Regeling vervallen per 16-03-2022

Experimentbesluit gekozen wijkraden en gelote wijkcomité

Geldend van 23-03-2018 t/m 15-03-2022

Intitulé

Experimentbesluit gekozen wijkraden en gelote wijkcomité

De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Rotterdam, elk voor zover het zijn bevoegdheden betreft,

gelezen het herziene voorstel van burgemeester en wethouders van 26 september 2017 (raadsvoorstel nr. 17bb8174); raadsstuk 17bb8314;

gelet op artikel 3b van de verordening op de gebiedscommissies, artikel 42a van het Kiesreglement gebiedscommissies en artikel 4 van de Verordening vergoedingen gebiedscommissieleden 2018;

besluiten vast te stellen:

Experimentbesluit gekozen wijkraden en gelote wijkcomités

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Verordening: Verordening op de gebiedscommissies 2014.

  • b.

    Kiesreglement: Kiesreglement gebiedscommissies.

  • c.

    College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam.

  • d.

    Centraal stembureau: stembureau als bedoeld in artikel 8 van het Kiesreglement gebiedscommissies.

  • e.

    Dag van de kandidaatstelling: dag van de kandidaatstelling als bepaald in artikel 9 van het Kiesreglement gebiedscommissies.

  • f.

    Buurt: CBS-buurt of combinatie van CBS-buurten in een gebied conform de bij dit besluit behorende kaart.

  • g.

    Wijkraad: bestuurscommissie als bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet ingesteld door raad, college en burgemeester gezamenlijk, voor een in dit besluit bepaalde buurt of combinatie van buurten.

  • h.

    Wijkcomité: bestuurscommissie bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet ingesteld door raad, college en burgemeester gezamenlijk, voor een in dit besluit bepaalde buurt bestaande uit bewoners van diezelfde buurt die door middel van loting zijn geselecteerd.

  • i.

    Opgave tot kandidaatstelling: schriftelijke verklaring waarmee de kandidaat zijn gewenste deelname aan de verkiezing voor een wijkraad kenbaar maakt.

Artikel 2 Doel van het experiment en tussentijdse wijzigings- of beëindigingsmogelijkheid

  • 1. De in dit besluit opgenomen experimenten kennen de volgende doelen:

    • a.

      een representatieve en diverse vertegenwoordiging per buurt;

    • b.

      betere belangenbehartiging op buurtniveau in een experimentgebied;

    • c.

      vergroten van de betrokkenheid van bewoners bij de besluitvormingsprocessen die hun directe leefomgeving raken;

    • d.

      beter herkenbare volksvertegenwoordiging op buurtniveau.

  • 2. De raad, het college en de burgemeester kunnen gezamenlijk het experiment tussentijds wijzigen of beëindigen in het geval er als gevolg van het experiment ongewenste effecten ontstaan of dreigen te ontstaan in relatie tot de in lid 1 gestelde doelen. Het besluit tot beëindiging of wijziging van het experiment bevat een regeling voor de periode tot de verkiezing van de leden van de gebiedscommissies in het jaar 2022.

Artikel 3 Looptijd van het experiment

Dit experiment loopt vanaf de inwerkingtreding van dit besluit tot en met de dag van de verkiezing van de leden van de gebiedscommissies in het jaar 2022 tenzij raad, college en burgemeester gezamenlijk anders besluiten op basis van artikel 2.

Artikel 4 Overeenkomstige toepassing regelgeving gebiedscommissies op wijkraden en wijkcomités

Voorzover in dit besluit niet anders is bepaald, zijn de bepalingen in de Verordening en de bijhorende bijlagen en de Verordening geldelijke voorzieningen gebiedscommissies 2018 van overeenkomstige toepassing, waarbij voor ‘gebiedscommissie’, ‘wijkraad’ of ‘wijkcomité’ en voor ‘gebied’ wordt gelezen ‘buurt’.

Paragraaf 2 De Wijkraden

Artikel 5 De wijkraad

  • 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 3 van de Verordening zijn er in de gebieden Noord en Feijenoord in plaats van gebiedscommissies wijkraden voor de volgende buurten:

    • a.

      In het gebied Noord

      • -

        Blijdorp/Blijdorpsepolder

      • -

        Agniesebuurt

      • -

        Provenierswijk

      • -

        Oude Noorden

      • -

        Bergpolder

      • -

        Liskwartier

    • b.

      In het gebied Feijenoord

      • -

        Katendrecht/Kop van Zuid

      • -

        Noordereiland

      • -

        Kop van Zuid/Entrepot

      • -

        Vreewijk

      • -

        Feijenoord

      • -

        Afrikaanderwijk

      • -

        Hillesluis

      • -

        Bloemhof

  • 2. In afwijking van artikel 4 van de Verordening bestaat een wijkraad uit vijf leden.

Paragraaf 3 Verkiezing leden wijkraden

Artikel 6 Toepasselijkheid Kiesreglement

  • 1. Tenzij in dit besluit anders is bepaald, is het Kiesreglement van overeenkomstige toepassing op de verkiezing van wijkraden met dien verstande dat voor ‘gebiedscommissie’ en ‘gebied’ wordt gelezen ‘wijkraad’ en ‘buurt’ en voor ‘lijst’ of ‘kandidatenlijst’ wordt gelezen ‘opgave tot kandidaatstelling.

  • 2. Artikel 10,12, eerste, tweede en derde lid, 13, eerste, derde, vierde en zevende lid, 15, 17, 18, 23, 24, 28, 39 en 40 onder b van het Kiesreglement zijn niet van toepassing op de verkiezing van de leden van de wijkraden.

Artikel 7 Opgave tot kandidaatstelling

  • 1. Eenieder die woonachtig is in de buurt en die voldoet aan de vereisten voor het passief kiesrecht, bedoeld in artikel 3a van de Verordening, heeft het recht een opgave tot kandidaatstelling te doen.

  • 2. De opgave tot kandidaatstelling bevat de naam van één kandidaat. De opgave kan tevens bevatten een naam van een plaatsvervanger en de aanduiding van een instelling, groepering of andersoortig collectief dat de kandidaat wenst te vertegenwoordigen. Wanneer een plaatsvervanger wordt vermeld gaat dit vergezeld van een schriftelijke toestemming van die plaatsvervanger.

  • 3. Bij het voeren van een aanduiding als bedoeld in het vorige lid wordt bij de opgave tot kandidaatstelling tevens een schriftelijke toestemming van een door die instelling, groepering of andersoortig collectief gemachtigd persoon overgelegd.

  • 4. De inlevering van de opgave tot kandidaatstelling geschiedt persoonlijk door de kandidaat. De kandidaat moet van zijn identiteit doen blijken.

  • 5. Bij de opgave tot kandidaatstelling worden schriftelijke verklaringen van ten minste vijf andere kiezers overgelegd dat zij de deelname van de betreffende kandidaat aan de verkiezing ondersteunen. Bij deze ondersteuning wordt een kopie van een geldig identiteitsbewijs van de ondersteuner gevoegd.

  • 6. De voorzitter van het centraal stembureau stelt voor de opgave tot kandidaatstelling een formulier vast.

Artikel 8 Onderzoek opgave tot kandidaatstelling

De opgave tot kandidaatstelling is ongeldig indien:

  • a.

    de opgave niet uiterlijk op de dag van de kandidaatstelling om zeventienhonderd uur bij de voorzitter van het centraal stembureau of het door deze aangewezen lid of een door deze gemandateerde ambtenaar is ingeleverd;

  • b.

    niet ten minste het aantal geldige verklaringen van ondersteuning, genoemd in het tweede lid, zijn overgelegd;

  • c.

    de opgave niet persoonlijk is ingeleverd door de kandidaat;

  • d.

    de kandidaat niet voldoet aan het bepaalde in artikel 7, eerste lid;

  • e.

    de kandidaat zich niet heeft geïdentificeerd met een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht;

  • f.

    de kandidaat voorkomt op meer dan één opgave tot kandidaatstelling die bij het centraal stembureau zijn ingeleverd voor de verkiezing van de wijkraden.

Artikel 9 Volgorde stembiljet

De volgorde van de kandidaten op het stembiljet wordt bepaald door loting. De loting wordt uitgevoerd door het centraal stembureau.

Artikel 10 Benoeming

  • 1. Op de eerste dinsdag na de dag van de stemming worden de kandidaten gerangschikt naar aantal behaalde stemmen. Degene met de meeste stemmen wordt als eerste vermeld en vervolgens vindt vermelding plaats in aflopende volgorde van het aantal behaalde stemmen. De vijf kandidaten met de meeste stemmen zijn benoembaar voor de beschikbare zetels.

  • 2. Bij een gelijk aantal behaalde stemmen voor invulling van de laatste beschikbare zetel beschikt het lot. Deze loting wordt uitgevoerd door het centraal stembureau.

  • 3. Indien voor de verkiezing van een wijkraad minder dan vijf kandidaten beschikbaar zijn, worden alle kandidaten als gekozen aangemerkt en het aantal beschikbare zetels bijgesteld naar het aantal benoembare kandidaten. Voor deze wijkraad wordt dan geen stemming georganiseerd. De kiezers in deze buurt worden hiervan in kennis gesteld.

  • 4. Indien voor een wijkraad vijf kandidaten beschikbaar zijn, worden alle kandidaten als gekozen aangemerkt. Voor deze wijkraad wordt dan geen stemming georganiseerd. De kiezers in deze buurt worden hiervan in kennis gesteld.

  • 5. Indien in de opvolging van een lid van de wijkraad moet worden voorzien, is diens plaatsvervanger benoembaar. Als het hiervoor bedoelde lid geen plaatsvervanger heeft, is diegene benoembaar die overeenkomstig de door het centraal stembureau vastgestelde uitslag hiervoor in aanmerking komt.

Paragraaf 4 Het wijkcomité

Artikel 11 Het wijkcomité

  • 1. In aanvulling op artikel 3 van de Verordening zijn er in de gebieden Prins Alexander, Charlois en Delfshaven naast de gebiedscommissies wijkcomités voor de volgende buurten:

    • i)

      In Prins Alexander: Zevenkamp en Nesselande

    • i)

      In Charlois: Pendrecht en Tarwewijk

    • ii)

      In Delfshaven: Middelland en Oud-Mathenesse/Witte Dorp

  • 2. In de buurten zoals genoemd in het eerste lid oefent het wijkcomité alle bevoegdheden behorende bij de Verordening en de bijhorende bijlagen uit in plaats van de gebiedscommissie.

  • 3. In afwijking van artikel 4 van de verordening bestaat het wijkcomité uit vijf leden.

  • 4. Voor de benoeming in een wijkcomité legt een lid van een wijkcomité een door hem of haar ondertekende verklaring over, vermeldende alle openbare betrekkingen die de benoemde bekleedt alsmede een Verklaring omtrent gedrag (VOG).

  • 5. De leden van het wijkcomité worden geloot uit de bewoners van de buurt die ingevolge artikel 3a van de Verordening verkozen kunnen worden tot lid van de gebiedscommissie en niet reeds benoemd zijn als gebiedscommissielid in het gebied waar de buurt onder valt. Het college en de burgemeester stellen voor de wijze van loten, benoeming en ontslag van leden van het wijkcomité en voor wijzigingen in de samenstelling van het wijkcomité een uitvoeringsinstructie vast. In deze uitvoeringsinstructie wordt een voorziening opgenomen wanneer een lid van het wijkcomité niet meer voldoet aan de vereisten voor het lidmaatschap overeenkomstig de Verordening en de bepalingen in dit experimentbesluit. De raad draagt zijn bevoegdheden in het kader van de uitvoeringsinstructie over aan het college.

  • 6. In afwijking van artikel 12 van de Verordening vergadert het wijkcomité voor de eerste maal in nieuwe samenstelling uiterlijk zes weken na de maandag genoemd in artikel 4, tweede lid, van het Kiesreglement. De burgemeester of een door hem aan te wijzen persoon verleent medewerking aan de eerste vergadering van het wijkcomité.

Paragraaf 5 Financiële bepalingen

Artikel 12 Vergoedingen wijkraad en wijkcomité

Paragraaf 6 Overleg

Artikel 13 Mogelijkheid tot gebiedsoverleg wijkraden en wijkcomités

  • 1. Binnen een gebied wordt op verzoek van een wijkraad, wijkcomité, de rayondirecteur, of in een gebied met wijkcomité de gebiedscommissie, ten hoogste zes maal per jaar een gebiedsoverleg georganiseerd. De rayondirecteur voor het betreffende gebied organiseert de bijeenkomst en zit deze voor.

  • 2. Elke wijkraad, wijkcomité of gebiedscommissie vaardigt twee leden af naar het gebiedsoverleg.

  • 3. De gebiedsoverleggen borgen de onderlinge afstemming inzake wijkoverstijgende zaken en de koers van het gehele gebied.

  • 4. Adviezen volgend uit dit overleg worden definitief vastgesteld door de afzonderlijke wijkraden, wijkcomités en gebiedscommissies.

Paragraaf 7 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 14 Overgangsbepalingen

Vanaf de inwerkingtreding van artikel 5 van dit besluit worden besluiten van de gebiedscommissies Noord en Feijenoord geacht te zijn genomen door het college.

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1. Dit besluit wordt geplaatst in het Gemeenteblad.

  • 2. Dit besluit treedt in werking op 1 november 2017, met uitzondering van artikel 11, vierde en vijfde lid, dat in werking treedt op 1 maart 2018 en met uitzondering van de artikelen 4, 5, 11, eerste, tweede, derde en zesde lid, 12, 13 en 14 die in werking treden op 17 april 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 oktober 2017. Aldus vastgesteld in de vergadering van 26 september 2017. Aldus vastgesteld door de burgemeester op 26 september 2017.

griffier

J.M. vanMidden

voorzitter

A.J.M.Laan, plv.

secretaris

C.M.Sjerps

burgemeester

A.Aboutaleb

burgemeester

A.Aboutaleb

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel regelt de in dit besluit gehanteerde begrippen. Hierin definiëren we ook het verschil tussen een gekozen ‘wijkraad’ en een geloot ‘wijkcomité’. Beiden een formele bestuurscommissie, maar met een wezenlijk andere wijze van samenstelling.

Artikel 2 Doel van het experiment en tussentijdse wijzigings- of beëindigingsmogelijkheid

In het experimenteerartikel in de Verordening op de gebiedscommissies is een aantal vereisten gesteld die in een experiment opgenomen moeten worden. Zoals welke doelen het experiment heeft zodat bekeken kan worden of een experiment permanent gemaakt kan worden. Deze doelen zijn in dit artikel opgenomen. Ook is er de mogelijkheid dat een experiment niet voldoet aan deze doelen en derhalve voortijdig beëindigd danwel gewijzigd wordt. Dit gaat altijd gemotiveerd en in gezamenlijkheid door de instellende bestuursorganen raad, college en burgemeester.

Artikel 3 Looptijd van het experiment

Dit artikel bepaalt dat de in dit besluit opgenomen experimenten in principe voor de gehele raadsperiode gelden tenzij voortijdig beëindigd of gewijzigd wordt conform artikel 2.

Artikel 4 Overeenkomstige toepassing regelgeving gebiedscommissies op wijkraden en wijkcomités

Dit artikel bepaalt dat voor de gekozen wijkraden en de wijkcomités dezelfde regelgeving als die voor een ‘reguliere’ gebiedscommissie van toepassing is. Dat wil zeggen dat zowel een wijkraad als een wijkcomité een bestuurscommissie is waar dezelfde inrichtingsbepalingen, taken en bevoegdheden als voor een reguliere gebiedscommissie gelden. Met die uitzondering dat deze slechts van toepassing zijn voor de buurt waarvoor de wijkraad of het wijkcomité ingesteld is.

Artikel 5 De wijkraad

Dit artikel definieert de gebieden en bijhorende buurten waarvoor een wijkraad ingesteld wordt en bepaalt dat ongeacht de grootte van de buurt een wijkraad vijf leden telt.

Artikelen 6, 7, 8, 9 en 10 De verkiezing van de wijkraden

Deze artikelen bepalen hoe de wijze van verkiezen afwijkt van die van een normale gebiedscommissie. In dat stelsel wordt gewerkt met kandidatenlijsten van politieke groeperingen. Hier werken we met kandidaatstelling op persoonlijke titel. Centraal daarin staat de opgave tot kandidaatstelling. Dit formulier biedt elke kandidaat die verkiesbaar is zich kandidaat te stellen voor de wijkraad. De kandidaat kan er voor kiezen om een organisatie, stichting, of politieke groepering te vertegenwoordigen. Maar moet daarvoor wel schriftelijke toestemming kunnen aantonen. Deze aanduiding wordt dan tussen haakjes op het stembiljet geplaatst. Optioneel is verder ook dat een kandidaat een plaatsvervanger kan aangeven die als zijn of haar eerste opvolger fungeert wanneer diegene aftreedt.

Dit voorkomt dat de opvolger radicaal andere standpunten aanhangt dan degene die is verkozen. Mocht deze plaatsvervanger weigeren dan wordt gewoon de volgorde van de uitslag aangehouden. Deze volgorde is simpelweg op basis van het aantal behaalde stemmen. Ook regelen we dat wanneer er onvoldoende kandidaten zijn alle kandidaten automatisch verkozen zijn en bij minder dan vijf kandidaten het aantal zetels automatisch naar beneden wordt bijgesteld.

Belangrijk is dat wel het kiesreglement gebiedscommissies geldt voor de procedurele stappen qua organisatie van de verkiezingen. De data, de wijze van stemmen en de wijze van benoemen en opvolgen bij het aftreden van een lid.

Artikel 11 Het wijkcomité

Voor telkens twee buurten in drie verschillende gebieden wordt gewerkt met zogenaamde wijkcomités. Hier gedefinieerd als bestuurscommissies die door loting worden samengesteld. In dit artikel is gekozen voor de formulering dat zij naast de gebiedscommissie in dit gebied bestaan. Mensen in de betreffende buurten mogen immers nog wel kiezen voor hun gebiedscommissie. Maar het bevoegd gezag zoals opgenomen in de verordening op de gebiedscommissies wordt echter uitgeoefend door het wijkcomité. Hoe de wijze van samenstelling door loten precies in zijn werk gaat en hoe met (tussentijdse) opvolging wordt omgegaan wordt vastgelegd in een uitvoeringsinstructie die het college vaststelt. Omdat alle overige regelgeving van gebiedscommissies ook voor wijkcomités van toepassing zijn gelden dezelfde incompatibiliteiten en vereisten als voor een regulier lid van de gebiedscommissie of wijkraad. Daarnaast is expliciet het kunnen overleggen van een VOG van toepassing verklaard, iets wat voor wijkraden en gebiedscommissies in het kiesreglement is geregeld.

Artikel 12 Vergoedingen wijkraad en wijkcomité

Leden van een wijkraad en een wijkcomité ontvangen een vergoeding per vergadering. Echter, voor maximaal 12 vergaderingen per jaar. Deze vergoeding is gelijkgesteld aan die van een regulier commissielid, namelijk 450 euro per vergadering.

Artikel 13 Mogelijkheid tot gebiedsoverleg wijkraden en wijkcomités

Dit artikel roept een formeel gebiedsoverleg in het leven waarin de wijkraden en wijkcomités gebiedszaken kunnen afstemmen. Belangrijk is dat de wijkraden en -comités zelf het besluitvormende gremium blijven en het gebiedsoverleg ter afstemming is wanneer zaken buurt overstijgend zijn of het hele gebied raken. De formalisering van de mogelijkheid tot overleg. Dit hoeft overigens niet in de weg te staan dat soms bijvoorbeeld twee wijkraden samen vergaderen over een onderwerp. Uitgangspunt is wel dat de wijkraad of -comité of eventueel gebiedscommissie zelf altijd definitief een klap geeft op de beslissingen. Het gebiedsoverleg is geen nieuw besluitvormend orgaan, noch is het een vergadering die voor vergoeding in aanmerking komt.

Artikel 14 Overgangsbepalingen

Met de komst van de wijkraden verdwijnen de daar aanwezige gebiedscommissies. Dit artikel regelt het overgangsrecht voor die twee gebieden.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Dit artikel bepaalt dat alle zaken gerelateerd aan het organiseren van verkiezingen in werking treden per 1 november aanstaande en dat alle overige artikelen, dus hoe een wijkraad in het leven wordt geroepen pas op de dag van aantreden van de gebiedscommissies ingaat.

BIJLAGE: Kaarten wijkraden en wijkcomités:

afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling afbeelding binnen de regeling

Dit gemeenteblad 2017, nummer 140, is uitgegeven op 25 oktober 2017 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halve Maanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)