LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, regelende het postverkeer met Nederland en met het buitenland

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, regelende het postverkeer met Nederland en met het buitenland

HOOFDSTUK I Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

In dit landsbesluit wordt verstaan onder:

  • a.

    de constitutie: de op 10 juli 1964 te Wenen gesloten constitutie van de Wereldpostvereniging, zoals deze bij het Aanvullende Protocol van 14 november 1969 te Tokio, bij het Tweede Aanvullende Protocol van 5 juli 1974 te Lausanne, bij het Derde Aanvullende Protocol van 27 juli 1984 te Hamburg, bij het Vierde Aanvullende Protocol van 14 december 1989 te Washington D.C. en bij het Vijfde Aanvullende Protocol van 14 september 1994 te Seoul, Korea werd gewijzigd;

  • b.

    het verdrag: het Algemeen Postverdrag, behorende bij de constitutie;

  • c.

    stukken: de brieven, briefkaarten, gedrukte stukken, braillestukken en pakjes, bedoeld in artikel 7, vierde lid, en artikel 8 van het verdrag;

  • d.

    pakketten: postpakketten als bedoeld in artikel 3, paragraaf 1, van de bij het verdrag behorende overeenkomst betreffende postpakketten;

  • e.

    port: de vergoeding, verschuldigd voor het vervoer van stukken en pakketten anders dan door middel van vliegtuigen;

  • f.

    recht: de vergoeding, verschuldigd voor andere bemoeiingen;

  • g.

    binnenlands verkeer: het verkeer binnen de grenzen van Sint Maarten;

  • h.

    Directeur: de Directeur van het Bureau Telecoomunicatie en Post.

Artikel 2 Herleiding en afronding

De Directeur herleidt, met inachtneming van de ter zake geldende bepalingen, de porten, rechten en vergoedingen, welke bij de desbetreffende internationale bepalingen op vaste bedragen zijn bepaald, in Nederlands-Antilliaanse munt en rondt deze zo nodig af.

Artikel 3 Vervoer per luchtpost en vervoer met buitengewone diensten

De tarieven en voorwaarden voor verzending van stukken en pakketten door middel van vliegtuigen of met buitengewone diensten, waaraan bijzondere kosten verbonden zijn, worden door de Directeur bepaald op de grondslag van en in overeenstemming met de bepalingen van het verdrag en de daarbij behorende, in de overweging van dit landsbesluit genoemde overeenkomsten en voorts in overeenstemming met de bijzondere overeenkomsten of schikkingen, welke met andere postadministraties en met de betrokken ondernemer zijn getroffen.

Artikel 4 Bijzondere overeenkomsten

De Directeur is bevoegd, na verkregen overeenstemming met de betrokken postadministraties, lagere tarieven en gunstiger verzendingsvoorwaarden vast te stellen dan die, welke gelden volgens het verdrag en de Postlandsverordening, of welke op grond van dit verdrag en deze overeenkomsten bij dit besluit zijn geregeld, echter uitsluitend:

  • a.

    in het verkeer met Nederland, Aruba en Curaçao;

  • b.

    in het verkeer tussen het Nederlandse en het Franse gedeelte van Sint Maarten en op voorwaarde dat de betrokken postadministraties ten aanzien van het verkeer op overeenkomstige wijze handelen.

De door de Directeur vast te stellen tarieven zijn niet lager dan de overeenkomstige porten en rechten, geldende in het binnenlands verkeer.

Artikel 5 Diensten, porten, rechten en voorwaarden waaromtrent geen bindende regels zijn gesteld

Voor zover in het verdrag of de Postlandsverordening met betrekking tot de daarin genoemde diensten, porten, rechten en voorwaarden, geen bindende regels zijn gesteld, treft de Directeur de nodige regelingen.

HOOFDSTUK II Bepalingen naar aanleiding van het verdrag

Artikel 6 Porten

  • 1. Het port bedraagt voor:

    a. een brief:

    niet zwaarder dan 20 gram

    125 cent;

    boven

    20 gram tot en met 50 gram

    205 cent;

    boven

    50 gram tot en met 100 gram

    280 cent;

    boven

    100 gram tot en met 250 gram

    535 cent;

    boven

    250 gram tot en met 500 gram

    1.015 cent;

    boven

    500 gram tot en met 1000 gram

    1.785 cent;

    boven

    1000 gram tot en met 2000 gram

    2.760 cent;

    b. een briefkaart:

    80 cent;

    c. een gedrukt stuk:

    niet zwaarder dan 20 gram

    70 cent;

    boven

    20 gram tot en met 50 gram

    95 cent;

    boven

    50 gram tot en met 100 gram

    120 cent;

    boven

    100 gram tot en met 250 gram

    225 cent;

    boven

    250 gram tot en met 500 gram

    390 cent;

    boven

    500 gram tot en met 1000 gram

    650 cent;

    boven

    1000 gram tot en met 2000 gram

    900 cent;

    voorts voor elk volgend gewicht van 1000 gram of resterend gedeelte van 1000 gram daarboven

    415 cent;

    d. een pakje:

    niet zwaarder dan 100 gram

    125 cent;

    boven

    100 gram tot en met 250 gram

    225 cent;

    boven

    250 gram tot en met 500 gram

    390 cent;

    boven

    500 gram tot en met 1000 gram

    650 cent;

    boven

    1000 gram tot en met 2000 gram

    905 cent;

    e. braillestukken:

    NIHIL.

  • 2. Andere stukken dan brieven en briefkaarten, die niet of ontoereikend gefrankeerd in Sint Maarten worden ontvangen, worden op dezelfde wijze behandeld als in het verdrag voor brieven en briefkaarten is voorgeschreven. Het te heffen port wordt voor zoveel nodig naar boven afgerond tot het eerstvolgende veelvoud van 5 cent.

Artikel 7 Vervulling van douaneformaliteiten

  • 1. De postadministratie stelt de stukken ter beschikking van de douane ter vervulling van alle douaneformaliteiten, welke bij de in-, uit- of doorvoer van stukken in Sint Maarten gevorderd worden.

  • 2. Zij vordert de verschuldigde belasting in van de geadresseerde bij de uitreiking van het stuk of brengt dit bedrag, op verlangen van de afzender, aan deze in rekening.

  • 3. Weigert de geadresseerde van een stuk, waarvan de afzender de kosten niet voor zijn rekening genomen heeft, de betaling van deze gelden, dan wordt het stuk niet uitgereikt.

Artikel 8 Inklaring en vrijmaking

Wegens bemoeiing met het inklaren en vrijmaken van in Sint Maarten ontvangen briefpoststukken is voor elk stuk, waarvan de inhoud aan douanerechten onderworpen blijkt te zijn, een recht van NAƒ 7,50 verschuldigd.

Artikel 9 Aantekening en aangifte van de waarde

  • 1. Het wegens aantekening van een stuk verschuldigde recht bedraagt NAƒ 3,50.

  • 2. Schadevergoeding wegens het verloren gaan van een aangetekend stuk is niet verschuldigd, indien het verlies het gevolg is van overmacht.

Artikel 10

  • 1. Toegelaten zijn brieven met aangegeven waarde van ten hoogste NAƒ 7.500,- of zodanig lager bedrag als op grond van de in andere landen geldende bepalingen als maximum kan worden toegelaten.

  • 2. Brieven met aangegeven waarde welke aan douanerechten onderworpen voorwerpen bevatten, worden in het verkeer met landen, die insluiting van deze voorwerpen toelaten, ter verzending aangenomen.

  • 3. Voor brieven met aangegeven waarde is boven het in het eerste lid van artikel 9 genoemde aantekenrecht, een recht van verzekering verschuldigd van NAƒ 2,- voor elke som van NAƒ 165,- of resterend gedeelte van NAƒ 165,- van de aangegeven waarde.

  • 4. Schadevergoeding wegens verlies, beroving of beschadiging van een brief met aangegeven waarde is niet verschuldigd indien het verlies, de beroving of de beschadiging het gevolg is van overmacht.

Artikel 11 Bericht van ontvangst

Voor een bericht van ontvangst van een aangetekend stuk en van een brief met aangegeven waarde is een recht verschuldigd van NAƒ 3,50.

Artikel 12 Navraag

  • 1. Voor een navraag betreffende een verzonden stuk wordt geen recht geheven.

  • 2. Voor faxkosten, gemaakt in verband met de in het eerste lid bedoeld navraag, is een recht verschuldigd van NAƒ 5,-.

Artikel 13 Terugvordering; adreswijziging

Voor een verzoek om terugvordering of adreswijziging van een stuk is de afzender boven het aantekenrecht, bedoeld in artikel 9, eerste lid, een recht verschuldigd van NAƒ 4,-.

Artikel 14 Behandeling van niet of ontoereikend gefrankeerde stukken

Voor de behandeling van een stuk, dat niet of ontoereikend is gefrankeerd, is een recht verschuldigd van NAƒ 1,25.

Artikel 15 Internationale antwoordcoupons

Op de postkantoren zijn internationale antwoordcoupons verkrijgbaar tegen de prijs van NAƒ 2,- per stuk.

Artikel 16 Aan bederf onderhevige biologische en radioactieve stoffen

  • 1. Op de grondslag van en in overeenstemming met de internationale bepalingen zijn in het verkeer met de landen die daaraan hun goedkeuring hebben gehecht, aan bederf onderhevige biologische stoffen toegelaten, voor zover deze zendingen afkomstig zijn van of bestemd zijn voor het Landslaboratorium.

  • 2. Zendingen, inhoudende radioactieve stoffen, zijn niet toegelaten.

Artikel 17 Niet toegelaten stukken

  • 1. Voor Sint Maarten bestemde stukken die niet voldoen aan de bepalingen, geldende voor de categorie van stukken naar het tarief waarvan frankering plaatsvond, worden voor zover zij op grond van hun inhoud of afmetingen in een andere categorie van stukken moeten worden gerangschikt, naar het tarief van die categorie met port belast. Is zodanige rangschikking niet mogelijk, dan vindt terugzending plaats.

    Stukken die het maximum gewicht, vastgesteld voor de categorie waartoe zij behoren, overschrijden, worden indien zij niet of ontoereikend zijn gefrankeerd, volgens het werkelijke gewicht met port belast of ingeval van toereikende frankering zonder meer uitgereikt.

  • 2. Voor Sint Maarten bestemde stukken die niet op de voet van gesloten aangetekende brief zijn verzonden en waarvan wordt vastgesteld of vermoed dat zij geld, bankpapier of muntpapier of andere waarden aan toonder, edele metalen of kostbaarheden bevatten, worden na ambtshalve voor zoveel nodig te zijn gesloten en aangetekend, belast met het eventueel niet gekweten aantekenrecht, onverminderd het mogelijk verschuldigde port van de niet of ontoereikend gefrankeerde brieven. Indien de belanghebbende ten overstaan van de betrokken postambtenaar aantoont dat het vermoeden onjuist was, wordt het niet verschuldigde recht terugbetaald.

HOOFDSTUK III Bepalingen naar aanleiding van de overeenkomst betreffende postpakketten

Artikel 18 Maximum gewicht

Pakketten worden ter verzending aangenomen tot een gewicht van maximaal 31,5 kilogram.

Artikel 19 Porten; vervoersaandelen

  • 1. De Directeur stelt de porten van de pakketten vast op grondslag van en in overeenstemming met de bepalingen van de overeenkomst betreffende de postpakketten.

  • 2. De Directeur stelt de aan Sint Maarten wegens het vervoer van pakketten toekomende aandelen vast met inachtneming van de bepalingen van de overeenkomst, bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Ter uitvoering van artikel 4 zijn de nader vast te stellen aandelen in geen geval lager dan de helft van de bedragen, vastgesteld op grond van het tweede lid.

Artikel 20 Waardepakketten

  • 1. Aangifte van de waarde van de inhoud is mogelijk tot een bedrag van ten hoogste NAƒ 3.775,-voor elk pakket of een zodanig lager bedrag als op grond van de in andere landen geldende bepalingen kan worden toegelaten.

  • 2. Voor aangifte van waarde van een pakket is een vast recht verschuldigd van NAƒ 3,50, vermeerderd met een verzekeringsrecht van NAƒ 2,- voor elk bedrag van NAƒ 165,- of resterend gedeelte van NAƒ 165,- van de aangegeven waarde.

Artikel 21 Bewijs van terpostbezorging

De afzender van een pakket ontvangt kosteloos een bewijs van terpostbezorging. Op diens verzoek wordt een extra bewijs van terpostbezorging verstrekt. Voor een extra exemplaar is een recht van NAƒ 1,- verschuldigd.

Artikel 22 Antwoord op een bericht van onbestelbaarheid

Voor het overbrengen van een antwoord op een bericht van onbestelbaarheid van een postpakket is een recht van NAƒ 5,- verschuldigd.

Artikel 23 Bewaarloon

  • 1. Voor elk in Sint Maarten ontvangen pakket, dat niet binnen een door de Directeur te bepalen termijn door de rechthebbende in ontvangst is genomen, wordt een bewaarloon geheven van minimaal NAƒ 7,50 en maximaal NAƒ 30,-. Bij de berekening van het bewaarloon blijft de hiervoren bedoelde termijn buiten beschouwing.

  • 2. De Directeur kan van de betaling van het bewaarloon in bijzondere gevallen geheel of gedeeltelijk vrijstelling verlenen.

Artikel 24 Schadevergoeding

  • 1. In het verkeer met de landen, die niet tot de overeenkomst betreffende de postpakketten zijn toegetreden, wordt schadevergoeding wegens verlies, beroving of beschadiging van een pakket alleen toegekend voor zover zulks in de desbetreffende bijzondere overeenkomsten of beschikkingen is bepaald.

  • 2. Schadevergoeding wordt niet toegekend, indien het verlies, de beroving of de beschadiging het gevolg is van overmacht.

Artikel 25 Douaneformaliteiten; inklaring en vrijmaking, vrij uit te reiken pakketten, bericht van ontvangst, navraag, terugvordering en adreswijziging

De artikelen 7, 8, 11, 12, 13 en 17, eerste lid, zijn mede van toepassing op pakketten, met dien verstande dat het inklaringsrecht van NAƒ 7,50 niet wordt geheven, indien de inhoud van het pakket niet aan douanerechten onderworpen blijkt te zijn.

Artikel 26 Niet toegelaten pakketten

  • 1. Breekbare en hinderlijke pakketten, respectievelijk omschreven in artikel 13, eerste en tweede lid, van de overeenkomst betreffende de postpakketten, worden niet ter verzending aangenomen.

  • 2. De aanneming van pakketten ter verzending kan op last van de Directeur worden geweigerd, indien de afzender bij een vorige gelegenheid in gebreke is gebleven de kosten te voldoen, welke verschuldigd waren wegens door of namens hem verzonden pakketten.

HOOFDSTUK IV Bepalingen naar aanleiding van de overeenkomst betreffende postwissels

Artikel 27 Maximum bedrag

Het bedrag van een postwissel is ten hoogste gelijk aan NAƒ 3000,- of het daarmee overeenkomende bedrag in een andere munteenheid, tenzij op grond van de in de andere landen geldende bepalingen een lager maximum in acht moet worden genomen.

Artikel 28 Recht

Een vastrecht is verschuldigd voor elke postwissel bestemd voor Nederland van NAƒ 7,50 en voor Arubaen Suriname van NAƒ 4,-.

Artikel 29 Bericht van uitbetaling

Voor een bericht van uitbetaling betreffende een postwissel is een recht verschuldigd van NAƒ 3,50.

Artikel 30 Visering; afgifte duplicaat postwissel

  • 1. Voor het verkrijgen van verlenging van de geldigheidstermijn van een postwissel is een recht van NAƒ 5,- verschuldigd.

  • 2. Voor het verkrijgen van een duplicaat postwissel is eenzelfde recht verschuldigd als bedoeld in het eerste lid, tenzij het recht voor een navraag per fax of bericht van uitbetaling reeds is gekweten.

Artikel 31 Inzage van een uitbetaalde postwissel

  • 1. Op verzoek van de rechthebbende verkrijgt deze binnen een door de Directeur te bepalen termijn, inzage van een uitbetaalde wissel. Alvorens aan een verzoek om inzage gevolg wordt gegeven, kan vertoon van het bewijs van storting worden gevorderd.

  • 2. Voor het verkrijgen van inzage is een recht verschuldigd van NAƒ 5,- voor elke postwissel.

Artikel 32 Navraag; terugvordering en adreswijziging

De artikelen 12 en 13 zijn mede van toepassing op postwissels.

HOOFDSTUK V Bepalingen naar aanleiding van de overeenkomst betreffende de verrekenzendingen

Artikel 33 Toegelaten zendingen

Aangetekende stukken, brieven met aangegeven waarde en pakketten kunnen met verrekening worden belast. Zij worden dan verrekenzendingen genoemd.

Artikel 34 Recht

Het verrekeningsrecht, bij vooruitbetaling verschuldigd voor elke verrekenzending, bedraagt:

  • a.

    NAƒ 10,- voor brieven en NAƒ 8,- voor postpakketten bestemd voor Nederland;

  • b.

    NAƒ 8,- voor brieven en NAƒ 6,- voor postpakketten bestemd voor Aruba en Suriname.

Artikel 35 Opheffing of wijziging van het verrekenbedrag

Voor elk verzoek om opheffing of wijziging van het verrekenbedrag, waarmede een reeds verzonden zending is belast, wordt boven het aantekenrecht, bedoeld in artikel 9, eerste lid, een recht geheven van NAƒ 4,-.

Artikel 36 Navraag

Het recht dat wordt geheven voor een navraag per fax betreffende een verrekenzending bedraagt NAƒ 5,-.

HOOFDSTUK VI Bijzondere bepalingen

Artikel 37 Toepassing van het landsbesluit

Dit landsbesluit is mede van toepassing op de uitvoering van de diensten, die zijn geregeld bij de met sommige landen of postadministraties gesloten bijzondere verdragen of overeenkomsten, voor zover in die verdragen of overeenkomsten niet anders is bepaald alsmede - tenzij het tegendeel is bepaald - op het verkeer met de landen, welke niet zijn toegetreden tot het verdrag of de Postlandsverodening en op het verkeer met de gebieden, die niet in de Wereldpostvereniging zijn begrepen, een en ander voor zover de diensten met die landen en gebieden zijn opengesteld.

Artikel 38 Vrijstelling van porten en rechten

Vrijstelling van de voldoening van de bij dit landsbesluit vastgestelde porten en rechten wordt genoten in de gevallen, voorzien bij het verdrag en de Postlandsverordening.

Artikel 39 Uitvoeringsmaatregelen

De Directeur is gemachtigd tot het nemen van maatregelen van onderschikte aard en van orde, welke worden gevorderd voor de uitvoering van de in dit landsbesluit genoemde verdragen en overeenkomsten, alsmede voor de uitvoering van de dienst in het verkeer met:

  • a.

    landen, die niet zijn toegetreden tot het verdrag of de Postlandsverordening, echter uitsluitend voor zover de desbetreffende diensten aangaat;

  • b.

    de gebieden, die niet tot de Wereldpostvereniging zijn toegetreden.

Artikel 40 Toepassing van het verdrag en de in de overweging van dit landsbesluit genoemde overeenkomsten

Voor alle gevallen, waarin door de vorenstaande bepalingen niet is voorzien, geldt een regeling overeenkomstig de bepalingen van het verdrag en de Postlandsverordening, voor zover de daarin genoemde diensten zijn opengesteld.

Artikel 41 Slotbepalingen

  • 1. [regelt de inwerkingtreding]

  • 2. [vervallen]

  • 3. Dit landsbesluit wordt aangehaald als: Internationaal Postlandsbesluit.