Beleidsregels inkeer en verrekening bij afstemming Participatiewet gemeente Raalte 2015

Geldend van 25-02-2021 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels inkeer en verrekening bij afstemming Participatiewet gemeente Raalte 2015

Het college van de gemeente Raalte,

Gelet op het bepaalde in:

  • Artikel 18 Participatiewet;

  • Verordening domein sociaal gemeente Raalte.

Besluit:

Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Raalte vast te stellen: ‘Beleidsregels Inkeer en Verrekening bij afstemming Participatiewet gemeente Raalte’.

Overwegende dat:

In artikel 18 lid 4 zijn de geüniformeerde arbeidsverplichtingen opgenomen:

a) Het aanvaarden of het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid;

b) Het uitvoering geven aan de door het college opgelegde verplichting om ingeschreven te staan bij een uitzendbureau;

c) Het naar vermogen verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid in een andere dan de gemeente van inwoning, alvorens naar die andere gemeente te verhuizen;

d) Bereid zijn om te reizen over een afstand met een totale reisduur van drie uur per dag, indien dat noodzakelijk is voor het naar vermogen verkrijgen, het aanvaarden of het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid;

e) Bereid zijn om te verhuizen, indien het college is gebleken dat er geen andere mogelijkheid is voor het naar vermogen verkrijgen, het aanvaarden of het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid, en de belanghebbende een arbeidsovereenkomst met een duur van tenminste een jaar en een netto beloning die ten minste gelijk is aan de voor de belanghebbende geldende bijstandsnorm, kan aangaan;

f) Het verkrijgen en behouden van kennis en vaardigheden, noodzakelijk voor het naar vermogen verkrijgen, het aanvaarden of het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid;

g) Het naar vermogen verkrijgen, het aanvaarden of het behouden van algemeen geaccepteerde arbeid niet belemmeren door kleding, gebrek aan persoonlijke verzorging of gedrag;

h) Het gebruik maken van door het college aangeboden voorzieningen, waaronder begrepen sociale activering, gericht op arbeidsinschakeling en mee te werken aan onderzoek naar zijn of haar mogelijkheden tot arbeidsinschakeling.

Indien de belanghebbende een verplichting als bedoeld in artikel 18 lid 4 van de Participatiewet niet nakomt, bedraagt de verlaging 100% van de uitkeringsnorm voor de duur genoemd in de Verordening domein sociaal gemeente Raalte.

Artikel 1: Inkeer

Indien het college de bijstand overeenkomstig het vijfde, zesde, zevende of achtste lid in artikel 18 Participatiewet (afstemming en recidive) heeft verlaagd, kan het college op verzoek van de belanghebbende ten aanzien van wie de maatregel is opgelegd, de verlaging herzien zodra uit de houding en gedragingen van de belanghebbende ondubbelzinnig is gebleken dat hij de verplichtingen, bedoeld in het vierde lid van de Participatiewet, nakomt:

  • 1.

    De belanghebbende aan wie de maatregel is opgelegd kan één keer in de twee jaar een beroep doen op de inkeerregeling;

  • 2.

    De inkeer regeling treedt in werking na de 1e maand van oplegging.

Artikel 2: Verrekening verlaging

In artikel 9.2.5, tweede lid van de Verordening domein sociaal Gemeente Raalte is opgenomen dat de verlaging in gelijke stukken wordt verdeeld over de maand van oplegging en de daaropvolgende kalendermaand, als er volgens de gemeente sprake is van bijzondere omstandigheden.

Ondertekening

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als de ’Beleidsregels inkeer en verrekening bij Afstemming gemeente Raalte 2015’.

Toelichting beleidsregels inkeer en verrekening bij afstemming gemeente Raalte

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

Indien er sprake is van een verlaging van de bijstand van meer dan 1 maand, dan kan de belanghebbende een beroep doen op de inkeerregeling. Indien is vastgesteld dat uit de houding en gedraging van de belanghebbende ondubbelzinnig is vastgesteld dat hij de gedragingen inmiddels nakomt dan kan de opgelegde maatregel vanaf de tweede maand herzien worden.

Artikel 2

Zoals is aangegeven kan in bijzondere omstandigheden overgegaan worden tot verrekening van de maatregel over de maand van oplegging en de twee volgende maanden. Uitgangspunt is dat de maatregel in een keer zal worden opgelegd.

Op grond van bijzondere omstandigheden kan besloten worden om over te gaan tot verrekening van de maatregel. Indien er sprake is van een schuldenregeling of bewindvoering bij de Gemeentelijke kredietbank Assen (GKB) dan is er sprake van bijzondere omstandigheden.

Het in gelijke stukken verdelen van de verlaging over de maand van oplegging en de daaropvolgende kalendermaand, kan niet worden toegepast als de gemeente de uitkering verlaagt op grond van artikel 18, vierde lid, onderdeel a, van de Participatiewet of als sprake is van herhaling (recidive), zoals genoemd in artikel 9.2.5 van de Verordening domein sociaal gemeente Raalte.