Regeling vervallen per 15-07-2004

Verordening aanpasbaar bouwen

Geldend van 01-07-1998 t/m 14-07-2004

Intitulé

Verordening aanpasbaar bouwen

De raad van de gemeente Stadskanaal;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 juni 1998, nr. R 5403;

gelet op de artikelen 149 en 166 van de Gemeentewet,

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening aanpasbaar bouwen.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Paragraaf 1.1 Begripsbepalingen

Artikel 1

  • a.

    Het Seniorenlabel:

  • dit is het consumentenkeurmerk dat ouderenbonden kunnen verlenen aan zelfstandige woningen/complexen die geschikt zijn voor álle leeftijden. De woningen moeten voldoen aan een in een eisenpakket (het Seniorenlabel) vastgelegd kwaliteitsniveau, dat zo is gekozen dat de woning (ook) geschikt is voor ouderen.

  • b.

    Bezoekbaar verbouwen:

  • bij een "bezoekbaar" verbouwde woning moet een gehandicapte zonder veel moeite en met weinig hulp de woning kunnen bezoeken.

  • c.

    Aanpasbaar (ver)bouwen:

  • hierbij moet een woning zodanig gebouwd worden dat deze eenvoudig is aan te passen mocht de bewoner onverhoeds gehandicapt raken.

  • d.

    Budget:

  • bedrag aan subsidie dat jaarlijks door de gemeente beschikbaar wordt gesteld, alsmede het bedrag dat resteert van in vorige jaren gereserveerde budgetten, alsook het bedrag dat beschikbaar komt als gevolg van een intrekking van een besluit tot verlening van subsidie.

  • e.

    Deelbudget:

  • dat deel van het budget dat door de gemeenteraad beschikbaar is gesteld voor een bepaalde categorie woningen.

  • f.

    Verlenen van subsidie:

  • het besluit van burgemeester en wethouders dat een aanspraak op subsidie verschaft.

  • g.

    Vaststellen van subsidie:

  • het besluit van burgemeester en wethouders waarbij de hoogte van de verleende subsidie wordt vastgesteld en de gemeente zich verplicht tot betaling.

  • h.

    Subsidieaanvrager:

  • de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een aanvraag doet om verlening van subsidie door de gemeente.

  • i.

    Subsidieontvanger:

  • de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een aanvraag doet om vaststelling en betaling van de door de gemeente verleende subsidie.

  • j.

    Project:

  • de bouw of verbouw van een aantal woningen waarbij sprake is van één bouwstroom.

  • k.

    Gereedkomingsdatum:

  • de dag waarop de bouw- of verbouwingswerkzaamheden aan een project gemiddeld gereedkomen.

  • l.

    Bezoekbaar verbouwen van een (semi-) openbaar gebouw:

  • hierbij moet het (semi-) openbare gebouw dusdanig worden verbouwd dat de essentiële ruimten door een gehandicapte (optimaal) gebruikt kunnen worden.

  • m.

    (semi-) Openbaar gebouw:

  • alle voor eenieder, al dan niet onder betaling van een toegangsprijs, vrij toegankelijke gebouwen.

  • n.

    De essentiële ruimten van een (semi-) openbaar gebouw:

  • die ruimten van het gebouw die door een gehandicapte benut moeten kunnen worden om optimaal van de geboden voorzieningen gebruik te kunnen maken.

Artikel 2

Voor de toepassing van deze verordening wordt mede verstaan onder:

  • a.

    eigenaar:

  • opstaller, erfpachter, gerechtigde tot een appartementsrecht of degene die lid is van een coöperatie en op die grond het uitsluitende gebruik heeft van een aan die coöperatie in bloot eigendom toebehorende woning;

  • b.

    eigendom:

  • opstal, erfpacht, appartementsrecht of lidmaatschap als bedoeld onder a;

  • c.

    bouwen:

  • het verbouwen van een gebouwde onroerende zaak tot woonruimte, waarbij de bestemming van de onroerende zaak wordt gewijzigd.

Artikel 3

Deze verordening is niet van toepassing op:

  • a.

    woningen die niet geschikt of bestemd zijn om voortdurend door dezelfde persoon of personen te worden bewoond;

  • b.

    woningen die bestemd zijn voor of in gebruik zijn als ambts- of dienstwoning;

  • c.

    bejaardenoorden als bedoeld in de Wet op de bejaardenoorden.

Paragraaf 1.2 Grondslag en werkingssfeer

Artikel 4

Op grond van deze verordening kunnen burgemeester en wethouders uitsluitend subsidie verlenen voor:

  • a.

    het bezoekbaar verbouwen van een bestaande woning;

  • b.

    het aanpasbaar bouwen van een nieuwe woning c.q. verbouwen van een bestaande woning;

  • c.

    het verbouwen van een (semi-) openbaar gebouw zodat dit gebouw bezoekbaar wordt.

Paragraaf 1.3 Vaststelling en reservering van de budgetten

Artikel 5

  • 1.

    De gemeenteraad stelt het beschikbare budget vast.

  • 2.

    Dit budget is onderverdeeld in een deelbudget voor nieuwe woningen en een deelbudget voor bestaande woningen en (semi-) openbare gebouwen.

Artikel 6

  • 1.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de deelbudgetten te verhogen of te verlagen mits het totaal van beide budgetten gelijk blijft.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders geven geen toepassing aan het bepaalde in het eerste lid dan nadat advies is ingewonnen van de Commissie ROM.

HOOFDSTUK 2. AANVRAGEN, VERLENEN EN VASTSTELLEN VAN SUBSIDIE

Paragraaf 2.1 Aanvraag om subsidie

Artikel 7

  • 1.

    De subsidieaanvrager vraagt vóór 31 december van het betreffende budgetjaar subsidie aan bij burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Indien een aanvraag na de in het eerste lid genoemde datum wordt ontvangen dan zal deze worden getoetst aan de voorwaarden van het nieuwe budgetjaar.

Artikel 8

  • 1.

    Een aanvraag als bedoeld in artikel 7 gaat in elk geval vergezeld van de volgende door de subsidieaanvrager te verstrekken gegevens:

    • a.

      tekeningen van het bouwplan;

    • b.

      een bestek of een technische omschrijving;

    • c.

      een opgave van het aantal woningen waarop het bouwplan betrekking heeft;

    • d.

      een gespecificeerde begroting van de werkzaamheden die worden uitgevoerd in het kader van deze verordening.

  • 2.

    Een aanvraag als bedoeld in artikel 7 gaat tevens vergezeld van de op grond van hoofdstuk 3 vereiste door de subsidieaanvrager te verstrekken gegevens.

Paragraaf 2.2 Verlening van subsidie

Artikel 9

Burgemeester en wethouders bevestigen binnen twee weken de ontvangst van de aanvraag als bedoeld in artikel 7.

Artikel 10

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beslissen binnen acht weken na ontvangst van een aanvraag als bedoeld in artikel 7.

  • 2.

    Zij kunnen hun beslissing eenmaal met vier weken verdagen.

Artikel 11

Burgemeester en wethouders verlenen subsidie indien:

  • a.

    het betreffende deelbudget niet wordt overschreden wanneer subsidie wordt verleend;

  • b.

    niet reeds een begin met de werkzaamheden is gemaakt zonder hun toestemming;

Artikel 12

Burgemeester en wethouders verlenen subsidie onder de voorwaarde dat:

  • a.

    zonder toestemming van burgemeester en wethouders bij de werkzaamheden niet wordt afgeweken van het bouwplan;

  • b.

    binnen 24 weken met de werkzaamheden is gestart;

  • c.

    de gereedmelding van de werkzaamheden plaatsvindt overeenkomstig artikel 15;

  • d.

    de subsidieaanvrager de informatie beschikbaar houdt die de raad noodzakelijk acht voor een juist toezicht op de naleving van de in de verordening gestelde voorwaarden en op verzoek van burgemeester en wethouders terstond levert;

  • e.

    de bijzondere voorwaarden worden nageleefd.

Artikel 13

In aanvulling op het gestelde in artikel 12 verlenen burgemeester en wethouders subsidie onder voorwaarde dat de subsidieontvanger degene is die eigenaar is van het gebouw.

Artikel 14

Burgemeester en wethouders verlenen subsidie onder voorwaarde dat op door hen te bepalen tijdstippen aan de door hen aangewezen personen (zie ook artikel 37):

  • a.

    toegang wordt verleend tot de bouwplaats en/of het gebouw;

  • b.

    inzage wordt verleend in de op de bouw betrekking hebbende bescheiden en tekeningen;

  • c.

    alle inlichtingen worden verstrekt die naar hun oordeel noodzakelijk zijn voor de beoordeling of aan de voorwaarden, verbonden aan het verlenen van subsidie, wordt voldaan.

Paragraaf 2.3 Gereedmelding

Artikel 15

  • 1.

    De subsidieontvanger meldt aan burgemeester en wethouders dat het te (ver)bouwen gebouw gereed is, dan wel dat de werkzaamheden zijn voltooid.

  • 2.

    De gereedmelding is tevens een aanvraag om vaststelling en betaling van de subsidie.

  • 3.

    De subsidieontvanger dient de gereedmelding als bedoeld in het eerste lid bij burgemeester en wethouders in terstond na de voltooiing van de werkzaamheden, doch uiterlijk binnen twee jaar na het verlenen van de subsidie.

Artikel 16

  • 1.

    De gereedmelding als bedoeld in artikel 15, eerste lid, gaat vergezeld van:

    • a.

      een verklaring van de subsidieontvanger dat bij de bouw van een woning of de verbouw van een woning/(semi-) openbaar gebouw wordt voldaan aan de bijzondere voorwaarden waaronder de subsidie is verleend;

    • b.

      een opgave van de gereedkomingsdatum;

    • c.

      kopieën van de rekeningen en betalingsbewijzen.

  • 2.

    Indien de subsidieontvanger een ander is dan de subsidieaanvrager, gaat de gereedmelding als bedoeld in het eerste lid vergezeld van een opgave van de gewijzigde gegevens.

Paragraaf 2.4 Vaststelling van subsidie

Artikel 17

Burgemeester en wethouders bevestigen binnen twee weken de ontvangst van de gereedmelding als bedoeld in artikel 15, eerste lid.

Artikel 18

  • 1.

    Binnen acht weken na ontvangst van de gereedmelding als bedoeld in artikel 15, eerste lid, nemen burgemeester en wethouders een besluit op de aanvraag tot vaststelling en betaling van subsidie.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen een besluit als bedoeld in het eerste lid eenmaal met acht weken verdagen voor zover de controle op de juistheid van de gegevens daartoe aanleiding geeft.

Artikel 19

Indien burgemeester en wethouders instemmen met de aanvraag tot vaststelling en betaling, stellen zij de subsidie vast.

Artikel 20

De subsidie wordt in één bedrag uitgekeerd.

Paragraaf 2.5 Intrekking van subsidie

Artikel 21

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen een besluit tot verlening van subsidie geheel of gedeeltelijk intrekken en een reeds betaalde bijdrage geheel of gedeeltelijk terugvorderen indien:

    • a.

      niet voldaan is aan de voorwaarden gesteld bij of krachtens deze verordening;

    • b.

      een bijdrage op grond van deze verordening verleend is op grond van gegevens die zodanig onjuist blijken te zijn dat, waren de juiste gegevens bekend geweest, een andere beslissing zou zijn genomen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders trekken een besluit tot het verlenen van subsidie in ieder geval in, indien de subsidieaanvrager meldt dat de bouw geen doorgang zal vinden.

Artikel 22

Burgemeester en wethouders voegen aan het deelbudget het bedrag toe dat beschikbaar komt als gevolg van een intrekking van een besluit tot verlening van subsidie.

Paragraaf 2.6 Nadere bepalingen

Artikel 23

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen op een daartoe strekkende en gemotiveerde aanvraag van de subsidieaanvrager dan wel de subsidieontvanger ontheffing verlenen van de termijn genoemd in artikel 7,12 en 15. Een dergelijke aanvraag wordt vóór het verstrijken van de termijn bij burgemeester en wethouders ingediend.

  • 2.

    Indien burgemeester en wethouders een aanvraag als bedoeld in het eerste lid honoreren, geven zij een nieuwe termijn aan.

Artikel 24

Aan de eigenaar van een bepaald gebouw kan slechts eenmaal subsidie voor hetzelfde gebouw worden verleend.

Artikel 25

Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

HOOFDSTUK 3. BEPALINGEN PER SUBSIDIECATEGORIE

Paragraaf 3.1 Bezoekbaar bouwen

Artikel 26

Een woning wordt in het kader van deze verordening als "bezoekbaar" beschouwd als deze (buiten de standaardeisen van het Bouwbesluit) voldoet aan de volgende eisen:

  • a.

    hoogteverschillen in toegang naar de woning: maximaal 20 mm of hellingbaan (conform a2.1);

  • b.

    hoogteverschil bij dorpel voordeur: maximaal 20 mm (conform c1.3);

  • c.

    verdieping in vloer direkt achter de voordeur voor vloermat (conform c2.3);

  • d.

    de vrije doorgangsbreedte bij de voordeur en de deuren naar de woonkamer, wc en keuken minimaal 850 mm (conform c1.4);

  • e.

    de vrije doorgangshoogte van de onder lid d. genoemde deuren dient minimaal 2100 mm te zijn (conform c1.4);

  • f.

    toilet is bezoekbaar voor rolstoelgebruikers (conform c6.2);

  • g.

    geen drempels in de woning (conform c1.3);

  • h.

    hoogte van de bel/deurknop/huisnummer/naambordje /brievenbus (conform c2.2);

Artikel 27

Indien een bestaande woning na de verbouw voldoet aan de eisen zoals verwoord in artikel 26 dan komt de subsidieaanvrager in aanmerking voor een subsidiebedrag van ƒ 500,-- per woning.

Artikel 28

Indien op grond van artikel 27 subsidie wordt verleend, geldt in aanvulling op het gestelde in dat artikel een maximum subsidiebedrag per project van ƒ 10.000,--.

Artikel 29

Van een (semi-) openbaar gebouw dat bezoekbaar wordt gemaakt moeten de essentiële ruimten na de verbouw zijn gelegen binnen een bijzondere toegankelijkheidssector. Deze bijzondere toegankelijkheidssector moet voldoen aan de nieuwbouweisen die het Bouwbesluit hieraan stelt voor de betreffende gebouwencategorie.

Artikel 30

Indien het (semi-) openbare gebouw na de verbouw voldoet aan de eisen zoals verwoord in artikel 29 dan komt de subsidieaanvrager in aanmerking voor een subsidiebedrag van 50 % van de aanpassingskosten tot een maximum van ƒ 25.000,-- per gebouw.

Paragraaf 3.2 Aanpasbaar bouwen

Artikel 31

Een woning wordt in het kader van deze verordening als "aanpasbaar" beschouwd als deze in ieder geval voldoet aan de eisen zoals die in artikel 26 zijn gesteld aan een bezoekbare woning. Als extra voorwaarde wordt aan een aanpasbare woning gesteld dat deze minimaal 80 punten moet scoren uit het volgende eisenpakket:

  • a.

    voordeur voorzien van seniorenslot (conform c2.5); 10 punten

  • b.

    alle binnendeuren toegankelijk (conform c1.4); 15 punten

  • c.

    achterdeur toegankelijk, breedte + onderdorpel (conform c1.3/c1.4:); 15 punten

  • d.

    aanwezigheid van een veilige trap (conform c1.1); 10 punten

  • e.

    aanwezigheid van een veilige douche (conform c6.1); 10 punten

  • f.

    veilige douchekraan (conform c6.5); 5 punten

  • g.

    (tweede) toilet en slaapkamer op zelfde woonlaag (onderdeel van c1.11.1); 15 punten

  • h.

    opstelruimte bij deuren (conform c1.5); 10 punten

  • i.

    toilet met hoog of halfhoog reservoir (conform c6.4); 10 punten

Artikel 32

Indien de nieuwe of bestaande woning na de bouw of verbouw voldoet aan de eisen zoals verwoord in artikel 29 dan komt de subsidieaanvrager in aanmerking voor een subsidiebedrag van ƒ 1.000,-- per woning.

Artikel 33

Indien op grond van artikel 32 subsidie wordt verleend, geldt in aanvulling op het gestelde in dat artikel een maximum subsidiebedrag per project van ƒ 20.000,--.

Artikel 34

Indien de nieuwe of bestaande woning na de bouw of verbouw voldoet aan alle eisen van het "Seniorenlabel" en indien dit keurmerk ook daadwerkelijk wordt toegekend dan kan aanspraak worden gemaakt op een subsidiebedrag van ƒ 1.500,-- per woning.

Artikel 35

Indien op grond van artikel 34 subsidie wordt verleend, geldt in aanvulling op het gestelde in dat artikel een maximum subsidiebedrag per project van ƒ 30.000,--.

Artikel 36

In aanvulling op het gestelde in de artikelen 26 t/m 35 verlenen burgemeester en wethouders slechts subsidie voor het verbouwen van een bestaande woning of (semi-) openbaar gebouw indien:

  • a.

    naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate overleg heeft plaatsgehad over het bouwplan met degene(n) die met de verhuurder van het gebouw waarop het bouwplan betrekking heeft een huurovereenkomst heeft (hebben) gesloten als bedoeld in artikel 7A:1584 van het Burgerlijk Wetboek, en/of met de hen vertegenwoordigende organisatie(s);

  • b.

    voor de betreffende woning geen gemeenteraadsbesluit tot onteigening dan wel tot ontbinding van de erfpachtsrechten is genomen;

  • c.

    de investeringskosten die nodig zijn om aan de gestelde subsidievoorwaarden te voldoen minimaal twee keer de hoogte van de subsidie bedragen.

HOOFDSTUK 4. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 37

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen de uitvoering van bepalingen van deze verordening, voor zover die uitvoering tot hun bevoegdheid behoort, opdragen aan door hen aan te wijzen gemeenteambtenaren.

  • 2.

    In de besluiten van ambtenaren als bedoeld in het eerste lid wordt tot uitdrukking gebracht dat deze namens burgemeester en wethouders zijn genomen.

Artikel 38

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze verordening naar het oordeel van burgemeester en wethouders zou leiden tot een onredelijke beslissing, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 39

Deze verordening kan worden aangehaald als de Verordening aanpasbaar bouwen.

Artikel 40

Deze gewijzigde Verordening aanpasbaar bouwen treedt in werking met ingang van 1 juli 1998.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 29 juni 1998.
De raad
de secretaris, de voorzitter,