Mandaatbesluit van het dagelijks bestuur en de voorzitter aan de directeur van de RUD Zuid-Limburg 2016

Geldend van 10-10-2016 t/m heden

Mandaatbesluit van het dagelijks bestuur en de voorzitter aan de directeur van de RUD Zuid-Limburg

2016/65087

Het dagelijks bestuur en de voorzitter van de RUD Zuid-Limburg, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft,

gelet op afdeling 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op de gemeenschappelijke regeling RUD Zuid-Limburg;

gelet op de Financiële verordening RUD Zuid-Limburg;

gelet op de Regeling Organisatie RUD Zuid-Limburg 2015;

besluiten vast te stellen:

het Mandaatbesluit, volmacht en machtiging aan de directeur van de RUD Zuid-Limburg 2016

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. RUD Zuid-Limburg: het openbaar lichaam Regionale uitvoeringsdienst Zuid-Limburg, bedoeld in artikel 2 van de gemeenschappelijke regeling RUD Zuid-Limburg;

  • 2. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de RUD Zuid-Limburg, bedoeld in artikel 16 van de gemeenschappelijke regeling RUD Zuid-Limburg;

  • 3. voorzitter: de voorzitter van de RUD Zuid-Limburg, bedoeld in artikel 21 van de gemeenschappelijke regeling RUD Zuid-Limburg;

  • 4. directeur: de directeur van de RUD Zuid-Limburg, bedoeld in artikel 25 van de gemeenschappelijke regeling RUD Zuid-Limburg;

  • 5. afdelingshoofd: een afdelingshoofd van de RUD Zuid-Limburg, bedoeld in artikel 6 van de Regeling Organisatie RUD Zuid-Limburg 2015;

  • 6. mandaat: de bevoegdheid om namens het dagelijks bestuur of de voorzitter besluiten te nemen;

  • 7. volmacht: de bevoegdheid om namens het dagelijks bestuur of de voorzitter privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • 8. machtiging: de bevoegdheid om namens het dagelijks bestuur of de voorzitter feitelijke handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • 9. ambtenaar: hij die door of vanwege de RUD Zuid-Limburg is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn, alsmede met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan.

Artikel 2 Mandaat, volmacht en machtiging

  • 1. Het dagelijks bestuur en de voorzitter verlenen mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de RUD Zuid-Limburg overeenkomstig de bij dit besluit behorende mandaat-, volmacht- en machtigingslijst.

  • 2. De directeur is bevoegd voor de aangelegenheden in het eerste lid schriftelijk rechtstreeks ondermandaat, subvolmacht en submachtiging te verlenen aan de afdelingshoofden van de RUD Zuid-Limburg, tenzij concreet mandaat in de bij dit besluit behorende mandaat-, volmacht en machtigingslijst uitdrukkelijk niet is toegestaan.

  • 3. Onder de uitoefening van de in dit besluit genoemde bevoegdheden wordt mede verstaan het afdoen en voeren van correspondentie ter zake van de gemandateerde bevoegdheden alsmede het nemen van alle voorbereidingsbesluiten en het verrichten van alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen.

Artikel 3 Instructies

  • 1.

    De uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat, verleend bij of krachtens dit besluit, geschiedt met inachtneming van de ter zake geldende instructies per geval of in algemene zin.

  • 2.

    De uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat, verleend bij of krachtens dit besluit, geschiedt met inachtneming van de door het algemeen bestuur van de RUD Zuid-Limburg vastgestelde begroting en voor zover in die begroting voor de betreffende rechtshandeling financiële middelen zijn opgenomen.

  • 3.

    Van een gegeven mandaat of volmacht wordt geen gebruik gemaakt in de navolgende gevallen:

    • a.

      Aan het te nemen besluit zijn financiële risico’s verbonden;

    • b.

      Het dagelijks bestuur of voorzitter daartoe de wens te kennen geeft;

    • c.

      Het besluit de (onder)mandataris zelf betreft;

    • d.

      De uitoefening van de bevoegdheden ingrijpende gevolgen kan hebben voor de RUD Zuid-Limburg.

Artikel 4 Onvoorziene en spoedeisende omstandigheden

In onvoorziene en spoedeisende omstandigheden, waarin onverwijld handelen geboden is, handelt de gemandateerde in de geest van dit besluit.

Artikel 5 Informatieplicht

De directeur stelt het dagelijks bestuur en/of de voorzitter actief in kennis van de krachtens (onder)mandaat, (onder)volmacht of (sub)machtiging te nemen of reeds genomen besluiten waarvan hij moet aannemen dat kennisneming door het dagelijks bestuur en/of de voorzitter van belang is.

Artikel 6 Ondertekening

Het krachtens (onder)mandaat of (sub)volmacht ondertekenen geschiedt als volgt:

Het Dagelijks Bestuur van de RUD Zuid-Limburg,

namens dezen,

(handtekening)

(naam functionaris)

(funct ie)

OF

De voorzitter van de RUD Zuid-Limburg,

namens deze,

(handtekening)

(naam functionaris)

(functie)

Artikel 7 Vervanging

Ingeval van afwezigheid van de directeur, aan wie bij of krachtens dit besluit bevoegdheden zijn toegekend, worden deze bevoegdheden door zijn plaatsvervanger uitgeoefend.

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1.

    Het Mandaatbesluit Dagelijks Bestuur aan Directeur Regionale Uitvoeringsdienst Zuid-Limburg d.d. 1 juli 2013 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het publicatieblad van de gemeenschappelijke regeling.

  • 3.

    Dit besluit treedt in werking op 10 oktober 2016.

  • 4.

    Dit besluit wordt aangehaald als Mandaatbesluit dagelijks bestuur en voorzitter aan de directeur RUD Zuid-Limburg 2016.

Aldus besloten door het dagelijks bestuur en de voorzitter van de RUD Zuid-Limburg op 28 september 2016,

De secretaris, De voorzitter,

De voorzitter,

MANDAAT-, VOLMACHT- EN MACHTIGINGSLIJST

Wet gemeenschappelijke regelingen

Nr.

BEVOEGDHEID

Ondermandaat, Subvolmacht en Submachtiging

1

Tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van de

RUD Zuid-Limburg te besluiten, met uitzondering van privaatrechtelijke rechtshandelingen als bedoeld in artikel 55a van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

Afdelingshoofd m.u.v. overeenkomsten met een (geraamde) waarde van meer dan € 25.000

2

Te besluiten namens de RUD Zuid-Limburg, het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het algemeen bestuur, voor zover het het algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist.

Niet toegestaan

3

Het vertegenwoordigen van de RUD Zuid-Limburg in en buiten rechte, voor zover het het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en andere rechtshandelingen betreft, waartoe door of namens het dagelijks bestuur is besloten.

Afdelingshoofd

   

Openbaarheid/Informatie

  

Nr.

BEVOEGDHEID

Ondermandaat, Subvolmacht en Submachtiging

1

Tot het nemen van besluiten op verzoeken om toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur voor zover het om autonome bevoegdheden van de RUD Zuid-Limburg gaat, met inbegrip van besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

Afdelingshoofd, m.u.v. besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd

2

Tot het nemen van besluiten op verzoeken om toepassing van de Wet hergebruik van overheidsinformatie voor zover het om autonome bevoegdheden van de RUD Zuid-Limburg gaat, met inbegrip van besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

Afdelingshoofd, m.u.v. besluiten waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd

   

Personeel

 

Nr.

BEVOEGDHEID

Ondermandaat, Subvolmacht en Submachtiging

1

Tot uitoefenen van de bevoegdheden voortvloeiend uit de CAR-UWO en uit overige op het personeel van de RUD Zuid-Limburg van toepassing zijnde regelingen, met inbegrip van het benoemen, schorsen en ontslaan van ambtenaren van de RUD Zuid-Limburg, niet zijnde de directeur.

De directeur besluit slechts tot het benoemen, schorsen en ontslaan van afdelingshoofden, nadat het dagelijks bestuur in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen naar voren te brengen.

Afdelingshoofd

2

Tot het nemen van besluiten op grond van de Wet verbetering poortwachter, de Arbeidsomstandighedenwet en de Wet werk en zekerheid

Afdelingshoofd

3

Tot het be- en afhandelen van klachten over een gedraging van een persoon, werkzaam onder de verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur, niet zijnde de directeur, ingevolge de geldende klachtenregeling

Niet toegestaan

  

Aanvragen

 

Nr.

BEVOEGDHEID

Ondermandaat, Subvolmacht en Submachtiging

1

Tot het aanvragen en verantwoorden van subsidies op basis van regelingen van andere overheidsorganen, het Rijk en de Europese Unie, alsmede het aangaan van uitvoeringsovereenkomsten ter verkrijging van subsidies.

Niet toegestaan

2

Tot het aanvragen van vergunningen, ontheffingen, toestemmingen en vrijstellingen dan wel het doen van meldingen bij andere overheidsorganen.

Niet toegestaan