Regeling vervallen per 01-01-2017

Legesverordening

Geldend van 22-07-2016 t/m 31-12-2016

Intitulé

Legesverordening

De raad van de gemeente Sint-Michielsgestel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 september 2010;

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

"Legesverordening"

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij

behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 10a Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van de tarieventabel betreft:

    Titel 1

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

  • c.

    een gevolg zijn van externe tarieven, welke één op één worden doorberekend als onderdeel van de gemeentelijke dienstverlening, zoals:

    Titel 2

    onderdeel 2.3.1.4 (verplicht advies agrarische commissie)

    een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of lateren wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1. De artikelen en tarieventabel van de ‘Legesverordening 2007’ van 26 oktober 2006, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 12 februari 2009, vervallen met ingang 1 januari 2010, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. In afwijking van het eerste lid vervallen de volgende onderdelen van de tarieventabel van de in het eerste lid genoemde verordening met ingang van 28 december 2009, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan:

    • a.

      onderdelen 12.1, 12.2 en 12.3 (vergunning, melding of ontheffing als bedoeld in respectievelijk artikel 3, 30 en 35 van de Drank- en Horecawet);

    • b.

      onderdeel 17.4.3.1 (exploitatievergunning prostitutiebedrijf, wijziging daarvan of wijziging in het beheer als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, of 3.15, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening);

    • c.

      onderdeel 5.7.2 (gebruiksvergunning als bedoeld in de Brandbeveiligingsverordening).

  • 3. In afwijking in zoverre van het eerste lid vervallen hoofdstuk 5 (bouwgerelateerde leges) en onderdeel 17.4.4 (kapvergunning) van de tarieventabel behorende bij de in het eerste lid genoemde verordening op het tijdstip dat de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Staatsblad 2008, 496) en het dan tot wet verheven wetsvoorstel Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Kamerstukken 31953, in werking treden, met dien verstande dat:

    • a.

      dit hoofdstuk en dit onderdeel van toepassing blijven op de belastbare feiten:

      • 1.

        die zich hebben voorgedaan voor bedoeld tijdstip;

      • 2.

        waarop de wettelijke voorschriften zoals deze luidden voor inwerkingtreding van deze wetten nog moeten worden toegepast;

    • b.

      als genoemde wetten na 1 januari 2010 in werking treden voor belastbare feiten die zich na die datum voordoen, de tarieven van hoofdstuk 5 (bouwgerelateerde leges) worden bepaald volgens de bij deze wijzigingsverordening behorende bijlage;

    • c.

      als genoemde wetten na 1 januari 2010 in werking treden voor belastbare feiten die zich na die datum voordoen, het tarief voor onderdel 17.4.4 (kapvergunning) wordt verhoogd met 2%, waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen.

  • 4. Indien de datum van inwerkingtreding van titel 1 van de tarieventabel behorende bij deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven de op grond van het eerste lid vervallen bepalingen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 5. De op artikel 10 van de in het eerste lid genoemde verordening gebaseerde regels van het college worden geacht mede gebaseerd te zijn op artikel 11 van deze verordening.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 3. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op het tijdstip waarop de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Staatsblad 2008, 496) en de Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Kamerstukken 31953) in werking treden. De datum waarop dit tijdstip valt is tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel.

  • 4. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 3 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op 28 december 2009, welke datum tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel is.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Sint-Michielsgestel in zijn openbare vergadering van 22 oktober 2009.
De raad voornoemd.
De raadsgriffier,
N.A. Hoogerbrug-van de Ven
De voorzitter,
mr. J.C.M. Pommer

Bijlage Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2010

Tarieventabel 2016 (3e wijziging)

Toelichting Tarieventabel 2016

Onderdeelgewijze toelichting

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Op basis van een overeenkomst met de eigenaar kan tegen een vastgestelde vergoeding op Raadhuisplein 8 te Berlicum een huwelijk worden voltrokken.

De eigenaar heeft de overeenkomst met ingang van 1 januari 2016 opgezegd.

Momenteel wordt gezocht naar een geschikte, vervangende locatie.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

De tarieven voor 2016 zijn op dit moment nog niet bekend. Daarom zijn deze vooralsnog gehandhaafd op het niveau van 2015.

Zodra de tarieven 2016 bekend zijn, kunnen deze door het college van burgemeester en wethouders worden aangepast.

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Het tarieven 2016 zijn op dit moment nog niet bekend.

Deze zijn daarom vooralsnog gehandhaafd op het niveau van 2015. Zodra de tarieven 2016 bekend zijn, kunnen deze door het college van burgemeester en wethouders worden aangepast.

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Het tarief in rubriek 1.4.5 is een wettelijk vastgesteld tarief. Ook dit tarief kan, indien noodzakelijk, door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd.

Voor 2016 wordt het tarief vastgesteld op het thans geldende maximale wettelijke tarief van € 7,50.

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

De tarieven 2016 zijn op dit moment nog niet bekend en daarom vooralsnog gehandhaafd op het niveau van 2015.

Als de tarieven 2016 bekend zijn, dan kunnen deze door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd.

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Voor de aanwezigheid van kansspelautomaten als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen is een aanwezigheidsvergunning vereist, af te geven door de burgemeester.

De aanwezigheidsvergunning kan op grond van artikel 30d, tweede lid, voor bepaalde of onbepaalde tijd worden afgegeven. Dit onderscheid tussen bepaalde en onbepaalde tijd is nu ook in de legestabel opgenomen. Voor de aanvraag van een aanwezigheidsvergunning voor een kansspelautomaat voor de duur van 12 maanden geldt een lager tarief dan voor een aanvraag van een aanwezigheidsvergunning voor een kansspelautomaat voor de duur van 4 jaar of langer (onbepaalde tijd). In artikel 30d, derde lid, is bepaald dat bij algemene maatregel van bestuur regels worden vastgesteld betreffende de hoogte van de voor het afgeven van deze vergunningen te hanteren tarieven. Deze nadere regels zijn opgenomen in artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000. De in dat artikel opgenomen bedragen vormen voor gemeenten maximum te heffen legesbedragen. De tarieven zijn afhankelijk gesteld van de periode waarvoor de vergunning wordt afgegeven en het aantal kansspelautomaten. De rubrieken 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn redactioneel aangepast met “voor een periode van 12 maanden”. De rubrieken 1.16.1.3 en 1.16.1.4 zijn toegevoegd ten behoeve aanwezigheidsvergunning voor onbepaalde tijd.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Rubriek 2.3.1.1.6 is vervallen.

Er mogen geen extra leges (boeteleges) worden geheven als pas nà aanvang van de bouwactiviteit een aanvraag om een omgevingsvergunning wordt ingediend.

Rubriek 2.3.14.3.4 is redactioneel aangepast op grond waarvan rubriek 2.3.14.3.5 is toegevoegd.

Op basis van rubriek 2.3.14.3.4. van de tarieventabel 2016 wordt getoetst aan artikel 34 van de provinciale Verordening ruimte 2014.

Is echter rubriek 2.3.14.3.5 van de tarieventabel 2016 van toepassing, dan wordt niet getoetst aan de nadere regels van de provinciale Verordening ruimte 2014. Hierdoor hoeft minder tijd besteed te worden aan de afhandeling van de aanvraag om de omgevingsvergunning, hetgeen tot uitdrukking komt in het lagere tarief van € 505,00.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 8 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

Om een kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, een gastouderbureau of peuterspeelzaal te kunnen beginnen moet via de gemeente registratie plaatsvinden in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.

Indien voor deze registratie leges worden geheven valt de dienstverlening onder de werking van de Europese dienstenrichtlijn (EDR).

Artikel 13, tweede lid, EDR bepaalt dat eventuele kosten voor de aanvragers in verband met hun vergunningaanvraag redelijk zijn en evenredig met de kosten van de vergunningsprocedures in kwestie en de kosten van de procedures niet mogen overschrijden.

De tarieven in rubriek 3.8 van hoofdstuk 8 in Titel 3 van de concept-tarieventabel 2016 zijn gebaseerd op het aantal aan de dienst bestede uren en externe kosten.