LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van artikel 4 van de Landsverordening voortgezet onderwijs

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van artikel 4 van de Landsverordening voortgezet onderwijs

Artikel 1

In dit landsbesluit wordt verstaan onder minister: de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd en Sport.

Artikel 2

  • 1. De onderwerpen, bedoeld in artikel 4 van de Landsverordening voortgezet onderwijs, waarover aan een of meer van de in dat artikel bedoelde organisaties, die met het oog op hun doelstellingen daarvoor in aanmerking komen, de gelegenheid wordt gegeven de minister van advies te dienen, zijn de onderwerpen tot vaststelling of wijziging van de landsbesluiten, houdende algemene maatregelen, c.q. van de ministeriële regelingen, bedoeld in de volgende artikelen van die landsverordening:

    • a.

      artikel 4;

    • b.

      artikel 10, derde, vierde en vijfde lid;

    • c.

      artikel 10a, derde lid;

    • d.

      artikel 10e;

    • e.

      artikel 11, zesde lid;

    • f.

      artikel 11a, zevende lid;

    • g.

      artikel 11b, vijfde lid;

    • h.

      artikel 11c, vijfde lid;

    • i.

      artikel 18, derde lid;

    • j.

      artikel 19, eerste lid;

    • k.

      artikel 21;

    • l.

      artikel 24, eerste lid;

    • m.

      artikel 26;

    • n.

      artikel 27;

    • o.

      artikel 28;

    • p.

      artikel 29, eerste lid;

    • q.

      artikel 30, zesde lid;

    • r.

      artikel 32, tweede lid, derde lid eerste volzin, en vijfde lid;

    • s.

      artikel 36, tweede, derde en vierde lid;

    • t.

      artikel 44, tweede lid;

    • u.

      artikel 57, tweede en vierde lid;

    • v.

      artikel 103.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van wijzigingen die aangelegenheden van technische aard betreffen.

Artikel 3

  • 1. Een advies als bedoeld in artikel 2 kan slechts worden uitgebracht binnen vier maanden, nadat het verzoek om advies is gedagtekend, tenzij de minister een andere termijn heeft gesteld.

  • 2. Een zodanig advies wordt uitgebracht aan de minister, met afschrift hiervan aan het Hoofd van de afdeling Onderwijs.

Artikel 4

De minister kan beslissen dat over een in artikel 2 genoemd onderwerp een nader advies zal worden ingewonnen.

Artikel 3 is dan van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5

Dit landsbesluit, dat kan worden aangehaald als: Landsbesluit adviesprocedure voortgezet onderwijs, treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging.