LANDSVERORDENING houdende regels betreffende de rechtspositie van de landsdienaren van Sint Maarten die werkzaam zijn bij de Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Geldend van 04-10-2015 t/m heden

Intitulé

LANDSVERORDENING houdende regels betreffende de rechtspositie van de landsdienaren van Sint Maarten die werkzaam zijn bij de Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    bevoegd gezag: de Gouverneur;

  • b.

    minister: de Minister van Justitie;

  • c.

    [vervallen]

  • d.

    LMA: de Landsverordening materieel ambtenarenrecht;

  • e.

    Kustwacht: Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten alsmede voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

  • f.

    kustwachtschip: een schip dat door de Kustwacht wordt ingezet ten behoeve van haar taken;

  • g.

    Commandant: de Commandant van de Kustwacht;

  • h.

    ambtenaar: de ambtenaar die is aangesteld in de zin van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht, hierna te noemen: LMA en werkzaam is bij de Kustwacht;

  • i.

    geüniformeerd ambtenaar: de ambtenaar die als zodanig is aangesteld.

Artikel 2

Tenzij bij of krachtens deze landsverordening anders is bepaald, is de LMA van toepassing op de ambtenaar.

Artikel 3

  • 1. De minister is uitsluitend bevoegd zijn bevoegdheden bij of krachtens de LMA dan wel bij of krachtens deze landsverordening toegekend te mandateren aan de Commandant.

  • 2. De Commandant is bevoegd de aan hem gemandateerde bevoegdheden door te mandateren. Een dergelijk mandaat behoeft de instemming van de minister.

  • 3. De Commandant kan voorstellen doen aan het bevoegd gezag of de minister met betrekking tot de aan hen bij of krachtens de LMA dan wel bij of krachtens deze landsverordening toegekende bevoegdheden.Voor de toepassing van artikel 43, tweede lid, van de LMA wordt de Commandant beschouwd als hoofd van dienst.

§ 2. Aanstelling, ontslag en pensioenaanspraken

Artikel 4

Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen aan een aanstelling bijzondere eisen worden gesteld inzake:

  • a.

    leeftijd;

  • b.

    vooropleiding;

  • c.

    geestelijke en lichamelijke geschiktheid en bekwaamheid.

Artikel 5

  • 1. Niet in aanmerking voor een aanstelling als ambtenaar komt degene ten aanzien van wie moet worden betwijfeld of hij zijn plicht als ambtenaar onder alle omstandigheden getrouwelijk zal volbrengen.

  • 2. Wanneer uit de gedragingen van een ambtenaar blijkt dat niet meer voldoende waarborg aanwezig is, dat hij zijn plicht als ambtenaar onder alle omstandigheden getrouwelijk zal volbrengen, kan aan hem eervol ontslag worden verleend.

  • 3. Bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld ten aanzien van het in het eerste en tweede lid bepaalde.

Artikel 5a

  • 1. Aan de geüniformeerd ambtenaar van de Kustwacht wordt door het bevoegd gezag eervol ontslag verleend met ingang van de dag waarop hij de leeftijd van 55 jaar bereikt.

  • 2. In geval van ontslag als bedoeld in het voorgaande lid heeft de betrokkene recht op pensioen, tenzij hij ingevolge artikel 13 van de Pensioenlandsverordening reeds invaliditeitspensioen geniet. Op het pensioen zijn de bepalingen van de genoemde landsverordening van toepassing, behoudens het bepaalde in het volgende lid.

  • 3. Artikel 12, eerste lid, van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren is niet van toepassing; indien de overige bepalingen van de genoemde landsverordening een verwijzing bevatten naar artikel 12, eerste lid, wordt deze aangemerkt als een verwijzing naar artikel 5a, eerste lid, van deze landsverordening.

  • 4. De tijd, als geüniformeerd ambtenaar in dienst van de Kustwacht doorgebracht, wordt vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller zeven en de noemer zes bedraagt (7/6) en aldus gerekend als diensttijd, bedoeld in de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren.

  • 5. De bijdragegrondslag, bedoeld in hoofdstuk VI van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren, wordt gevormd door het ambtelijk inkomen dat de ambtenaar, bedoeld in het voorgaande lid, in een maand heeft ontvangen, vermenigvuldigd met de factor 1,3.

    De bijdragegrondslag over een jaar wordt, voor zover de betrokkene in dat jaar geüniformeerd ambtenaar in dienst van de Kustwacht is geweest, gevormd door de som van de aldus berekende bijdragegrondslagen over de maanden van dat jaar.

§ 3. Dienst- en werktijden

Artikel 6

Voor de toepassing van deze paragraaf en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    werkzaamheden: activiteiten die voortvloeien uit de door de geüniformeerde ambtenaar vervulde functie, alsmede andere opgedragen activiteiten die om redenen van dienst dan wel in het algemeen belang noodzakelijk zijn;

  • b.

    arbeidsduur: de tijdsduur, uitgedrukt in een aantal uren per dag of per week, gedurende welke de geüniformeerd ambtenaar werkzaamheden moet verrichten;

  • c.

    werktijd: het totaal van de in kloktijden aangegeven perioden gedurende welke een geüniformeerd ambtenaar de hem opgedragen werkzaamheden daadwerkelijk moet verrichten;

  • d.

    rusttijd: een onderbreking van de arbeidsduur van 15 minuten of langer;

  • e.

    rooster: een voor een periode van minstens een week opgesteld en van te voren bekendgemaakt schema van aanvang en einde van de dagelijkse werk- en rusttijden voor werkzaamheden;

  • f.

    etmaal: een tijdsbestek van 24 uur;

  • g.

    feestdag: de Nieuwjaarsdag, de dag na de carnavalsoptocht, de Goede vrijdag, de Eerste Paasdag, de Tweede Paasdag, de Hemelvaartsdag, de beide Kerstdagen, de dag waarop de verjaardag van de Koning officieel wordt gevierd, de dag waarop de dag van de arbeid wordt gevierd (1 mei), de datum 1 juli als zijnde Dag van de Bevrijding, dan wel Emancipation Day, de tweede maandag van oktober zijnde de dag van de Constitutie, dan wel Constitution Day; en iedere dag, die daarenboven bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen als zodanig wordt aangewezen;

  • h.

    overwerk: werkzaamheden door een geüniformeerd ambtenaar verricht buiten de voor hem bij dienstrooster voorgeschreven tijden, voor zover daardoor het per werkperiode vastgestelde aantal arbeidsuren wordt overschreden. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, wordt bepaald wat onder werkperiode wordt verstaan.

Artikel 7

  • 1. De artikelen 26 en 38 van de LMA en de daarop berustende bepalingen zijn niet van toepassing op de geüniformeerd ambtenaar.

  • 2. Bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden, met betrekking tot de geüniformeerd ambtenaar, met inachtneming van het bepaalde in deze paragraaf, regels gesteld ten aanzien van de dienst- en werktijden, de verplichting zich op een bepaalde plaats ter beschikking te houden voor de dienst, voor de dienst bereikbaar te zijn, de mogelijkheid van overwerk en vergoeding hiervoor, bijzondere vergoedingen en toelagen in verband met gedurende de dienst- en werktijd te verrichten werkzaamheden alsmede schadeloosstelling van door de ambtenaar in verband met de dienst geleden schade.

§ 4. Bijzondere verplichtingen

Artikel 8

  • 1. Indien door de uitoefening van de ambtenaar van diens vrijheid van meningsuiting en diens recht van vereniging en vergadering de goede vervulling van zijn functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze verband houdt met zijn functievervulling, niet in redelijkheid is verzekerd, onthoudt de ambtenaar zich daarvan.

  • 2. Tenzij een politieke groepering of een vakvereniging doeleinden nastreven dan wel ter verwezenlijking van hun doeleinden middelen hanteren welke in strijd zijn met de grondslagen van een democratische rechtsorde, is het eerste lid voor wat betreft het recht op vereniging niet van toepassing.

Artikel 9

  • 1. De ambtenaar is verplicht zich tijdens het verblijf in een gebouw, luchtvaartuig of voertuig alsmede op een vaartuig of terrein dat in gebruik is bij of ten behoeve van de Kustwacht of dat de ambtenaar tot verblijf of gebruik dient bij de vervulling van de dienst, te onderwerpen aan een in het belang van de dienst, overeenkomstig door de minister gegeven richtlijnen, gelast onderzoek aan zijn lichaam of kleding of van zijn aldaar aanwezige goederen. Daarbij worden de nodige maatregelen genomen ten einde een onredelijke of onbehoorlijke bejegening te voorkomen.

  • 2. Indien het dienstbelang dit vereist, is de ambtenaar verplicht zich te onderwerpen aan een onderzoek naar zijn lichamelijke of geestelijke geschiktheid.

§ 5. Overbruggingsuitkering

Artikel 10

  • 1. Aan de geüniformeerd ambtenaar in tijdelijke dienst op basis van artikel 5, derde lid, onderdeel g, van de LMA, die met toepassing van artikel 97, eerste lid, van de LMA, niet in proeftijd, de dienst verlaat, wordt met ingang van de dag waarop hij de dienst verlaat, op zijn daartoe strekkend verzoek, door de minister een overbruggingsuitkering toegekend gedurende een periode van één jaar.

  • 2. De overbruggingsuitkering wordt gedurende de eerste drie maanden bepaald op 80% van het laatstelijk genoten inkomen en gedurende de daarop volgende negen maanden op 70% van dat inkomen en wordt in maandelijkse termijnen uitbetaald.

  • 3. Artikel 3 van de Wachtgeldregeling overheidsdienaren is voor de bepaling van het laatstelijk genoten inkomen van overeenkomstige toepassing.

  • 4. De artikelen 10 tot en met 27 van de Wachtgeldregeling overheidsdienaren zijn voor wat betreft de bijzondere verplichtingen van de geüniformeerd ambtenaar die recht heeft op een overbruggingsuitkering en de mogelijkheden tot weigering, vermindering en intrekking van de overbruggingsuitkering, van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11

[vervallen]

Artikel 12

[vervallen]

§ 6. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 13

[vervallen]

Artikel 14

[vervallen]

Artikel 15

[vervallen]

Artikel 16

[regelt de inwerkingtreding]

Artikel 16a

  • 1. De Commandant is bevoegd aan ambtenaren de disciplinaire straffen genoemd in artikel 87, eerste lid, onderdelen a, b en c, van de LMA, op te leggen.

  • 2. Indien een algemene regeling tot overdracht van disciplinaire strafbevoegdheid aan diensthoofden tot stand komt, zijn de voorschriften voor diensthoofden van overeenkomstige toepassing op de Commandant.

Artikel 17

Deze landsverordening kan worden aangehaald als: Landsverordening rechtspositie Kustwacht.