Regeling vervallen per 27-02-2018

Verordening Wet werk en bijstand, Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, Wet investeren in jongeren.

Geldend van 13-01-2012 t/m 26-02-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012

Intitulé

Verordening Wet werk en bijstand, Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, Wet investeren in jongeren.

De raad van de gemeente Stichtse Vecht,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 november 2011;

gehoord de werksessie van 28 november 2011;

gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand (WWB);

gelet op artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

gelet op artikel 12 lid 1 onder d en lid 2 van de Wet investeren in jongeren (WIJ).

b e s l u i t :

vast te stellen de

PARTICIPATIEVERORDENING SOCIALE ZAKEN 2012

Artikel 1 Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

college : het college van burgemeester en wethouders van Stichtse Vecht;

cliëntenraad : het inspraakorgaan van de cliënten van Stichtse Vecht;

sociale zekerheidswetten : de wetten en regelingen in het sociale domein, waarvan de uitvoering aan de gemeente Stichtse Vecht is opgedragen.

cliënt : de inwoner van Stichtse Vecht die recht heeft op en gebruik maakt van de dienstverlening van het team sociale zaken.

belangenorganisatie : de organisatie of instelling, werkzaam binnen de gemeente Stichtse Vecht, die (mede) de belangen van cliënten vertegenwoordigt.

Artikel 2 Verhouding college – cliëntenraad

Het college betrekt in de besluitvorming over beleids- en uitvoeringsvraagstukken betreffende sociale zaken de adviezen, die door de cliëntenraad hierover zijn uitgebracht.

Artikel 3 Taken

  • 1.

    De cliëntenraad behartigt de collectieve belangen van cliënten en realiseert een inbreng van cliënten op beleid en uitvoering. De cliëntenraad brengt gevraagd en ongevraagd advies op hoofdlijnen uit aan het college over het bestaande en te ontwikkelen beleid en de uitvoering op alle terreinen van de sociale zekerheidswetten, waarvan de uitvoering aan de gemeente is toegewezen.

  • 2.

    De cliëntenraad heeft informatierecht, initiatiefrecht en adviesrecht.

  • 3.

    Op verzoek van het college, dan wel op eigen initiatief kan de cliëntenraad vertegenwoordigd zijn in of deelnemen aan overlegorganen of andere vormen van overleg, die raken aan het regionaal of gemeentelijk beleid inzake de sociale zekerheidswetten of verwante beleidsterreinen.

  • 4.

    Niet tot de taken van de cliëntenraad behoren klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten of individuele medewerkers van de gemeente betrekking hebben. Maar wel de hiervoor gehanteerde procedures, regelingen en richtlijnen. Evenmin kan worden geadviseerd inzake het personeel- en organisatiebeleid van de gemeente.

Artikel 4 Facilitering

  • 1.

    De gemeente geeft de cliëntenraad onder voorwaarde van het opstellen van een begroting en jaarrekening, de beschikking over een jaarlijks werkbudget van maximaal € 2.500.

  • 2.

    De gemeente stelt aan de cliëntenraad vergaderruimte beschikbaar, alsmede de mogelijkheid tot gebruik maken van printer, kopieerapparaat, papier, enveloppen met logo, postverzending en andere secretariële benodigdheden.

  • 3.

    De leden hebben recht op vergoeding van reis- en verblijfkosten overeenkomstig de regeling voor gemeentelijk personeel.

Artikel 5 Samenstelling

  • 1.

    De cliëntenraad bestaat bij voldoende belangstelling uit minimaal minimaal 7 en maximaal 13 die betrokken zijn bij of deskundigheid hebben op het gebied van de sociale zekerheid.

  • 2.

    Leden van de cliëntenraad zijn cliënten, vertegenwoordigers van belangenorganisaties, de voorzitter en de secretaris.

  • 3.

    De cliëntenraad kan maximaal twee personen op basis van deskundigheid op het gebied van de sociale zekerheid voor benoeming als lid voordragen.

  • 4.

    Alle leden hebben stemrecht.

  • 5.

    Bij voldoende belangstelling voor het lidmaatschap is de helft plus één van de leden cliënt van sociale zaken.

  • 6.

    De kernen Maarssen-dorp/broek, Breukelen en Loenen zijn bij voldoende belangstelling in ieder geval in de raad vertegenwoordigd.

  • 7.

    Het lidmaatschap van de raad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad of van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 6 Benoeming en zittingsduur

  • 1.

    De leden van de cliëntenraad worden benoemd door het college. De leden van de belangenorganisaties worden, eventueel op verzoek, voorgedragen door de organisaties. Bij vacature van de cliëntleden vindt er een sollicitatieprocedure plaats door middel van een oproep in de lokale bladen dan wel in het informatiebulletin van sociale zaken.

  • 2.

    De zittingsduur van de leden is maximaal vier jaar, te beginnen op de benoemingsdatum van het lid.

  • 3.

    Aftredende leden zijn eenmaal herbenoembaar.

  • 4.

    Het lidmaatschap van de cliëntenraad eindigt in geval van:

    • -

      overlijden,

    • -

      verhuizing naar een andere gemeente,

    • -

      beëindiging van het recht op dienstverlening van de afdeling sociale zaken van de gemeente. In die gevallen eindigt het lidmaatschap na maximaal zes maanden.

  • 5.

    Het college verleent op schriftelijk verzoek van een lid aan hem ontslag.

  • 6.

    Het college kan op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de cliëntenraad een lid ontslaan. Een zodanig verzoek moet door tenminste driekwart van de zitting hebbende leden worden ondersteund.

Artikel 7 Voorzitter en secretaris

  • 1.

    De cliëntenraad draagt uit zijn midden dan wel van buitenaf een voorzitter en een secretaris aan het college ter benoeming als leden van de cliëntenraad voor.

  • 2.

    De voorzitter roept de leden van de cliëntenraad voor een vergadering bijeen en leidt de vergadering.

  • 3.

    Bij afwezigheid van de voorzitter treedt de secretaris in de bevoegdheden van de voorzitter.

  • 4.

    Bij afwezigheid van voorzitter en secretaris wordt de vergadering geleid door een door de aanwezige leden aan te wijzen lid.

  • 5.

    De voorzitter tekent samen met de secretaris alle stukken die van de cliëntenraad uitgaan.

  • 6.

    De secretaris is samen met de voorzitter belast met de voorbereiding van de door de cliëntenraad te behandelen zaken.

  • 7.

    De secretaris is belast met:

    • -

      de verslaglegging van de vergaderingen,

    • -

      het bijhouden van de presentielijst,

    • -

      de uitvoering van de besluiten,

    • -

      het voeren van de correspondentie,

    • -

      het opstellen van een jaarverslag,

    • -

      het opstellen van een financieel jaarverslag en een begroting.

Artikel 8 Werkwijze

  • 1.

    De cliëntenraad kan beraadslagen en besluiten indien tenminste de helft van de leden ter vergadering aanwezig is. De aanwezigheid blijkt uit de voor de aanvang van de vergadering ondertekende presentielijst.

  • 2.

    De cliëntenraad vergadert minimaal zes maal per jaar. De vergaderingen zijn openbaar.

  • 3.

    De cliëntenraad kan besluiten een besloten vergadering te houden.

  • 4.

    Het college informeert de cliëntenraad over voornemens aangaande beleidsontwikkeling of uitvoeringsvraagstukken.

  • 5.

    De cliëntenraad kan ten behoeve van de advisering deskundigen van binnen en buiten de gemeentelijke organisatie inschakelen.

  • 6.

    Aan het begin van het kalenderjaar overlegt het college aan de raad een overzicht van te behandelen onderwerpen in het lopende jaar.

  • 7.

    Uiterlijk twee weken voor het overleg melden de cliëntenraad en het college onderwerpen voor de agenda van dat overleg aan bij de secretaris. De agenda wordt uiterlijk een week voor de vergadering verstuurd aan de leden, agendaleden en de portefeuillehouder.

  • 8.

    Besluiten worden genomen bij meerderheid van geldig uitgebracht stemmen. Leden worden geacht te stemmen namens de organisatie waartoe zij behoren.

  • 9.

    Bij staking van stemmen vindt op een door de voorzitter nader te bepalen tijdstip herstemming plaats. Indien ook in dit geval de stemmen staken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 10.

    De advisering aan het college vindt schriftelijk en gemotiveerd plaats.

  • 11.

    Op verzoek van een lid kan in het advies vermelding van minderheidsstandpunten plaatsvinden.

  • 12.

    Het college reageert op adviezen van de cliëntenraad schriftelijk en gemotiveerd binnen zes weken na de verzending van het advies.

  • 13.

    De cliëntenraad presenteert jaarlijks voor 1 mei aan het college een verslag over het afgelopen jaar, alsmede een financieel verslag en een begroting voor het nieuwe jaar.

Artikel 9 Overgangsregel.

De in de cliëntenraad sociale zaken van Maarssen zitting hebbende leden en de namens Breukelen en Loenen zitting hebbende leden van de Raad van Advies voor Werk en Bijstand, alsmede de voorzitter en de secretaris van de cliëntenraad Maarssen vertegenwoordigen de cliënten van Stichtse Vecht tot het moment van benoeming van de leden van de cliëntenraad sociale zaken van Stichtse Vecht.

Artikel 10 Slotbepalingen

De volgende verordeningen worden ingetrokken:

  • -

    De verordening cliëntenraad sociale zaken 2010, vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van Maarssen op 8 maart 2010;

  • -

    De Participatieverordening Wet werk en bijstand 2007, vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van Breukelen op 19 december 2006;

  • -

    De Participatieverordening Wet werk en bijstand 2007, vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van Loenen op 28 november 2006;

  • -

    De Participatieverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Loenen, vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van Loenen op 27 oktober 2009.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt en werkt terug tot 1 januari 2012.

Artikel 12 Citeerartikel

Deze verordening kan worden aangehaald als Participatieverordening sociale zaken 2012.

Ondertekening

Loenen, 21 december 2011
Griffier Voorzitter