Regeling vervallen per 10-12-2020

Verordening werkgeverscommissie griffie Ridderkerk 2014

Geldend van 28-03-2014 t/m 09-12-2020

Intitulé

Verordening werkgeverscommissie griffie Ridderkerk 2014

De raad van de gemeente Ridderkerk;

gelezen het voorstel van het Presidium van 26 november 2013, nr. 320;

gelet op artikel 83, eerste lid, de artikelen 107 tot en met 107e, artikel 156 van de Gemeentewet en afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht;

b e s l u i t :

vast te stellen de

VERORDENING WERKGEVERSCOMMISSIE GRIFFIE RIDDERKERK 2014

Artikel 1 Taken en bevoegdheden werkgeverscommissie

  • 1. De werkgeverscommissie oefent het werkgeverschap uit ten aanzien van de griffier en de overige op de griffie werkzame ambtenaren, zoals die door de raad aan haar zijn gedelegeerd.

  • 2. De raad delegeert aan de werkgeverscommissie de bevoegdheden die rechtstreeks voortvloeien uit de Ambtenarenwet, de op deze wet gebaseerde en door de raad vastgestelde rechtspositionele voorschriften en de artikelen 107 tot en met 107e Gemeentewet, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 107, 107a, tweede lid en 107e, eerste lid, van de Gemeentewet.

  • 3. Tot de bevoegdheid van de werkgeverscommissie behoren ook de voorbereiding en uitvoering van de overige tot het werkgeverschap van de raad behorende besluiten en regelingen.

  • 4. De werkgeverscommissie kan de aan haar overgedragen bevoegdheden ten aanzien van het griffiepersoneel mandateren aan de griffier.

Artikel 2 Samenstelling werkgeverscommissie

  • 1. De werkgeverscommissie bestaat uit ten minste drie leden uit de raad.

  • 2. De leden van de werkgeverscommissie worden door de raad uit zijn midden benoemd voor de duur van de zittingsperiode van de raad.

  • 3. De leden van de werkgeverscommissie wijzen uit hun midden een voorzitter aan voor de duur van de zittingsperiode van de raad.

  • 4. Het lidmaatschap van de werkgeverscommissie eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek; het lid doet daarvan schriftelijk mededeling aan de raad; het ontslag gaat in als de opvolger door de raad is benoemd;

    • b.

      indien het lid aftreedt als lid van de raad;

    • c.

      indien de raad het lid ontslaat.

  • 5. Indien een lid van de commissie langer dan drie maanden door afwezigheid niet in staat is zijn werkzaamheden als commissielid uit te voeren, kan de raad op verzoek van de werkgeverscommissie besluiten voor de duur van de afwezigheid een plaatsvervangend lid te benoemen met behoudens de zittingsduur dezelfde rechten en plichten als de overige leden.

  • 6. De werkgeverscommissie kan anderen uitnodigen om in de vergadering van de werkgeverscommissie aanwezig te zijn en eventueel op te treden als informant.

Artikel 3 Taken voorzitter

De voorzitter draagt in ieder geval zorg voor:

  • a.

    het tijdig en periodiek bijeenroepen van de werkgeverscommissie;

  • b.

    het leiden van de vergaderingen;

  • c.

    het doen naleven van deze verordening;

  • d.

    het ondertekenen van de stukken en de besluiten die van deze commissie uitgaan, alsmede het zorg dragen voor de uitvoering van de besluiten van de werkgeverscommissie;

  • e.

    het fungeren als schakel tussen de werkgeverscommissie en de griffier als eerstverantwoordelijke voor de personele en organisatorische zaken van de griffie.

Artikel 4 Ondersteuning van de commissie

De griffier of een door deze aan te wijzen functionaris staat de werkgeverscommissie terzijde en draagt zorg voor het secretariaat.

Artikel 5 Besluitvorming

  • 1. Besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen, uitgebracht door de leden zoals bedoeld in artikel 2.

  • 2. Besluiten worden alleen genomen indien in de vergadering meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 6 Verslaglegging

De griffier draagt zorg voor het opstellen van een besluitenlijst van elke vergadering. De besluitenlijst wordt in de eerstvolgende vergadering van de werkgeverscommissie definitief vastgesteld.

Artikel 7 Beslotenheid van vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de werkgeverscommissie worden in het belang als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder e of f van de Wet openbaarheid van bestuur in beslotenheid gehouden.

  • 2. De agenda, de stukken en de besluitenlijst zijn openbaar, tenzij de werkgeverscommissie beslist dat op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, hierop of een deel daarvan geheimhouding moet worden gelegd.

  • 3. Indien een raadslid de stukken als bedoeld in het tweede lid wil inzien, kan hij daartoe een verzoek indienen bij de voorzitter van de werkgeverscommissie. De voorzitter weigert een dergelijk verzoek slechts als sprake is van strijd met het openbaar belang. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 8 Vergaderfrequentie

De werkgeverscommissie vergadert zo vaak als door de voorzitter of één van de andere leden nodig wordt geacht.

Artikel 9 Verantwoording

De werkgeverscommissie brengt met inachtneming van het bepaalde in artikel 7, jaarlijks verslag uit aan de raad van haar werkzaamheden en bevindingen.

Artikel 10 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing ervan beslist de werkgeverscommissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 28 maart 2014. Op dat tijdstip vervalt het besluit van 25 oktober 2004, Gemeentestukken: 2004 – 266, voor wat betreft het nemen van rechtspositionele besluiten ten aanzien van de griffier en de overige griffiemedewerkers.

Ondertekening

Ridderkerk, 23 januari 2014
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
mr. J.G. van Straalen mw. A. Attema

Toelichting

De gemeente is werkgever van de ambtenaren die werkzaam zijn bij de rechtspersoon gemeente. Raad en college vullen dit werkgeverschap in. De raad is daarbij het bevoegd gezag van de griffie en het college voor zijn organisatie. Na de invoering van de BAR-organisatie betreft dit voor het college alleen nog de gemeentesecretaris. Gelet op de publieke taken, de grootte en de samenstelling van de raad ligt het voor de hand dat de raad voor de feitelijke invulling van het werkgeverschap een commissie instelt waaraan hij deze taak delegeert. De VNG en de Vereniging van Griffiers adviseren gemeenteraden ook om over te gaan tot de instelling van een zogeheten werkgeverscommissie. Zeer veel gemeenteraden zijn hiertoe inmiddels overgegaan.

Gelet op artikel 83 en artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet ligt de instelling van een bestuurscommissie het meest voor de hand. Daarin voorziet deze verordening. Door de aard van de werkgeversbevoegdheden kunnen deze alleen worden uitgeoefend door leden van het bestuursorgaan gemeenteraad. Tot nu toe was een aantal bevoegdheden gedelegeerd aan het Presidium en voor de griffie-medewerkers door de raad gemandateerd aan de griffier. Het Presidium is echter geen bestuurscommissie.

Om dit te regelen is een verordening nodig waarin samenstelling, taken, bevoegdheden en werkwijze van deze commissie worden vastgelegd. De verordening zal van kracht worden de dag na de installatie van de nieuwe gemeenteraad, te weten op 28 maart 2014. De nieuwe raad kan dan de commissie instellen en de leden benoemen.

De raad delegeert aan deze werkgeverscommissie taken die onderdeel uitmaken van de werkgeversbevoegdheden. De griffier kan vervolgens mandaat krijgen van de werkgeverscommissie om werkgeverstaken ten aanzien van de griffiemedewerkers uit te oefenen.De delegatie ziet alleen op het nemen van personele besluiten. Het vaststellen van rechtspositieregelingen (algemeen verbindende voorschriften) leent zich uit de aard van de bevoegdheid niet voor delegatie en is derhalve wettelijk niet toegestaan.

Personele besluiten die de raad niet delegeert zijn: benoeming, schorsing en ontslag griffier, de vaststelling van de instructie griffier en het stellen van regels over de organisatie van de griffie. In deze verordening is er wel voor gekozen de personele besluiten over de plaatsvervangend griffier te delegeren aan de werkgeverscommissie.

Uit artikel 83 van de Gemeentewet vloeit voort dat de burgemeester (en ook de wethouder) geen lid kan zijn van de werkgeverscommissie. Dit is volledig in lijn met het feit dat de raad het bevoegde gezag is van de griffie. De burgemeester is geen lid van de raad. De griffier is niet ondergeschikt aan de burgemeester/raadsvoorzitter. De burgemeester is wel voorzitter van de raad en de griffier is zijn wettelijke adviseur. In dat kader kan het zinvol zijn om de burgemeester in voorkomende gevallen uit te nodigen in de vergadering als informant.

Model voor deze verordening hebben gestaan de verordening in de Handreiking “De (recht)positie griffie(r) in het decentrale bestuur”, opgesteld door een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de VNG, Raadslid.NU en de Vereniging van Griffiers. Ook is gekeken naar een aantal andere verordeningen in het land.

JvS/780