Subsidieregeling Peuteropvang armoede 2020-2022

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• a.

  Armoede: kinderen uit een gezin met een laag inkomen of waar armoede is ontstaan door andere factoren, die hierdoor de inkomensafhankelijke ouderbijdrage niet kunnen betalen.

• b.

  Peuteropvang: een voorziening voor kinderen van 2-4 jaar waar speelgelegenheid wordt geboden gedurende 2 of meer dagdelen per week met als doel de ontwikkeling van deze kinderen te bevorderen, onder leiding van twee beroepskrachten op een groep van maximaal 16 kinderen.

• c.

  Kinderopvangtoeslag: een bijdrage van de Belastingdienst in de kosten die gemaakt worden voor de (peuter)opvang.

• d.

  Toetsingsinkomen: het jaarinkomen van de ouder(s) van de peuter.

• e.

  Jaarlijkse subsidie: subsidie die per jaar aan een organisatie voor een periode van maximaal vier jaar wordt verstrekt.

• f.

  TWB: Thuis Zorg West-Brabant.

• g.

  Geïndiceerde doelgroep: alle peuters, tussen 2 en 4 jaar, woonachtig in de gemeente Roosendaal die door TWB geïndiceerd zijn op een (taal)achterstand of op het lopen van een risico op een (taal)achterstand. Dit gebeurt op basis van het proces ‘indiceren en toeleiden’ opgesteld door TWB in samenwerking met de gemeente.

• h.

  VVE: Voor- en vroegschoolse educatie. Dit zijn VVE-activiteiten, gericht op het stimuleren van taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.

Artikel 2 Doelstelling subsidieregeling

Doelstelling van de regeling is dat ook bij peuters die uit gezinnen komen die in armoede leven :

• 1.

  Ieder kind kan participeren in de peuteropvang en een optimale ontwikkeling krijgt om zijn of haar talenten te ontplooien;

• 2.

  Onderwijsachterstanden bij kinderen tot 4 jaar worden voorkomen;

• 3.

  Kinderen bij de start in groep 3 van de basisschool geen achterstand hebben.

Artikel 3 Activiteit die voor subsidie in aanmerking komt

Een jaarlijkse subsidie kan worden verstrekt aan aanbieders voor het vergoeden van de inkomensafhankelijke ouderbijdrage, voor ouders die de eigen bijdrage peuteropvang, als gevolg van armoede, niet kunnen betalen. Het gaat hier voor de jaren 2021 en 2022 om zowel de geïndiceerde doelgroep (VVE) als de niet-geïndiceerde doelgroep voor de peuteropvang. Voor 2020 betreft het alleen de geïndiceerde doelgroep (VVE).

Onder armoede verstaat de gemeente in ieder geval;

• -

  bijzondere omstandigheden bijv. gezinnen die in schuldsanering leven,

• -

  te weinig financiële mogelijkheden hebben voor de minimaal noodzakelijke voorzieningen, voor een langere tijd.

• -

  niet beschikken over toereikend inkomen om in voldoende mate in de maatschappij te kunnen participeren.

Of hiervan sprake is, is ter beoordeling van de gemeente.

Artikel 7 Voorwaarden aan de aanvrager

De subsidie kan alleen worden aangevraagd door aanbieders die:

• a.

  voldoen aan de kwaliteitseisen van de Inspectie van het Onderwijs en GGD en werken conform de eisen op grond van de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang;

• b.

  voldoen aan de kwaliteitseisen voor kinderopvang en peuterspeelzaalwerk volgens de Wet Kinderopvang;

• c.

  staan geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang.

Artikel 8 Voorwaarden aan de aanvraag

De subsidieaanvraag gaat vergezeld van een onderbouwing per peuter in een overzicht waarin de volgende gegevens staan vermeld:

• -

  het toetsingsinkomen;

• -

  het afgenomen aantal uren en dagdelen per week;

• -

  de ouderbijdrage per uur gebaseerd op de 1ste of 2de kind VNG tabel.

• -

  de reden of motivatie om deze regeling voor deze peuter aan te vragen.

Artikel 9 Beoordeling subsidieaanvraag

Aanvragen die voldoen aan de voorwaarden omschreven in artikel 7 en artikel 8 komen voor subsidie in aanmerking totdat het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de derde dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.