Regeling vervallen per 25-07-2011

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002

Geldend van 07-04-2003 t/m 24-07-2011 met terugwerkende kracht vanaf 27-02-2003

Intitulé

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002

Tekst van de verordening:

De raad van de gemeente ;

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 maart 2003

Gezien het advies van de commissie bestuur

Gelet op de artikelen 44 en 95 tot en met 99 van de Gemeentewet, het rechtspositiebesluit wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

Gezien ledenbrief van de Vereniging voor Nederlandse gemeente van 5 augustus 2002, kenmerk MARZ/CvA 2002002975 Lbr 01/114;

Heeft besloten :

Onder gelijktijdige intrekking van de “Verordening regelende de onkostenvergoeding aan wethouders van de gemeente ” en de “Verordening geldelijke voorzieningen voor raads- en commissieleden” vast te stellen de navolgende

“Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden”

Hoofdstuk I Begripsomschrijving

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder :

  • a.

    commissie : een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet;

  • b.

    Rechtspositiebesluit wethouders : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb 243

  • c.

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;

  • d.

    Reisbesluit binnenland : Het Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144

  • e.

    Reisregeling binnenland : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr AB93/U280, Strcrt 56;

  • f.

    Raadslid : lid van de gemeenteraad;

  • g.

    Wethouder : een persoon als ebdoeld in Hoofdstuk III van de Gemeentewet;

  • h.

    Verplaatsingskostenbesluit 1989 : het Koninklijk Besluit van 6 okotber 1989, Stb. 424.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden

Artikel 2 Vergoeding voor werkzaamheden

Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het bedrag vermeld in tabel I van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Artikel 3 Onkostenvergoeding

  • 1. Aan het raadslid wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het raadslid-maatschap verbonden kosten toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel II van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Aan een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrek-king wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het eerste lid een onkostenvergoeding toe-gekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in tabel III van het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoedingen

  • 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 1, onder e, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden vangen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 aan op de dag van het afleggen van de eed of belofte bedoeld in artikel 14 van de Gemeentewet.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 1, onder e, en 8 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden eindigen de vergoedingen bedoeld in de artikelen 2 en 3 op de dag bedoeld in artikel C4, tweede lid van de Kieswet, dan wel het tijdstip bedoeld in de artikelen X1, eerste en derde lid, X6 en X8, tweede, derde en vijfde lid van de Kieswet.

  • 3. De vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, worden maandelijks uitbetaald.

Artikel 5 Reiskosten

  • 1. De ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur worden aan een raadslid vergoed.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft : a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer (1e klas NS) en van een (trein) taxi een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten; b. bij gebruik van een eigen motorvoertuig of een bromfiets : een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland.

Artikel 6 Verblijfkosten

De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfkosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit binnenland.

Artikel 7 Cursus, congres, seminar of symposium

  • 1. De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentebelang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de voorzitter van de raad. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

Artikel 8 Computer

Aan het raadslid wordt voor de uitoefening van het raadslidmaatschap de mogelijkheid geboden deel te nemen aan de voor het gemeentepersoneel geldende pc-privéregeling.

Artikel 9 Internetaansluiting via ISDN of ADSL of kabel

  • 1. De aanleg- en abonnementskosten van ISDN ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het raadslidmaatschap komen voor rekening van de gemeente, wat betreft de abonnementskosten voor zover die meer bedragen dan de kosten van een gewoon telefoonabonnement.

  • 2. De abonnementskosten van ADSL ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het raadslidmaatschap komen wat betreft het providergedeelte volledig en wat betreft de ADSL-verbinding naar de provider voor de helft voor rekening van de gemeente. De eventuele aanlegkosten van ADSL komen in dat geval geheel voor rekening van de gemeente.

  • 3. De kosten van het internetabonnement via de kabel ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het raadslidmaatschap komen voor de helft voor rekening van de gemeente. De eventuele aanlegkosten van de internetaansluiting via de kabel komen in dat geval geheel voor rekening van de gemeente

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders

Artikel 10 Onkostenvergoeding

  • 1. Aan de wethouder wordt een onkostenvergoeding toegekend voor overige aan de uitoefening van zijn ambt verbonden kosten die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 25, eerste lid van het rechtspositiebesluit wethouders.

  • 2. Aan de wethouder van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, wordt in afwijking van het eerste lid een onkostenvergoeding toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 25, tweede lid van het Rechtspositiebesluit wethouders.

  • 3. Indien de wethouder op grond van artikel 17 van deze verordening een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking is gesteld bedraagt de onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten, in afwijking van het eerst en tweede lid 94% van het voor hem ingevolge het eerste of tweede lid geldende bedrag.

Artikel 11 Zakelijke reiskosten

Aan de wethouder wordt een vergoeding verleend voor gemaakte reiskosten ter zake van reizen ten behoeve van de gemeente. De vergoeding betreft :

  • a.

    bij gebruik van openbare middelen van vervoer (1e klas NS) en van een (trein)taxi : een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten;

  • b.

    bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland

Artikel 12 Verblijfkosten

De in redelijkheid gemaakte verblijfkosten ter zake van reizen, bedoeld in artikel 11 worden volledig aan de wethouder vergoed.

Artikel 13 Buitenlandse dienstreis

  • 1. Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt, worden de in redelijkheid noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

  • 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist.

Artikel 14 Cursus, congres, seminar of symposium

  • 1. De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de burgemeester. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Artikel 15 Computer

Aan de wethouder wordt voor de uitoefening van zijn ambt de mogelijkheid geboden deel te nemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende pc-privéregeling.

Artikel 16 Internetaansluiting via ISDN of ADSL of kabel

  • 1. De aanleg – en abonnementskosten van ISDN ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het ambt van wethouder komen voor rekening van de gemeente, wat betreft de abonnementskosten voor zover die meer bedragen dan de kosten van een gewoon telefoonabonnement.

  • 2. De abonnementskosten van ADSL ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor de uitoefening van het ambt van wethouder komen wat betreft het providergedeelte volledig en wat betreft de ADSL-verbinding naar de provider voor de helft voor rekening van de gemeente. De eventuele aanlegkosten van ADSL komen in dat geval geheel voor rekening van de gemeente.

  • 3. De kosten van het internetabonnement via de kabel ten behoeve van het gebruik van een computer die benodigd is voor uitoefening van het ambt van wethouder komen voor de helft voor rekening van de gemeente. De eventuele aanlegkosten van de internetaansluiting via de kabel komen in dat geval geheel voor rekening van de gemeente.

Artikel 17 Mobiele telefoon

  • 1. Aan de wethouder wordt voor de uitoefening van zijn ambt op aanvraag een mobiele telefoon in bruikleen beschikbaar gesteld.

  • 2. De wethouder ondertekent een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

  • 3. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

  • 4. Op de bezoldiging van de wethouder die de mobiele telefoon voor meer dan 10% mede gebruikt voor privé-doeleinden wordt een bedrag ingehouden dat gelijk is aan het bedrag dat voor de loonbelasting tot het loon wordt of zou worden gerekend ingeval alle kosten van de mobiele telefoon voor rekening van de gemeente komen

Hoofdstuk III Voorzieningen voor commissieleden

Artikel 18 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen

  • 1. Het lid van een commissie ontvangt voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie een vergoeding die gelijk aan het bedrag, vermeld in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96, tweede lid van de Gemeentewet ontvangt.

  • 3. Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie a. als raadslid of wethouder b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd. c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.

  • 4. De raad kan in afwijking van het bepaalde in het eerste lid een hogere vergoeding vaststellen ten aanzien van a. een lid van een commissie die op grond van zijn bijzondere beroepsmatige deskundigheid op het taakgebied van de commissie voor deelname aan haar werkzaamheden is aangetrokken, en b. een lid van een commissie ten aanzien waarvan de vergoeding niet geacht kan worden in een redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van zijn taak en de omvang van de door hem te verrichten arbeid.

Artikel 19 Reis- en verblijfkosten

  • 1. Aan het lid van een commissie dat geen raadslid of wethouder is en niet in zijn hoedanigheid van ambtenaar tot lid van de commissie is benoemd worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed. De vergoeding betreft : a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer : een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten (1e klas NS en (trein)taxi); b. bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets : een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland.

  • 2. Aan het in het eerste lid bedoelde lid van de commissie worden vergoed de noodzakelijk gemaakte verblijfkosten voor het bijwonen van de vergadering van de commissie tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit binnenland.

Artikel 20 Buitenlandse excursie of reis

  • 1. De gemeenteraad kan een commissie uit de gemeenteraad toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

  • 3. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Hoofdstuk IV De procedure van declaratie

Artikel 21 Betaling van kosten

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door :

  • a.

    betaling rechtstreeks uit eigen middelen of

  • b.

    rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

Artikel 24 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1. Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 5, 6, 11, 12, 13 en 19 wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

  • 2. Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend en binnen 2 maanden - indien het een wethouder betreft bij de gemeentesecretaris en, - indien het een raadslid betreft bij de griffier, of bij een door hen aangewezen ambtenaar ingediend, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

Artikel 23 Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1. De vergoeding van kosten, bedoeld in de artikelen 7, 11, 12, 13 en 14 kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de door het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder voor akkoord ondertekende factuur aan de gemeente.

  • 2. Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het begeleidingsformulier, waarvan het model door het college wordt vastgesteld, volledig in te vullen en te ondertekenen. Het begeleidingsformulier en de factuur worden binnen 2 maanden ingediend - indien het een wethouder betreft bij de gemeentesecretaris en - indien het een raadslid betreft bij de griffier, of bij een door hen aangewezen ambtenaar.

Hoofdstuk V Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 24 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002

Artikel 25 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt inwerking met ingang van de derde dag van afkondiging en werkt terug tot 14 maart 2002.

  • 2.

    De artikelen 3 en 10 werken terug tot en met 1 januari 2001.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Roosendaal in zijn de openbare vergadering van 27 maart 2003

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,