Verordening van het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening Fryslân houdende regels omtrent de behandeling van bezwaarschriften Verordening Behandeling Bezwaarschriften GR SW ‘Fryslân’

Geldend van 10-08-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening van het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening Fryslân houdende regels omtrent de behandeling van bezwaarschriften Verordening Behandeling Bezwaarschriften GR SW ‘Fryslân’

Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter van de gemeenschappelijke regeling sociale werkvoorziening ‘Fryslân’, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft,

gelet op de bepalingen in de Algemene Wet Bestuursrecht,

besluiten vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Awb

Algemene wet bestuursrecht

belanghebbende

belanghebbende in de zin van art. 1:2 van de Awb

bestuursorgaan

het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur of de voorzitter van de GR SW ‘Fryslân’, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft

bezwaarschrift

bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Awb

commissie

vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften

GR

het openbaar lichaam GR SW ‘Fryslân’

verwerend orgaan

bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen

DE ADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEHANDELING VAN BEZWAARSCHRIFTEN

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een adviescommissie voor de behandeling van bezwaarschriften, hierna te noemen “commissie”.

  • 2. De commissie heeft tot taak de voorbereiding van de beslissing op bezwaarschriften als bedoeld in artikel 7:13 Awb.

Artikel 3 Beslissing op bezwaarschriften

  • 1. Het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen waartegen bezwaar is ingediend, beslist op de bij hem ingediende bezwaarschriften na advies van de commissie.

  • 2. In afwijking van het eerste lid is een advies van de commissie niet vereist in de situaties zoals genoemd in artikel 7:3 Awb.

Artikel 4 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het dagelijks bestuur benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. De leden van de commissie maken geen deel uit van of zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van de GR, noch van één van de daarbij aangesloten gemeenten.

  • 4. Het dagelijks bestuur benoemt één of meer plaatsvervangende leden.

  • 5. De commissie regelt vervanging van de voorzitter.

Artikel 5 Secretariaat

Het dagelijks bestuur zorgt voor een secretaris voor de commissie.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de bestuursorganen van de GR. Het is mogelijk dat zij terstond herbenoemd worden.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het dagelijks bestuur van de GR.

  • 3. De aftredende voorzitter, leden en het plaatsvervangend lid van de commissie blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.

BEHANDELING VAN DE BEZWAARSCHRIFTEN

Artikel 7 Ontvangst bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het dagelijks bestuur stelt het bezwaarschrift zo spoedig mogelijk in handen van de commissie.

Artikel 8 Uitoefening van bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolgde artikel 2:1, tweede lid, en artikel 7:6, vierde lid, van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.

Artikel 9 Inlichtingen en advies

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het dagelijks bestuur vereist.

Artikel 10 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter en secretaris van de commissie bepalen in overleg plaats en tijdstip van de zitting, waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 11 Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie deelt de belanghebbende(n) en het bestuursorgaan tenminste twee weken voor de zitting schriftelijk mee dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

  • 2. Binnen drie dagen na verzending van de uitnodiging kunnen de belanghebbende(n) of het bestuursorgaan, onder opgaaf van redenen, de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid, wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 12 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 13 Onpartijdigheid voorzitter en leden van de commissie

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de voorbereiding van en beraadslaging over het advies inzake de beslissing op het bezwaar, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 14 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter of één van de leden van de commissie dat nodig oordeelt, of indien een belanghebbende of het bestuursorgaan daartoe verzoekt.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 15 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Van elke zitting stelt de secretaris een verslag op.

  • 2. Het verslag van de zitting als bedoeld in artikel 7:7 Awb, vermeldt de namen van de aanwezige belanghebbenden en/of hun gemachtigden en de namen van de vertegenwoordigers van het bestuursorgaan, alsmede hun hoedanigheid. Het vermeldt voorts kort hetgeen tijdens de zitting is gezegd en voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk niet openbaar was, of indien de te onderscheiden belanghebbenden niet in elkaars aanwezigheid zijn gehoord, wordt dit in het verslag gemeld.

  • 4. Het verslag verwijst naar de tijdens de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 16 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting, doch voor het uitbrengen van advies, nader onderzoek wenselijk is, kan de voorzitter van de commissie uit eigen beweging, of op verzoek van de commissie, dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het bestuursorgaan en belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het bestuursorgaan en belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie, aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het houden van een nieuwe zitting. De voorzitter beslist op een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een zitting als bedoeld in het voorgaande lid, zijn de bepalingen van deze verordening over de zitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17 Advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar aan het bestuursorgaan uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel aan het bestuursorgaan over de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 18 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag, bedoeld in artikel 15, en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken, als bedoeld in artikel 7:10 eerste lid van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van het besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbende een afschrift.

Artikel 19 Onvoorziene omstandigheden

Wanneer zich omstandigheden voordoen waarin de Verordening Behandeling Bezwaarschriften Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening ‘Fryslân’ niet voorziet, neemt het dagelijks bestuur in overleg met de voorzitter van de commissie passende maatregelen.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 20 Inwerkingtreding

  • 1. De Verordening behandeling bezwaarschriften SW ‘Fryslân’, zoals vastgesteld bij besluit van het algemeen bestuur op 19 december 2002, wordt ingetrokken met ingang van de datum waarop deze verordening in werking treedt, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op bezwaarschriften die voor die datum zijn ingediend.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Behandeling Bezwaarschriften GR SW ‘Fryslân’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van de GR SW ‘Fryslân’ van 8 december 2017.

E. van Esch, voorzitter

R. Haverkort, secretaris