Regeling vervallen per 03-07-2012

Instructie voor de leerplichtambtenaar

Geldend van 25-08-2001 t/m 02-07-2012

Intitulé

INSTRUCTIE VOOR DE LEERPLICHTAMBTENAAR

Burgemeester en wethouders van de gemeente Steenwijk;

gelet op artikel 16, lid 4, van de Leerplichtwet 1969;

b e s l u i t e n :

vast te stellen de volgende

INSTRUCTIE VOOR DE LEERPLICHTAMBTENAAR

Artikel 1 Begripsbepalingen

in deze regeling wordt verstaan onder:

a. ambtenaar

de leerplichtambtenaar, bedoeld in artikel 16 van de Leerplichtwet (staatsblad 1994, 255);

b. directeur

degene die met de leiding van de school of de instelling is belast;

c. jongere

de jongere als bedoeld in de Leerplichtwet 1969;

d. school

1.

een openbare of een uit de openbare kas bekostigde bijzondere dagschool voor basisonderwijs, een dagschool voor speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs of voortgezet onderwijs;

2.

een ingevolge artikel 56 van de Wet op het voortgezet onderwijs aangewezen bijzondere dagschool voor voortgezet onderwijs;

3.

een andere dagschool die, wat de inrichting van het onderwijs en de bevoegdheden van de leraren betreft, overeenkomt met één van de onder 1. bedoelde scholen;

4.

een andere krachtens artikel 1a, sub a van de Leerplichtwet 1969 voor de toepassing van deze wet als school aangewezen onderwijsinstelling.

e. instelling

1.

een krachtens artikel 61 van de Wet op het voortgezet onderwijs uit ’s Rijkskas bekostigd vormingsinstituut voor jeugdigen;

2.

een school voor beroepsbegeleidend onderwijs in de zin van de Wet op het cursorisch beroepsonderwijs;

3.

een andere krachtens artikel 1a, sub b van de Leerplichtwet 1969 voor de toepassing van deze wet als instelling aangewezen cursus of instelling, waar onderwijs of vorming wordt gegeven.

f. Leerplichtwet

de leerplichtwet 1969, zoals deze gewijzigd is bij Staatsblad 1994, 225 en in werking getreden bij Staatsblad 1994, 469.

Artikel 2 Leerplichtadministratie

  • 1. De basis voor de controle op in- en uitschrijvingen van leerplichtige leerlingen is de gemeentelijke basisadministratie (GBA).

  • 2. Voor de aanvang van het schooljaar worden de persoonsgegevens van alle (partieel) leerplichtigen uit het GBA in de leerplichtadministratie overgenomen.

  • 3. De directeuren van de scholen geven burgemeester en wethouders binnen zeven dagen kennis van de in- en uitschrijvingen van leerlingen.

  • 4. De ambtenaar controleert of de leerlingenlijsten van de scholen ontvangen zijn. Hij onderneemt actie naar de directeuren van de scholen die in gebreke zijn gebleven.

  • 5. De ambtenaar controleert of alle (partieel) leerplichtigen overeenkomstig de bepalingen van de Leerplichtwet als leerling zijn ingeschreven.

  • 6. Tegenover een bericht van afschrijving van de ene school staat op korte termijn een bericht van inschrijving als leerling van een andere school. Indien geen bericht van inschrijving wordt ontvangen neemt de ambtenaar contact op met de ouder(s)/verzorger(s) van de (partieel) leerplichtige of met de directeur van de school die de leerling heeft afgeschreven.

  • 7. Bij verhuizing naar een andere gemeente worden de administratieve gegevens van een leerling naar de nieuwe woongemeente gezonden.

Artikel 3 Verlof

  • 1. Indien verlof als bedoeld in artikel 14 Leerplichtwet wordt gevraagd voor meer dan 10 schooldagen per schooljaar, beslist de ambtenaar van de woongemeente van de jongere.

  • 2. Alvorens te beslissen stelt de ambtenaar de directeur van de school waarbij de jongere staat ingeschreven, in de gelegenheid om zijn gevoelens kenbaar te maken.

  • 3. Alvorens te beslissen stelt de ambtenaar degene die de aanvraag heeft ingediend in de gelegenheid zijn gevoelens kenbaar te maken.

Artikel 4 Relatief schoolverzuim

  • 1. Indien een kennisgeving is ontvangen, als bedoeld in artikel 21 Leerplichtwet stelt de ambtenaar vanwege burgemeester en wethouders een onderzoek in en legt hiervan een dossier aan. Hij stelt de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen in de gelegenheid hun gevoelens kenbaar te maken en tracht hen ertoe te bewegen hun verplichtingen na te komen. Van het onderhoud met de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen maakt de ambtenaar een verslag.

  • 2. Blijkt aan de ambtenaar dat de leerplichtige jongere die de leeftijd van 12 jaren heeft bereikt of de partieel leerplichtige jongere het onderwijs aan de school of de instelling niet geregeld volgt, zonder dat de jongere op grond van artikel 11 Leerplichtwet van deze verplichting is vrijgesteld, dan stelt hij de jongere in de gelegenheid zijn gevoelens kenbaar te maken en tracht hem ertoe te bewegen zijn verplichtingen na te komen. Van het onderhoud met de jongere maakt de ambtenaar een verslag.

  • 3. In de door hem te bepalen gevallen wordt door de ambtenaar een huisbezoek afgelegd.

  • 4. Zo nodig raadpleegt de ambtenaar één of meer aangewezen diensten of instellingen zoals bedoeld in artikel 8 van deze instructie.

  • 5. Blijkt aan de ambtenaar dat de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet gedoelde personen niet zorgen dat de leerplichtige jongere de school geregeld bezoekt, zonder dat zij op grond van artikel 11 Leerplichtwet van deze verplichting is vrijgesteld, dan zendt hij proces-verbaal van zijn bevindingen aan de officier van justitie.

  • 6. Indien blijkt dat de leerplichtige jongere die de leeftijd van 12 jaren bereikt heeft of de partieel leerplichtige jongere weigert de verplichting als bedoeld in artikel 22, lid 3 Leerplichtwet na te komen, zendt de ambtenaar het proces-verbaal van zijn bevindingen aan de officier van justitie.

  • 7. Over de afwikkeling van de verzuimkwestie worden de ouders of verzorgers en de betrokken school of instelling door de ambtenaar geïnformeerd.

  • 8. Zodra de ambtenaar kennis neemt van schoolverzuim dat niet door de school gemeld is, stelt hij een onderzoek in naar de reden waarom de school het verzuim niet heeft gemeld.

Artikel 5 Absoluut schoolverzuim

  • 1. Indien blijkt dat een leerplichtige of partieel leerplichtige jongere niet als leerling is ingeschreven, zonder dat een grond voor vrijstelling aanwezig is, stelt de ambtenaar vanwege burgemeester en wethouders een onderzoek in en legt hiervan een dossier aan. Hij hoort de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen en tracht hen ertoe te bewegen hun verplichtingen na te komen. Van het onderhoud met de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen maakt de ambtenaar een verslag.

  • 2. In door de ambtenaar te bepalen gevallen kan door hem huisbezoek worden afgelegd.

  • 3. Zo nodig raadpleegt de ambtenaar één of meer aangewezen diensten of instellingen als bedoeld in artikel 8 van deze instructie.

  • 4. Blijkt aan de ambtenaar dat de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen weigeren de jongere als leerling van een school, onderscheidenlijk een onderwijsinstituut te laten inschrijven zonder dat de jongere op grond van artikel 5, 5a of 15 Leerplichtwet van deze verplichting is vrijgesteld, dan zendt hij proces-verbaal van zijn bevindingen aan de officier van justitie.

  • 5. In door de ambtenaar te bepalen lichtere gevallen kan de ambtenaar besluiten tot het geven van een waarschuwing.

Artikel 6 Kennisgeving aan de Raad voor de Kinderbescherming

  • 1. Indien de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen reeds eerder zijn veroordeeld wegens het niet na komen van de verplichtingen, opgelegd in artikel 2, lid 1 of artikel 4a Leerplichtwet, zendt de ambtenaar een afschrift van het proces-verbaal aan de Raad voor de Kinderbescherming.

  • 2. Op grond van zijn in de Leerplichtwet genoemde maatschappelijke zorgtaak, kan de ambtenaar bij vermeende geconstateerde verwaarlozing van het kind besluiten een rapport van zijn bevindingen naar de Raad voor de Kinderbescherming te sturen met het verzoek om een gezinsonderzoek te doen naar de vermeende constatering van gebrek aan zorg. Een rapport kan niet verzonden worden alvorens de in artikel 2, lid 1 Leerplichtwet bedoelde personen daarvan in kennis zijn gesteld.

  • 3. Met de Raad voor de Kinderbescherming wordt in voorkomende gevallen overleg gevoerd over de aanpak van het verzuim en daarmee samenhangende problemen.

Artikel 7 Kennisgeving aan de Arbeidsinspectie

Indien aan de ambtenaar blijkt dat een jongere in strijd met de voorschriften van de Arbeidswet 1919 arbeid verricht, geeft hij hiervan terstond kennis aan het districtshoofd van de Arbeidsinspectie.

Artikel 8 Aanwijzen van diensten en instellingen

De ambtenaar voert zo vaak als hij dit voor het uitoefenen van zijn taak nodig acht overleg met:

  • .

    De officier van justitie

  • .

    De inspecteur van het onderwijs

  • .

    De Arbeidsinspectie

  • .

    De regiopolitie

  • .

    De Raad voor de Kinderbescherming

  • .

    Instellingen voor jeugdhulpverlening

  • .

    Algemeen maatschappelijk werk

  • .

    De sociaal-pedagogische dienst

  • .

    Het RIAGG

  • .

    De scholingsvormen waar jongeren in het kader van de partiële leerplicht of de vervangende leerplicht aan kunnen deelnemen

  • .

    Alle overige instellingen die zich op het terrein van onderwijs en jeugdzorg bewegen.

Artikel 9 Samenwerking met ambtgenoten

De ambtenaar pleegt zo vaak als noodzakelijk is overleg met ambtgenoten uit andere gemeenten.

De ambtenaar werkt samen met zijn ambtgenoten in omliggende gemeenten. De samenwerking strekt zich in ieder geval uit tot het maken van afspraken over :

- de toepassing van artikel 14, lid 3 Leerplichtwet;

- de wijze waarop contact wordt onderhouden met de officier van justitie in het kader van de toepassing van artikel 22 Leerplichtwet.

Artikel 10 Jaarverslag

  • 1. De ambtenaar levert de noodzakelijke gegevens aan burgemeester en wethouders in verband met het jaarlijks voor 1 oktober uit te brengen verslag aan de gemeenteraad.

  • 2. De ambtenaar levert de noodzakelijke gegevens aan burgemeester en wethouders in verband met het jaarlijks aan de minister uit te brengen verslag inzake de omvang en behandeling van het schoolverzuim.

Artikel 11 Slotbepaling

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na die waarop zij is bekend gemaakt.

  • 2. De regeling wordt aangehaald als Instructie voor de leerplichtambtenaar Steenwijk.

  • 3. De Instructie voor de leerplichtambtenaar, vastgesteld bij besluit van 13 april 1999 door burgemeester en wethouders van de voormalige gemeente Brederwiede wordt met ingang van de datum als bedoeld in het eerste lid ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenwijk van 10 juli 2001.
de secretaris, drs. A.W. van der Spek
de burgemeester, drs. H.H. Apotheker