Besluit snelle motorboten haven van Rotterdam

Geldend van 05-04-2001 t/m heden

Intitulé

Besluit snelle motorboten haven van Rotterdam

Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,

Gelezen het voorstel van de directie Sociaal Economische Zaken van de Bestuursdienst van 27 maart 2001, SEZ 01/795;

overwegende:

  • -

    dat in het havengebied van Rotterdam in toenemende mate dienstverlening met kleine snelle schepen plaatsvindt;

  • -

    dat er ingevolge artikel 6.02 van het Binnenvaartpolitiereglement (BPR) een landelijk verbod bestaat voor kleine schepen om sneller te varen dan 20 km/u;

  • -

    dat burgemeester en wethouders als bevoegd gezag in het gemeentelijk havengebied de bevoegdheid hebben om gebieden aan te wijzen waar genoemd verbod niet van toepassing is;

  • -

    dat blijkens de toelichting op artikel 6.02 van het BPR dit verbod bedoeld is om overlast door recreatievaart te voorkomen. Dit terwijl recreatievaart in de buitendijkse havens reeds verboden is, op grond van artikel 3.4 Havenverordening Rotterdam 1987;

gelet op artikel 13, eerste lid van het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (Stb. 1993, 677) en artikel 6.02, derde lid van het Binnenvaartpolitiereglement (Stb. 1983, 682);

Besluiten:

vast te stellen het hierna volgende besluit "Snelle motorboten haven van Rotterdam":

Artikel 1 Toepassing

Dit besluit is van toepassing op snelle motorboten, zoals omschreven in artikel 1.01 onder x van het Binnenvaartpolitiereglement, voor zover deze worden gebruikt als watertaxi of voor het communicatievaren, zoals omschreven in artikel 5.3.1 van de Havenverordening Rotterdam 1987.

Artikel 2 Vaargebieden

Als vaargebieden waar met een snelle motorboot, zoals in artikel 1 bedoeld, mag worden gevaren met een hogere snelheid dan 20 km/u, worden aangewezen de buitendijkse havens van Rotterdam ten westen van de Erasmusbrug, met uitzondering van de petroleumhavens.

Artikel 3 Voorwaarden

  • 1. Artikel 2 is niet van toepassing wanneer het zicht minder is dan 500 meter;

  • 2. Hinderlijke waterbeweging als bedoeld in artikel 6.20 van het binnenvaartpolitiereglement dient te worden voorkomen.

Artikel 4 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als "Besluit snelle motorboten Haven van Rotterdam".

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in het Gemeenteblad.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 27 maart 2001.

De Secretaris,

N. van Eck

De Burgemeester

, I.W. Opstelten

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 4 april 2001.