Regeling vervallen per 06-03-2021

Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Ridderkerk (2014)

Geldend van 25-09-2014 t/m 05-03-2021

Intitulé

Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Ridderkerk (2014)

Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Ridderkerk (2014)

Inleiding

Voor u ligt het aan de laatste maatschappelijke en economische ontwikkelingen aangepaste inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente Ridderkerk. Dit beleid vervangt het oude inkoop- en aanbestedingsbeleidsdocument van de gemeente Ridderkerk dat uit 2006 dateert.

De redenen om te komen tot een nieuw geactualiseerd inkoop- en aanbestedingsbeleid zijn o.a.

  • *

    Uitbreiding en intensivering van de inkoopsamenwerking in BAR-verband, die op 1-1-2009 is gestart, door het creëren van zorgvuldige en heldere beleidskaders;

  • *

    Het hanteren van een transparante en non-discriminatoire werkwijze van inkopen en aanbesteden;

  • *

    De nieuwe Aanbestedingswet die inmiddels door zowel de Tweede als de Eerste Kamer is vastgesteld. De inwerkingtreding van de Aanbestedingswet is vanaf 1 april 2013 ingegaan. Het inkoop- en aanbestedingsbeleid sluit aan op de zaken die nieuw zijn t.o.v. de eerdere regelgeving;

  • *

    Het niet meer in de pas lopen van het huidige inkoopbeleidsdocument met de huidige trends en ontwikkelingen in de markt, een van deze ontwikkelingen is het meer betrekken van het lokale MKB bij de inkoop;

  • *

    De wens van de gemeente Ridderkerk om meer toenadering tot het lokale MKB te zoeken en meer kansen tot deelname aan de eigen aanbestedingen te creëren. In het beleid wordt dit nader uitgewerkt in H2 - Gemeentelijke doelstellingen - en H5 – Economische uitgangspunten;

  • *

    De opname van een regeling SROI (Social Return on Investment) in het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Doel: het realiseren van een sociale winst in de aanbestedingen die de gemeente Ridderkerk, al dan niet in samenwerking met de overige BAR-gemeenten, uitvoert door (leer-), werk- of stageplekken te realiseren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Als uitgangspunt voor dit gemeenschappelijke beleid is gebruik gemaakt van het raamwerk “VNG Model Inkoop- en Aanbestedingsbeleid” dat de VNG in samenwerking met gemeenten, en na consultatie van het bedrijfsleven, heeft ontwikkeld. De voorliggende beleidsnota is op een aantal punten aangepast dan wel naar eigen hand gezet.

Het beleid voorziet in eenduidige en uniforme beleidskaders zodat een optimale inkoopsamenwerking met de overige BAR-gemeenten en de BAR-organisatie tot stand gebracht kan worden. Binnen deze kaders is er ruimte voor een autonome invulling door de gemeente Ridderkerk. Als er sprake is van een specifieke, individuele behoefte van de gemeente Ridderkerk is er niet noodzakelijkerwijs een verplichting om samen te werken of gezamenlijk in te kopen. Dit beleid is van toepassing op alle uitgaven in het kader van de jaarlijkse begroting van de gemeente Ridderkerk. Motto: “inkoop is alles waar een factuur tegenover staat”.

De gemeente Ridderkerk spant zich continu in voor een (verdere) professionalisering van de Inkoop- en aanbestedingspraktijk. Borging van het inkoopbeleid is in eerste instantie belegd bij het team Inkoop. Deze faciliterende en adviserende taak uit zich in het bieden van handvatten, tools en ondersteuning aan medewerkers van de BAR-gemeenten c.q. de gemeenschappelijke BAR-uitvoeringsorganisatie om het beleid ten uitvoer te kunnen brengen. Daarnaast heeft dit team een uitvoerende (voor aanbestedingen met een publicatieverplichting), coördinerende en signalerende taak.

De praktische invulling en uitwerking van dit beleid (sjablonen, checklists, etc.) wordt in een later stadium in een handboek Inkoop vastgelegd.

In dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid wordt het inkoopproces inzichtelijk en transparant gemaakt door de doelstellingen, uitgangspunten en kaders te schetsen waarbinnen inkoop in de gemeente Ridderkerk plaatsvindt. De gemeente Ridderkerk leeft daarbij een aantal centrale doelstellingen na (zie verder hoofdstuk 2). Aangezien inkoop plaatsvindt in een dynamische omgeving, dient de gemeente continu bezig te zijn met het doorvoeren van verbeteringen in de inkoopprocessen. De gemeentelijke doelstellingen zijn hierbij leidend. Dit beleid sluit zoveel mogelijk aan op het algemene beleid van de gemeente Ridderkerk.

Daarnaast gaat de gemeente Ridderkerk bij het Inkopen van werken, leveringen of diensten uit van:

  • 1.

    Juridische uitgangspunten: hoe gaat de gemeente om met de relevante regelgeving? (zie verder hoofdstuk 3)

  • 2.

    Ethische en ideële uitgangspunten: hoe gaat de gemeente om met de maatschappij en het milieu in haar inkoopproces? (zie verder hoofdstuk 4)

  • 3.

    Economische uitgangspunten: hoe gaat de gemeente om met de markt en ondernemers? (zie verder hoofdstuk 5)

1. Definities

In het Inkoop- en aanbestedingsbeleid wordt verstaan onder:

BAR-gemeenten

De gemeenten:

  • -

    Ridderkerk, zetelend aan het Binnenhof 1te Ridderkerk;

  • -

    Albrandswaard, zetelend aan de Hofhoek 5 te Albrandswaard;

  • -

    Ridderkerk, zetelend aan het Koningsplein 1 te Ridderkerk.

Contractant

De in de overeenkomst genoemde wederpartij van de gemeente.

Diensten

Diensten als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet:

Een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer dienstverleners en een of meer aanbestedende diensten en die:

  • a.

    uitsluitend betrekking heeft op het verrichten van de in bijlage II van richtlijn nr. 2004/18/EG aangewezen diensten,

  • b.

    betrekking heeft op het leveren van producten en het verrichten van diensten als bedoeld in onderdeel a, indien de waarde van die diensten hoger is dan de waarde van de te leveren producten, of

  • c.

    betrekking heeft op het verrichten van in bijlage II van richtlijn nr. 2004/18/EG aangewezen diensten die slechts zijdelings betrekking heeft op werkzaamheden die in het kader van bijlage I van richtlijn nr. 2004/18/EG zijn aangewezen.

Gemeente

De gemeente Ridderkerk, hierna te noemen de gemeente.

BAR-organisatie

De gemeenschappelijke uitvoeringsorganisatie van de drie BAR-gemeenten. Rechtsvorm: een gemeenschappelijke regeling.

Inkoop

(Rechts)handelingen van de gemeente gericht op de verwerving van werken, leveringen of diensten en die een of meerdere facturen van een ondernemer met betrekking tot bedoelde werken, leveringen of diensten tot gevolg hebben.

Inkoopvoorwaarden

De vigerende algemene inkoopvoorwaarden van de gemeente. Zie bijlage 1.

Leveringen

Leveringen als bedoeld in artikel 1.1 – Aanbestedingswet:

Een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer leveranciers en een of meer aanbestedende diensten en die betrekking heeft op:

  • a.

    de aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten of

  • b.

    de levering van producten en die slechts zijdelings betrekking heeft op werkzaamheden voor het aanbrengen en installeren van die levering.

Offerte

Een aanbod in de zin van het Burgerlijk Wetboek.

Offerteaanvraag

Een enkelvoudige of meervoudige aanvraag van de gemeente voor te verrichten prestaties of een (Europese) aanbesteding conform de Aanbestedingswet en de Europese aanbestedingsrichtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG.

Ondernemer

Een ‘aannemer’, een ‘leverancier’ of een ‘dienstverlener’.

Werken

Werken als bedoeld in artikel 1.1 – Aanbestedingswet:

Een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer aannemers en een of meer aanbestedende diensten en die betrekking heeft op:

  • a.

    de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken in het kader van bijlage I van richtlijn nr. 2004/18/EG aangewezen werkzaamheden,

  • b.

    de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van een werk, of

  • c.

    het laten uitvoeren met welke middelen dan ook van een werk dat aan de door de aanbestedende diensten vastgestelde eisen voldoet.

2. Gemeentelijke doelstellingen

De gemeente wil met dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid de volgende doelstellingen realiseren:

a. RechtmatigendoelmatigInkopenzodatgemeenschapsgeldenop controleerbareen verantwoordewijzewordenaangewenden besteed.

De gemeente leeft daartoe bestaande wet- en regelgeving en de bepalingen van het Inkoop- en aanbestedingsbeleid na. Daarnaast koopt de gemeente efficiënt en effectief in. De inspanningen en uitgaven moeten daadwerkelijk bijdragen aan de realisatie van het beoogde doel. De kosten staan in redelijke verhouding tot de opbrengsten en het beheersen en verlagen van de gemeentelijke middelen staan centraal. De gemeente houdt daarbij in het oog dat er voldoende toegang is voor ondernemers tot gemeentelijke opdrachten.

b. Een integere, betrouwbare, zakelijke en professionele inkoper en opdrachtgever zijn.

Professionaliteit houdt in dat op bewuste en zakelijke wijze wordt omgegaan met inkoop. Continu wordt geïnvesteerd in inhoudelijke kennis over de in te kopen werken, leveringen en diensten, de marktomstandigheden en de relevante wet- en regelgeving. Het streven naar professioneel opdrachtgever schap komt tot uitdrukking in een betrokkenheid bij de inkoopambitie, slagvaardige besluit- vorming, adequaat risicomanagement, vertrouwen in de contractant en in wederzijds respect tussen de gemeente en de contractant. De gemeente spant zich in om alle inlichtingen en gegevens te verstrekken aan de ondernemer voor zover die nodig zijn in het kader van het inkoopproces.

c. Inkopentegendemeestoptimale(integrale)prijskwaliteit verhouding.

Bij het Inkopen van werken, leveringen en diensten neemt de gemeente alle relevante interne en andere (externe) gemeentelijke kosten mee in de afweging tot gunning. Er dient gestreefd te worden naar het verlagen van de Total Costs of Ownership (TCO). Dus niet alleen de prijs, maar ook andere relevante (indirecte) kostensoorten en kwaliteitsaspecten aangaande de in te kopen werken, leveringen en diensten spelen een belangrijke rol.

d. Eencontinuepositievebijdrageleverenaanhetgeheleprestatieniveauvandegemeente.

Inkoop moet ondersteunend zijn aan het gehele prestatieniveau van de gemeente en daar direct en voortdurend aan bijdragen. De concrete doelstellingen van inkoop zijn daarbij steeds rechtstreeks afgeleid van de gemeentelijke doelstellingen.

e.De gemeentestimuleert deelname van het lokale bedrijfsleven aan de eigen aanbestedingen.

Lokale overheden en publieke organisaties besteden op jaarbasis ca. € 17 miljard via aanbestedingen die zij op de markt zetten. De gemeente wil, binnen de kaders van de Aanbestedingswet, lokale MKB-ondernemers zoveel mogelijk de kans geven toegang te krijgen tot de “”kleinere” aanbestedingen; de enkelvoudige en meervoudige onderhandse aanbestedingen. Voor deze vormen van aanbestedingen kan de gemeente eigen keuzes maken en lokale marktpartijen voor deelname selecteren.

f. De gemeente stimuleert betrokkenheid van burgers met afstand tot de arbeidsmarkt in de eigen aanbestedingen.

De gemeente heeft aandacht voor burgers met afstand tot de arbeidsmarkt. Doelstelling is om de participatie van alle burgers in de samenleving te stimuleren, onder meer door in de uitvoering van opdrachten ruimte te geven voor participatie van bijzondere doelgroepen, bijv. uitkeringsgerechtigden, WSW’ers of schoolverlaters middels het instrument SROI (Social Return on Investment). Inzet van alle partijen is nodig om op de meest optimale wijze de participatie te bevorderen. Mede daarom doet de gemeente ook een beroep op marktpartijen die opdrachten voor de gemeente uitvoeren.

g. Degemeentestelteenadministratievelastenverlichting voorzowel zichzelfals voorondernemers voorop.

Zowel de gemeente als ondernemers verrichten vele administratieve handelingen tijdens het inkoopproces. De gemeente verlicht deze lasten door bijvoorbeeld proportionele eisen en criteria te stellen en door een efficiënt inkoopproces uit te voeren. Grotere efficiënte kan bijvoorbeeld behaald worden door in het inkoopproces meer gebruik te maken van digitale middelen (Tenderned) en – waar relevant – gebruik te maken van de landelijke uniforme ‘eigen verklaring’.

h. DitInkoop-enaanbestedingsbeleidsluitzoveelmogelijkaanophet algemenebeleidvandegemeente.

Het inkoop- en aanbestedingsbeleid staat niet op zich. Het volgt uit het primaire en algemene beleid van de gemeente en de visie op aanbesteden. Het maakt op hoofdlijnen inzichtelijk binnen welke spelregels de medewerkers van de gemeente inkoop- en aanbestedingsactiviteiten kunnen uitvoeren.

Om deze doelstellingen te realiseren zijn juridische, ethische en ideële evenals economische uitgangspunten vastgelegd in dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid. Deze uitgangspunten zijn in de volgende hoofdstukken uitgewerkt.

3. Juridische uitgangspunten

In dit hoofdstuk staan de juridische kaders en uitgangspunten beschreven waar binnen de inkoop van de gemeente plaatsvindt.

3.1 Algemeen juridisch kader

Degemeenteleeftderelevantewet-enregelgevingna.

De voor het Inkoop- en aanbestedingsbeleid meest relevante wet- en regelgeving volgen uit:

  • ·

    Aanbestedingswet 2012: dit nieuwe wettelijke kader implementeert de Europese Richtlijnen 2004/18/EG en 2004/17/EG (‘Aanbestedingsrichtlijnen’) en Richtlijn 2007/66/EG (‘Recht beschermings richtlijn). Deze wet biedt één kader voor overheidsopdrachten boven en – beperkt – onder de (Europese) drempelwaarden en de rechtsbescherming bij (Europese) aanbestedingen.

  • ·

    Europese wet- en regelgeving: wet- en regelgeving op het gebied van aanbesteden is afkomstig van de Europese Unie. De ‘Aanbestedingsrichtlijnen’ vormen momenteel de belangrijkste basis. De interpretatie van deze Aanbestedingsrichtlijnen kan volgen uit Groenboeken, Interpretatieve Mededelingen etc. van de Europese Commissie.

  • ·

    Burgerlijk Wetboek: het wettelijke kader voor overeenkomsten.

  • ·

    Gemeentewet: het wettelijke kader voor gemeenten.

Uitzonderingen op (Europese) wet- en regelgeving zullen door de gemeente restrictief worden uitgelegd en toegepast om te voorkomen dat het toepassingsbereik van deze wet- en regelgeving wordt uitgehold.

3.2 Uniformedocumenten

De gemeente streeft er naar om uniforme documenten te hanteren, tenzij een concreet geval dit niet toelaat. Uniformiteit in de uitvoering draagt eraan bij dat ondernemers weten waar ze aan toe zijn en landelijk gezien niet steeds met verschillende procedureregelingen worden geconfronteerd. De gemeente past bij de betreffende inkoop in ieder geval toe:

  • ·

    Aanbestedingsreglement Werken 2012 (‘ARW 2012’);

  • ·

    Gids Proportionaliteit;

  • ·

    Richtsnoeren Leveringen en Diensten van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

  • ·

    Uniforme klachtenregeling van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

  • ·

    Algemene Inkoopvoorwaarden voor leveringen en diensten; basis het VNG Model Algemene Inkoopvoorwaarden (de gemeente hanteert een aangepaste set voorwaarden).

De volgende specifieke inkoopvoorwaarden kunnen door de gemeente naar behoefte worden toegepast:

  • ·

    De DNR voorwaarden voor ingenieursdiensten en architecten;

  • ·

    De ARBIT-voorwaarden voor IT-overeenkomsten;

  • ·

    De ARVODI-voorwaarden voor het verstrekken van opdrachten voor het verrichten van diensten.

3.3 Algemene beginselen bij inkoop

A. Algemenebeginselenvanhetaanbestedingsrecht

De gemeente neemt bij overheidsopdrachten en concessie overeenkomsten boven de (Europese) drempelwaarden en bij overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten onder de (Europese) drempelwaarden met een duidelijk grensoverschrijdend belang de volgende algemene beginselen van het aanbestedingsrecht in acht:

  • ·

    Gelijke behandeling: Gelijke omstandigheden mogen niet verschillend worden behandeld, tenzij dat verschil objectief gerechtvaardigd is. Ook verkapte of indirecte discriminatie is verboden.

  • ·

    Non-discriminatie: Discriminatie op grond van nationaliteit mag niet.

  • ·

    Transparantie: De gevolgde procedure dient navolgbaar (en dus controleerbaar) te zijn. Dit is een logisch uitvloeisel van het beginsel van gelijke behandeling. Normaal zorgvuldige en oplettende inschrijvers moeten weten waar ze aan toe zijn.

  • ·

    Proportionaliteit(evenredigheid): De gestelde eisen, voorwaarden en criteria aan de inschrijvers mogen niet onevenredig zijn in verhouding tot het voorwerp van de opdracht. De gemeente past het beginsel van proportionaliteit toe bij de te stellen eisen, voorwaarden en criteria aan inschrijvers en inschrijvingen en met betrekking tot de contractvoorwaarden.

  • ·

    Wederzijdse erkenning: Diensten en goederen van ondernemingen uit andere lidstaten van de Europese Unie moeten worden toegelaten voor zover die Diensten en goederen op gelijkwaardige wijze kunnen voorzien in de legitieme behoeften van de gemeente.

B. Algemenebeginselenvanbehoorlijkbestuur

De gemeente neemt bij haar Inkopen de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht, zoals het gelijkheidsbeginsel, motiveringsbeginsel en vertrouwensbeginsel.

3.4 Grensoverschrijdend belang

Voorafgaand aan inkoop vindt een objectieve toets plaats of sprake is van een duidelijk grensoverschrijdend belang. Bij overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten met een duidelijk grensoverschrijdend belang past de gemeente de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht toe en zal de gemeente een passende mate van openbaarheid in acht nemen. Overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten met een duidelijk grensoverschrijdend belang zijn overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten waarbij buiten Nederland gevestigde ondernemers interesse hebben of kunnen hebben. Dit kan blijken uit de uitgevoerde marktanalyse.

3.5 Mandaat en volmacht

Inkoop vindt plaats met inachtneming van de vigerende mandaat- en volmachtregeling(en) van de gemeente. De gemeente wil slechts gebonden zijn aan verbintenissen en verplichtingen op basis van rechtsgeldige besluitvorming en civielrechtelijke vertegenwoordiging.

3.6 Afwijkingsbevoegdheid

Afwijkingen van dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid zijn slechts mogelijk in uitzonderlijke gevallen en toegestaan op basis van een deugdelijk gemotiveerd, schriftelijk afwijkingsvoorstel dat ter goedkeuring wordt voorgelegd. Het besluit tot goedkeuring wordt genomen door de algemeen directeur van de gemeente en voor zover een en ander op basis van de geldende wet- en regelgeving mogelijk is.

Boven de ondergrens van enkelvoudig onderhands aanbesteden (> € 25.000,- leveringen/diensten of > € 50.000 voor werken) bestaat de verplichting van meervoudig onderhands of openbaar aan te besteden (tot de grens van Europees aanbesteden). De, conform het mandaatbesluit, bevoegde algemeen directeur kan besluiten af te wijken als er sterke argumenten zijn om een andere marktbenadering te kiezen. Dit kan bijv. het geval zijn:

  • ·

    Bij dwingende spoed als gevolg van onvoorziene omstandigheden die niet aan de gemeente zijn toe te rekenen;

  • ·

    Bij marktomstandigheden (bijv. als er slechts één leverancier of bureau kan leveren);

  • ·

    Bij verwevenheid met parallelle processen;

  • ·

    Indien het gaat om opdrachten die om technische, exclusieve of artistieke redenen slechts aan één bepaalde opdrachtnemer kunnen worden toevertrouwd;

  • ·

    Bij vervolgopdrachten, indien de keuze van een andere opdrachtnemer onaanvaardbaar hoge kosten of technische moeilijkheden met zich mee zou brengen.

Voor kleinere aanbestedingen werken (<€ 50.000,- excl. BTW) kan het afdelingshoofd instemmen met de afwijking.

Voorstellen tot afwijking moeten altijd vooraf getoetst worden door team Inkoop. Het mede-advies van het team Inkoop wordt bijgesloten bij het voorstel tot afwijking. Het advies van Inkoop is niet bindend. De doorslaggevende keuze wordt gemaakt door degene die op grond van het mandaatbesluit bevoegd is te beslissen over het afwijken van een aanbestedingsprocedure en voor zover een en ander op basis van de geldende wet- en regelgeving mogelijk is.

Bij het terzijde leggen of negeren van een advies van team Inkoop moet hij/zij zich derhalve bewust zijn van de risico’s die de gemeente mogelijk loopt. Het afwijkingsvoorstel (incl. het inkoopadvies) moet in het aanbestedingsdossier worden opgenomen.

Van de Europese aanbestedingsprocedure kan in beginsel niet worden afgeweken, tenzij dit in een bepaald geval is toegestaan op grond van de geldende wet- en regelgeving. Dit dient altijd juridisch getoetst te worden. Afwijking kan tot een juridisch geschil of kort geding leiden.

4. Ethische en ideële uitgangspunten

4.1 Integriteit

a. Degemeentesteltbestuurlijkeenambtelijkeintegriteit voorop.

De Gemeente heeft hoog in het vaandel staan dat haar bestuurders en ambtenaren integer handelen. De bestuurders en ambtenaren houden zich aan de vastgestelde, ethische gedragscodes. Zij handelen zakelijk en objectief, waardoor bijvoorbeeld belangenverstrengeling wordt voorkomen.

b. Degemeentecontracteertenkelintegereondernemers.

De gemeente wil enkel zaken doen met integere ondernemers die zich niet bezighouden met criminele of illegale praktijken. Een toetsing van de integriteit van ondernemers is bij inkoop (en aanbesteding) in beginsel mogelijk, bijvoorbeeld door de toepassing van uitsluitingsgronden of het hanteren van de ‘Gedragsverklaring Aanbesteden’.

4.2 Duurzaam Inkopen

a. Bij Inkopen neemt de gemeente milieuaspecten in acht.

De gemeente heeft een voorbeeldfunctie in het maatschappelijk verkeer. De gemeente streeft er naar om in 2015 100 % duurzaam in te kopen. Dit vraagt een flinke inspanning van de gemeente. Het inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente en de door Agentschap.nl vastgestelde duurzaamheidcriteria bieden handvatten om deze ambitie te realiseren.

Duurzaam Inkopen is het meenemen van sociale en milieuaspecten in het inkoopproces. Dit komt o.a. tot uitdrukking door het volgende:

• Bij de product- en marktanalyse inventariseert de gemeente welke werken, leveringen of diensten op het gebied van duurzaamheid op de markt worden aangeboden.

• In de aanbestedingsstukken (bijvoorbeeld in de selectie- en gunningscriteria) en in de te sluiten overeenkomst worden duurzaamheidcriteria opgenomen.

• De gemeente kan kiezen om digitaal in te kopen (E-procurement, gebruik van e-mail, etc.).

• De gemeente zal de aangeboden duurzame oplossingen monitoren. Op deze wijze kan zij een duurzame oplossing inbedden in de eigen organisatie van de gemeente en haar werkwijze.

Met betrekking tot een aantal productgroepen zijn door Agentschap.nl zogenaamde ‘duurzaamheidcriteria’ opgesteld. Deze criteria worden in beginsel altijd opgenomen als minimale eisen bij Europese Aanbestedingen. In dit verband wordt verwezen naar de site van www.pianoo.nl thema’s duurzaam inkopen productgroepen. Het CROW (nationaal kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte) heeft bijv. de duurzaamheidscriteria die betrekking hebben op de GWW-sector geschikt gemaakt voor toepassing in RAW-bestekken door middel van het opstellen van de ‘RAW-Catalogus Bepalingen – Duurzaam Inkopen’.

D.d. 15 april 2014 heeft de gemeente, samen met de gemeenten Barendrecht en Albrandswaard, het Manifest Professioneel Duurzaam Inkopen ondertekend. De gemeente committeert zich vanaf die datum aan de overwegingen van het Manifest.

De gemeente heeft bovendien het streven op termijn Fairtrade gemeente te worden.

b.Inkoop vindt op maatschappelijk verantwoorde wijze plaats.

Hierbij spelen onderwerpen als arbeidsreïntegratie, arbeidsomstandigheden en, indien passend bij het onderwerp van aanbesteding, de regeling social return on investment (afgekort SROI). De gemeente heeft oog voor de sociaal zwakkeren in de samenleving. Zij stimuleren daarom - waar mogelijk en doelmatig - de participatie van arbeidsgehandicapten, langdurig werkeloze uitkeringsgerechtigden of jongeren in het arbeidsproces.

Daarnaast worden werken, leveringen en/of diensten geweerd die onder niet aanvaardbare arbeidsomstandigheden (zoals kinderarbeid, dwangarbeid, discriminatie van werknemers, niet-betaling van leefbaar loon) tot stand komen of zijn gekomen.

M.b.t. de toepassing van de regeling SROI hanteert de gemeente de navolgende uitgangspunten:

  • ·

    bij opdrachten die daarvoor in aanmerking komen wordt een bepaald percentage van de uitvoering van de dienst en/of het werk uitgevoerd door de beoogde doelgroepen;

  • ·

    de gemeente beoogt een minimumpercentage van 5% van de opdrachtsom (of meer indien passend bij de omvang en aard van de opdracht) te laten verrichten in aanbestedingen met een waarde van € 50.000 of meer;

  • ·

    indien de leveringscomponent, naast de arbeidscomponent, relatief hoog is wordt het SROI-percentage gewaardeerd op 7% van de loonsom;

  • ·

    de waarde van de opdracht dient te worden bepaald voor de totale opdracht (alle kostencomponenten van de aanbesteding dienen bij elkaar geteld te worden);

  • ·

    in plaats van een bepaald percentage van de waarde van de opdracht te benutten voor het realiseren van arbeidsplaatsen of werkervaringsplaatsen voor de gemeentelijke doelgroepen staat de gemeente ook open voor varianten of (sociale) ideeën aan de zijde van opdrachtnemer. Beide uitgangspunten kunnen via een gunningscriterium in een bestek bij inschrijvers opgevraagd en in punten gewaardeerd worden. Een voorstel van een aannemer kan bijv. inhouden dat men een buurthuis in een wijk verbouwt in plaats van een invulling van het SROI-percentage via een (tijdelijke) arbeidsplaats door een medewerker uit één van de doelgroepen.

Team Inkoop faciliteert het opnemen van SROI in de aanbestedingen die zij begeleidt. Het volledige proces ter borging van het instrument SROI wordt door een interne werkgroep nader vormgegeven.

4.3 Innovatie

De gemeente moedigt – daar waar mogelijk – innovatiegericht inkopen (en aanbesteden) aan. Bij innovatiegericht inkopen wordt gezocht naar een innovatieve oplossing of laat de gemeente ruimte aan de ondernemer om een innovatieve oplossing aan te bieden. Het kan bijvoorbeeld gaan om een volledig nieuwe innovatieve oplossing, maar ook om de verdere ontwikkeling van de eigenschappen van een bestaand product of dienst.

In aanbestedingstermen houdt dit in dat in plaats van een technisch uitgeschreven bestek een functioneel bestek opgesteld wordt. In het functionele bestek wordt gevraagd naar vast omschreven resultaten die door de ondernemer behaald dienen te worden. Ook kan de aanbestedende dienst uitgaan van een mix van een functioneel en technisch bestek. In deze laatste vorm wordt een minimumset aan technische eisen vastgelegd. Naast deze minimumset is er ruimte voor de ondernemer om (een deel van) het gevraagde met eigen oplossing(en) in te vullen.

5. Economische uitgangspunten

5.1 Product-en marktanalyse;

Inkoopvindtplaatsopbasisvaneen voorafgaandeproduct-en marktanalyse,tenzijditgeletopdewaardeofdeaardvande opdrachtnietwordtgerechtvaardigd.

De gemeente acht het van belang om de markt te kennen door – indien mogelijk – een product en/of marktanalyse uit te voeren. Een productanalyse leidt tot inzicht in de aard van het ‘product’ en belangrijkste kwaliteits- en prijsaspecten. Een marktanalyse leidt tot het inzicht in de relevante markt(vorm), de ondernemers die daarop opereren en hoe de markt- en mogelijke machtsverhoudingen zijn (bijvoorbeeld: kopers- of verkopersmarkt). Ook zou uit de marktanalyse moeten blijken in hoeverre er geschikte lokale ondernemers aanwezig zijn. Een marktconsulatie met ondernemers kan onderdeel uitmaken van de marktanalyse.

5.2 Onafhankelijkheidenkeuzevoordeondernemersrelatie;

Degemeenteachteentegroteafhankelijkheidvanondernemers nietwenselijk.

De gemeente streeft naar onafhankelijkheid ten opzichte van ondernemers (contractanten) zowel tijdens als na de contractperiode. De gemeente moet in beginsel vrij zijn in het maken van keuzes bij haar inkoop (waaronder de keuze van ondernemer(s) en contractant(en), maar ook vanwege de naleving van de (Europese) wet- en regelgeving.

Degemeentekiest voordemeestaangewezenondernemersrelatie.

Gedurende de contractperiode kan bij de contractant afhankelijkheid ontstaan van de gemeente door bijvoorbeeld de te behalen doelstellingen, resultaten, productontwikkelingen (innovatie) of het creëren van prikkels. De gemeente kiest in dat geval voor de meest aangewezen ondernemersrelatie. De mate van (on)afhankelijkheid in een ondernemersrelatie wordt onder andere bepaald door de financiële waarde van de opdracht, switchkosten, mate van concurrentie in de sector (concentratiegraad) en beschikbaarheid van alternatieve ondernemers.

Als een ondernemer, als voorbeeld, voor een aanzienlijk deel afhankelijk is/wordt van de omzet van de gemeente kan er na het beëindigen van het contract een continuïteitsprobleem in de bedrijfsvoering van deze ondernemer ontstaan. De gemeente moet zich daarbij afvragen of zij een dergelijk effect met het gunnen van een opdracht beogen en/of vooraf niet een toets hadden moeten plaatsvinden.

5.3 Lokale economie en MKB;

Degemeente heeftoog vooren stimuleertdelokaleeconomie,zonderdatdittot enigerlei vormvandiscriminatievanondernemersleidt.

In gevallen waar een enkelvoudig onderhandse offerteaanvraag en/of een meervoudig onderhandse offerteaanvraag volgens de geldende wet- en regelgeving is toegestaan, wordt rekening gehouden met de lokale economie en gestreefd naar de inzet van lokale ondernemers. Discriminatie moet daarbij worden voorkomen en de gemeente moet niet onnodig regionale, nationale, Europese of mondiale kansen laten liggen. ‘Local sourcing’kan bijdragen aan de doelmatigheid van de inkoop.

Bij grotere inkoopprojecten kan de gemeente verder rekening houden met de mogelijkheden van de lokale economie door onder meer:

  • -

    percelen in aanbestedingen op te nemen;

  • -

    het toestaan van het aangaan van combinaties en onderaanneming in aanbestedingen;

  • -

    de aanbestedingen transparant, eenduidig en zo eenvoudig mogelijk te houden;

  • -

    het hanteren van passende selectie- en gunningscriteria en het vermijden van onnodig zware eisen in het Programma van Eisen dat onderdeel is van het aanbestedingsdocument.

Degemeente heeftoog voorhetmidden-enkleinbedrijf(MKB).

Uitgangspunt is dat alle ondernemers gelijke kansen moeten krijgen. De gemeente houdt echter bij haar inkoop de mogelijkheden voor het midden- en kleinbedrijf goed in het oog. Conform de Aanbestedingswet beogen de gemeente om 30% van het aantal inkopen aan het MKB te gunnen (definitie MKB: bedrijven bestaande uit 0-100 werknemers).

5.4 Samenwerkingsverbanden

De gemeente hanteert als uitgangspunt dat zij oog heeft voor samenwerking bij inkoop. Dit geldt zowel voor samenwerkingen binnen de eigen organisatie als voor samenwerkingen met andere

(BAR-)gemeenten of aanbestedende diensten, bijv. de Stadsregio Rotterdam of de regio ZHZ. Deze samenwerkingsverbanden kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op inkoopsamenwerking, milieuactiviteiten, werkvoorzieningsschappen, het heffen van belastingen en sociale regelgeving.

5.5 Bepalen van de inkoopprocedure

Bij het bepalen van de inkoopprocedure hanteert de gemeente de volgende methode:

Aan de hand van de waarde van de opdracht.

De gemeente zal - met inachtneming van de Gids Proportionaliteit- bij de onderstaande bedragen de volgende procedures hanteren, tenzij blijkt dat dit niet aansluit bij het type Inkoop en het karakter van de markt waarin de ondernemers opereren.

(bedragen zijn excl. BTW)

Werken

Leveringen

Diensten

Enkelvoudig

Tot € 50.000,-

Tot € 25.000,-

Tot € 25.000,-

Meervoudig

€ 50.000,- tot € 1.000.000,-

€ 25.000,- tot € 150.000,-

€ 25.000,- tot € 150.000,-

Nationaal

€ 1.000.000 tot Europees drempelbedrag

€ 150.000 tot Europees drempelbedrag

€ 150.000 tot Europees drempelbedrag

Europees

Vanaf Europees drempelbedrag

Vanaf Europees drempelbedrag

Vanaf Europees drempelbedrag*

* Met uitzondering van 2B-diensten; hiervoor geldt een verlicht regime. Zie ook 2B-diensten op pagina 17 .

Bij de start van een opdracht / aanbesteding moet de gemeente kunnen motiveren:

1/ Op welke objectieve gronden welke type aanbestedingsprocedure gebruikt wordt;

2/ Op welke objectieve gronden welke ondernemers toegelaten worden tot de procedure;

3/ Waarom opdrachten worden samengevoegd (er geldt in principe een clusterverbod);

4/ Waarom de opdracht niet is opgedeeld in meerdere percelen;

5/ Waarom het gunningscriterium laagste prijs wordt toegepast in plaats van te gunnen op het gunningcriterium economisch meest voordelige inschrijving (afgekort: EMVI).

Op schriftelijk verzoek moeten door de gemeente in ieder geval onderdeel 1 en 2 kunnen worden uitgelegd. Bij de onderdelen 3, 4 en 5 geldt de verplichting tot uitleg en vastlegging in het aanbestedingsdossier zodra er sprake is van één of meerdere van deze relevante onderdelen.

Enkelvoudig onderhandse offerteaanvraag

Voor kleinere opdrachten vraagt de gemeente minimaal aan één – bij voorkeur lokale – ondernemer een offerte op.

Toepasselijke drempelwaarden:

  • ·

    tot € 25.000,- voor leveringen en diensten;

  • ·

    tot € 50.000,- voor werken.

Het kan evenwel de voorkeur hebben om ook deze opdrachten in concurrentiestelling uit te zetten, m.a.w. via het opvragen van meerdere offertes als het gevraagde product/dienst of werk door relatief veel marktpartijen leverbaar is. Ook hierbij geldt dat het de voorkeur heeft om lokale ondernemers te vragen om een offerte.

Meervoudig onderhandse offerteaanvraag

Voor middelgrote opdrachten vraagt de gemeente bij ten minste drie ondernemers een offerte op. Het heeft de voorkeur om minimaal één lokale ondernemer uit te nodigen.

Toepasselijke drempels:

  • ·

    vanaf € 25.000,- en tot € 150.000 voor leveringen en diensten;

  • ·

    vanaf € 50.000,- en tot € 500.000,- voor werken.

Indien er sprake is van een ruim aanbod aan leveranciers, dienstverleners of aannemers voor specifieke producten, diensten of werken worden meer ondernemers betrokken bij een uitvraag van de gemeente.

Bij het meervoudig onderhands aanbesteden van werken met een geraamd bedrag tussen de € 500.000 en

€ 1.000.000,- excl. BTW vraagt de gemeente vijf offertes aan bij ondernemers. De voorkeur heeft het om minimaal twee lokale ondernemers en een landelijke ondernemer uit te nodigen.

Nationaal aanbesteden

Opdrachten onder het Europese drempelbedrag, maar boven de drempels voor meervoudig onderhands aanbesteden zal de gemeente nationaal aanbesteden.

Toepasselijke drempels:

  • ·

    vanaf € 150.000,- voor leveringen en diensten (tot drempel Europees aanbesteden);

  • ·

    vanaf € 1.000.000,- voor werken (tot drempel Europees aanbesteden).

De gemeente zal t.b.v. het bekendmaken van een aanbesteding een aankondiging op Tenderned plaatsen. Bovendien plaatst de gemeente bekendmakingen van nationale aanbestedingen op de eigen Internetsite van de gemeente.

Europees aanbesteden

Boven de (Europese) drempelbedragen besteedt de gemeente in beginsel Europees aan, tenzij dit in een bepaald geval niet nodig is op grond van de geldende wet- en regelgeving. De gemeente zal t.b.v. het bekendmaken van de aanbesteding een aankondiging op Tenderned en doorkoppeling naar de site van Ted Europa plaatsen. Bovendien plaatst de gemeente bekendmakingen van Europese aanbestedingen op de eigen Internetsite van de gemeente.

De Europese drempelbedragen worden per 2 jaar aangepast. Van 1 januari 2014 t/m 31 december 2015 gelden de navolgende drempelbedragen:

  • ·

    Leveringen en diensten vanaf € 207.000,- en hoger;

  • ·

    Werken vanaf € 5.186.000 en hoger.

2B-diensten

Bij de aanbesteding van Diensten bestaat een onderverdeling tussen diensten waarbij het volledige regime van de Europese aanbestedingsrichtlijnen van toepassing is (2A) en diensten waarbij slechts een beperkt gedeelte van de Europese aanbestedingsrichtlijnen van toepassing is; de zgn. 2B-diensten. Voor deze diensten geldt alleen de verplichting om de gunning te publiceren, de algemene regels van het EU-verdrag en de regels van het opstellen van een technische specificatie in acht te nemen.

Voor de 2B-diensten met een waarde boven de Europese drempelbedragen is het toegestaan volgens een andere procedure aan te besteden.

Als er sprake is van een grensoverschrijdend belang (ondernemers in het buitenland kunnen interesse hebben in een Nederlandse opdracht) is het verplicht bij een dienstenopdracht met een waarde boven het Europese drempelbedrag een volledige procedure te doorlopen.

5.6 Raming en financiële budget

Inkoop vindt plaats op basis van een deugdelijke en objectieve voorafgaande schriftelijke raming van de opdracht. De raming is ook van belang om de financiële haalbaarheid van de opdracht te bepalen. De gemeente wil immers niet het risico lopen dat zij verplichtingen aangaat die zij niet kan nakomen.

Ter bepaling van de toe te passen aanbestedingsvorm dient de waarde van de aan te besteden opdracht te worden geraamd met inachtneming van de navolgende uitgangspunten:

  • ·

    Een opdracht mag niet worden gesplitst/opgeknipt in kleinere opdrachten om een bepaalde aanbestedingsvorm te vermijden;

  • ·

    De waarde van de opdracht omvat de totale (meerjarige) vergoeding aan een opdrachtnemer (zie tabel beneden);

  • ·

    Voor een opdracht die een combinatie is van levering, dienst en/of werk is bepalend wat het grootste aandeel is, of het hier een werk, dienst of levering betreft;

  • ·

    Bij het bepalen van de waarde wordt de onderstaande tabel toegepast.

Looptijd

Waardebepaling

Bepaalde looptijd (max. 48 maanden)

Totale geraamde waarde voor de gehele looptijd (max. 48 maanden)

Onbekende of onbepaalde looptijd

Maandelijks bedrag (excl. BTW) vermenigvuldigd met 48 (max. 48 maanden)

De methode van raming mag niet worden gekozen met het doel de toepassing van een richtlijn of aanbestedingsvorm te vermijden.

5.7 Eerlijke mededinging en commerciële belangen

De gemeente bevordert eerlijke mededinging. De betrokken ondernemers moeten een eerlijke kans krijgen om de opdracht gegund te krijgen. Door in principe objectief, transparant en non-discriminerend te handelen, bevordert de gemeente een eerlijke mededinging. Dit zal bijdragen aan het in stand houden van een gezonde marktwerking (ook op de lange termijn). De gemeente wenst geen ondernemers te betrekken in haar inkoopproces die de mededinging vervalsen.

De gemeente heeft oog voor de belangen van de lokale ondernemers, anderzijds kan de gemeente geen positieve discriminatie toepassen ten behoeve van een individuele ondernemer of het plaatselijke MKB. Wel bieden de vastgestelde drempelwaarden beneden de drempel van nationaal (openbaar of niet-openbaar) aanbesteden mogelijkheden om:

  • ·

    bij kleinere opdrachten 1 op 1 zaken te doen met lokale partijen;

  • ·

    bij meervoudig onderhandse aanbestedingen alleen, of voor een deel, lokale partijen uit te nodigen.

Daarnaast kunnen 2B-diensten via een verlicht aanbestedingsregime bij voorkeurspartijen worden uitgezet.

5.8 Kwalitatieve gunningscriteria

De gemeente past standaard kwaliteitsaspecten toe in een offerteaanvraag of aanbesteding middels het gunningscriterium “economisch meest voordelige inschrijving”. Slechts wanneer er goede redenen zijn kan hiervan afgeweken worden en kan er gekozen worden voor het gunningscriterium laagste prijs.