Regeling vervallen per 11-12-2017

Verordening op de speelautomatenhallen gemeente Roosendaal

Geldend van 28-12-2009 t/m 10-12-2017

Intitulé

Verordening op de speelautomatenhallen gemeente Roosendaal

De raad van de gemeente ;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 januari 1999, nr. 6;

Gelet op de Wet op de Kansspelen;

HEEFT BESLOTEN:

vast te stellen de volgende “Verordening op speelautomatenhallen gemeente ”.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • A.

    de wet : de Wet op de kansspelen;

  • B.

    Speelautomatenbesluit : Koninklijk Besluit van 24 november 1986, Stb. 589;

  • C.

    speelautomaat : een toestel, ingericht voor de beoefening van

    een spel, dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot de middellijke of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies; daaronder begrepen het recht om gratis verder te spelen;

  • D.

    behendigheidsautomaat : een speelautomaat waarvan het spelresultaatuitsluitend kan leiden tot een verlengde

    speelduur of recht op gratis spellen, en het proces, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden beïnvloed en het

    geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht afhangt of in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spellen verkregen wordt;

  • E.

    kansspelautomaat : een speelautomaat die geenbehendigheidsautomaat is;

  • F.

    speelautomatenhal : een inrichting, bestemd om het publiek

    gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, onder c van de wet;

  • G.

    ondernemer : de natuurlijke of rechtspersoon die eenspeelautomatenhal exploiteert;

  • H.

    beheerder : degene die met het dagelijks toezicht en de

    onmiddellijke leiding in een speelautomatenhal is belast;

  • I.

    openbare weg : alle voor het openbare rij- of ander verkeer

    openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en de zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de

    wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.

Artikel 2 Verbod speelautomatenhallen. Maximum aantal

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

  • 2. De burgemeester kan uitsluitend voor maximaal 3 (drie) speelautomatenhallen een vergunning verlenen voor die delen van de gemeente die op de bij deze verordening behorende kaart zijn aangegeven, waarbij per zone maximaal 1 (één) vergunning kan worden verleend.

  • 3. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

Artikel 3 Aanvraag

De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:

  • a.

    een nauwkeurige beschrijving van de inrichting waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, alsmede een plattegrond waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welk aantal kansspel- en behendigheidsautomaten worden opgesteld;

  • b.

    een verklaring waaruit blijkt, dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • c.

    een verklaring omtrent het gedragvan de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, vandegene(n) die de onderneming krachtens de bij te voegen statuten vertegenwoordig(en)t en van de beheerder(s).

Artikel 4 Beslissingstermijn

  • 1. De burgemeester beslist binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd. De beslissing wordt alleen verdaagd als de complexiteit van de aanvraag dat noodzakelijk maakt.

  • 2. Op aanvragen om vergunning wordt beslist in de volgorde waarin de aanvragen, met bijbehorende bescheiden, zijn ontvangen.

  • 3. Voor zoveel nodig in afwijking van het tweede lid wordt, bij gelijktijdig in behandeling zijnde aanvragen, als eerste beslist op een aanvraag die betrekking heeft op een speelautomatenhal welke wordt geëxploiteerd door de aanvrager met een vergunning op grond van de ‘Verordening speelautomaten(hallen)’.

Artikel 5 Inhoud vergunning

  • 1. De vergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet

    overdraagbaar.

  • 2. In de vergunning wordt de naam van de beheerder(s) vermeld.

  • 3. Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden. Deze hebben in elk geval

    betrekking op:

    • a.

      de sluitingstijden van de speelautomatenhal;

    • b.

      het toezicht in de speelautomatenhal;

    • c.

      het aantal en type speelautomaten dat mag worden opgesteld;

    • d.

      de exploitatie van de hal, waaronder begrepen:

      • -

        de zorg voor het voorkomen van nadelen voor de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving;

      • -

        het erop toezien dat er geen overmatig gokgedrag plaatsvindt en dat per persoon niet langer dan één uur achtereen op een kansspelautomaat wordt gespeeld;

      • -

        het door middel van stickers op kansspelautomaten waarschuwen voor het risico van

        gokverslaving;

      • -

        de opleiding van de beheerder en het personeel van de hal met betrekking tot opvang en begeleiding van gokverslaving; het wijzen van personen waarbij sprake is van overmatig gokgedrag op de gevaren daarvan; het daartoe beschikbaar stellen van voorlichtingsmateriaal;

      • -

        het weren van gokverslaafden uit de hal en het verwijzen van hen naar hulpverleningsinstellingen;

    • e.

      de geldigheidsduur van de vergunning.

Artikel 6 Weigeren

De vergunning wordt geweigerd, indien:

  • a.

    het maximum aantal te verlenen vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

  • b.

    de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is;

  • c.

    de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

  • d.

    de ondernemer of beheerder(s) onder curatele staat(staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende goederen, als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek;

  • e.

    door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de woon- en leefsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze wordt beïnvloed;

  • f.

    exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan, dan wel met een van kracht zijnd stadsvernieuwingsplan of leefmilieuverordening in de zin van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing;

  • g.

    de vrees gewettigd is, dat het verlenen van de vergunning ernstig gevaar zou opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid.

De burgemeester kan ontheffing verlenen van het in c. gestelde leeftijdsvereiste.

Artikel 7 Nieuwe beheerder

  • 1. Indien de overeenkomstig artikel 5, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 3, onder d, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken dagen nadat de in artikel 3 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.

  • 2. De vergunning vervalt indien de beslissing op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvraag is ingediend binnen zesentwintig weken na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8 Intrekken vergunning

De burgemeester de vergunning intrekken, indien:

  • a.

    blijkt dat de vergunning tengevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is afgegeven zodanig zijn gewijzigd, dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 6, onder e;

  • c.

    gehandeld wordt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen;

  • d.

    de exploitatie van de speelautomatenhal voor een periode van langer dan zes maanden is of wordt onderbroken;

  • e.

    de vrees gewettigd is dat het van kracht blijven van de vergunning ernstig gevaar zou opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid.

Artikel 9 Overgang na overlijden en wisseling van ondernemer

  • 1. Indien een ondernemer komt te overlijden dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, binnen dertien weken een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 2. In alle andere gevallen van wisseling van ondernemer dient binnen vier weken na overname van de speelautomaat een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 3. Zolang op een tijdig ingediende aanvraag niet is beslist is voortzetting van de exploitatie

    toegestaan, met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de

    van rechtswege vervallen vergunning.

Artikel 10 Strafsanctie

Overtreding van artikel 2 van deze verordening en van de krachtens dit artikel gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee manden of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 11 Opsporing

De opsporing van de in artikel 10 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 12 Binnentreding

Zo dikwijls de zorg voor de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde is vereist, wordt de bevoegdheid te allen tijde een speelautomatenhal, desnoods tegen de wil van de rechthebbende of gebruiker, te betreden, verleend aan de ambtenaren:

  • a.

    die door het bevoegde bestuursorgaan belast zijn met de uitvoering van bestuursdwang ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening;

  • b.

    die belast zijn met de opsporing van overtredingen van het bepaalde bij of krachtens

    deze verordening; een en ander voor zover dit redelijkerwijs voor de vervulling van

    hun taak nodig is.

Artikel 13 Overgangsbepalingen

Vergunningen die voor de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend, worden geacht vergunningen in de zin van deze verordening te zijn.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening speelautomatenhallen gemeente ’.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de achtste dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 28 januari 1999.

De secretaris,

De voorzitter,

Bijlage verordening op de speelautomatenhallen gemeente Roosendaal