Verordening Adviescommissie Cultuurbeleid 2018

1. De commissie adviseert het college gevraagd en ongevraagd over de inzet van kunst en cultuur voor de vergroting van leefbaarheid en aantrekkelijkheid van Texel voor bewoners, bezoekers en organisaties. Het gaat hierbij bijvoorbeeld over elementen als educatie, informatie, (sociale) participatie, (zintuigelijke) beleving, professionaliteit, diversiteit, uniciteit, verdieping en verbreding. Daarnaast stelt de commissie zich ten doel om als klankbord en denktank te fungeren voor het gemeentelijke cultuur- en cultuursubsidiebeleid, teneinde de gemeente te versterken in het realiseren van haar doelstellingen.

2. Jaarlijks maken het college en de commissie nadere afspraken over de specifieke onderwerpen of thema’s waarover advies gevraagd wordt van de commissie. Het gemeentelijk cultuurbeleid dient hiervoor als basis.

1. De commissie bestaat uit minimaal 5 en maximaal 7 leden.

2. Het lidmaatschap van de commissie is niet verenigbaar met:

• a.

  lidmaatschap van de gemeenteraad;

• b.

  lidmaatschap van een commissie als bedoeld in de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet, ingesteld door de gemeenteraad, het college of de burgemeester, tenzij het gaat om het lidmaatschap van een commissie als bedoeld in artikel 84 Gemeentewet en deze commissie uitsluitend een adviserende functie heeft;

• c.

  elke functie als werknemer in dienstverband van de gemeente Texel;

• d.

  functies waarmee belangenverstrengeling kan plaatsvinden tussen taken van de commissie en taken van die functie.

3. Leden van de commissie hebben kennis van het brede cultuurveld en beschikken over verschillende expertise, deskundigheid en visie. Idealiter bestaat de commissie uit leden met specifieke kennis in verschillende disciplines, zoals bijvoorbeeld; podiumkunsten, scheppende kunsten, beeldende kunsten, poëzie, literatuur, cultuurhistorie en musea.

1. Het college benoemt de voorzitter en de commissieleden.

2. De voorzitter en commissieleden worden benoemd voor een periode van drie jaar en kunnen voor één periode van drie jaar worden herbenoemd.

3. Indien een lid gedurende zes maanden of langer niet in de gelegenheid is of zal zijn om de vergaderingen van de commissie bij te wonen, benoemt het college op voordracht van de commissie een tijdelijke vervanger.

1. De leden van de commissie selecteren de voorzitter van de commissie uit haar midden.

2. De commissie benoemt uit haar midden een vicevoorzitter en een secretaris.

3. De voorzitter en secretaris vormen het dagelijks bestuur van de commissie.

4. Het dagelijks bestuur van de commissie bereidt de vergadering voor, verwoordt de adviezen van de commissie en stelt deze op schrift.

5. De voorzitter geeft leiding aan de vergaderingen van de commissie.

6. De secretaris stelt de agenda op en draagt zorg voor de schriftelijke aanlevering van de adviezen aan het college bij de contactambtenaar.

1. Het college zorgt ervoor dat de commissie wordt betrokken bij de beleidsontwikkeling op het gebied van kunst en cultuur.

2. Het college vraagt over relevante beleidsontwikkeling en beleidsvoornemens advies aan de commissie op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het vast te stellen beleid, dat wil zeggen minimaal vier weken vóór besluitvorming in het college.

3. Indien spoed vereist is, kan het college in overleg met de commissie, afwijken van de onder lid 2 genoemde termijn.

4. Het college wijst een vaste contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor de commissie.

5. De contactambtenaar:

- onderhoudt contact met het dagelijks bestuur van de commissie namens het college;

- draagt zorg voor de aanlevering van de adviezen bij het college;

- voorziet de leden van de commissie van informatie, die in bezit is van de gemeente en waarvan zij vindt dat die voor de meningsvorming van de commissie van belang is;

- draagt zorg voor een beschikbare vergaderruimte;

- draagt zorg voor betaling van de vergadervergoeding aan de aanwezige leden;

1. De commissie vergadert minimaal vier keer en maximaal zes keer per jaar.

2. De secretaris draagt zorg dat de uitnodiging en agenda, ten minste zeven dagen voor het houden van de vergadering worden toegezonden.

1. Een advies van de commissie komt tot stand door overleg van de bij de vergadering van de commissie aanwezige leden en verwoording hiervan in een schriftelijk advies door het dagelijks bestuur.

2. Indien één of meerdere leden hiertoe verzoeken vindt er een stemming plaats.

3. Adviezen en andere beslissingen komen in het geval van een stemming als bedoeld in het vorige lid tot stand bij meerderheid van stemmen.

4. Indien voor een advies geen meerderheid van meer dan 2/3 van het aantal leden bestaat, worden in het advies de minderheidsstandpunten verwoord.

5. De commissie neemt geen besluiten over hun adviezen als niet ten minste vier leden aanwezig zijn.

6. In geval van advisering over de artistieke waarde van culturele evenementen of projecten levert de commissie binnen vier weken na ontvangst van het verzoek een schriftelijk advies aan bij de contactambtenaar.

7. De leden van de commissie adviseren zonder last of ruggespraak.

8. De leden van de commissie onthouden zich van inmenging bij de adviesvorming wanneer het zaken betreft, waarbij zij persoonlijk belang hebben of betrokken zijn.

1. De commissie is bevoegd inlichtingen in te winnen bij belanghebbenden. Voor zover hieraan kosten zijn verbonden, is voorafgaande toestemming van het college vereist.

2. De commissie kan belanghebbenden, organisaties, verenigingen etc. in de gelegenheid stellen het woord te voeren over een op de agenda voorkomend onderwerp. Het initiatief hiertoe kan worden genomen door zowel de commissie als de belanghebbenden, organisaties, verenigingen etc. De voorzitter van de commissie besluit wie in de gelegenheid wordt gesteld het woord te voeren. Het dagelijks bestuur van de commissie verzorgt de uitnodiging en meldt deze aan de contactambtenaar.

3. De commissie is bevoegd om ambtenaren of de wethouder van de gemeente Texel uit te nodigen om een vergadering bij te wonen of om inlichtingen te verstrekken. De voorzitter meldt deze uitnodigingen tijdig aan de contactambtenaar.

1. De gemeente faciliteert de commissie met vergadervoorzieningen (overlegruimte en audiovisuele apparatuur)

2. Eventuele kosten voor speciale voorzieningen, om ook leden met een beperking volwaardig aan de activiteiten van de commissie te kunnen laten deelnemen, komen ten laste van de gemeente.

3. De ingevolge artikel 4.1 benoemde leden van commissie hebben recht op een vergadervergoeding. Deze vergoeding wordt door het college vastgesteld en vindt zijn grondslag in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. Het recht op vergoeding vervalt indien niet actief in de commissie wordt geparticipeerd.

1. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet of er geschillen zijn over de toepassing beslist het college. Van dergelijke beslissingen wordt de gemeenteraad in kennis gesteld.

2. Bij voorstellen tot wijziging van deze verordening wordt een zienswijze van de commissie gevraagd en bijgevoegd.

3. Dit besluit wordt aangehaald als: Verordening Adviescommissie Cultuurbeleid 2018.

4. Dit besluit treedt de dag na publicatie in werking onder gelijktijdige intrekking van de ‘Verordening adviescommissie cultuurbeleid’ van 11 maart 2008.