Regeling vervallen per 28-11-2012

Harmonisatiebeleid gebruik openbare ruimte voor winkeluitstallingen, reclameborden, voorwerpen en terrassen

Geldend van 30-09-2009 t/m 27-11-2012

Intitulé

Harmonisatiebeleid gebruik openbare ruimte voor winkeluitstallingen, reclameborden, voorwerpen en terrassen

Inleiding

In de gemeente wordt openbare ruimte gebruikt voor de uitstalling van winkelgoederen, het plaatsen van reclameborden bij winkels en voor terrassen, alsmede voor het hebben van luifels en balkons boven gemeente-eigendommen. Ook zijn vergunning verleend voor kabels en leidingen voor particuliere bedrijven. In 2006 is het vergunningenbeleid geharmoniseerd. In 2009 is de A.P.V. gewijzigd en opnieuw vastgesteld. Veel zaken zijn niet meer vergunningplichtig. Voor de handhaving is het van belang om richtlijnen te stellen in welke situaties gebruik van de openbare ruimte toegestaan en verboden is. Dat is niet alleen in het belang voor de belanghebbende winkeliers, maar ook in het belang van de voetgangers en andere weggebruikers. Met name in situaties waarin er sprake is van gemengd gebruik van de openbare ruimte (voetgangers, parkeren en verkeer op één niveau van de bestrating).

Situatie in de voormalige gemeente Rijssen

In Rijssen is beleid voor de uitstalling van winkelwaar in het winkelerf Haarstraat, Schild en Grotestraat, almede voor de winkelwand aan de Elsenerstraat tussen Schild en Bouwstraat. Verder is er beleid in die situaties waarbij er sprake is van een verhoogd trottoir. Wij verwijzen u naar de bijlage 1 tot en met 3, waarin dit beleid is vertaald. Terrassen werden in alle wegsituaties afzonderlijk beoordeeld. In gevallen waarin er sprake is van een (verhoogd) trottoir is er altijd de eis dat tenminste 1,50 meter van het trottoir vrijgehouden moet worden voor de voetganger. De vergunningen worden gehandhaafd op basis van klachten. De laatste jaren zijn er in Rijssen veel wegsituaties ontstaan, waarbij de verhoogde trottoirs zijn opgeheven. Specifiek beleid is er niet vastgesteld voor die situaties. Ook bij winkelcentra buiten de kern zijn geen specifieke regels of richtlijnen vastgesteld. Vaak worden er uitstallingen geplaatst zonder vereiste vergunning.

Situatie in de voormalige gemeente Holten

In Holten is geen uitstallingenbeleid vastgesteld in het verleden. Individuele vergunningen zijn, voor zover na te gaan is, niet of nauwelijks verleend. Veelal is er dan ook sprake van het plaatsen van uitstallingen, zonder dat daarvoor vergunning is verleend. In gevaarlijke of anderszins niet acceptabele situaties worden ondernemers aangesproken. In de praktijk wordt dan het probleem opgelost. Voor het gebruik van terrassen op gemeentegrond is in een drietal gevallen vergunning verleend en wordt een vergoeding in rekening gebracht.

Wettelijke bepalingen

Artikel 2:10 van de APV kent de volgende bepalingen ten aanzien van het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg:

Artikel 2:10 Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie ervan.

  • 1.

    Het is verboden de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie ervan, als:

  • a.

    het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

  • b.

    het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand.

  • 2.

    Het bevoegd bestuursorgaan kan in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels stellen ten aanzien van terrassen en uitstallingen,verwijzingsborden en reclame-uitingen.

  • 3.

    Het bevoegd bestuursorgaan kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 4.

    Het verbod in het eerste lid geldt niet voor:

  • a.

    evenementen als bedoeld in artikel 2:24;

  • b.

    standplaatsen als bedoeld in artikel 5:19.

  • 5.

    Het verbod in het eerste lid geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken, artikel 5 van de Wegenverkeerswet, of het Provinciaal wegenreglement.

Er is geen vergunning noodzakelijk. Wel is er een verbod om onder bepaalde omstandigheden voorwerpen te plaatsen. Bij een verbod kan het gemeentebestuur ontheffing verlenen. Dat kan alleen in uitzonderlijke gevallen van toepassing zijn.

Uit het feit dat hier sprake is van een systeem van gebaseerd is op het beginsel “toegestaan, tenzij”, moet geconcludeerd worden dat de gemeente uitstallingen, terrassen etcetera over het algemeen wel wil toestaan, maar dat het gereguleerd moet plaatsvinden binnen bepaalde normen van de APV. Een uitstalling als bedoeld in het eerste lid van 2:10. A.P.V. kan verboden worden, als de omstandigheden als beschreven in het eerste lid onder a. en b. zich voordoen.

Begripsomschrijvingen

De begrippen, zoals deze gehanteerd worden in de A.P.V. zijn van toepassing voor deze richtlijnen.

De eigendomssituatie doet daarin niet ter zake. Ook particulier eigendom kan behoren tot de openbare weg. In veel gevallen, met name in het centrum van de kernen, is daarvan sprake.

Reikwijdte van de notitie

Deze notitie heeft uitsluitend betrekking op winkeluitstallingen, (winkel)reclameborden, voorwerpen op, aan of boven de openbare weg met een permanent karakter en terrassen. Bij voorwerpen op of aan de openbare weg moet gedacht worden aan kabels en leiding onder de grond en aan luifels aan bouwwerken die boven gemeentegrond hangen. Deze notitie heeft geen betrekking op tijdelijke aankondigingborden voor evenementen. Daarvoor is een afzonderlijk beleid vastgesteld.

Doelstelling van de notitie

De doelstelling is om in het belang van de openbare orde en veiligheid regels te stellen voor het gebruik van openbare ruimte. Ook voorziet de regeling in een recognitieregeling. De recognitie is een vergoeding voor het gebruik van gemeente-eigendommen en dient ter erkenning van het eigendomsrecht.

Gebiedsindeling voor het vaststellen van beleidsregels

Omdat niet alle gebieden van de openbare ruimte op dezelfde wijze zijn ingericht, kunnen in de verschillende gebieden niet overal dezelfde regels worden toegepast. Daarom is het noodzakelijk dat de gebieden worden gecategoriseerd, zodat per categorie zoveel mogelijk hetzelfde beleid kan worden gevoerd.

Voor te stellen gebieden

De volgende openbare gebieden kunnen onderverdeeld worden in:

  • 1.

    De gebieden waar een verhoogd trottoir of een als zodanig herkenbaar voetpad aanwezig is. Dit kunnen zowel gebieden zijn die in Holten, Dijkerhoek of Rijssen liggen.

  • 2.

    De specifieke winkelgebieden waar de ruimtelijke omgeving verschillend is ingericht. Het betref hier verschillende gebieden:

  • a.

    Winkelerf Haarstraat, Schild, Grotestraat in Rijssen

  • b.

    Winkelerf Elsenerstraat, Rozengaarde (Stadhuisplein), Bouwstraat in Rijssen

  • c.

    Winkelerf omgeving winkelcentrum De Hoge Wal (Hogepad en Walstraat) in Rijssen

  • d.

    Winkelerf Enterstraat in Rijssen

  • e.

    Openbare ruimte winkelcentrum Braakmanslanden in Rijssen

  • f.

    Openbare ruimte Smidsbelt, Kerkstraat in Holten

  • 3.

    De overige gebieden, zoals de industrieterreinen en de wegen buiten de bebouwde kommen. De vast te stellen beleidslijnen moeten betrekking hebben op de belangen die vermeld zijn in artikel 2.10 van de A.P.V.

A. vaststellen algemene voorwaarden

Zoals aangegeven is er een verschil tussen een winkeluitstalling, een reclamebord of een terras. Er zijn richtlijnen/voorschriften die in alle situaties van toepassing zijn.

Voorschriften:

  • 1.

    Winkeluitstallingen en reclameborden worden verboden als de uitstalling anders dan voor of naast de gevel van het pand waarin de betreffende bedrijfsmatige handelingen worden verricht, is uitgestald. Toelichting: Er moet en directe relatie zijn tussen de te plaatsen objecten en het pand waar de betreffende bedrijfsmatige activiteiten worden uitgeoefend. Buren of andere belanghebbenden mogen geen overlast ondervinden van uitstallingen, reclameborden of terrassen. Wanneer een winkelpand ook aan de achterzijde aan een openbare weg grenst, zien we vaak dat daar ook borden worden geplaatst. Dit geeft vaak een rommelige indruk. In deze situatie achten wij het gewenst dat aan de achterzijde geen borden of uitstallingen mogen worden geplaatst op de openbare weg.

  • 2.

    Er moet een vrije doorgang voor voetgangers van ten minste 1,80 meter beschikbaar blijven op het uitsluitend voor voetgangers bestemde weggedeelte. Indien de uitstalling op voor voetgangers bestemd gebied uitgestald staat, dient ten behoeve van de doorgang van hulpverlenings-voertuigen een vrije ruimte van 4,50 meter beschikbaar te blijven. Als aan deze richtlijn niet wordt voldaan is de uitstalling verboden Toelichting: Voetgangers moeten vrij gebruik kunnen maken van het voetgangersgedeelte. 1,80 meter is een minimum norm. Voorkomen moet worden dat voetgangers gedwongen worden over de rijbaan te lopen. In bestaande vergunningen is in het verleden ook een norm van 1,50 m toegepast. Naar aanleiding van een inspraakreactie van het Gehandicaptenplatform wordt de norm op 1,80 m gesteld voor nieuw te verlenen vergunningen. De norm van een vrije voetgangersruimte geldt nu voor nieuw uit te geven vergunningen. Bestaande rechten blijven als overgangsrecht gehandhaafd zolang de bestaande vergunning gebruikt kan worden. Wanneer er uitsluitend een voor voetgangers bestemd gedeelte is, moet er in ieder geval ten behoeve van de hulpverleningsvoertuigen een vrije ruimte van 4,50 meter beschikbaar blijven.

  • 3.

    Voorwerpen op de rijbaan voor het verkeer zijn niet toegestaan. Deze voorwaarde spreekt voor zich en is gesteld in het belang van de verkeersveiligheid. De rijbaan moet ook te allen tijde vrij blijven ten behoeve van de doorgang van de hulpdiensten (veiligheid).

  • 4.

    De voorwerpen mogen niet op voor parkeren bestemde weggedeeltes worden geplaatst. Deze voorwaarde is noodzakelijk om de beoogde parkeergelegenheid beschikbaar te houden voor het doel waarvoor ze zijn gerealiseerd (bruikbaarheid).

  • 5.

    Plaatsing van voorwerpen in of op gemeentelijk plantsoenen is niet toegestaan. Plaatsing van reclameborden en uitstallingen op het gemeentelijk plantsoen is niet gewenst uit oogpunt van redelijke eisen van welstand. Bovendien belemmert de aanwezigheid van voorwerpen op of in het gemeentelijk plantsoen een doelmatig beheer en onderhoud. Dit geldt vooral voor grasperkjes, die in de zomer gemaaid moeten worden.

  • 6.

    De losse voorwerpen mogen alleen op de openbare weg staan tijdens de openingstijden van de winkel. Buiten winkelopeningstijden, wanneer er geen beheer is, is een uitstalling van losse voorwerpen niet toegestaan Buiten de winkeltijden is er veelal geen beheer over de vaak losse voorwerpen. Daarom is het noodzakelijk dat na winkelsluiting de goederen en voorwerpen van de openbare weg worden verwijderd en binnen worden gezet.

  • 7.

    Maximum aantal reclameborden Aan het plaatsen van een reclamebord wordt een maximum van 1 per winkel gesteld. De maximale oppervlakte bedraagt 1 m2, een en ander met in achtneming van een maximale hoogte van 1,50 meter en een maximale breedte van 1,00 meter per bord. In Rijssen zijn in het verleden aan 3 supermarkten vergunningen verleend voor het plaatsen van meerdere reclamestandaards voor hun zaak. De bestaande rechten worden bij wijze van overgangsrecht gehandhaafd, gedurende een periode van 3 jaar, ingaande het jaar volgend waarop de richtlijnen in werking treden.

  • 8.

    Voorwerpen die de toegangen tot winkels en horeca belemmeren zijn verboden. Voorwerpen op de weg moeten zo opgesteld worden dat voetgangers en rolstoelgebruikers vanaf de openbare weg gemakkelijk toegang kunnen krijgen tot de winkel of horecagelegenheid. Dit betekent dat er geen voorwerpen of uitstallingen voor de winkeldeur mogen worden geplaatst.

Hieronder volgt een beschrijving van de specifieke gebieden en de daarbij behorende voorschriften:

B. Eisen aan voorwerpen in de openbare ruimte met verhoogd trottoir of als zodanig aangegeven voetpad

Aan de volgende eisen moet worden voldaan voor het plaatsen van een voorwerp op het voor voetgangers bestemde weggedeelte:

  • 1.

    De voorwerpen moeten voor de voorgevel of naast de zijgevel worden geplaatst.

  • 2.

    Er moet op het trottoir of op het als zodanig herkenbare voetpad een vrije ruimte voor voetgangers overblijven van tenminste 1,80 meter. Voor bestaande vergunning geldt overgangsrecht (zie hiervoor).

  • 3.

    Wanneer het gebruik van de openbare grond hieraan niet voldoet, is het gebruik verboden.

C. Specifieke eisen voor de afzonderlijke winkelgebieden waar geen verhoogd trottoir is.

Winkelerf Haarstraat, Schild, Grotestraat, Elsenerstraat, Kerkstraat, Rozengaarde en Bouwstraat in Rijssen

  • 1.

    Voorwerpen mogen alleen uitgestald worden op de zwarte steenstrook voor de winkel. Dit is bestaand beleid en vastgesteld bij de renovatie van het winkelerf.

  • 2.

    Gebruik van openbare grond buiten de grijze steenstrook is verboden.

  • 3.

    Voor terrassen geldt dat deze mogen worden ingericht voor het horecapand op het niet voor rijverkeer bestemde gedeelte.

  • 4.

    In overige gevallen maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, mits de afstand tot de rijloper (gedeelte bestemd voor rijverkeer) ten minste 1,80 meter bedraagt.

Winkelerf Walstraat en Enterstraat in Rijssen

  • 1.

    Daar waar zich een grijze uitstallingstrook bevindt worden de uitstallingen beperkt tot de grijze uitstallingstrook.

  • 2.

    In overige gevallen maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, mits de afstand tot de rijloper (gedeelte bestemd voor rijverkeer) ten minste 1,80 meter bedraagt. De norm van 1,80 meter afstand tot de rijloper is noodzakelijk om de voetganger niet in de problemen te brengen. Ter plaatse maakt het gemotoriseerde verkeer gebruik van de rijloper.

Winkelerf omgeving De Hoge Wal zijde Hogepad in Rijssen

  • 1.

    Daar waar zich een grijze uitstallingstrook bevindt worden de uitstallingen beperkt tot de grijze uitstallingstrook.

  • 2.

    In overige gevallen maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, met dien verstand dat er ten minste 1,80 meter ruimte overblijft voor voetgangers

  • 3.

    Voor terrassen geldt alleen de eis dat ten minste 1,80 meter vrije ruimte beschikbaar blijft voor voetgangers. De overige ruimte voor de gevel mag opgevuld worden. Voor het terras behorende bij het horecabedrijf is een afzonderlijke vergunning verleend.

Winkelcentrum Braakmanslanden in Rijssen

  • 1.

    Maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, met dien verstand dat er ten minste 1,80 meter ruimte overblijft voor voetgangers.

  • 2.

    Voor één terras is een afzonderlijke vergunning verleend.

Openbare ruimte De Smidsbelt en Kerkstraat in Holten

  • 1.

    Maximaal 1,50 meter uit de gevel van het pand, mits de afstand tot de rijloper (gedeelte bestemd voor rijverkeer) ten minste 1,80 meter bedraagt.

  • 2.

    Voor terrassen geldt alleen de eis dat ten minste 1,80 meter vrije ruimte beschikbaar blijft voor voetgangers. De overige ruimte voor de gevel mag opgevuld worden.

Wanneer zich situaties voordoen, die op gespannen voet staan met bovenstaande voorschriften, wordt geacht dat het gebruik van de openbare ruimte strijdig is het bepaalde in artikel 2.10, lid, onder a en/b van de APV en kan de gemeente het gebruik verbieden.

D. Gebruik openbare grond op industrieterreinen en buiten de bebouwde kom

Op industrieterreinen wordt geen medewerking verleend voor het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg. Veelal is er voldoende ruimte om op eigen terrein aanduidingen en of reclame-uitingen te realiseren. Het “schoonhouden” van de openbare ruimte op het industrieterrein komt de beeldkwaliteit van het industrieterrein ten goede. Wel wordt in noodzakelijke gevallen medewerking verleend voor het leggen van een kabel of buis in gemeentegrond. Ook in het buitengebied wordt geen medewerking verleend aan het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg. Daar waar behoefte is aan voorwerpen of aanduidingen dient dit op eigen terrein plaats te vinden. In één situatie is wel medewerking verleend, namelijk voor Landal Greenparks ten behoeve van de interne bewegwijzering van het complex.

E. Uitzonderingen op het beleid

Het vast te stellen beleid voor het plaatsen van voorwerpen op de openbare weg is niet van toepassing in de volgende situaties:

  • *.

    het plaatsen van lichtmastreclame in opdracht van de gemeente;

  • *.

    het plaatsen van reclameposters in de abri’s door CBS Outdoor;

  • *.

    het plaatsen van bewegwijzering en andere aanduidingen of voorwerpen door of vanwege de overheid aangebracht.

  • *.

    Het kortstondige plaatsen van afvalcontainers die ter lediging worden aangeboden overeenkomstig de bepaling van de Afvalstoffenverordening.

F. Administratieve wijze van uitvoering van het geharmoniseerde beleid

In de notitie onderscheiden we bij gebruik van gemeente-eigendommen de volgende zaken:

  • 1.

    uitstallingen van winkelwaar

  • 2.

    verwijderbare reclamestandaards en reclameborden

  • 3.

    vaste met de grond verbonden voorwerpen, zoals luifels, balkons, kabels, leidingen en reclamezuilen

  • 4.

    horecaterrassen, al dan niet met parasols en windschermen

  • 1.

    Uitstallingen van winkelwaar

    Er is in de nieuwe APV geen vergunningplicht. Wel kan een uitstalling verboden worden. De handhaving dient dan ook getoetst te worden aan de algemene en de locatiegebonden voorschriften. Wanneer een winkelier zich niet houdt aan deze voorschriften, kan de uitstalling verboden worden en handelt de betrokken derhalve in strijd met de A.P.V. Er kan dan handhavend worden opgetreden.

  • 2.

    Verwijderbare reclamestandaards en reclameborden Reclamestandaards en –borden bieden vaak een minder fraai beeld in de winkelomgeving. Deze moeten zoveel mogelijk geweerd worden. Als deze standaards niet voldoen aan deze richtlijnen, kunnen ze verboden worden.

  • 3.

    Vaste met de grond verbonden voorwerpen

    Wanneer er vaste voorwerpen geplaatst worden moet er toestemming zijn van de grondeigenaar. Veelal is dat de gemeente. Ook kunnen hier andere regels van de APV van toepassing zijn, die het plaatsen van een vast voorwerp vergunningplichtig maken, bijvoorbeeld bouwvergunning of reclamevergunning. De gemeente rekent een vergoeding voor het gebruik van de grond.

  • 4.

    Horecaterrassen Hiervoor is ook een vergunning ingevolge de Drank- en horecawet nodig. Deze vergunningensystematiek blijft ongewijzigd.

G. Financiële vergoeding voor gebruik gemeente-eigendommen ter erkenning van het eigendomsrecht (recognities)

Situatie Rijssen Ter erkenning van het eigendomsrecht worden contractuele bijdragen of recognities in rekening gebracht bij bedrijven en particulieren die eigendommen op, in of boven gemeentegrond hebben. De huidige bijdragen recognities kunnen als volgt gerubriceerd worden:

  • a.

    recognities ten behoeve van zakenpanden/zakelijk gebruik buiten het winkelerf

    Hiervoor wordt een jaarlijks bedrag van € 45,38 (f. 100,00) in rekening gebracht. De onderwerpen die hier onder vallen variëren van een luifel of balkon boven, een kabel of leiding in, tot het uitstallen van goederen of het plaatsen van een reclamestandaard op gemeentegrond. Voor terrassen buiten het winkelerf wordt ook deze vergoeding gevraagd.

  • b.

    recognitie/bijdragen ten behoeve van zakenpanden/zakelijk gebruik in het winkelerf

    Het winkelerf omvat Haarstraat, Schild en Grotestraat in Rijssen. De volgende bijdragen worden in rekening gebracht:

  • 1.

    voor het hebben van een luifel die geen steunpunt in gemeentegrond heeft: een recognitie van € 0,45 per jaar;

  • 2.

    voor het hebben van een luifel, die wel een steunpunt in gemeentegrond heeft, is een notariële akte opgemaakt en is opstalrecht verleend. Contractueel is overeengekomen dat de bijdrage € 0,45 (f. 1,-) per jaar bedraagt (aktes opgemaakt in 1981 in kader luifelplan winkelerf);

  • 3.

    voor het uitstallen van goederen geldt dat hiervoor in het winkelerf geen recognitie in rekening wordt gebracht; het uitstallen van goederen is bij algemene ontheffing geregeld en geldt onder bepaalde voorwaarden. In 1981 is dit zo geregeld, omdat de winkeliers zouden zorgen voor verzorging van de groenvoorzieningen in het winkelerf en in de winterperiode het erf sneeuwvrij zouden houden. Voor terrassen in het winkelerf wordt geen vergoeding gevraagd.

  • c.

    Recognities particulieren

    Aan particulieren wordt een bedrag van € 11,34 in rekening gebracht. Er zijn slechts enkele situaties bekend.

    Situatie in Holten In Holten worden aan 3 horecaondernemers een bedrag van € 4,54 in rekening gebracht voor gebruik van gemeentegrond als terras (Poon Chu Po, Kamphuis en Nijkamp). Verder wordt aan Landal Greenparks een bedrag van € 45,38 in rekening gebracht voor het hebben van interne bewegwijzeringborden op openbare grond.

H. Gebruik gemeentegrond ten behoeve van opslag bouwmaterialen

Dit is via de tarievennota geharmoniseerd. De kosten bedragen € 4,20 per m² per maand bij gebruik van meer dan 20 m². Bij ingebruikname van minder dan 20 m² zijn geen kosten verschuldigd. Deze regeling wordt in de hele gemeente toegepast.

I. Harmonisering tarieven recognities

Uit het vorenstaande blijkt dat er nog wel wat verschil zit tussen de situatie in Rijssen onderling en ook in Holten.

Voorstel harmonisering tarieven recognities

Wat de tarieven betreft wordt voorgesteld de bedragen te harmoniseren en af te ronden naar een rond bedrag. Voor commerciële objecten wordt voorgesteld om het bedrag af te ronden op € 50,-. Dit is verantwoord omdat de laatste 10 jaar er geen indexering of herziening van tarieven heeft plaatsgevonden. Voor luifels bij particulier gebruik dient naar onze mening het bedrag gering te worden gehouden. Dit kan afgerond worden op € 11,- per jaar. Bij luifels die via notariële acte zijn geregeld, dient het afgesproken bedrag gerespecteerd te worden. Voor reclamestandaards en -borden wordt geadviseerd een tarief te stellen van € 50,- per bord per jaar. Winkeluitstallingen verhogen over het algemeen de sfeer in de winkelomgeving. Tegen dergelijke uitstallingen behoeft geen bezwaar te bestaan. Analoog aan het feit dat winkeluitstallingen vergunningvrij onder voorschriften kunnen worden geplaatst, wordt geadviseerd hier geen tarief voor in rekening te brengen. In de terrassen heersen de meeste verschillen. In het winkelerf Rijssen geen vergoeding, overige situaties in Rijssen € 45,- vergoeding en in Holten € 4,50. Gebruik van openbaar gemeente-eigendom voor horecaterras heeft een commercieel karakter. Ter erkenning van het eigendomsrecht wordt geadviseerd een bedrag van € 50,- per terras in rekening te brengen. De horecaondernemers, die tot nu toe nog niets of een gering bedrag betaalden, is dit procentueel een forse verhoging. Wij zijn echter van mening dat een bedrag van € 50,- per jaar zeker verantwoord is, gelet op de bedrijfsmatige activiteiten (en dus ook rendement) dat uit de terrassen kan worden gehaald. Uiteraard is een vergoeding alleen verschuldigd als gemeentegrond wordt gebruikt. In sommige gevallen zijn er terrassen op eigen terrein. In dat geval is geen recognitie verschuldigd.

Resumerend is voor gebruik openbare gemeentegrond de volgende jaarlijkse recognitie verschuldigd:

  • *.

    Winkeluitstallingen: geen vergoeding verschuldigd

  • *.

    Losse reclameborden of -standaards: € 50,- per reclamebord of –standaard per jaar

  • *.

    Vaste met de grond of onroerende zaak verbonden voorwerpen, zoals luifels, balkons, vlaggenmasten en kabels en leidingen en andere bouwkundige voorzieningen en afvalcontainers in- op of boven gemeentegrond, voor zakelijk gebruik: € 50,- per jaar;

  • *.

    Luifels boven gemeentegrond in het winkelerf Rijssen overeenkomstig bestaande overeenkomst of contract € 0,45 per jaar;

  • *.

    Luifels en balkons boven gemeentegrond voor particulier gebruik € 11,-

  • *.

    Terrassen bij horecabedrijven op gemeentegrond € 50,- per jaar.

J. Inning van recognities

De inning van recognities is gebonden aan de privaatrechtelijke toestemming van de gemeente om de openbare grond te mogen gebruiken.

K. Wijze van communicatie

De oorspronkelijke richtlijnen hebben vier weken ter inzage gelegen. Het gehandicapten platform heeft ingesproken. Hiervan is een afzonderlijk inspraakverslag gemaakt. De kring werkgevers Rijssen heeft schriftelijk aangegeven in te stemmen met de notitie. Van overige instanties of particulieren is geen reactie ontvangen.

De wijziging van 22 juli 2008 is van technische aard en is niet vooraf ter inzage gelegd.

De wijziging van 2009 is een gevolg van het in werking treden van de nieuwe A.P.V. op 8 april 2009 en bevatten inhoudelijk geen wijzigingen. In de notitie is de formulering aangepast aan die in de A.P.V.

Rijssen, 10 augustus 2009.

Burgemeester en wethouders van Rijssen-Holten.

A.C. van Eck

drs. mr. B. Koelewijn

secretaris

burgemeester