Regeling vervallen per 28-03-2014

Verordening op het burgerinitiatief 2009

Geldend van 30-03-2009 t/m 27-03-2014

Intitulé

Verordening op het burgerinitiatief 2009

De raad van de gemeente Purmerend;

gelezen het voorstel van de projectgroep burgerparticipatie d.d. 3 februari 2009, nr. 09-26;

besluit:

vast te stellen de volgende Verordening op het burgerinitiatief 2009

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder een burgerinitiatief: een voorstel van een initiatiefgerechtigde (de verzoeker) om een onderwerp op de agenda van de vergadering van de raad te plaatsen dat een plan, een idee of een verbetering van een bestaande situatie behelst, waarvan een (groot) deel of de gehele bevolking van Purmerend kan profiteren.

Artikel 2

De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn vergadering indien daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig verzoek is ingediend.

Ongeldig is een verzoek dat:

  • a.

    een onderwerp als bedoeld in artikel 4 bevat, of

  • b.

    niet voldoet aan de voorwaarden, gesteld in artikel 5.

Artikel 3

  • 1. Initiatiefgerechtigd zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad van Purmerend, alsmede ingezetenen van de gemeente Purmerend van zestien jaar en ouder die met uitzondering van hun leeftijd voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad.

  • 2. Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigdheid is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het verzoek bepalend.

Artikel 4

  • 1. Een burgerinitiatief houdt niet in:

    • a.

      een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

    • b.

      een voorstel met betrekking tot een onderwerp, waarvan het beleid minder dan een jaar geleden is vastgesteld;

    • c.

      een voorstel met betrekking tot een onderwerp waar nog inspraakmogelijkheden voor gelden of waarvoor nog de mogelijkheid voor een bezwaar of beroepsprocedure open staat;

    • d.

      een klacht;

    • e.

      een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur;

    • f.

      een onderwerp met betrekking tot privé en/of zakelijke belangen;

    • g.

      een onderwerp betreffende tarieven en belastingen.

  • 2. Een burgerinitiatief dat een voorstel voor de directe eigen woonomgeving betreft en voldoet aan de criteria die worden gesteld aan het wijkgericht werken, wordt in beginsel afgewezen als burgerinitiatief.

Artikel 5

  • 1. Het verzoek tot plaatsing van het burgerinitiatief op de agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk (post of e-mail) ingediend bij de griffier.

  • 2. Het verzoek bevat ten minste:

    • a.

      een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief;

    • b.

      een toelichting op het burgerinitiatief;

    • c.

      de achternaam, de voornaam(-namen), het adres, de geboortedatum en (indien per post) de handtekening van de verzoeker.

Artikel 6

  • 1. De raad beslist, op voorstel van het raadspresidium, in de eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het verzoek of het burgerinitiatiefvoorstel op de agenda van de vergadering van de raad wordt geplaatst, met dien verstande dat het verzoek minimaal twee weken voor die vergadering moet zijn ingediend.

  • 2. Indien de raad het verzoek afwijst wegens strijd met artikel 4, onder 1a, zendt de raad het voorstel door aan burgemeester en wethouders, als het college bevoegd is. Indien de raad het verzoek toewijst, volgt behandeling.

  • 3. Indien de raad het verzoek afwijst op grond van artikel 4, lid 2, zendt de raad het voorstel door naar het college van B&W met het verzoek het voorstel voor afhandeling voor te leggen aan het wijkoverleg.

  • 4. De griffier nodigt de verzoeker schriftelijk uit voor de vergadering waarin het burgerinitiatiefvoorstel is geagendeerd. De verzoeker heeft tijdens deze vergadering de gelegenheid om zijn burgerinitiatief mondeling nader toe te lichten. De verzoeker krijgt de gelegenheid te reageren op de reacties en vragen van de raadsleden.

  • 5. Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit of van de zakelijke inhoud ervan in het gemeenteblad of een huis-aan-huisblad, dan wel op een andere geschikte wijze.

  • 6. Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aan verzoeker.

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 26 februari 2009

    de griffier, J.F. Kamminga

    de voorzitter, A.Ph. Hertog