Beleidsregel subsidieverstrekking incidentele POKONactiviteiten voor 14-16 jarigen

1. Algemeen

Bij instellingen, maatschappelijke organisaties, groepen met de doelgroep 14-16 jarigen of individuen van 14-16 jaar binnen de gemeenschap kan de behoefte ontstaan om een activiteit te organiseren waarin het reguliere subsidieprogramma niet voorziet.

Het gemeentebestuur is van oordeel dat een activiteit die een waardevolle bijdrage kan leveren aan het welzijn van alle inwoners of specifieke groepen en een positief effect kan hebben op het functioneren van de gemeenschap, zoals het versterken van de gemeenschapszin en het in stand houden en bevorderen van sociale verbanden, gestimuleerd moet worden.

Het betreft een eenmalige subsidie in de vorm van een startsubsidie, een investeringssubsidie of een garantiesubsidie voor 14-16 jarigen.

2. Doelgroep

De regeling is van toepassing op alle instellingen, maatschappelijke organisaties, groepen met de doelgroep 14-16 jarigen en individuen van 14-16 jaar binnen de gemeente Reusel-De Mierden alsmede op verenigingen en instellingen in oprichting. Professionele organisaties, dat wil zeggen organisaties met personeel in dienst, komen niet voor subsidieverlening op grond van deze beleidsregel in aanmerking.

Organisaties die reeds een jaarlijkse subsidie ontvangen kunnen eveneens een verzoek indienen voor een POKONsubsidie.

3. Doelstelling

POKONsubsidies zijn eenmalige subsidies om naast het reguliere subsidieprogramma verenigingen, organisaties of individuen in de gelegenheid te stellen om activiteiten te ontwikkelen die een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan het welzijn van alle inwoners of specifieke groepen (bij voorkeur 14-16 jarigen) en waarvan verwacht wordt dat deze een positief effect hebben op het versterken van de gemeenschapszin en het instandhouden en bevorderen van de sociale verbanden.

4. Subsidiabele activiteiten

Incidentele subsidies kunnen verstrekt worden voor:

• a.

  Vernieuwende activiteiten of voorzieningen

• b.

  Startende activiteiten.

• c.

  Eenmalige experimentele activiteiten.

• d.

  Activiteiten gericht op samenwerking of samenvoeging en versterking van integraal voorzieningenaanbod op dorpsniveau.

• e.

  Activiteiten die zijn gericht op het stimuleren van vrijwilligerswerk en de waardering voor de vrijwillige inzet ten behoeve van de lokale gemeenschap.

• f.

  Activiteiten die bijdragen aan het vergroten van de doelmatigheid.

5. Subsidievormen

Subsidieverlening vindt plaats in de vorm van een incidentele POKON subsidie. Daarbij kan het gaan om:

a.Een garantiesubsidie:

Een eenmalige subsidie in de kosten van een evenement of activiteit die in principe met een sluitende exploitatie kan worden uitgevoerd, waarbij het college garant staat tot een nader te bepalen bedrag indien het evenement of de activiteit tengevolge van onvoorziene (weers)omstandigheden met tegenvallende resultaten te maken krijgt.

b.Een startsubsidie:

Een subsidie voor een nieuwe activiteit of voor de samenvoeging van bestaande activiteiten om een nader omschreven specifiek doel te bereiken en/of om activiteit die bijdraagt aan het vergroten van de doelmatigheid.

c.Een investeringssubsidie:

Een subsidie in de kosten de inrichting van een accommodatie en / of de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen.

6. Subsidiegrondslagen

a.Subsidieverlening vindt plaats voor het geheel van de activiteiten waarbij

rekening gehouden wordt met kosten die verband houden met de organisatie, gebruik van materialen, aanschaf van duurzame goederen, inventaris en huisvesting.

• b.

  De gemeente verleent een bijdrage in het subsidiabele exploitatietekort.

• c.

  Kosten die verband houden met consumpties, versnaperingen, attenties, prijzengeld en andere gelijksoortige kosten komen niet voor subsidieverlening in aanmerking.

• d.

  Kosten die gemaakt worden uit een oogpunt van winstbejag zoals het verhuren van

barvoorzieningen, het drukken van loten en andere gelijksoortige kosten komen eveneens niet voor subsidieverlening in aanmerking.

• e.

  Kosten voor jubilea, vieringen, gedenkingen en lustrums zijn niet subsidiabel op grond van deze beleidsregel.

• f.

  De subsidie bedraagt maximaal € 250 per organisatie of per (groep van) individu(en) per jaar.

7. Nadere voorwaarden

• a.

  De activiteit moet passen binnen de doelstellingen, uitgangspunten en speerpunten van het gemeentelijke beleid.

• b.

  De activiteit kan niet op een andere wijze worden bekostigd.

• c.

  De activiteit heeft in opzet een eenmalig en uniek karakter, er is niet sprake van een repeterende vraag en er is niet al op andere wijze in voorzien.

• d.

  De aanvraag moet informatie bevatten over:

  • ·

    de aanpak.

  • ·

    een beschrijving van het probleem.

  • ·

    randvoorwaarden voor de uitvoering.

  • ·

    een begroting van inkomsten en uitgaven.

  • ·

    de wijze waarop de activiteit al dan niet verder binnen de organisatie wordt uitgevoerd en gefinancierd.

  • ·

    De toezegging van het verstrekken van een foto van het resultaat die gebruikt kan worden voor publicatie.

• e.

  Bij behalen van het beoogde resultaat of het gewenste effect voert de vereniging indien de activiteit een structureel karakter krijgt, deze in principe voor eigen rekening verder uit.

• f.

  Bij de verdeling van subsidie op grond van deze beleidsregel wordt prioriteit toegekend aan activiteiten:

  • ·

    die bijdragen aan meerdere doelstellingen zoals hierboven onder 3 is aangegeven;

  • ·

    waarbij meerdere lokale organisaties betrokken zijn.

• g.

  Het college van burgemeester en wethouders kan nadere voorwaarden aan de

subsidieverlening verbinden.

8. Procedure

• a.

  De aanvraag wordt tijdig bij voorkeur 3 maanden en tenminste 4 weken voor aanvang van de activiteit ingediend.

• b.

  Indien de aanvraag niet tijdig of onvolledig wordt ingediend is de gemeente niet gehouden om een beslissing te nemen vóór het plaats vinden van de activiteit.

• c.

  Op een aanvraag wordt binnen 13 weken na indiening beslist.

• d.

  Na afsluiting van de activiteit of een afgerond deel van het geheel van activiteiten, verstrekt de organisatie binnen 2 maanden nadat de activiteit heeft plaats gevonden inzage in het verloop van de activiteit onder overlegging van een foto als bewijsstuk.

• e.

  Binnen 6 weken na ontvangst van de benodigde informatie wordt de subsidie definitief vastgesteld en uitbetaald.

• f.

  In bijzondere gevallen kan op verzoek een voorschot worden verleend.

9. Subsidieplafond

De raad stelt jaarlijks een budget vast voor de uitvoering van deze regeling.

Het budget wordt voor de aanvang van het jaar waarvoor het beschikbaar is, bekend gemaakt.

10. Inwerkingtreding en uitvoering

a.Deze beleidsregel treedt in werking op 14 januari 2011 en werkt dan terug tot en met

1 januari 2011 en zijn voor het eerst toepasbaar op aanvragen voor subsidie voor het jaar 2011.

• b.

  Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als: “Beleidsregel POKONactiviteiten”.

• c.

  Uitvoering van deze subsidieregeling geschiedt door het college van burgemeester en wethouders.