Verordening inburgering

Geldend van 29-04-2013 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2013

Intitulé

Verordening inburgering

De raad van de gemeente Roosendaal;

 

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 maart 2013;

 

Gelet op de artikelen 8, 19, vijfde en zesde lid, 23, derde lid, 24c, 24f en 35 van de Wet inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012 en artikel X van de wet van 13 september 2012 tot wijziging van de Wet inburgering (2012, 430);

 

BESLUIT

 

vast te stellen de Verordening inburgering

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving worden verstaan onder:

    • a.

      het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;

    • b.

      de wet: de Wet inburgering;

    • c.

      de inburgeringsplichtige: persoon, bedoeld in hoofdstuk 2 van de wet.

  • 2. De begripsomschrijvingen in de wet en de daarop berustende regelingen zijn van toepassing op de begrippen die in deze verordening worden gebruikt.

Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen

  • 1. De vreemdeling, die op grond van de Wet inburgering na 1 januari 2013 inburgeringsplichtig wordt, zal bij de verlening van de verblijfsvergunning worden geïnformeerd over de inburgeringsplicht, de termijn waarbinnen aan deze plicht moet worden voldaan, de mogelijkheden om aan deze plicht te voldoen waaronder de sociale leenfaciliteit en de consequenties wanneer niet aan de plicht wordt voldaan door de Dienst Uitvoering Onderwijs

    (DUO)

  • 2. Het college draagt zorg voor dat de inburgeringsplichtigen die onder het overgangsrecht vallen op een doeltreffende en doelmatige wijze worden geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde van de wet en over het aanbod van en de toegang tot inburgeringsvoorzieningen.

Hoofdstuk 2 Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening

Artikel 3 Aanwijzen van de doelgroepen

  • 1. Het college biedt aan de navolgende groepen een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening aan:

    • a.

      Nieuwkomers die voor 1 januari 2013 inburgeringsplichtig zijn geworden, nog geen beschikking van het college hebben gekregen, en een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd hebben;

    • b.

      Nieuwkomers die voor 1 januari 2013 inburgeringsplichtig zijn geworden en geestelijk bedienaar zijn.

Artikel 4 De samenstelling van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening

  • 1. Het college stemt de voorziening of taalkennisvoorziening, met uitzondering van die voorziening aan geestelijke bedienaren, af op het startniveau en de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de inburgeringsplichtige.

  • 2. Indien de inburgeringsplichtige een voorziening gericht op arbeidsinschakeling wordt aangeboden, draagt het college er zorg voor dat de inburgeringsvoorziening op de voorziening gericht op arbeidsinschakeling wordt afgestemd.

  • 3. Een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening kan, naast datgene dat in de wet is geregeld, aanvullende faciliteiten gericht op het halen van het inburgeringsexamen bevatten.

  • 4. Voor de inburgeringsplichtige houder van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, zoals bedoeld in artikel 3, onderdeel a, maakt maatschappelijke begeleiding onderdeel uit van de inburgeringsvoorziening.

Artikel 5 Opleggen van verplichtingen

Het college kan een inburgeringsplichtige bij beschikking een of meer van de volgende verplichtingen opleggen:

  • a.

    Het deelnemen aan de aangeboden inburgeringscursus;

  • b.

    Het deelnemen aan gesprekken met de trajectbegeleider;

  • c.

    Het deelnemen aan voortgangsgesprekken;

  • d.

    Voor de eerste maal deelnemen aan het inburgeringsexamen op een tijdstip dat door het college wordt bepaald;

  • e.

    Het melden indien door ziekte dan wel door andere relevante omstandigheden niet aan de verplichtingen in de beschikking kan worden voldaan;

  • f.

    Overige verplichtingen die het bereiken van het doel van de inburgeringscursus kunnen ondersteunen.

Hoofdstuk 3 Het aanbod van een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening

Artikel 6 De procedure van het doen van een aanbod

  • 1. Het college doet het aanbod krachtens deze verordening schriftelijk. Het aanbod wordt gezonden naar het adres waar de inburgeringsplichtige in de gemeentelijke basisadministratie is ingeschreven.

  • 2. In het aanbod wordt een omschrijving gegeven van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening die wordt aangeboden en worden de rechten en verplichtingen vermeld die aan die voorziening worden verbonden.

  • 3. De inburgeringsplichtige aan wie een aanbod wordt gedaan, deelt binnen zes weken het college schriftelijk mee of hij het aanbod al dan niet aanvaardt.

  • 4. Wanneer de inburgeringsplichtige het aanbod aanvaardt, neemt het college binnen acht weken na ontvangst van deze mededeling het besluit tot toekenning van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening, overeenkomstig het gedane aanbod.

Artikel 7 De inhoud van de beschikking

Het besluit tot toekenning van een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening bevat in ieder geval:

  • a.

    een beschrijving van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening;

  • b.

    een opgave van de rechten en verplichtingen van de inburgeringsplichtige;

  • c.

    de datum waarop het inburgeringsexamen behaald moet zijn;

  • d.

    de termijnen en wijze van betaling eigen bijdrage;

  • e.

    de datum waarop de termijn van handhaving van de inburgeringsplicht aanvangt.

Hoofdstuk 4 De bestuurlijke boete

Artikel 8 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen

  • 1. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste 250 euro indien de inburgeringsplichtige of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtigegeen of onvoldoende medewerking verleent aan het onderzoek, bedoeld in artikel 25, vierde lid, van de wet.

  • 2. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste 500 euro indien de inburgeringsplichtige geen of onvoldoende medewerking verleent aan de uitvoering van de voor hem vastgestelde inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening, bedoeld in artikel 6 van deze verordening.

  • 3. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste 1250 euro indien de inburgeringsplichtige niet binnen de in artikel 7, eerste lid, van de wet bedoelde termijn of binnen de door het college op grond van artikel 31, tweede lid, onderdeel a, van de wet verlengde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

Artikel 9 Verhoging van de bestuurlijke boete bij herhaling van de overtreding

  • 1. De bestuurlijke boete voor overtredingen, bedoeld in artikel 9, eerste lid, bedraagt ten hoogste 250 euro indien de inburgeringsplichtige zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding.

  • 2. De bestuurlijke boete voor overtredingen, bedoeld in artikel 9, tweede lid, bedraagt ten hoogste 500 euro indien de inburgeringsplichtige zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding.

  • 3. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste 1000 euro indien de inburgeringsplichtige niet binnen de door het college op grond van artikel 32 van de wet vastgestelde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

  • 4. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste 1250 euro indien de inburgeringsplichtige niet binnen de door het college op grond van artikel 33, tweede lid, van de wet vastgestelde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 10 Overgangsrecht

Een inburgeringstermijn dat is aangevangen voor 1 januari 2013 wordt afgedaan volgens de bepalingen van de Verordening inburgering welke is vastgesteld op 7 oktober 2010.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2013.

  • 2. De Verordening inburgering vastgesteld op 7 oktober 2010 wordt ingetrokken.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening inburgering.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 17 april 2013,
de griffier, de voorzitter,

Inhoudsopgave