Regeling vervallen per 01-01-2009

Verordening liggelden Piushaven Tilburg 2004

Geldend van 01-01-2008 t/m 31-12-2008

Intitulé

Verordening liggelden Piushaven Tilburg 2004

De raad van de gemeente Tilburg;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

gezien de wenselijkheid om voor het gebruik van het openbaar water regels te stellen voor het ordelijk gebruik uit een oogpunt van veiligheid, gezondheid en aanzien van de gemeente;

gezien de regulering en beheersing van de ruimtelijke inrichting van het havengebied ten behoeve van de door de gemeente gewenste functies van wonen, museale, passanten en toeristische nautische activiteiten;

alsmede gelet op de artikelen 216, 219, tweede lid en artikel 229, eerst lid sub a en b van de Gemeentewet;

gezien het eindvoorstel;

Besluit:

Vast te stellen de verordening tot vaststelling van de Verordening liggelden Piushaven Tilburg 2004.

Artikel 1. Inleidende bepalingen.

Krachtens deze verordening worden liggelden geheven:

  • a.

    voor een vaste ligplaats voor een woonschip in de Museumhaven danwel de havenarm;

  • b.

    voor een vaste ligplaats met een bijzonder schip danwel bedrijfsvaartuig in de havenarm;

  • c.

    voor een tijdelijke ligplaats voor een passantenvaartuig;

  • d.

    voor een tijdelijke ligplaats voor een woonschip in de winterberging;

  • e.

    voor het afmeren van een rondvaartboot, chartervaartuig of dergelijke met het kennelijke doel in Tilburg mensen aan boord te nemen danwel van boord te laten;

  • f.

    voor een vaste ligplaats met een woonark op de kop van de Piushaven, totdat de daartoe verstrekte vergunning zijn geldigheid verliest.

Artikel 2. Begripsomschrijvingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    haven: de Piushaven en het openbaar vaarwater in beheer en onderhoud bij de gemeente, als bedoeld in de Havenverordening Piushaven Tilburg 2004;

  • b.

    kaden en oevers: de direct aan het openbaar vaarwater grenzende en gelegen weggedeelten en/of gedeelten van de openbare ruimte, een en ander zoals aangeduid op de bij deze verordening behorende kaart;

  • c.

    ligplaats: een gedeelte van het openbaar vaarwater, bestemd of geschikt om door een vaartuig met bijbehorende voorzieningen te worden ingenomen;

  • d.

    openbaar vaarwater: alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn;

  • e.

    vaartuig: elk drijvend voorwerp dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvend voorwerp een geheel uitmakende voorwerpen;

  • f.

    museumschip: elk vaartuig dat door zijn authenticiteit en door historie en verschijningsvorm de moeite van het behouden en bekijken waard is, en dat nagenoeg permanent bewoond wordt;

  • g.

    pleziervaartuig: elk vaartuig dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de recreatie, niet zijnde een woonschip;

  • h.

    woonschip: elk vaartuig dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebezigd als, of te beoordelen naar zijn constructie of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak bestemd is tot, dag- of nachtverblijf van een of meer personen;

  • i.

    bedrijfsvaartuig: elk vaartuig, niet zijnde een museumschip, dat een toeristisch, dienstverlenend en/of commercieel doel dient;

  • j.

    woonark: de op de kop van de Piushaven afgemeerde vaartuigen met opbouw waarvoor bij de inwerkingtreding van deze verordening een ligplaatsvergunning van kracht is;

  • k.

    havenmeester: een als zodanig door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaar;

  • l.

    winterberging: het gedurende de periode dat de haven gesloten is voor pleziervaartuigen, ligplaats bieden aan schepen die, al dan niet bewoond, een tijdelijke ligplaats voor de winterperiode zoeken.

Artikel 3. Vrijstellingen.

De rechten worden niet geheven voor:

  • a.

    vaartuigen, eigendom van, in gebruik bij of ten behoeve van het Rijk en bestemd uitsluitend voor de openbare dienst;

  • b.

    hospitaalschepen, bedoeld bij de wet van 30 december 1905, Stb 385;

  • c.

    sleepboten welke de haven alleen aandoen om vaartuigen te brengen of te halen en onmiddellijk na aankomst, danwel bij de eerstvolgende gelegenheid ingeval zulks niet mogelijk meer is vanwege het beëindigen van de brugbediening in het Wilhelminakanaal, weer vertrekken;

  • d.

    vaartuigen die wegens storm, mist of ijsgang of andere noodtoestanden die duidelijk als overmacht kunnen worden aangemerkt, de haven zijn binnengelopen.

Artikel 4. Belastingplicht.

Belastingplichtig is de schipper, de reder, de eigenaar / beheerder of huurder van het vaartuig, de bewoner van het vaartuig, degene die het schip heeft gecharterd of degene die als vertegenwoordiger van een van dezen optreedt.

Artikel 5. Aard van het recht / belastbaar feit.

Voor het innemen van een ligplaats in de Piushaven danwel de havenarm is een recht verschuldigd vanaf het moment:

  • a.

    dat het recht op een vaste ligplaats wordt verkregen;

  • b.

    dat een tijdelijke ligplaats wordt ingenomen;

  • c.

    dat een vaartuig anderszins wordt afgemeerd met het kennelijke doel mensen aan boord te nemen danwel van boord te laten gaan;

    tot het moment:

  • d.

    dat het recht op een vaste ligplaats vervalt.

Artikel 6. Tarieven.

  • a. Voor een vaste ligplaats voor een woonschip in de Museumhaven danwel de havenarm is een tarief verschuldigd van € 34,10 per maand, vermeerderd met € 0,30 per vierkante meter per maand;

  • b. Voor een vaste ligplaats met een bijzonder schip danwel bedrijfsvaartuig in de havenarm is een tarief verschuldigd van € 34,10 per maand, vermeerderd met € 0,30 per vierkante meter per maand;

  • c. Voor een tijdelijke ligplaats voor een passantenvaartuig is een tarief verschuldigd van € 0,66 per strekkende meter per nacht;

  • d. voor een tijdelijke ligplaats voor een woonschip danwel een bedrijfsvaartuig in de winterberging, is een tarief verschuldigd van € 41,84 per week of gedeelte daarvan;

  • e. voor het afmeren van een rondvaartboot, chartervaartuig of dergelijke met het kennelijke doel in Tilburg mensen aan boord te nemen danwel van boord te laten, is een tarief verschuldigd van € 15,69 per keer;

  • f. voor het afmeren van een woonark op de kop van de Piushaven is een tarief verschuldigd van € 0,52 per strekkende meter of gedeelte daarvan, gemeten langs de grootste lengte, per kalenderweek of gedeelte daarvan.

  • g. Voor een permanent bedrijfsvaartuig, gelegen in de havenkom, dat op geen enkele wijze gebruik maakt van de gemeentelijke voorzieningen en aansluitingen, een tarief van € 18,41 per strekkende meter per jaar.

Artikel 7. Wijze van heffing.

De rechten worden geheven:

  • 1.

    Bij wijze van maandelijkse factuur voor zover betreft de rechten genoemd in artikel 6 onder a en b.

  • 2.

    Bij wijze van een jaarlijkse factuur voor zover betreft de rechten genoemd in artikel 6 onder f.

  • 3.

    Bij wijze van een schriftelijke kennisgeving in de vorm van een kwijtingsbewijs per periode van maximaal 4 kalenderweken voor zover betreft de rechten als genoemd in artikel 6 onder d.

  • 4.

    Bij wijze van een schriftelijke kennisgeving in de vorm van een kwijtingsbewijs per verblijfsperiode voor zover betreft de rechten genoemd in artikel 6 onder c en e.

Artikel 8. Kwijtschelding.

  • 1. Vervallen.

  • 2. Ten aanzien van de rechten bedoeld in artikel 6, sub c, wordt een kwijtschelding verleend voor de eerste 2 nachten ten aanzien van schepen met een A. dan wel B. classificatie van de FONV, welke kan worden aangetoond middels de daartoe verstrekte pas. Een dergelijke kwijtschelding wordt slechts één keer per kalenderjaar verleend.

  • 3. Voor het overige wordt bij de invordering van deze rechten geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de op basis van deze verordening verschuldigde rechten.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de in artikel 22, tweede lid, van de Tijdelijke Referendumwet genoemde zes-weken-termijn.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2004.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als Verordening liggelden Piushaven Tilburg 2004.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 29 maart 2004

de griffier,

de voorzitter,