Regeling vervallen per 22-04-2014

Reglement burgerlijke stand

Geldend van 12-04-1995 t/m 21-04-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-1995

Intitulé

Reglement burgerlijke stand

REGLEMENT BURGERLIJKE STAND Burgemeester en wethouders van de gemeente Sint Anthonis; gelet op het bepaalde in artikel 16, Boek 1 van het Burgerlijke Wetboek en de artikelen 1 tot en met 4 van het Besluit burgerlijke stand 1994; BESLUIT: vast te stellen: het reglement houdende bepalingen ten aanzien van de ambtenaren van de burgerlijkstand,de buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand en de openstelling van het bureau van de burgerlijke stand.

Artikel 1 Begripsbepaling

Het reglement verstaat onder

  • a.

    de wet: Boek 1 van het Burgerlijke Wetboek (Wet van 14 oktober 1993 tot herziening van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (Stb. 1993, 555);

  • b.

    het besluit: Besluit burgerlijke stand 1994 (Stb. 1994, 160) als gewijzigd bij besluit van 19 december 1994, Stb. 900);

  • c.

    ambtenaar van de burgerlijke stand: een ambtenaar in dienst van de gemeente of van een andere gemeente als zodanig benoemd door burgemeester en wethouders (art. 16, leden 2 en 3 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek);

  • d.

    buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand: een ambtenaar in dienst van de gemeente of van een andere gemeente, of een persoon die geen ambtenaar in gemeentelijke dienst is, als zodanig benoemd door burgemeester en wethouders (art. 16, leden 2 en 3 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

  • e.

    gemeentehuis: alle huizen welke bij raadsbesluit als zodanig zijn aangewezen.

Artikel 2 Ambtenaar van de burgerlijke stand, buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand

  • 1. Het college kan tot ambtenaar van de burgerlijke stand benoemen:

    • a.

      ambtenaren in dienst van de gemeente Sint Anthonis;

    • b.

      ambtenaren in dienst van een andere gemeente.

  • 2. Het minimum aan ambtenaren van de burgerlijke stand is twee.

  • 3. Het college kan buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand benoemen.

Artikel 3 Benoeming

  • 1. De ambtenaar van de burgerlijke stand die na 1 januari 1995 wordt benoemd, wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd. Deze periode mag maximaal het tijdvak betreffen gedurende hetwelk de ambtenaar in dienst zal zijn van de gemeente.

  • 2. De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt voor een in het benoemingsbesluit te bepalen periode benoemd.

Artikel 4 Locatie

De ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand verrichten hun wettelijke taken in het gemeentehuis. De ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand kunnen, voor zover daar toe gewichtige redenen bestaan, elders binnen de gemeente hun wettelijke taken verrichten.

Artikel 5 Leiding van de dienst

De eerste medewerker van bureau burgerzaken is belast met de leiding van het bureau van de burgerlijke stand.

Artikel 6 Openstelling

  • 1. Het bureau van de burgerlijke stand is voor het publiek geopend:

    • a.

      op maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 12.00 uur en bovendien voor het voltrekken van huwelijken of geregistreerd partnerschap en het doen van huwelijksaangifte of aangifte van geregistreerd partnerschap, op maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 16.00 uur en op donderdag van 16.00 tot 18.30 uur;

    • b.

      op zaterdag voor het voltrekken van huwelijken of geregistreerd partnerschap van 10.00 tot 14.00 uur.

  • 2. Het bureau is gesloten indien de in lid 1 vastgestelde openstelling samenvalt met algemeen erkende of daarmee gelijk gestelde feestdagen in de zin van artikel 3 van de Algemene Termijnenwet of andere door burgemeester en wethouders aangewezen dagen waarop het bureau niet of slechts gedeeltelijk is geopend.

  • 3. Het bureau van de burgerlijke stand zal op verzoek van een belanghebbende, gedaan aan burgemeester en wethouders, worden geopend op zondag en de andere dagen dat het bureau gesloten is, indien de belanghebbende aantoont dat met de te verrichten werkzaamheden niet kan worden gewacht tot de eerstvolgende openstelling van het bureau.

  • 4. Op dagen, waarop blijkens een voorafgaande openbare kennisgeving krachtens een afzonderlijk besluit van burgemeester en wethouders de gemeentesecretarie gesloten zal zijn, zal voor zover het bepaalde in artikel 3 van de algemene termijnenwet niet van toepassing is het bureau van de burgerlijke stand voor het publiek van 09.00 tot 10.00 uur geopend zijn uitsluitend voor het doen van aangiften van geboorten en overlijden.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1. Het reglement kan worden aangehaald als Reglement burgerlijke stand.

  • 2. Het treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 1995.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burmeester en wethouders op 11 april 1995 en gewijzigd in de vergaderingen van burgemeester en wethouders van 9 december 1997 en 2 maart 2004. de secretaris,      de burgemeester 

1 OP HET MODEL-REGLEMENT BURGERLIJKE STAND

Artikel 1. BegripsbepalingIn dit artikel worden de basisbegrippen uit het reglement opgesomd en beschreven. Met name het onderscheid tussen de ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt hier expliciet gemaakt (artikel 16, Boek 1, Burgerlijk Wetboek). voor de ambtenaar van de burgerlijke stand gelden de volgende bepalingen:

  • a.

    De ambtenaar moet in dienst zijn van de gemeente of van een andere gemeente;

  • b.

    De ambtenaar is belast met het opnemen in onder hem berustende registers van de burgerlijke stand van akten en daaraan toe te voegen latere vermeldingen, alsmede al datgene wat de instandhouding van de registers en de zorg voor de toegankelijkheid van de daarin neergelegde gegevens betreft (artikel 16d, eerste lid, Boek 1 BW).

Voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand gelden de volgende bepalingen:

  • a.

    De buitengewoon ambtenaar kan in dienst zijn van de gemeente of van een andere gemeente;

  • b.

    De buitengewoon ambtenaar kan een persoon zijn niet in dienst van de gemeente of van een andere gemeente;

  • c.

    De buitengewoon ambtenaar kan uitsluitend worden belast met de huwelijksvoltrekking (artikel 59, 60, 63, 64, 65 en 67 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek).

Artikel 2. Ambtenaar van de burgerlijke stand, buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke standIn dit artikel wordt bepaald welke (buitengewone) ambtenaren in de gemeente benoemd kunnen worden (artikel 16, Boek 1 Burgerlijk Wetboek).In lid 1. wordt bepaald dat het college de mogelijkheid heeft ambtenaren van de burgerlijke stand te benoemen. Het betreft ambtenaren in dienst van de eigen gemeente (lid 1a.) en ambtenaren in dienst van een andere gemeente (lid 1b).Lid 1a. biedt de mogelijkheid om een nadere beperking vast te stellen dat alleen ambtenaren worden benoemd tot ambtenaar van de burgerlijke stand die werkzaam zijn bij een bepaalde afdeling (bijvoorbeeld de dienst burgerzaken). Deze beperking is optioneel. Met lid 1b. wordt bepaald dat er ambtenaren van de burgerlijke stand in de gemeente kunnen zijn, die in dienst zijn bij een andere gemeente. De ambtenaren moeten worden benoemd door burgemeester en wethouders van de gemeente waar de ambtenaar zijn werkzaamheden als ambtenaar van de burgerlijke stand gaat verrichten.In lid 2. wordt bepaald dat, conform artikel 16, lid 1 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, het minimum aantal ambtenaren van de burgerlijke stand, in dienst van de eigen en/of andere gemeente, twee is. Indien burgemeester en wethouders daartoe beslissen kan het aantal ambtenaren van de burgerlijke stand meer dan twee zijn. Met lid 3. wordt bepaald dat er buitengewone ambtenaren van de burgerlijke stand kunnen worden benoemd. Indien de gemeente dit aantal aan een maximum wil binden, dan kan dat in dit artikel worden opgenomen. Deze personen kunnen in dienst zijn van de eigen of een andere gemeente, maar dit hoeft niet. Ieder persoon kan door burgemeester en wethouders worden benoemd tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.Artikel 3. BenoemingIn dit artikel is vastgelegd voor welke periode een (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand kan worden benoemd (artikel 16, Boek 1, Burgerlijk Wetboek). Met lid 1. wordt bepaald dat een ambtenaar van de burgerlijke stand steeds voor een bepaalde periode dient te worden benoemd. Deze periode mag maximaal de periode zijn dat de betreffende ambtenaar in dienst is van de gemeente of van een andere gemeente. Tevens bestaat de mogelijkheid om een andere maximale benoemingsperiode op te nemen, zoals de tijd dat de ambtenaar in dienst is bij een bepaalde afdeling of een tijdsperiode.De periodes kunnen per individueel geval in het benoemingsbesluit van burgemeester en wethouders worden bepaald of collectief in dit lid. Met lid 2. wordt bepaald dat een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor een bepaalde periode wordt benoemd. Deze periode kan individueel in het benoemingsbesluit worden bepaald of collectief in dit artikel. De maximale benoemingsperiode is voor het leven.

Artikel 4. LocatieIn dit artikel wordt bepaald waar de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden moet verrichten. De werkzaamheden moeten in het gemeentehuis (of een daartoe door de Raad aangewezen andere locatie) worden verricht. Indien daartoe gewichtige reden bestaan, mag de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zijn werkzaamheden ook elders binnen de gemeente verrichten (artikel 1 Besluit burgerlijke stand 1994 en artikel 64 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek).Artikel 5. Leiding van de dienstIn dit artikel wordt bepaald wie belast is met de leiding van het bureau burgerlijke stand (artikel 2 Besluit burgerlijke stand 1994). Artikel 6. OpenstellingIn dit artikel wordt bepaald wanneer het bureau van de burgerlijke stand is geopend (artikel 16c, Boek 1, Burgerlijk Wetboek). In dit artikel moeten zowel de reguliere dagelijkse openingstijden worden bepaald als de openingstijden voor de zaterdag, de zondag, de algemeen erkende feestdagen en de overige daarvoor door de burgemeester en wethouders aan te wijzen dagen waarop de gemeentelijke diensten niet of slechts gedeeltelijk zijn geopend. Indien burgemeester en wethouders de bevoegdheid tot het bepalen van de openstellingstijden wil overdragen aan een ambtenaar (bijvoorbeeld het hoofd burgerzaken), dan dienen zij hiertoe een apart mandaatbesluit te nemen. De weg van het opnemen van een delegatiebepaling in het reglement aan een ambtenaar (bijvoorbeeld een hoofd burgerzaken) wordt afgeraden, omdat deze bij de inwerkingtreding van de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (gepland 1 januari 1997) verboden wordt.Artikel 7. SlotbepalingIn dit artikel wordt bepaald onder welke naam het reglement moet worden aangehaald en wanneer het in werking treedt.