Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2019

Burgemeester en wethouders van de gemeente Putten;

gelet op het bepaalde in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, het Uitvoerings-besluit Wmo 2015, alsmede de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2018

besluiten vast te stellen het volgende:

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2019.

HOOFDSTUK 1 Begrippen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit Besluit wordt verstaan onder ‘Verordening’: de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2018.

HOOFDSTUK 2 Prijzen voor te leveren diensten

Artikel 2. Tarieven voor te leveren diensten (zorg in natura)

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 16 van de verordening gelden de onder-staande tarieven voor de levering van een dienst door een derde als bedoeld in artikel 2.6.4. van de wet. Voor:

  • a.

    Begeleiding individueel Wmo (basis) een bedrag van € 55,80 per uur;

  • b.

    Begeleiding individueel Wmo module gedrag een bedrag van € 64,20 per uur;

  • c.

    Begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL een bedrag van € 53,40 per uur;

  • d.

    Begeleiding groep Wmo (basis) een bedrag van € 12,00 per uur;

  • e.

    Begeleiding groep Wmo module gedrag een bedrag van € 16,20 per uur;

  • f.

    Begeleiding groep Wmo module ondersteuning bij ADL een bedrag van € 10,20 per uur;

  • g.

    Begeleiding tijdens onderwijs 18+ een bedrag van € 14,40 per uur;

  • h.

    Begeleiding tijdens werk een bedrag van € 13,80 per uur;

  • i.

    Kortdurend verblijf Wmo tot een bedrag van € 208,71 per etmaal;

  • j.

    Huishoudelijke hulp categorie 1 een bedrag van € 27,00 per uur;

  • k.

    Huishoudelijke hulp categorie 2 een bedrag van € 27,60 per uur;

  • l.

    Huishoudelijke hulp categorie 3 een bedrag van € 30,00 per uur;

  • m.

    Opslag vervoer bij begeleiding groep een bedrag van € 10,19 per retour:

  • n

    Opslag vervoer bij begeleiding groep met rolstoel een bedrag van € 21,40 per retour.

Alle hiergenoemde bedragen zijn maximale bedragen inclusief BTW.

HOOFDSTUK 3 Hoogte persoonsgebonden budget (pgb)

Artikel 3. Bedragen voor ondersteuning geleverd door professionele hulpverle-ners die werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 12 lid 7 van de verordening gelden de onderstaande tarieven voor ondersteuning geleverd door professionele hulpverleners die werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden:

  • a.

    begeleiding individueel Wmo (basis) met € 44,64 per uur;

  • b.

    begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 51,36 per uur;

  • c.

    begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 42,72 per uur;

  • d.

    begeleiding groep Wmo (basis) met € 9,60 per uur;

  • e.

    begeleiding groep Wmo module gedrag met € 12,96 per uur;

  • f.

    begeleiding groep Wmo module ondersteuning bij ADL met € 8,16 per uur;

  • g.

    begeleiding tijdens onderwijs 18+ met € 11,52 per uur;

  • h.

    Begeleiding tijdens werk met € 11,04 per uur;

  • i.

    Kortdurend verblijf Wmo tot een bedrag van € 166,97 per etmaal;

  • j.

    Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 21,60 per uur;

  • k.

    Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 22,08 per uur;

  • l.

    Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 24,00 per uur.

Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.

Artikel 4. Bedragen voor ondersteuning geleverd door hulpverleners die niet werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 12 lid 9 van de verordening gelden de onderstaande tarieven voor ondersteuning geleverd door professionele hulpverleners die niet werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden:

  • a.

    begeleiding individueel Wmo (basis) met € 41,85 per uur;

  • b.

    begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 48,15 per uur;

  • c.

    begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 40,05 per uur;

  • d.

    Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 20,25 per uur;

  • e.

    Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 20,70 per uur;

  • f.

    Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 22,50 per uur;

Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.

Artikel 5. Bedragen voor ondersteuning geleverd door hulpverleners vanuit het sociale netwerk

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 7 lid 2 van de verordening gelden de onderstaande tarieven voor ondersteuning geleverd door hulpverleners vanuit het socia-le netwerk:

  • a.

    begeleiding individueel Wmo basis met € 20,00 per uur;

  • b.

    begeleiding individueel Wmo module gedrag met € 20,00 per uur;

  • c.

    begeleiding individueel Wmo module ondersteuning bij ADL met € 20,00 per uur;

  • d.

    Hulp bij het huishouden categorie 1 met € 12,50 per uur;

  • e.

    Hulp bij het huishouden categorie 2 met € 15,00 per uur;

  • f.

    Hulp bij het huishouden categorie 3 met € 20,00 per uur.

Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.

Artikel 6. Bedragen voor maatwerkvoorziening beschermd wonen

De omvang van het persoonsgebonden budget voor de maatwerkvoorziening be-schermd wonen wordt bepaald op basis van een naar omvang oplopend budget, zoals vermeld in onderstaande tabel.

afbeelding binnen de regeling

Artikel 7. Bedragen voor woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen of rolstoel-voorzieningen

  • 1.

    Het bedrag voor een persoonsgebonden budget voor een woonvoorziening, ver-voersvoorziening of rolstoelvoorziening bedraagt 100 % van het bedrag, zoals ver-meld in de door het college geaccepteerde offerte, indien nodig verhoogd met een bedrag voor onderhoud, reparatie en verzekering.

  • 2.

    Het bedrag voor de verhuiskostenvergoeding bedraagt maximaal:

    a. voor een éénpersoons huishouden € 3.750,00 en

    b. voor meerpersoons huishouden € 5.250,00

  • 3.

    Bij maatwerk voor vervoer sluit de gemeente aan bij de Nibudnormen en hanteert een compensatieverplichting van maximaal 1500-2000 km per jaar.

Artikel 8. Afschrijving vloerbedekking

Bij vaststelling van de hoogte van het pgb voor de maatwerkvoorziening passen we een afschrijvingstermijn toe. Hierbij is uitgangspunt dat de vloerbedekking altijd voor een beperkte duur meegaat. De cliënt dient dus voor de vervanging van de vloerbedekking geld te reserveren. Indien een artikel is afgeschreven (veelal na acht jaar) wordt niet opnieuw een maatwerkvoorziening met hetzelfde doel verstrekt. De werkelijke kosten komen in aanmerking voor het vast te stellen pgb. Ook hierbij is het uitgangspunt goed-koopst adequaat. Materialen gekocht bij een bouw- of woonmarkt gaan voor op de materialen uit een woningspeciaalzaak.

Er is wel een afschrijvingspercentage huidige stoffering van toepassing. Leeftijd stoffering:

• nieuwer dan 2 jaar: 100% pgb

• tussen 2 en 4 jaar: 75% pgb

• tussen 4 en 6 jaar: 50% pgb

• tussen 6 en 8 jaar: 25% pgb

• ouder dan 8 jaar : geen pgb

HOOFDSTUK 4 Bijdrage in de kosten

Artikel 9. Eigen betaling algemene- en collectieve voorzieningen

  • 1.

    Met in achtneming van het bepaalde in artikel 13 van de verordening is de cliënt de volgende bijdrage in de kosten verschuldigd voor het gebruik van:

    a. Het collectief vraagafhankelijk vervoer: een opstaptarief van € 0,80 verhoogd met

    1. een bedrag van € 0,15 per kilometer voor een reisafstand tot maximaal 25 kilometer en

    2. een bedrag van € 1,50 per kilometer voor reisafstanden tussen 25 en 40 ki-lometer.

HOOFDSTUK 5 Slotbepalingen

Artikel 10. Nadere regels

Nadere bepalingen ten aanzien van dit besluit kunnen worden opgenomen in beleidsre-gels en in bijzondere gevallen kan het college ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van dit besluit, indien toepassing van dit besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 11. Indexering

De bedragen genoemd in dit Besluit kunnen jaarlijks worden geïndexeerd.

Artikel 12. Overgangsbepaling

Voorzover de toepassing van dit besluit bij ongewijzigde omstandigheden leidt tot een lager persoonsgebonden budget ten opzichten van het voorafgaande jaar, houdt de budgethouder recht op het budget, zoals dat gold over het voorafgaande jaar.

Artikel 13. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2019 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

  • 2.

    Het ‘Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Putten 2018’ wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2019.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeesters en wethouders van Putten van 18 december 2018.

mr. F.E. Contant,

secretaris

H.A. Lambooij,

burgemeester

Ondertekening