Regeling vervallen per 09-06-2021

Verordening lijkbezorgingsrechten 2021

Geldend van 01-01-2021 t/m 08-06-2021

Intitulé

Verordening lijkbezorgingsrechten 2021

De raad van de gemeente Sluis

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2020;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van de commissie Samenleving/Middelen van 9 december 2020;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2021

(Verordening lijkbezorgingsrechten 2021)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaatsen gelegen in de kernen Aardenburg, Breskens, Cadzand, Groede, Hoofdplaat, Nieuwvliet, Oostburg, Retranchement, Schoondijke, Sluis, IJzendijke, Waterlandkerkje en Zuidzande; en de begraafplaats in Sint Anna ter Muiden;

  • b.

    particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • c.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d.

    particulier kindergraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van overleden kinderen beneden het twaalfde levensjaar;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen van overleden kinderen beneden het twaalfde levensjaar;

  • e.

    particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • - het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • - het doen verstrooien van as;

  • f.

    urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

  • g.

    algemene urnenruimte: een ruimte (horizontaal of verticaal) bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • h.

    particulier keldergraf: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

  • i.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • j.

    algemene verstrooiingsplaats: een plaats waarop as van een overledene kan worden verstrooid;

  • k.

    grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf, urnengraf, particuliere gedenkplaats of algemene verstrooiingsplaats.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld van de rechten

De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Overgangsrecht

De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2020’, vastgesteld op 19 december 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2021’.

Ondertekening

Sluis, 17 december 2020

DE RAAD VOORNOEMD,

De griffier, De voorzitter,

Mr. P.T.G. Claeijs Mr. M.M.D. Vermue

Bijlage 1. Tarieventabel behorende bij de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2021.

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf of particulier kindergraf of een particulier urnengraf wordt geheven:

1.1.1

voor een periode van 20 jaar voor een particulier graf

1.538,70

1.1.2

voor een periode van 20 jaar voor een particulier urnengraf

1.538,70

1.1.3

voor een periode van 30 jaar voor een particulier kindergraf

1.538,70

1.2.1

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 10 jaar wordt een recht geheven gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht.

1.2.2

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 5 jaar wordt een recht geheven gelijk aan 25% van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht.

1.3

Voor het verlenen van het gebruiksrecht op een algemeen graf of algemene urnenruimte wordt geheven:

1.3.1

voor een periode van 10 jaar voor een algemeen graf

507,80

1.3.2

Voor een periode van 10 jaar voor een algemene urnenruimte

507,80

1.4.1

Voor het verlengen van het gebruiksrecht als bedoeld in 1.3 met 10 jaar wordt een gebruiksrecht geheven gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het gebruiksrecht.

1.4.2

Voor het verlengen van het gebruiksrecht als bedoeld in 1.3 met 5 jaar wordt een gebruiksrecht geheven gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het gebruiksrecht.

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven

1.934,00

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 3 jaar wordt geheven

483,60

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven

967,00

2.4

Voor het begraven buiten de gewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1, 2.2 en 2.3 verhoogd:

2.4.1

op maandag tot en met zaterdag met een bedrag van

340,70

2.4.2

op zon- en feestdagen met een bedrag van

476,05

2.5

Onder gewone uren wordt verstaan:

op werkdagen van maandag tot en met vrijdag: de uren van 9.00 uur tot 16.00 uur, afgezien van de uren die vallen onder 2.4.2

2.6

De in 2.4 bedoelde verhoging wordt niet toegepast indien op last van het openbaar gezag buiten de gewone uren wordt begraven.

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of een urn wordt geheven:

3.1.1

in een algemene urnenruimte, voor de bijzetting van de 1e urn of asbus

1.462,05

3.1.2

in een algemene urnenruimte, voor de bijzetting van de 2e urn of asbus

286,45

3.1.3

in een particulier urnengraf

1.636,60

3.2

Voor het bijzetten buiten de gewone uren wordt het recht, bedoeld in 3.1 verhoogd met:

3.2.1

op maandag tot en met zaterdag met een bedrag van

89,35

3.2.2

op zon- en feestdagen met een bedrag van

118,95

3.3

Onder gewone uren wordt verstaan:

op werkdagen van maandag tot en met vrijdag: de uren van 9.00 uur tot 16.00 uur, afgezien van de uren die vallen onder 2.4.2

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 22 van de Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Sluis 2019, wordt geheven:

4.1.1

voor de aanleg van een particuliere grafkelder

566,80

4.1.2

voor het plaatsen van een enkel gedenkteken en kruis

137,50

4.1.3

voor het plaatsen van een dubbel gedenkteken en kruis

274,90

Hoofdstuk 5 Inschrijven en overboeken van particuliere graven en urnennissen

5.1

Voor het inschrijven en overboeken van particuliere graven in een daartoe bestemd register wordt geheven

38,95

5.2

Voor het inschrijven en overboeken van particuliere urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven

38,95

Hoofdstuk 6 Opgraven, ruimen, verstrooien

6.1

Voor het opgraven en overbrengen van een lijk wordt geheven

663,00

6.2

Voor het opgraven en weer begraven in een ander graf wordt geheven

1.065,50

6.3

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:

6.3.1

Uit een particulier graf

923,85

6.3.2

Uit een algemene urnenruimte

379,70

6.3.3

Bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven

283,25

6.4

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

6.4.1

Op een algemene verstrooiingsplaats

788,20

6.4.2

Op een particulier graf

1.517,50

Behorende bij raadsbesluit van 17 december 2020

De griffier van de gemeente Sluis,

Mr. P.T.G. Claeijs