Regeling vervallen per 22-03-2024

Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtsbesluit griffie Purmerend 2014

Geldend van 30-12-2023 t/m 21-03-2024

Intitulé

Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtsbesluit griffie Purmerend 2014

De raad van de gemeente Purmerend,

gelezen het voorstel van het presidium d.d. 6 maart 2014, nr. 1113532,

gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet,

artikel 107e van de Gemeentewet,

B E S L U I T:

de volgende verordening vast te stellen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    (gemeente)raad: het orgaan zoals bedoeld in titel II hoofdstuk II van de Gemeentewet;

  • b.

    werkgeverscommissie: het presidium van de raad zoals bedoeld in het reglement van orde voor de raad;

  • c.

    griffier: de functionaris, zoals bedoeld in artikel 107 Gemeentewet;

  • d.

    loco-griffier: de plaatsvervanger van de griffier, zoals bedoeld in artikel 107d Gemeentewet;

  • e.

    griffiemedewerker: medewerker van de gemeente die hiërarchisch onder de griffier valt;

  • f.

    collegeorganisatie: medewerkers van de gemeente ressorterend onder het college en de secretaris, zoals bedoeld in artikel 102 Gemeentewet;

  • g.

    lokale arbeidsvoorwaardenregelingen: het alleen in Purmerend van kracht zijnde deel van de arbeidsvoorwaardenregelingen, niet zijnde de landelijke Cao Gemeenten.

Artikel 2 Werkingssfeer

Deze verordening is van toepassing op ambtenaren werkzaam voor de griffie van de gemeente Purmerend in de functie van:

  • 1.

    griffier;

  • 2.

    griffiemedewerker.

Artikel 3 Bevoegd gezag

De raad is het bevoegd gezag ten aanzien van de griffier en de griffiemedewerkers.

Artikel 4 Aansluiting bij lokale arbeidsvoorwaardenregelingen

  • 1. Voor de griffier en de griffiemedewerkers zijn de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen van de collegeorganisatie van overeenkomstige toepassing, behoudens de bij deze verordening of in enig ander besluit van de raad gestelde uitzonderingen.

  • 2. Voordat het college besluit over wijziging van de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen wordt de griffier in de gelegenheid gesteld daarover advies uit te brengen.

Artikel 5 (Onder)mandaatverlening en uitzonderingen

  • 1. Besluiten over de toepassing en uitvoering van lokale arbeidsvoorwaardenregelingen t.a.v. de griffier en griffiemedewerkers, inclusief de toepassing van hardheidsclausules, worden in mandaat genomen door het presidium.

  • 2. Besluiten over de toepassing en uitvoering van lokale arbeidsvoorwaardenregelingen t.a.v. griffiemedewerkers, inclusief de toepassing van hardheidsclausules, worden in ondermandaat genomen door de griffier.

  • 3. Op lid 1 en lid 2 bestaan de volgende uitzonderingen:

    • a.

      Over schorsing, onvrijwillig ontslag en strafontslag van griffiemedewerkers besluit het presidium;

    • b.

      Over (her)benoeming en ontslag van de griffier besluit de raad.

Artikel 6 Ondertekening

De ondertekening van gemandateerde besluiten vindt op onderstaande wijzen plaats:

  • a.

    bij mandaat:

    “De gemeenteraad van Purmerend,

    namens deze,

    het presidium,

    Handtekening raadsvoorzitter

    (naam)”;

  • b.

    bij ondermandaat:

    “De gemeenteraad van Purmerend,

    namens deze,

    de griffier,

    Handtekening griffier

  • (naam)”.

Artikel 7 Overeenkomsten

  • 1. Overeenkomsten die personele aangelegenheden betreffen, waaronder arbeidsovereenkomsten, worden in mandaat en binnen de door de raad vastgestelde financiële kaders door de griffier aangegaan.

  • 2. Het reglement van orde voor de raad bepaalt dat de griffier budgethouder is van het budget van de raad. Overeenkomsten die uit dit budgethouderschap voortvloeien, worden in mandaat en binnen de door de raad vastgestelde financiële kaders door de griffier aangegaan.

  • 3. De griffier is gemachtigd om overeenkomsten te ondertekenen die binnen de conform lid 1 en lid 2 verleende mandaten zijn aangegaan.

Artikel 7a Wet open overheid

Aan de griffier wordt mandaat verleend om te beslissen op verzoeken in het kader van de Wet open overheid alsmede verdagingsbesluiten te nemen in het kader van die verzoeken.

Artikel 8 Kwaliteitsborging, dienstverleningsovereenkomst met P&O

De griffier kan een dienstverleningsovereenkomst met de collegeorganisatie sluiten over de invulling van de dienstverlening door de collegeorganisatie op het gebied van personeelszaken.

Artikel 9 Aflegging van eed of verklaring en belofte

  • 1. Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de griffier en de loco-griffier in de vergadering van de raad, in handen van de voorzitter, de eed of verklaring en belofte af die bij wet, bij instructie of bij besluit van de raad is voorgeschreven.

  • 2. Griffiemedewerkers, m.u.v. de loco-griffier, leggen in handen van de griffier de eed of verklaring en belofte af die bij wet, bij instructie of bij besluit van de raad is voorgeschreven.

Artikel 10 Beoordeling

  • 1. Personeelsbeoordeling, op basis van de toepasselijke lokale arbeidsvoorwaardenregelingen, van griffiemedewerkers vindt plaats door de griffier, en van de griffier de werkgeverscommissie.

  • 2. Waar in de arbeidsvoorwaardenregeling sprake is van "naast hogere manager" wordt bij de beoordeling van griffiemedewerkers gelezen "de werkgeverscommissie", en bij de beoordeling van de griffier "de raad".

  • 3. Voor zover de arbeidsvoorwaardenregeling voorziet in het indienen van bedenkingen of een zienswijze, kan de griffiemedewerker deze indienen bij de werkgeverscommissie, en de griffier bij de raad.

Artikel 11 Werktijden

Vervallen

Artikel 12 Overwerkaanspraken

Vervallen

Artikel 13 Functiewaardering en functieboek

Vervallen

Artikel 14 Medezeggenschap, gemeenschappelijke ondernemingsraad, Lokaal Overleg

  • 1. De raad en het college stellen een gemeenschappelijke ondernemingsraad zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 Wet op de Ondernemingsraden in en een gemeenschappelijk Lokaal Overleg.

  • 2. Als uitgangspunt voor de invulling van de werkgeversverantwoordelijkheid geldt dat de positie van het college en de raad, respectievelijk de gemeentesecretaris en de raadsgriffier gelijkwaardig is.

  • 3. Met inachtneming van lid 2 en ter uitvoering van lid 1 van artikel 14 gelden de in de bijlage bij deze verordening beschreven aanvullende afspraken

Artikel 15 Onvoorzien

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, besluit de raad.

Artikel 16 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na vaststelling.

  • 2. Op dat tijdstip vervalt de tot dan geldende verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtsbesluit griffie Purmerend.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als:

Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtsbesluit griffie Purmerend 2014.

Ondertekening

I.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 6 maart 2014,
de griffier, J.F. Kamminga
de voorzitter, D. Bijl
II.
In verband met artikel 4 “Aansluiting bij lokale arbeidsvoorwaardenregelingen”, artikel 7 lid 1 en lid 2 “Overeenkomsten”, en artikel 14 “Medezeggenschap, gemeenschappelijke ondernemingsraad, georganiseerd overleg”:
Burgemeester en wethouders van Purmerend,
de secretaris, M.J.H. Smulders
de burgemeester, D. Bijl
III.
In verband met artikel 7 lid 3 "Overeenkomsten":
De burgemeester van Purmerend,
D. Bijl
IV.
In verband met artikel 7 lid 3 "Overeenkomsten":
De griffier van de gemeenteraad van Purmerend,
J.F. Kamminga

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 3 Bevoegd gezag

In artikelen 107 en 107e lid 2 Gemeentewet is geregeld dat de raad de griffier en de op de griffie werkzame ambtenaren benoemt, schorst en ontslaat.

Artikel 4 Aansluiting bij lokale arbeidsvoorwaardenregelingen

De landelijke CAR-UWO (deel I van de arbeidsvoorwaardenregelingen) geldt ook voor de ambtenaren van de griffie. Artikel 4 heeft daarom betrekking op de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen (deel II van de arbeidsvoorwaardenregelingen). “Van overeenkomstige toepassing” betekent bijvoorbeeld dat waar in de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen staat “het college van B en W” of “burgemeester en wethouders” dan wel een variant daarop, “de raad” moet worden gelezen voor zover de arbeidsvoorwaardenregelingen van toepassing zijn en betrekking hebben op de griffier en griffiemedewerkers. Ander voorbeeld: waar in de lokale arbeidsvoorwaardenregelingen sprake is van “algemeen directeur”, “gemeentesecretaris”, “directieteam” of “DT”, moet “griffier” worden gelezen voor zover de arbeidsvoorwaardenregelingen van toepassing zijn en betrekking hebben op de griffier en griffiemedewerkers. Indien de raad het wenselijk vindt om voor de griffie af te wijken van de regelingen voor de collegeorganisatie kan daarvoor een afzonderlijke regeling met uitzonderingsbepalingen worden vastgesteld.

Artikel 5 (Onder)mandaatverlening en uitzonderingen

De (onder)mandaatverlening betreft in ieder geval:

  • a.

    Personele en/of organisatorische aangelegenheden waaruit financiële verplichtingen voortvloeien;

  • b.

    Het binnen de geldende wet- en regelgeving en de overige vastgestelde kaders uitvoering en toepassing geven aan de regelingen op het gebied van arbeidsvoorwaarden en rechtspositie;

  • c.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget toekennen van beloningscomponenten;

  • d.

    Het aanpassen van de formatie, waaronder het aanstellen van personeel, binnen de geldende kaders van de loonkostenbegroting;

  • e.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget inhuren van derden;

  • f.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget aangaan van verplichtingen ter uitvoering van de Arbowet;

  • g.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget vaststellen van het op de griffiemedewerkers gerichte vormings- en opleidingsplan;

  • h.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget (doen) bekostigen van reïntegratietrajecten van griffiemedewerkers;

  • i.

    Het binnen de geldende kaders en het beschikbaar gestelde budget (doen) bekostigen van loopbaantrajecten van griffiemedewerkers.

    De griffier legt over de toepassing van het ondermandaat verantwoording af aan het presidium. In overeenstemming met het reglement van orde voor de raad fungeert het presidium als werkgeverscommissie.

Artikel 7 Overeenkomsten

Het college is exclusief bevoegd te besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van de gemeente (artikel 160 lid 1 sub e Gemeentewet). Het is dan ook het college dat mandaat verleent tot het aangaan van overeenkomsten. De burgemeester ondertekent overeenkomsten waarbij de gemeente als rechtspersoon betrokken is. Het is dan ook de burgemeester die volmacht verleent om overeenkomsten, die binnen het door het college verleende mandaat zijn aangegaan, te ondertekenen. Vandaar ook de medeondertekening van deze verordening door het college en door de burgemeester. Omdat de griffier niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het college of de burgemeester, is artikel 10:4 Algemene Wet Bestuursrecht van toepassing, inhoudende dat voor deze mandaatverlening de instemming van de gemandateerde (i.c. de griffier) en van degene onder wiens verantwoordelijkheid hij werkt (i.c. de raad) noodzakelijk is. Om die reden ondertekent de griffier deze verordening niet alleen namens de raad, maar ook als gemandateerde ambtenaar.

Artikel 12 Overwerkaanspraken

De overwerkregeling in de CAR-UWO kent de mogelijkheid om een uitzondering te maken op de aanspraak op een overwerkvergoeding. Van deze mogelijkheid wordt hier gebruik gemaakt om de aanspraak van griffiemedewerkers te beperken tot een vergoeding van tijd-voor-tijd en niet daar bovenop een vergoeding in geld. Dit neemt niet weg dat de griffier op basis van artikel 3:2:1 lid 4 kan beslissen dat de gemaakte overuren worden uitbetaald indien het niet mogelijk is voor deze uren verlof te verlenen.

Artikel 13 Functiewaardering en functieboek

Er kan voor worden gekozen om dit functieboek op te nemen als onderdeel van het functieboek van de collegeorganisatie.

Bijlage

BIJLAGE als bedoeld in artikel 14, lid 3 van de Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtbesluit Griffie Purmerend 2014

Aanvullende afspraken medezeggenschap Griffie

GOR

Om invulling te geven aan de implementatie van artikel 14 lid 1 van de Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtsbesluit griffie Purmerend 2014 (hierna: de Verordening) en Artikel 3 lid 1 van de WOR (wet op de Ondernemingsraden) dat de oprichting van een GOR (Gemeenschappelijke ondernemingsraad) mogelijk maakt, worden de volgende afspraken voor het overleg tussen de gemeentesecretaris/algemeen directeur, de griffier en de OR Purmerend vastgesteld:

  • 1.

    De GOR heeft de bevoegdheden zoals opgenomen in artikel 33 tot en met 35 van de WOR.

  • 2.

    De (GOR)WOR bestuurder is in beginsel de gemeentesecretaris/algemeen directeur, tenzij de griffier hem vervangt zoals bedoeld in punt 3.

  • 3.

    Bij zaken die in de GOR behandeld worden die specifiek betrekking hebben op de medewerkers van de Griffie wordt de gemeentesecretaris/algemeen directeur in zijn rol van WOR bestuurder vervangen door de griffier op basis van artikel 23 lid 5 van de WOR.

  • 4.

    De gemeentesecretaris/algemeen directeur en de griffier beperken zich in hun deelname (GOR) ieder tot dat wat hun organisatieonderdeel (en wat in beide onderdelen samen) speelt.

  • 5.

    Als de GOR zaken behandelt die van belang zijn voor de medewerkers van de collegeorganisatie én voor de medewerkers van de griffie, is de griffier aanwezig bij de betreffende (Overleg) vergadering en voert daar in het belang van de medewerkers van de griffie het woord (artikel 14 lid 2 van de Verordening). Indien de inbreng van de griffier afwijkt van die van de gemeentesecretaris/algemeen directeur, dan wordt daar een aantekening van gemaakt en is de inbreng van de laatste bepalend.

  • 6.

    Afspraken zoals die zijn opgenomen in het Convenant tussen de OR en de WOR-bestuurder zijn onverkort van toepassing op de medewerkers van de griffie.

  • 7.

    De Ambtelijk secretaris doet aan de griffier de agenda en de bijlagen toekomen van de Overlegvergadering. De griffier bepaalt aan de hand van de agenda of hij aanwezig wil zijn bij de (Overleg)vergadering. De griffier stemt af met de gemeentesecretaris/algemeen directeur over zijn inbreng/over zijn rol in de betreffende Overlegvergadering.

 

Voor meer info over de WOR: http://wetten.overheid.nl/BWBR0002747/2016-10-01

 

GLO

Om invulling te geven aan de implementatie van artikel 14 lid 1 van de Verordening rechtspositie, mandaat- en volmachtbesluit Griffie Purmerend 2014 (hierna: de Verordening) dat een (G)LO (Gemeenschappelijk Lokaal Overleg) mogelijk maakt, worden de volgende afspraken vastgesteld:

  • 1.

    Het college wijst op basis van artikel 12:1:3 lid 2 CAR UWO een ambtenaar, niet behorende tot de vertegenwoordiging van de organisaties, tot secretaris van de commissie aan, alsmede diens plaatsvervanger. De secretaris is in het algemeen de GS/AD of een Domeindirecteur. De griffier wordt als plaatsvervangend secretaris aangewezen bij die onderwerpen waarbij het belang van griffiemedewerkers expliciet aan de orde is.

  • 2.

    De Ambtelijk Secretaris stuurt de griffier vooraf de agenda’s en stukken voor Technische beraden en (G)LO vergaderingen zodat de Griffier kan beoordelen of er zaken zijn waarbij hij betrokken/aanwezig wil zijn.

  • 3.

    De griffier bepaalt aan de hand van de agenda of hij aanwezig wil zijn bij een Technisch beraad/(G)LO vergadering.

  • 4.

    De griffier stemt met de voorzitter van het LO af over zijn inbreng/over zijn rol in het betreffende Technisch beraad/ de (G)LO vergadering.

  • 5.

    Bij zaken die in het (G)LO behandeld worden en die specifiek betrekking hebben op de medewerkers van de Griffie wordt de gemeentesecretaris/algemeen directeur in zijn rol vervangen door de griffier.

  • 6.

    Als het (G)LO zaken behandelt die van belang zijn voor de medewerkers van de collegeorganisatie én voor de medewerkers van de griffie, is de griffier aanwezig bij het betreffende overleg en voert in het belang van de griffie het woord (artikel 14 lid 2 van de Verordening). Indien de inbreng van de griffier afwijkt van die van de gemeentesecretaris/algemeen directeur, dan wordt daar een aantekening van gemaakt. Waar lokale ruimte aanwezig is om voor griffiemedewerkers afwijkende afspraken te maken, gaat de werknemersgeleding in gesprek met de werkgeverscommissie of de door haar aangewezen vertegenwoordiger.

 

Note: We blijven (als vanouds) praten over de WOR-bestuurder, de OR en het LO.

 

Voor meer info over de Caruwo: https://car-uwo.nl/

   

Voor akkoord:

Raadsgriffier

J. Kamminga

Voor akkoord:

Georganiseerd Overleg

W. Borger

   

Voor akkoord:

WOR-bestuurder gemeente Purmerend

L. Bekkema

 

Voor akkoord:

Portefeuillehouder Organisatie

H. Krieger