Verordening regelende de samenstelling en bevoegdheden van de monumentencommissie

Geldend van 15-01-1999 t/m heden

Intitulé

Verordening regelende de samenstelling en bevoegdheden van de monumentencommissie

Artikel 1: Begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    monumenten:

    • a.

      alle zaken die van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap of hun cultuurhistorische waarde;

    • b.

      terreinen die van algemeen belang zijn wegens daar aanwezige zaken als bedoeld onder a;

    • c.

      archeologische monumenten: de monumenten, bedoeld in onderdeel b;

  • 2.

    gemeentelijke monumentenlijst:de lijst waarop vermeld zijn de beschermde monumenten op grond van de gemeentelijke monumentenverordening;

  • 3.

    beschermde gemeentelijke monumenten:onroerende monumenten, die overeenkomstig de bepalingen van de monumentenverordening op de gemeentelijke monumentenlijst zijn geplaatst;

  • 4.

    beschermde rijksmonumenten:onroerende monumenten, die zijn ingeschreven in de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers;

  • 5.

    de "monumentenverordening", zoals vastgesteld door de gemeenteraad van Sint-Michielsgestel op 2 januari 1996;

  • 6.

    monumentencommissie: de door de raad ingestelde commissie van advies en bijstand als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2: Taak der commissie.

De commissie heeft tot taak burgemeester en wethouders op verzoek of uit eigener beweging te adviseren omtrent de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing, de monumentenverordening, de instandhouding van cultuurhistorische waardevolle objecten en het monumentenbeleid. Daartoe worden in ieder geval gerekend:

  • a.

    het adviseren omtrent de vaststelling van de gemeentelijke monumentenlijst en het omtrent het plaatsen of verwijderen van objecten op c.q. van deze lijst;

  • b.

    het adviseren omtrent het jaarlijkse meerjarenplan voor restauratie van rijksmonumenten;

  • c.

    adviseren omtrent:

    • 1.

      aanvragen om vergunning op grond van de Monumentenwet 1988 voorzover het betreft rijksmonumenten, danwel op grond van de monumentenverordening voorzover het betreft een beschermd gemeentelijk monument;

    • 2.

      het verstrekken van subsidies voor het herstel van beeldbepalende panden op grond van de "verordening dorpsvernieuwing";

  • d.

    het bevorderen van het behoud c.q. het herstel van monumenten en stedenbouwkundige structuren;

  • e.

    het door middel van voorlichting bevorderen van de betrokkenheid van de bevolking in het algemeen en de eigenaren en bewoners van monumenten in het bijzonder bij de zorg om het historisch erfgoed.

Artikel 3: Samenstelling der commissie.

  • 1. De commissie bestaat uit tenminste vijf en ten hoogste zeven leden, waaronder de voorzitter en worden benoemd door de gemeenteraad op voordracht van burgemeester en wethouders.

  • 2. Tot lid van de onafhankelijke commissie zijn niet benoembaar:

    • a.

      de burgemeester en de leden van de gemeenteraad en de commissies, voorzover het aan hun opgedragen uitvoeringstaken betreft;

    • b.

      ambtenaren, niet zijnde ambtenaren van politie of een daarmee op grond van diens werkzaamheid gelijk te stellen persoon (inclusief arbeidscontractanten) in de uitoefening van zijn functie, alsmede gewezen ambtenaren;

    • c.

      personen die op het beleidsterrein als zelfstandig werkend archtitect of als bouwkundig adviseur in of voor de gemeente werkzaam zijn.

  • 3. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4: Secretariaat der commissie.

Het secretariaat van de commissie wordt bekleed door een door burgemeester en wethouders aan te wijzen ambtenaar. Plaatsvervanging wordt verzorgd door de afdeling binnen de gemeentelijke organisatie, waar de secretaris werkzaam is.

Artikel 5: Zittingsduur der commissie.

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een rooster van aftreden vast. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag, die in het rooster is vermeld. Zij kunnen terstond worden herbenoemd.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Het ontslag wordt schriftelijk ingediend bij de gemeenteraad onder gelijktijdige mededeling aan de commissie.

  • 3. Periodiek aftredende leden blijven hun functie waarnemen, totdat in de opvolging is voorzien. Hetzelfde geldt voor de periodiek aftredende voorzitter.

Artikel 6: Vergaderingen.

De voorzitter belegt in overleg met de secretaris een vergadering telkens als dit voor de behandeling van de in artikel 2 genoemde zaken noodzakelijk is.

Artikel 7: Tijd en plaats van vergaderen.

De voorzitter bepaalt in overleg met de leden en de secretaris het aanvangstijdstip van de vergaderingen, deze worden in principe gehouden ten gemeentehuize.

Artikel 8: Oproep en agenda.

  • 1. De voorzitter zendt - spoedeisende vergaderingen uitgezonderd - zoveel mogelijk ten minste tien dagen vóór een vergadering de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van de dag, tijd en plaats van de vergadering.

  • 2. De oproepingsbrief vermeldt de onderwerpen, die in de vergadering behandeld zullen worden in de volgorde waarin deze aan de orde zullen worden gesteld.

  • 3. Over elk op de agenda geplaatst onderwerp doen burgemeester en wethouders zoveel mogelijk een schriftelijk voorstel aan de adviescommissie, dat tegelijkertijd met de oproepingsbrief wordt toegezonden.

  • 4. De adviescommissie kan besluiten de volgorde van behandeling te wijzigen.

  • 5. De adviescommissie kan besluiten in spoedeisende gevallen, op voorstel van een lid van de commissie of de voorzitter, onderwerpen die niet in de oproepingsbrief zijn vermeld, terstond in behandeling te nemen.

  • 6. De voorzitter kan na het verzenden van de oproepingsbrief zo nodig een aanvullende agenda doen uitgaan. De daarop vermelde voorstellen worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk twee maal 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 9: Ter inzage leggen van stukken.

  • 1. De stukken, welke dienen ter toelichting van de voorstellen, worden gelijktijdig met het verzenden van de voorstellen voor de leden ter inzage gelegd. Indien ná dit tijdstip stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden.

  • 2. Een lid van de commissie mag een origineel van een ter inzage gelegd stuk niet buiten het gemeentehuis brengen. Een lid mag een kopie van een ter inzage gelegd stuk slechts voor eigen gebruik buiten het gemeentehuis brengen.

  • 3. De voorzitter kan toestaan, dat anderen dan de leden de ter inzage liggende stukken inzien.

  • 4. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid blijven stukken, omtrent wier inhoud ingevolge artikel 93 van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, onder berusting van de secretaris, die de leden van de commissie de inzage verleent.

Artikel 10: Openbare kennisgeving.

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, de aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      een korte weergave van de te behandelen onderwerpen;

    • c.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende voorstellen kan inzien.

Artikel 11: Openbaarheid vergaderingen.

  • 1. De vergadering wordt in het openbaar gehouden. De deuren worden gesloten indien onderwerpen aan de orde komen waarbij gelet op de persoonlijke levenssfeer van verzoekers of aanvragers met een openbare behandeling van een aanvraag of een verzoek geen redelijk belang is gediend.

  • 2. Op het sluiten der deuren is artikel 23 Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Het sluiten van de deuren geldt niet voor de tijdens de vergadering van de commissie op de tribune aanwezige leden van de gemeenteraad van Sint-Michielsgestel.

  • 4. Op de besloten vergadering zijn de bepalingen van artikelen 20 tot en met 22 van toepassing.

Artikel 12: Opening vergadering en vergaderquorum.

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien het in artikel 20 van de Gemeentewet vereiste aantal leden, waaronder in ieder geval de voorzitter of diens plaatsvervanger, aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, met inachtneming van het bepaalde in artikel 20 van de Gemeentewet.

Artikel 13: Niet-deelneming aan de behandeling.

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een agendapunt indien daarbij hun onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

  • 2. Bij twijfel of zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in het eerste lid, beslist de commissie met gesloten deuren met meerderheid van stemmen.

Artikel 14: Horen van belanghebbenden.

  • 1. De commissie kan belanghebbenden ter vergadering uitnodigen voor overleg of toelichting indien zulks voor de te behandelen zaak dienstig wordt geacht.

  • 2. Belanghebbenden dienen tijdig, doch tenminste tweemaal vierentwintig uren voor het houden van een vergadering schriftelijk te worden opgeroepen.

  • 3. Belanghebbenden kunnen zich laten vertegenwoordigen bij wege van een schriftelijke machtiging indien zij niet in persoon ter vergadering verschijnen.

  • 4. Belanghebbenden die zijn uitgenodigd voor de vergadering dienen zich voor aanvang van de vergadering bij de voorzitter te melden.

Artikel 15: Deskundigen.

Belanghebbenden kunnen ter toelichting van hun standpunten deskundigen ter vergadering meebrengen. De hiervoor gemaakte kosten blijven voor rekening van de belanghebbende, die de deskundige heeft meegebracht.

Artikel 16: Geluid- en beeldregistraties.

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- en/of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 17: Verslag.

  • 1. Door de zorg van de secretaris wordt de vergadering van de adviescommissie schriftelijk verslag opgemaakt.

  • 2. Het ontwerp-verslag van de voorgaande vergadering wordt, zo mogelijk, aan de leden toegezonden gelijktijdig met de overige voorstellen.

  • 3. Bij het begin van de vergadering wordt, zoveel mogelijk, het verslag van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 4. De leden hebben het recht, een voorstel tot verandering te doen, indien het verslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft wat gezegd of geadviseerd is.

  • 5. Het verslag moet inhouden:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de secretaris en de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de leden die afwezig waren;

    • b.

      een vermelding van de onderwerpen die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      het door de adviescommissie uitgebrachte advies;

    • d.

      de door de leden ingenomen minderheidsstandpunten;

    • e.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van de belanghebbenden, die het op grond van het bepaalde in artikel 14 door de commissie zijn uitgenodigd en verschenen.

  • 7. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

  • 8. Het verslag wordt ter kennisneming toegezonden aan de gemeenteraad.

Artikel 18: Uitbrengen van advies.

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag van de vergadering en eventueel door de commissie ontvangen adviezen, tijdig aan burgemeester en wethouders uitgebracht.

  • 2. De commissie zendt een afschrift van het advies en het verslag aan de belanghebbenden. Daarbij wijst zij erop, dat burgemeester en wethouders bij hun beslissing kunnen afwijken van het advies.

Artikel 19: Mededeling beslissing.

  • 1. De beslissing naar aanleiding van het advies wordt binnen vier weken, dat zij is genomen door burgemeester en wethouders aan de commissie medegedeeld.

  • 2. Indien het college van burgemeester en wethouders beslissen in afwijking van het advies van de commissie vindt zo mogelijk vooraf overleg plaats met de commissie, doch wordt in ieder geval achteraf uitleg gegeven.

Artikel 20: Besloten vergadering.

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van toepassing die gelden voor een openbare vergadering.

Artikel 21: Verslag besloten vergadering.

  • 1. Het verslag van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld, maar ligt uitsluitend voor de leden ter inzage.

  • 2. Dit verslag wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de adviescommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van dit verslag.

  • 3. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 22: Geheimhouding.

Voor het opleggen van geheimhouding omtrent het behandelde en omtrent de inhoud van de stukken is artikel 93 van de Gemeentewet van toepassing.

Artikel 23: Inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de Monumentencommissie".

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking ervan.

  • 3. Met ingang van gelijke datum vervalt de "verordening, regelende de taak, samenstelling en bevoegdheden van de monumentencommissie", vastgesteld bij zijn besluit van 2 januari 1996.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Sint-Michielsgestel in zijn openbare vergadering van 17 december 1998.
De raad voornoemd.