Regeling vervallen per 01-05-2012

Premieverordening Wet Werk en Bijstand

Geldend van 01-09-2004 t/m 30-04-2012

Intitulé

Premieverordening Wet Werk en Bijstand

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

a. Wet: de Wet werk en bijstand.

b. Invoeringswet: de Invoeringswet wet werk en bijstand.

c. Abw: Algemene bijstandswet.

d. Wiw: Wet inschakeling werkzoekenden.

e. ID: Besluit in- en doorstroombanen.

f. Uitkeringsgerechtigde: degene die een periodieke uitkering voor levensonderhoud ontvangt op grond van de wet, de IOAW of de IOAZ.

g. Premie: een subsidie die op grond van artikelen 7 en 8 van de wet kan worden verstrekt.

h. Dienstbetrekking: een arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek dan wel een aanstelling als ambtenaar als bedoeld in artikel 1, 1e lid van de Ambtenarenwet, uitgezonderd arbeidsovereenkomsten krachtens de Wiw, het besluit ID en die worden gesubsidieerd op grond van de Wet en de Wet sociale werkvoorziening.

Artikel 2 Uitstroompremie voltijd

  • 1 De uitkeringsgerechtigde die arbeid in dienstbetrekking aanvaardt waarmee volledig in de kosten van bestaan kan worden voorzien en die onmiddellijk voorafgaand aan zijn indiensttreding tenminste 12 maanden ononderbroken uitkering voor levensonderhoud heeft ontvangen op grond van de wet, de Abw, de IOAW of de IOAZ, ontvangt een éénmalige premie van € 500,00;

  • 2 De éénmalige premie als bedoeld in het vorige lid wordt eveneens verstrekt aan degene die gesubsidieerde arbeid verricht in het kader van de WIW of het Besluit ID en die aansluitend arbeid in dienstbetrekking aanvaardt, waarmee volledig in de kosten van bestaan kan worden voorzien.

Artikel 3 Premie deeltijdarbeid

  • 1 De uitkeringsgerechtigde die arbeid in dienstbetrekking aanvaardt waarmee niet volledig in de kosten van bestaan kan worden voorzien en die niet in aanmerking komt voor een vrijlating van inkomsten als bedoeld in artikel 31, 2e lid onder o van de wet en onmiddellijk voorafgaand aan zijn indiensttreding tenminste 12 maanden ononderbroken uitkering voor levensonderhoud heeft ontvangen op grond van de wet, de Abw, de IOAW of de IOAZ, ontvangt per kalenderjaar maximaal een premie van € 250,00;

  • 2 Uitgezonderd van het recht op een premie deeltijdarbeid zijn uitkeringsgerechtigden die in het kader van het reïntegratie-instrument "Werkstage" arbeid verrichten.

Artikel 4 Voorwaarden uitstroompremie voltijd en premie deeltijdarbeid

De betaling van de in artikel 2 en 3 genoemde premie vindt plaats bij een aaneengesloten dienstbetrekking gedurende zes maanden, met dien verstande dat periodes van ziekte hieronder niet zijn begrepen.

Artikel 5 Scholingspremie

  • 1 De uitkeringsgerechtigde die in het kader van een traject met goed gevolg scholing of opleiding heeft voltooid ontvangt een scholingspremie;

  • 2 De scholingspremie bedraagt € 250,00 per afgeronde scholing of opleiding met een maximum van € 250,00 per kalenderjaar.

Artikel 6 Premie vrijwilligerswerk

  • 1 De uitkeringsgerechtigde die onbetaalde maatschappelijk nuttige activiteiten verricht ontvangt een premie vrijwilligerswerk;

  • 2 De premie wordt slechts toegekend indien burgemeester en wethouders voor het verrichten van de activiteiten vooraf toestemming hebben verleend en voor zolang de activiteiten het verkrijgen van betaalde arbeid niet verhinderen of bemoeilijken en voor zover er geen onkostenvergoeding zoals bedoeld in artikel 31, 2e lid onder k. van de wet van de organisatie(s) waarbij het vrijwilligerswerk wordt verricht, is of wordt ontvangen;

  • 3 Voorwaarden voor het krijgen van de premie zijn:

    a. De uitkeringsgerechtigde is naar verwachting binnen een periode van een jaar niet bemiddelbaar in het kader van betaalde arbeid;

    b. De uitkeringsgerechtigde verleent alle medewerking aan een met hem overeengekomen traject of aan anderszins met hem overeengekomen of aan hem opgelegde activiteiten;

    c. De activiteiten worden gedurende tenminste 8 uren per week verricht;

    d. De activiteiten hebben gedurende ten minste zes aaneengesloten maanden plaatsgevonden;

    e. De uitkeringsgerechtigde kan geen recht doen gelden op een uitstroompremie voltijd en/of een premie deeltijdarbeid.

    f. Uitgezonderd van het recht op een premie vrijwilligerswerk zijn uitkeringsgerechtigden die in het kader van het reïntegratie-instrument "werk met behoud van uitkering" arbeid verrichten.

  • 4 De vrijwilligerspremie bedraagt € 250,00 per kalenderjaar.

Artikel 7 Voorwaarden scholingspremie en premie vrijwilligerswerk

Premies die op basis van artikel 5 en 6 worden toegekend, worden met de eerstvolgende periodieke betaling uitbetaald.

Artikel 8 Cumulatie van wettelijke vrijlating van inkomsten en premie

De uitkeringsgerechtigde die naar het oordeel van het college recht heeft op een vrijlating van inkomsten als bedoeld in artikel 31, 2e lid onder o, heeft niet gelijktijdig noch aansluitend recht op een premie deeltijdarbeid als bedoeld in artikel 3 van deze verordening.

Artikel 9 Cumulatie van wettelijke vrijlating van inkomsten en premie

De uitkeringsgerechtigde die op grond van artikel 9 van de invoeringswet recht heeft op vrijlating van arbeidsinkomsten heeft niet gelijktijdig noch aansluitend recht op een premie deeltijdarbeid als bedoeld in artikel 3 van deze verordening.

Artikel 10 Aanvraag

De premie wordt door de uitkeringsgerechtigde aangevraagd door indiening van een volledig ingevuld en eigenhandig ondertekend formulier dat door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld.

Artikel 11 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 12 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze verordening kan worden aangehaald als Premieverordening Wet werk en bijstand en treedt in werking met ingang van 01 september 2004, onder gelijktijdige intrekking van de bij raadsbesluit van 24 februari 2004 vastgesteld Premieverordening Wet Werk en bijstand.

Toelichting 1 Premieverordening Wet werk en bijstand