Regeling vervallen per 31-12-2012

Verordening precario standplaatsen 2012

Geldend van 01-01-2012 t/m 30-12-2012

Intitulé

Verordening precario standplaatsen 2012

Gemeenteblad 2011

Verordening precario standplaatsen 2012

De raad van de gemeente Rotterdam,

gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 oktober 2011, met kenmerk AP 020; raadsstuk 2011-3021m;

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen:

Verordening precario standplaatsen 2012

Verordening precario standplaatsen 2012

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    standplaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1.1, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008;

  • b.

    jaar: kalenderjaar;

  • c.

    kwartaal: kalenderkwartaal;

  • d.

    maand: kalendermaand.

Artikel 2 Belastbaar feit

Overeenkomstig de bepalingen in deze verordening wordt onder de naam 'precariobelasting standplaatsen' een belasting geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, voor zover die voorwerpen van een standplaats deel uitmaken.

Artikel 3 Belastingplicht

De precariobelasting standplaatsen wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, dan wel degene te wiens behoeve deze voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, worden aangetroffen en aan wie op grond van artikel 2.1.9, dan wel artikel 5.2.4 of artikel 5.2.12 van de APV standplaatsvergunning is verleend.

Artikel 4 Maatstaven van heffing en tarieven

De precariobelasting standplaatsen wordt geheven naar de maatstaven en tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 5 Berekening van de precariobelasting standplaatsen

De precariobelasting standplaatsen wordt geheven voor de periode en naar het aantal volle vierkante meters van de oppervlakte waarvoor de vergunning is verleend met dien verstande dat:

  • a.

    indien een maandbedrag van toepassing is, de periode op een geheel aantal maanden naar boven wordt afgerond.

  • b.

    bij het hebben van voorwerpen onder gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd de oppervlakte bepaald wordt door middel van horizontale projectie van de voorwerpen;

  • c.

    bij het hebben van voorwerpen op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, de oppervlakte bepaald wordt op die welke door de voorwerpen wordt overdekt.

Artikel 6 Heffingstijdvak

Het heffingstijdvak is een kwartaal, tenzij blijkt dat een korter tijdvak van toepassing is.

Artikel 7 Wijze van heffing

De precariobelasting standplaatsen wordt geheven aan het einde van het kwartaal door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een factuur nota of andere schriftuur.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuldaanvang en einde van de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak

  • 1. De precariobelasting standplaatsen is verschuldigd bij de aanvang van het heffingstijdvak of, indien de belastingplicht in de loop van het kwartaal aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien het aanwezig zijn van voorwerpen als bedoeld in artikel 2 in de loop van het kwartaal aanvangt, wordt de precariobelasting standplaatsen geheven over zoveel derde deel als na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht nog volle maanden overblijven.

  • 3. Indien het aanwezig zijn van voorwerpen als bedoeld in artikel 2 in de loop van het kwartaal is beëindigd, wordt op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet ontheffing verleend over zoveel derde deel als na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht nog volle maanden overblijven.

Artikel 9 Termijnen van betaling

De in artikel 7 genoemde kennisgeving moet worden betaald:

  • a.

    na verzending: binnen twee weken na de dagtekening van de kennisgeving;

  • b.

    bij uitreiking: op het moment waarop de kennisgeving wordt uitgereikt.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de precariobelasting standplaatsen.

Artikel 11 Intrekking oude regeling

De Precarioverordening standplaatsen 2011 wordt ingetrokken.

Artikel 12 Overgangsrecht

De Precarioverordening standplaatsen 2011 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich vóór 1 januari 2012 hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2012.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening precario standplaatsen 2012.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 8 en 10 november 2011.

De griffier,

J.G.A. Paans

De voorzitter,

A.Aboutaleb

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 9 december 2011 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bds.rotterdam.nl – Gemeentebladen)

Tarieventabel behorende bij de Verordening precario standplaatsen 2012

Omschrijving

Eenheid

Tarief

1

Standplaatsvergunningen op grond van artikel 5.2.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008.

Per m2 per maand

Vervallen

2

Standplaatsvergunningen op grond van artikel 5.2.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008.

Per m2 per kwartaal

€ 38,90

3

Standplaatsvergunningen op grond van artikel 2.1.9 of 5.2.12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008

Per m2 per

dag

€ 13,00

De genoemde tariefbedragen gelden voor voorwerpen die deel uitmaken van standplaatsen in de straten of straatgedeelten aangewezen onder letter a in een door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld openbaar besluit van 23 september 2008 inzake klasse-indeling straten of straatgedeelten bij de Verordening precario standplaatsen. Voor standplaatsen in straten of straatgedeelten aangewezen onder letter b van dat besluit worden de tariefbedragen met een derde verhoogd. Voor standplaatsen in overige straten of straatgedeelten worden de tariefbedragen met een derde verlaagd.