Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:9 van de APV Rotterdam 2012 (straatartiest)

Gemeenteblad 2010

Aanwijzingsbesluit

De burgemeester van de gemeente Rotterdam.

gelezen het voorstel van de Directeur Veiligheid van 20 april 2010 met kenmerk 418237, het voorstel van de voorzitter van het dagelijks bestuur van de deelgemeente Rotterdam Centrum van 15 januari 2010 en het voorstel van de voorzitter van het dagelijks bestuur van de deelgemeente Prins Alexander van 17 februari 201 met kenmerk D007348;

gelet op het bepaalde in artikel 2:9 van de APV Rotterdam 2012;

ter kennisname ingebracht in het driehoeksoverleg van 27 april 2010;

overwegende dat:

• -

  de aanwijzingsbesluiten die golden voor een gebied in het centrum en de deelgemeente Rotterdam Prins Alexander in de periode 1 februari 2008 tot en met 31 december 2008 en van 23 juni 2009 tot en met 31 januari 2010, daadwerkelijk hebben geleid tot minder overlastklachten, een betere doorstroming van het publiek en minder criminaliteit;

• -

  uit gegevens van de politie en de deelgemeenten blijkt dat de aanwijzingsbesluiten de afgelopen twee jaren hebben geleid tot een afname van klachten met betrekking tot straatmuzikanten;

• -

  na het aflopen van de aanwijzingsbesluiten van voorgaande jaren is gebleken dat de overlast als gevolg van het optreden van straatartiesten en straatmuzikanten op straat in de aangewezen gebieden van de stad opnieuw toeneemt;

• -

  de overlast onder andere bestaat uit het hinderlijk aanwezig zijn van en het veroorzaken van geluidsoverlast door het lastig vallen van ondernemers, marktkooplieden en publiek onder meer door op opdringerige wijze een gift van het publiek te krijgen;

• -

  in de nabijheid van de straatartiesten ook zakkenrollers kunnen opereren;

• -

  het wenselijk is dat de politie in staat wordt gesteld om tegen straatartiesten en straatmuzikanten op straat op te treden voordat daadwerkelijk overlast veroorzaakt wordt;

• -

  in overleg met de regiopolitie Rotterdam-Rijnmond, de deelgemeente Rotterdam Centrum, de deelgemeente Rotterdam Prins Alexander, Ondernemingsfederatie Rotterdam City – op basis van ervaringen en klachten – onderzocht is waar de overlast zich voordoet en waar een verbod noodzakelijk wordt geacht;

• -

  het wenselijk is een nieuw aanwijzingsbesluit vast te stellen voor de duur van vijf jaar om te voorkomen dat de overlast elk jaar opnieuw toeneemt;

• -

  de omvang van de gebieden beperkt is en indien noodzakelijk kan worden aangepast;

• -

  deze maatregel zal bijdragen aan het verhogen van de veiligheid in het algemeen en in de aangewezen gebieden in het bijzonder;

• -

  de duur van de aanwijzing en de omvang van de gebieden proportioneel zijn in relatie tot het beoogde doel;

• -

  de burgemeester voor straatartiesten en straatmuzikanten ontheffing kan verlenen van het verbod; en

• -

  dit aanwijzingsbesluit niet van toepassing is op draaiorgelmuzikanten, omdat de overlastklachten geen betrekking hebben op draaiorgelmuzikanten.

Besluit vast te stellen:

Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:9 van de APV Rotterdam 2010 (straatartiest)

Aanwijzingsbesluit

Artikel 1

De volgende gebieden worden aangewezen als een gebied waar het verboden is op te treden als straatartiest of straatmuzikant voor het publiek:

• a.

  het gebied dat wordt begrensd door de Mariniersweg, Blaak, Churchillplein, Westblaak, Karel Doormanstraat, Schouwburgplein, Kruisplein, Weena, Hofplein, Coolsingel, Meent en Goudsesingel tussen de Meent en Mariniersweg;

• b.

  het gebied dat wordt begrensd door de Poolsterstraat, Korte Poolsterstraat, Poolsterplein, Kreeftstraat, Grote Beer tussen de Kreeftstraat en de Hoofdweg, Zuiderkruisstraat, Tweelingenstraat, Voermanweg (inclusief metrohalte Oosterflank), Kleine Beer, Perseusstraat, Pegasusweg, Schorpioenstraat, Eridanusstraat, G.H. Betzweg, Watermanweg, Kompasstraat, Ring Alexanderplein (inclusief NS-Station Alexander en metrostation Alexander), Prins Alexanderplein, Andromedapad en gedeelte G.H. Betzweg’

• c.

  Winkelcentrum Hesseplaats dat wordt begrensd door de Sinclair Lewisplaats, Hemingwayplaats, G.B. Shawplaats, de Hesseplaats en de Pearl Buckplaats (deelgemeente Rotterdam Prins Alexander – Ommoord);

• d.

  Winkelcentrum Binnenhof dat wordt begrensd door de Binnenhof, Niels Bohrplaats, Hertzplaats, Lorentzweg, Rutherfordweg en Artheniusweg (deelgemeente Prins Alexander – Ommoord);

• e.

  Winkelcentrum Ambachtsplein dat wordt begrensd door de Rietdekkerweg, Ambachtsplein, Imkerstraat en de Zevenkampsering (deelgemeente Prins Alexander – Zevenkamp);

• f.

  Winkelcentrum Het Lage Land at wordt begrensd door de Henk Speksnijderstraat, Jan Kwakplaats, Jan Bijlostraat, Marinus Bolkplein, en het Samuel Esmeijerplein (deelgemeente Prins Alexander – Het Lage Land);

• g.

  Winkelcentrum Jacob van Campenplein dat wordt begrensd door de Jacob van Campenweg en het Jacob van Campenplein (deelgemeente Prins Alexander – Het Lage Land); en

• h.

  Winkelcentrum Prinsenland/ Mia van IJperenplein dat wordt begrensd door het Mia van IJperenplein (deelgemeente Prins Alexander – Prinsenland).

• i.

  Winkelcentrum Nesselande dat wordt begrensd door de Sicilieboulevard, Menorcalaan, Cypruslaan en de Corsicalaan.

• j.

  de Oude Binnenweg nummers 40 t/m 150 en nummers 45 t/m 139

Algemene vrijstelling

Artikel 2

Draaiorgelmuzikanten worden vrijgesteld van het verbod om als straatartiest of straatmuzikant voor het publiek op te treden in de door de burgemeester in artikel 1 aangewezen gebieden.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het gemeenteblad waarin het wordt geplaatst en is geldig tot en met 31 december 2015.

Artikel 4

Dit besluit kan worden aangehaald als: Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:9 van de APV Rotterdam 2012 (straatartiest).

Aldus vastgesteld op 20 april 2010.

De burgemeester,

Ing. A. Aboutaleb

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 21 april 2010 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bds.rotterdam.nl – Gemeentebladen)

Bezwaarmogelijkheid

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit binnen zes weken een bezwaarschrift indienen bij de burgemeester. Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en bevat ten minste de gronden van het bezwaar, de naam en het adres van de indiener, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt. Het is wenselijk tevens een kopie van dit besluit mee te zenden. Het bezwaarschrift met worden gezonden naar: de Burgemeester van Rotterdam, t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 70012, 3000 KP Rotterdam. Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: 010-8926300.