Regeling vervallen per 01-03-2024

Verordening Regionale Raadscommissie Noordkop 2018

Geldend van 01-08-2018 t/m 29-02-2024

Intitulé

Verordening Regionale Raadscommissie Noordkop 2018

De raad van de gemeente Texel:

gelezen het advies van burgemeester en wethouders;

gehoord de raadscommissie van 3 juli 2018;

Overwegende

Dat samenwerking geen doel op zich is, maar een middel om te borgen dat de 4 gemeenteraden in de Kop gezamenlijk optrekken (met als resultaat een krachtiger gezamenlijk signaal) in huidige en toekomstige samenwerkingen. Met het vaststellen van deze verordening ligt de structuur vast.

Besluit

Akkoord te gaan met het vaststellen van de verordening Regionale Raadcommissie Noordkop 2018 en het gelijktijdig intrekken van de verordening Noordkop Raad i.o. 2015.

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

in deze verordening wordt verstaan onder:

raden:

de afzonderlijke gemeenteraden van Den Helder, Hollands Kroon, Schagen en Texel;

commissie:

de Regionale Raadscommissie Noordkop (RRN);

voorzitter:

voorzitter van de commissie of diens plaatsvervanger;

lid:

lid van de commissie;

coördinerend griffier:

commissiegriffier:

de griffiers wijzen uit hun midden een coördinerend griffier aan;

de griffier van één van de raden, die de commissievergadering ondersteunt;

agendacommissie:

twee raadsleden per gemeente, de griffiers en de coördinerend secretaris.

Hoofdstuk 2 Doelen, taken en samenstelling

Artikel 2 Doelen

  • 1. Grip hebben en sturing geven aan regionale samenwerking.

  • 2. De strategische positie van de Kop van Noord-Holland versterken richting provincie en rijk.

Artikel 3 Taken

  • 1. De commissie heeft als taak:

    • a.

      te adviseren over de thema’s van de `Kop Werkt`;

    • b.

      te adviseren over de gemeenschappelijke regelingen die de vier gemeenten aangaan;

    • c.

      te adviseren over onderwerpen, die ter besluitvorming in alle vier de raden worden voorgelegd;

    • d.

      het houden van beeldvormende vergaderingen.

  • 2. Met uitzondering van het bedoelde in artikel 19 worden er geen besluiten genomen door de commissie.

  • 3. De commissie kan ook zelf voorstellen doen.

Artikel 4 Samenstelling, zittingsduur en vacatures.

  • 1. De commissie bestaat uit 1 lid van iedere fractie uit de raden.

  • 2. De commissieleden worden door de raden op voordracht van de fracties benoemd.

  • 3. Zowel raadsleden als niet-raadsleden kunnen lid zijn. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 4. De raden benoemen op voordracht van de fracties één plaatsvervangend lid per fractie, die bij afwezigheid van het commissielid zitting heeft in de commissie. Het derde lid is van overeenkomstige toepassing.

  • 5. De zittingsperiode van een commissielid eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raden.

  • 6. Een commissielid houdt op lid te zijn als niet meer voldaan wordt aan de in artikel 4, derde lid, gestelde eisen.

  • 7. De raden kunnen een commissielid ontslaan op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 8. Een commissielid en diens plaatsvervanger kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de desbetreffende raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 9. Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de desbetreffende raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 10. Als een fractie niet langer vertegenwoordigd is in een raad, vervalt het lidmaatschap van het commissielid en zijn plaatsvervanger die op voordracht van die fractie zijn benoemd, van rechtswege.

Artikel 5 Voorzitter

  • 1. De voorzitters van de raden zijn per toerbeurt voorzitter van de vergadering van de commissie.

  • 2. Bij afwezigheid van voorzitter wordt één van de andere voorzitters aangewezen als voorzitter.

  • 3. De voorzitter leidt de vergadering en is belast met de handhaving van de orde.

  • 4. De beeldvormende vergaderingen kennen geen vaste voorzitter. Na gelang van de inhoud wordt de voorzitter aangewezen door de agendacommissie.

Artikel 6 Griffier

  • 1. De griffiers van de raden wijzen een coördinerend griffier uit hun midden aan.

  • 2. De griffier wordt bij diens afwezigheid worden vervangen door één van de andere griffiers.

  • 3. De griffiers van de raden zijn aanwezig bij de vergadering van de commissie. Zij zijn geen lid van de commissie.

  • 4. De griffier of zijn/haar plaatsvervanger is belast met het verlenen van bijstand aan de commissie, het ondersteunen van de voorzitter en het verzorgen van een besluitenlijst van de vergaderingen. Wanneer de leden van de commissie technische vragen hebben over de toegezonden vergaderstukken dan richten zij zich hiervoor tot de commissiegriffier.

Hoofdstuk 3 Aanwezigheid wethouders en anderen

Artikel 7 Aanwezigheid wethouders en anderen

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd wethouders, vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen of andere personen uit te nodigen de vergaderingen van de commissie bij te wonen, teneinde aan de beraadslagingen deel te nemen en inlichtingen of adviezen te verstrekken.

  • 2. De in lid 1 genoemde functionarissen kunnen zich laten vergezellen van ambtenaren van de gemeenten of externe deskundigen.

Hoofdstuk 4 Vergaderingen

Artikel 8 Vergaderingen

  • 1. De commissie stelt een vergaderschema vast en vergadert voorts als de voorzitter het nodig oordeelt of tenminste een vijfde van de leden schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

  • 2. De commissie vergadert in het gemeentehuis van Schagen of in Theater de Kampanje in Den Helder.

  • 3. De commissie of haar voorzitter kan besluiten een andere locatie te kiezen.

  • 4. De commissie kan geen advies uitbrengen wanneer niet tenminste een derde van de zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 9 Agendacommissie en agenderingsrecht

  • 1. De agendacommissie heeft tot taak het voorlopig vaststellen van de agenda van de commissie voordat een oproep als bedoeld in artikel 10 wordt verzonden. Bij elk agendapunt wordt aangegeven of de behandeling informerend, meningsvormend en adviserend van aard is.

  • 2. De leden van de agendacommissie hebben elk één stem in de agendacommissie.

  • 3. Elk lid van de commissie kan voorstellen doen tot behandeling van zaken die niet op de voorlopige agenda zijn vermeld en dient die voorstellen minstens twee dagen voor de vergadering schriftelijk / per e-mail bij de voorzitter of de griffier in te dienen; in spoedeisende gevallen geldt een termijn van 24 uur. De commissie beslist over het in behandeling nemen van die voorstellen bij het vaststellen van de definitieve agenda van de vergadering.

Artikel 10 Oproep

  • 1. De voorzitter zendt ten minste acht dagen voor een vergadering de leden van de commissie een oproep per e-mail onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 2. De leden van de raden worden in kennis gesteld van de voorlopige agenda.

  • 3. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter van de commissie voorstellen terstond een voorstel te bespreken. De commissie beslist over het in behandeling nemen van die voorstellen bij het vaststellen van de definitieve agenda van de vergadering.

  • 4. Vergaderstukken bestemd voor een vergadering van de commissie worden zo spoedig mogelijk ter kennis van de commissie gebracht en onafhankelijk van oproep/voorlopige agenda verzonden.

Artikel 11 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden op elektronische wijze aan een ieder ter beschikking gesteld.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid kunnen stukken ook voor een ieder in de stadhuizen ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving

  • 3. Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verlenen de griffies van iedere raad een lid in de eigen gemeente inzage.

Artikel 12 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt tegelijkertijd met de schriftelijke oproep openbaar gemaakt op de door voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing op de gemeentelijke website.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;

    • c.

      de openbare kennisgeving vermeldt: de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 14.

  • 3. Daarnaast worden de bij de voorlopige agenda behorende stukken, indien digitaal beschikbaar, op de website van de gemeente geplaatst.

Artikel 13 Insprekers / spreekrecht burgers

  • 1. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit minimaal 48 uur voorafgaand aan de vergadering aan de commissiegriffier. Hij/zij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij/zij het woord wil voeren.

  • 2. Elke spreker krijgt gedurende de vergadering maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

Artikel 14 Verslaglegging

  • 1. De commissiegriffier stelt een besluitenlijst van de vergadering op.

  • 2. De (concept) besluitenlijst wordt verspreid onder de leden van de commissie, de colleges en de leden van de raden.

Artikel 15 Openbaarheid van vergaderingen

  • 1. De vergaderingen van de commissie worden in de regel in openbaarheid gehouden.

  • 2. Indien de voorzitter of één van leden achter gesloten deuren wenst te vergaderen, beslist de commissie op dat verzoek. De gedachtewisseling in een besloten vergadering van de commissie is vertrouwelijk.

Artikel 16 Geheimhouding

  • 1. De commissie is bevoegd bij meerderheid van stemmen de leden geheimhouding ten aanzien van stukken en/of mededelingen op te leggen. Het doen van mededelingen over onderwerpen, behandeld in een besloten vergadering, aan andere raadsleden indien nodig voor intern beraad, is geen schending van de vertrouwelijkheid als bedoeld in artikel 16, indien althans geen geheimhouding krachtens dit artikel is opgelegd.

  • 2. Stukken zoals bedoeld in lid 1 liggen voor de raadsleden ter inzage bij de griffier van iedere raad, tenzij het openbaar belang zich hiertegen verzet.

  • 3. Indien en voor zover de commissie tot openbaarmaking van het desbetreffende onderwerp overgaat, is ook de geheimhouding, voor zover de openbaarmaking strekt, opgeheven.

  • 4. De commissie neemt in haar werkzaamheden tevens de opgelegde geheimhouding door de raden en colleges in acht.

Artikel 17 Handhaving orde; schorsing

  • 1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 2. Indien een spreker, zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker, hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

Artikel 18: Moties en amendementen

  • 1. Indien één of meerdere leden van de commissie een amendement of motie aankondigen, wordt deze door de coördinerend griffier aan de vergaderstukken van de commissie toegevoegd.

  • 2. Het betreffende amendement of motie wordt besproken tijdens de vergadering van de commissie.

  • 3. Na beraadslaging geven de indieners aan of zij hun amendement of motie handhaven of niet.

  • 4. Gehandhaafde amendementen of moties krijgen een advies mee van de commissie. De stemming over een amendement of motie is gelijk aan het bepaalde in artikel 19.

  • 5. De amendementen en moties, zoals bedoeld in het vierde lid, en het advies van de commissie worden toegevoegd aan de vergaderstukken voor behandeling en besluitvorming in de raden.

Artikel 19 Besluitvorming / stemming

  • 1. De commissie neemt besluiten over:

    • a.

      het vaststellen van het advies, waarbij een onderwerp ter besluitvorming wordt voorgelegd aan de raden zoals bedoeld in artikel 3, lid 1;

    • b.

      vergaderen achter gesloten deuren en geheimhouding zoals bedoeld in artikel 15, lid 2 respectievelijk 16, lid 1 en 3;

    • c.

      het agenderingsrecht zoals bedoeld in artikel 9,lid 3;

  • 2. Stemming vindt mondeling plaats, tenzij een van de leden schriftelijke stemming verlangt.

  • 3. Elk lid van de commissie heeft stemrecht.

  • 4. In de commissie wordt een stemverhouding gehanteerd, waarbij elke gemeente zoveel stemmen vertegenwoordigt als bij de laatst gehouden gemeenteraadsverkiezingen geldig in de gemeente zijn uitgebracht. Het stemgewicht van elke gemeente wordt gedeeld door 100 (honderd), waarna de uitkomst naar beneden wordt afgerond op een rond getal.

  • 5. Alleen de aanwezige leden kunnen aan een stemming deelnemen.

  • 6. Artikel 28 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

  • 7. Voor het tot stand komen van een beslissing is vereist dat krachtens de leden 4 tot en met 6 meer dan 60,0% van de aanwezige stemmen vóór de beslissing stemt.

  • 8. Indien in een voltallige vergadering de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 9. Bij staking van stemmen in een niet voltallige vergadering wordt in de eerstvolgende vergadering opnieuw gestemd. Wanneer de stemmen in deze vergadering wederom staken, wordt het voorstel eveneens geacht te zijn verworpen.

Artikel 20 Contacten met de media

  • 1. Verzoeken van de media om informatie over wat in de commissie wordt/is besproken, worden behandeld door de voorzitter of door diegene die daartoe door de voorzitter wordt aangewezen.

  • 2. Bij door de commissie te bepalen onderwerpen maakt de commissie afzonderlijke afspraken over de communicatie met de media.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 21 Bevoegdheid

De commissie treedt niet in de (wettelijke) bevoegdheden van de raden.

Artikel 22 Onvoorziene situaties

In vergadersituaties waarin deze verordening niet voorziet beslist de commissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 23 Hardheidclausule

In gevallen waarin deze verordening niet in voorziet is de agendacommissie bevoegd om voorstellen te doen.

Artikel 24 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. De verordening Noordkopraad i.o 2015 wordt met ingaan van 1 augustus 2018 ingetrokken.

  • 2. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Regionale Raadscommissie Noordkop 2018’.

  • 3. Deze verordening treedt in werking op 1 augustus 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raden van

Den Helder d.d. 09 juli 2018

Hollands Kroon d.d. 21 juni 2018

Schagen d.d. 3 juli 2018

Texel d.d. 11 juli 2018