Regeling vervallen per 01-11-2016

Telecommunicatieverordening Steenwijkerland 2012

Geldend van 01-11-2012 t/m 31-10-2016

Intitulé

Telecommunicatieverordening Steenwijkerland 2012

inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk in of op openbare gronden.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder

a.

wet :

Telecommunicatiewet;

b.

openbaar elektronisch communicatienetwerk :

telecommunicatienetwerk als genoemd in artikel 1.1, onder h, van de wet;

c.

kabels :

kabels, genoemd in artikel 1.1, onder z, van de wet;

d.

voorzieningen :

ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken als bedoeld in artikel 5.15, van de wet, en kabels;

e.

openbare gronden :

openbare wegen en wateren, als genoemd in artikel 1.1, onder aa, van de wet;

f.

aanbieder :

degene die een openbaar elektronisch communicatienetwerk aanbiedt als bedoeld in artikel 1.1, onder i van de wet en degene bedoeld in artikel 5.1 van de wet;

g.

werkzaamheden :

werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden;

h.

gedoogplichtige :

degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de wet;

i.

college :

college van burgemeester en wethouders;

j.

melding :

melding als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder a, van de wet;

k.

instemmingbesluit :

besluit van het college als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder b, van de wet;

l.

huisaansluiting :

het gedeelte van een kabel van minder dan 15 m in openbare gronden dat een openbaar elektronisch communicatienetwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt als bedoeld onder artikel 1.1, onder k, van de wet.

m.

werkzaamheden van niet ingrijpende aard :

-het aanbrengen of verwijderen van kabels in reeds aangebrachte voorzieningen

-reparaties aan het openbare elektronische communicatienetwerk met een lengte van minder dan 5 m en niet vallend onder artikel 3;

-het maken van huisaansluitingen;

Artikel 2 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden

  • 1. Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt dit voornemen ten minste acht weken voor de aanvraag aan het college, onder opgave van de in artikel 4 genoemde gegevens.

  • 2. Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, kan hierover vooroverleg voeren met het college teneinde de melding, bedoeld in het eerste lid van dit artikel voor te bereiden.

  • 3. Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt het college uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in het eerste lid schriftelijk in kennis gesteld van de resultaten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige.

  • 4. Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard kan de aanbieder volstaan met een melding aan het college minimaal tien werkdagen voorafgaande aan de werkzaamheden, onder opgave van de in artikel 4 genoemde gegevens.

Artikel 3 Ernstige belemmeringen en storingen

Ingeval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige belemmering of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6, tweede lid, van de wet volstaat de aanbieder met een melding voorafgaand aan de start van de werkzaamheden. De aanbieder deelt achteraf zo spoedig mogelijk de gegevens vermeld in artikel 4 van deze verordening mee aan de burgemeester of een daartoe gemachtigde ambtenaar.

Artikel 4 Gegevensverstrekking

  • 1. Bij de melding als bedoeld in artikel 2 van deze verordening verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      naam, (e-mail)adres en telefoon- en faxnummer van degene die de kabels of het netwerk in eigendom heeft, beheert of exploiteert;

    • b.

      een opgave van het aantal kabels en/of buizen dat direct met kabels wordt gevuld of ingeblazen en een opgave van het aantal buizen dat leeg wordt aangebracht;

    • c.

      een opgave van belanghebbenden en instanties die vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en de aard van de werkzaamheden;

    • d.

      een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

      1. een opgave van het gewenste tracé met daarbij duidelijke (digitale) tekeningen en daarop aangegeven wat de te verbinden locaties zijn;

      2. een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de gewenste situering daarvan;

      3. een omschrijving van de opbrekingen van de verharding;

      4. de doorsnede van de kabel en indien van toepassing de kabelgoot;

      5. de opgave van ondergrondse (handholes en dergelijke) of bovengrondse kasten waarvoor geen bouwvergunning noodzakelijk is, alsmede de situering en afmetingen daarvan;

      6. naam, (e-mail)adres, telefoon- en faxnummer van de contactpersoon, aannemers of onderaannemers die belast zijn met de werkzaamheden en van een door hen aangewezen contactpersoon die ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden vierentwintig uur per dag bereikbaar is in verband met mogelijke calamiteiten;

      7. de maatregelen die de bereikbaarheid van de in de openbare grond aanwezige kabels en leidingen waarborgen;

      8. de bereikbaarheid van percelen en opstallen in de nabijheid van de uit te voeren werkzaamheden (indien van toepassing);

      9. alle overige van belang zijnde feiten en omstandigheden gelet op de in artikel 5.4 leden 2 en 3 van de wet genoemde belangen.

  • 2. Het college kan nadere regels stellen aan de gegevens die bij de melding worden verstrekt alsook de wijze waarop deze gegevens worden verstrekt.

Artikel 5 Beslistermijn en aanhouding

Een beslissing op een melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze verordening wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemt daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.

Artikel 6 Voorschriften en beperkingen bij instemming

  • 1. Het college kan nadere regels stellen omtrent het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels, het bevorderen van medegebruik van voorzieningen en het afstemmen van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken, alsook over de afmetingen van kasten, handholes en andere toebehoren, behorende bij een openbaar elektronisch communicatienetwerk.

  • 2. Indien binnen 2 jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel.

  • 3. Indien de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere bestrating, verlangt het college specifiek schadeherstel.

Artikel 7 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

  • 1. Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door andere aanbieders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen.

  • 2. Het vooroverleg als bedoeld in artikel 2, tweede lid, dan wel een door het college geëntameerd overleg naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3. Indien de aanbieder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de aanbieder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

  • 4. Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aanbieder een alternatief tracé te kiezen, of aan andere aanbieders een billijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12, van de wet.

Artikel 8 Melding wijziging voorzieningen

De aanbieder stelt het college onverwijld schriftelijk in kennis van het feit dat de eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk in of op openbare gronden.

Artikel 9 Vervallen instemming

Het instemmingsbesluit heeft een maximale werkingsduur van 6 maanden. De werkzaamheden moeten zijn voltooid binnen 6 maanden na aanvang van de werkzaamheden, tenzij in het instemmingsbesluit anders is bepaald.

Artikel 10 Intrekking oude verordening

De Telecommunicatieverordening Steenwijkerland vastgesteld op 17 december 2002 wordt ingetrokken.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1. De Telecommunicatieverordening Steenwijkerland van 17 december 2002 blijft van kracht op meldingen waarop reeds krachtens diezelfde Verordening is beslist, maar waarvan de uitvoering op het moment van inwerkingtreding van deze verordening nog niet is gerealiseerd.

  • 2. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een melding is gedaan op grond van de telecommunicatieverordening van 17 december 2002 maar waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van uitgifte van het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst onder gelijktijdige intrekking van de Telecommunicatieverordening Steenwijkerland vastgesteld op 17 december 2002.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Telecommunicatieverordening Steenwijkerland 2012.

Ondertekening

De raad voornoemd,
de griffier, A. ten Hoff
de voorzitter, M.A.J. van der Tas