschriften;

    • c.

      ten aanzien van het desbetreffende besluit tegenstrijdige interne adviezen zijn verstrekt;

  • 9.

    indien een bevoegdheid krachtens mandaat wordt uitgeoefend, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

  • Namens burgemeester en wethouders van Pijnacker-Nootdorp,

  • Functie (de directeur van de GGD)

  • Handtekening

  • Naam

  • 10.

    dat onverminderd het hiervoor bepaalde de uitvoering van deze besluiten dient te gebeuren overeenkomstig hetgeen in de Uitvoeringsregeling mandaat Jeugdgezondheidszorg is bepaald. De bevoegdheid tot het beschikken om aanvragen om subsidies in het kader van de Jeugdgezondheidszorg te mandateren aan de directeur van GGD Zuid-Holland West.

Slotbepalingen

  • 1.

    Het Mandaatbesluit Jeugdgezondheidszorg vastgesteld door college op 2-1-2007 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als ’Mandaatbesluit Jeugdgezondheidszorg 2011’.

  • 3.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2011 en is voor het eerst van toepassing op aanvragen om verlening van subsidies ingediend in het jaar 2010 ten behoeve van het jaar 2011.

Ondertekening

Pijnacker, 14 december 2010
Het college voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,
drs. J.P.R. Woudstra drs. F.H. Buddenberg.

Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kunt u tegen dit besluit bij ons bezwaar maken. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken en gaat in op de dag na die, waarop het besluit bekend is gemaakt (zie datum verzending). U wordt verzocht op uw brief het woord "Bezwaarschrift" te vermelden.

Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en dient tenminste te bevatten:

  • a.

    de naam en het adres van de indiener;

  • b.

    de dagtekening;

  • c.

    een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt (graag onderwerp, datum en kenmerk besluit vermelden) en

  • d.

    de gronden van het bezwaar (motivering).

Nadat tegen een besluit een bezwaarschrift is ingediend, kunt u op grond van het bepaalde in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage (Sector Bestuursrecht), Postbus 20302, 2500 EH te Den Haag, telefoonnummer 070-38 13 131, vragen een voorlopige voorziening te treffen.