Regeling vervallen per 30-06-2010

Tijdelijk Maatregelenbesluit IOAW/IOAZ

Geldend van 01-01-2010 t/m 29-06-2010 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2010

Intitulé

Tijdelijk Maatregelenbesluit IOAW/IOAZ

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen;

Gezien de intrekking van de artikelen 4 en 6 van het Maatregelenbesluit Abw, Ioaw en Ioaz per 1 januari 2010, waardoor de wetgever niet langer gebruik maakt van de in artikel 20, achtste lid van de IOAW en de IOAZ geboden mogelijk tot regelstelling;

Overwegende dat het voor een consistente uitvoering van deze beide wetten wel wenselijk is te komen tot regelstelling inzake het maatregelenbeleid voor de periode (tot 1 juli 2010) waarin de gemeenteraad niet bevoegd is om bij verordening regels te stellen;

besluit vast te stellen:

het Tijdelijk Maatregelenbesluit IOAW/IOAZ

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

  • b.

    IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

  • c.

    grondslag: de voor de werkloze werknemer dan wel gewezen zelfstandige toepasselijke grondslag bedoeld in artikel 5, derde, vierde en vijfde lid IOAW onderscheidenlijk artikel 5, vierde lid IOAZ;

  • d.

    uitkering: uitkering op grond van de IOAW onderscheidenlijk de IOAZ;

  • e.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen.

Artikel 2

Het college neemt bij de toepassing van artikel 20, derde lid IOAW en artikel 20, eerste lid IOAZ, de bepalingen van dit besluit in acht, onverminderd artikel 20, vierde, zesde en zevende lid IOAW en IOAZ.

Artikel 3

De gedragingen bedoeld in artikel 20, derde lid IOAW, en artikel 20, eerste lid IOAZ, worden onderscheiden in de volgende categorieën:

  • 1.

    eerste categorie:

    • a.

      het zich niet als werkzoekende doen inschrijven bij het Uitvoeringsinstituut

      werknemersverzekeringen, dan wel de inschrijving niet of niet tijdig doen verlengen;

    • b.

      het zich het niet binnen de door het college daartoe gestelde termijn verstrekken van de informatie die van belang is voor de verlening van de uitkering of de voortzetting daarvan.

  • 2.

    tweede categorie:

    • a.

      het niet naar vermogen trachten arbeid in dienstbetrekking te verkrijgen;

    • b.

      het niet dan wel niet tijdig voldoen aan een oproep om, in verband met de inschakeling in de arbeid, op een aangegeven plaats en tijd te verschijnen;

    • c.

      het niet dan wel in onvoldoende mate meewerken aan een onderzoek naar de mogelijkheden tot inschakeling in de arbeid, dan wel aan een onderzoek naar de geschiktheid voor scholing of opleiding.

  • 3.

    derde categorie:

    • a.

      gedragingen die de inschakeling in de arbeid belemmeren;

    • b.

      het niet dan wel in onvoldoende mate meewerken aan een voor de inschakeling in de arbeid noodzakelijk geachte scholing of opleiding, dan wel aan andere aangewezen activiteiten die de zelfstandige bestaansvoorziening bevorderen.

Artikel 4

1.De weigering bedoeld in artikel 20, derde lid IOAW en artikel 20, eerste lid IOAZ wordt vastgesteld op:

  • a.

    vijf procent van de grondslag gedurende een maand bij gedragingen van de eerste categorie;

  • b.

    tien procent van de grondslag gedurende een maand bij gedragingen van de tweede categorie;

  • c.

    twintig procent van de grondslag gedurende een maand bij gedragingen van de derde categorie;.

2.De periode van weigering van de uitkering genoemd in het eerste lid wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte gedraging opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging uit dezelfde of een hogere categorie.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2010

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijk Maatregelenbesluit IOAW/IOAZ.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 maart 2010

Burgemeester en wethouders van Sittard-Geleen,

De burgemeester

Drs. G.J.M. Cox

De secretaris,

Mr. J.H.J. Höppener