Regeling vervallen per 01-01-2015

Uitvoeringsbesluit activering en re-integratie WWB

Geldend van 02-10-2008 t/m 31-12-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2008

Intitulé

Uitvoeringsbesluit activering en re-integratie WWB

Het college van de gemeente Rheden;

gelet op artikel 4 en artikel 6 van de Verordening activering en re-integratie Wet werk en bijstand;

b e s l u i t :

nadere criteria vast te stellen voor de aanspraak op ondersteuning door ANW-ers, Nuggers, alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet; en

nadere regels vast te stellen over welke voorzieningen ingezet kunnen worden alsmede de voorwaarden die daarbij gelden;

in het hierna volgende Uitvoeringsbesluit activering en re-integratie WWB

Artikel 1 Criteria Nuggers en ANW-ers (artikel 4 van de Verordening activering en re-integratie Wet werk en bijstand)

1.1 Algemene criteria om in aanmerking te komen voor een voorziening op grondvan dit besluit

  • a.

    Dat het gezamenlijk bruto jaar inkomen van de belanghebbende en de duurzaam met belanghebbende samenlevende partner niet meer bedraagt dan € 25.000,00;

  • b.

    dat de belanghebbende voor minstens 20 uur per week ingeschreven staat bij het CWI als werkzoekende.

1.2 Nadere criteria

  • -

    De kosten van beroepsscholing worden vergoed tot maximaal € 5.000,00;

  • -

    de kosten van een taaltraject NT2 worden vergoed t/m niveau Nivor 3;

  • -

    de kosten van kinderopvang worden vergoed voorzover noodzakelijk om aan de opleiding deel te kunnen nemen;

  • -

    de kosten van arbeidsbemiddeling (jobhunting) worden volledig vergoed;

  • -

    bij het niet nakomen/voortijdig afbreken van het re-integratietraject door eigen toedoen kunnen de kosten worden teruggevorderd of een boete worden opgelegd.

Artikel 2 Nadere regels inzake voorzieningen en instrumenten (artikel 6 van de Verordening activering en re-integratie Wet werk en bijstand)

2.1 Aanvullende algemene voorwaarden

Om voor loonsubsidie in aanmerking te komen geldt dat:

  • -

    er bij een arbeidsovereenkomst sprake is van een werkweek van tenminste 12 uur bij een arbeidsduur van tenminste 26 weken;

  • -

    loonkostensubsidie kan worden ingezet voor het verkrijgen van werk of het behoud van werk.

2.2 De hoogte van de subsidie

Voor de hoogte en duur van de subsidie zijn de belangrijkste criteria:

  • a.

    de omvang van het dienstverband;

  • b.

    de loonwaarde van de werknemer, bepaald door:

    • -

      de duur van de werkloosheid;

    • -

      mate van belemmeringen en prestatiemogelijkheden van de werknemer. Deze worden vastgesteld met behulp van een vragenlijst prestatiemogelijkheden of een scorelijst.

  • c.

    de loonkostensubsidie bedraagt maximaal 125% van het bruto-minimumloon* bij een full-time werkweek en is inclusief een bijdrage in de werkgeverslasten danwel bedraagt het bij de functie of het beroep geldende CAO-loon verhoogt met 25% werkgeverslasten.

    * Het bruto-minimumloon bedraagt per 1 augustus 2008: € 1.335,00 per maand.

2.3 Uitsluitings-, weigerings- en intrekkingsgronden

De subsidie wordt ingetrokken of geweigerd als werkgever zich niet houdt aan het arbeidsrecht, de CAO en/of de afspraken zoals vastgelegd in de arbeidsovereenkomst.

De subsidie kan ook ingetrokken of geweigerd worden als de werkgever surcéance van betaling heeft aangevraagd, hij in staat van faillissement verkeert of strafrechtelijk wordt vervolgd.

2.4 Wijze van betaling

De subsidie wordt uitbetaald na overlegging van een arbeidsovereenkomst en de loonstroken over de uit te betalen periode.

De hoogte van de subsidie wordt berekend naar rato van de duur van de arbeidsovereenkomst en het contractueel overeengekomen aantal te werken uren per week.

Waar sprake is van meerjarige subsidieverlening wordt de hoogte van de subsidie jaarlijks opnieuw beoordeeld of zoveel vaker als daartoe aanleiding is.

De subsidie wordt verstrekt exclusief opleidingskosten en eventuele begeleidingskosten door derden.

De subsidie aanspraak vervalt bij beëindiging van het dienstverband.

De loonkostensubsidie wordt jaarlijks in 2 termijnen betaalbaar gesteld.

2.5 Uitwerking instrumenten

2.5.1 Opstapbaan

Een gesubsidieerde arbeidsplaats van 1 jaar (maximaal 2x te verlengen met 1 jaar) bij werkgevers die aan specifieke eisen voldoen m.b.t. professionaliteit van de begeleiding en daarnaast ook de re-integratiedoelstellingen van de gemeente onderschrijven. De opstapbaan heeft tot doel de deelnemer al dan niet in combinatie met beroepsscholing zodanig te trainen en/of te scholen dat hij binnen 1 jaar doorstroomt naar een regulier betaalde baan.

  • -

    Loonvormend, gesubsidieerd; of

    subsidie voor een baan bij een reguliere werkgever waar een reguliere arbeidsovereenkomst aan ten grondslag ligt. De niet-productiviteit wordt gesubsidieerd.

    De hoogte van de subsidie wordt vastgesteld door loonwaardebepaling.

  • -

    Loonvormen gedeeltelijk gesubsidieerd.

2.5.2 Stage

Werk in combinatie met een theorie en/of praktijkopleiding waarbij het opleidend karakter van de activiteit in een werkomgeving voorop staat.

  • -

    Met behoud van uitkering.

2.5.3 Proefplaatsing

Werk met behoud van uitkering (van 1 tot maximaal 3 maanden) ter beoordeling van de geschiktheid van de werknemer voor het bedrijf/de functie, vóór de overgang naar een betaalde aanstelling bij dezelfde werkgever.

  • -

    Met behoud van uitkering.

2.5.4 Maatschappelijke activeringsplaats

Als arbeidsinschakeling nog niet mogelijk is. Is gericht op activering en stimulering van de persoonlijke ontwikkeling. Met name bedoeld om dagritme op te doen. Het is tevens een diagnose-instrument voor het in de praktijk onderzoeken van mogelijkheden van wat de deelnemer wil en (nog) kan.

  • -

    Met behoud van uitkering.

2.5.5 Vrijwilligerswerk

Werk dat tot doel heeft de maatschappelijke participatie en het opbouwen van een sociaal netwerk te stimuleren en sociaal isolement te voorkomen door het verrichten van maatschappelijk zinvolle activiteiten. Deelname aan vrijwilligerswerk is niet primair gericht op het realiseren van een terugkeer naar de arbeidsmarkt.

  • -

    Met behoud van uitkering.

2.5.6 Een vast bedrag

Eenmalig € 17.500,00 bij een arbeidsovereenkomst van 12 maanden of een bedrag naar rato bij een arbeidsovereenkomst < 12 maanden.

Om hiervoor in aanmerking te komen geldt een arbeidsovereenkomst met een minimale duur van tenminste 26 weken.

2.5.7 Subsidie bij een BBL werk- leerovereenkomst t/m niveau 3: maximaal 2 jaar

  • a.

    Maximaal een aanvulling van het verschil tussen het CAO-loon van een 17-jarige tot het leeftijdsgebonden CAO-loon in het eerste jaar.

  • b.

    Maximaal een aanvulling van het verschil tussen het CAO-loon van een 18-jarige tot het leeftijdsgebonden CAO-loon in het tweede jaar.

Er moet sprake zijn van een arbeidsovereenkomst voor de duur van de scholingsperiode.

2.5.8 Detacheringsvergoeding: maximaal 1 jaar

Maximaal 125% van het bruto-minimumloon waarbij inbegrepen een tegemoetkoming in de werkgeverslasten.

Dit instrument kan ingezet worden t.b.v. bijvoorbeeld een uitzendorganisatie, Presikhaaf o.i.d.

Subsidie kan worden verstrekt als dergelijke organisaties er in slagen de werkzoekende in dienst te nemen en te detacheren.

Leegloopgarantie: maximaal 3 maanden salaris op een dienstverband van 12 maanden.

(NB subsidiebedragen zijn exclusief de vergoeding aan de detacheerder.)

2.6 Verlenging

In bijzondere situaties waarin maatwerk is vereist kan de periode van bovengenoemde subsidievormen, met nog eens maximaal 2 jaar worden verlengd.

2.7 Bonussen

Per plaatsing kan aan een bemiddelaar of intermediair een bonus worden toegekend.

De bonus zal pas worden toegekend als er WW-rechten zijn opgebouwd en als de proeftijd is

doorlopen.

Vastgesteld bij besluit van burgemeester en wethouders d.d. 8 juli 2012.

Ondertekening

De Steeg, 8 juli 2013
Burgemeester en en wethouders voornoemd,
burgemeester.
secretaris.