Regeling vervallen per 15-02-2013

Verordening Cliëntenparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Twenterand

Geldend van 27-06-2008 t/m 14-02-2013

Intitulé

Verordening Cliëntenparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Twenterand

Nr. 08.048.0005

De raad van de gemeente Twenterand;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning;

besluit:

vast te stellen de volgende

Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Twenterand

Hoofdstuk 1 .

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. Wmo: de Wet maatschappelijke ondersteuning;

b. Raad: de gemeenteraad van Twenterand;

c. College: het college van burgemeester en wethouders van Twenterand;

d. cliëntenparticipatie Wmo: de gestructureerde wijze waarop de gemeente afgevaardigden van clusters van gebruikersorganisaties en natuurlijke personen betrekt bij de voorbereiding, uitvoering, monitoring en evaluatie van het integraal gemeentelijke Wmo-beleid;

e. Adviesraad Wmo: de wijze van organisatie waarop de formele cliëntenparticipatie is georganiseerd en tot stand komt;

f. cluster: een groep burgers en/of organisaties die op grond van hun ervaringen en inzichten, informatie geeft over de gebruikswaarde en kwaliteit van de dienstverlening, producten en het beleid in het kader van één of meer specifieke, in de Wmo bestaande prestatievelden;

g. prestatieveld: aandachtsgebied waarop de gemeente prestaties moet leveren in het kader van de Wmo. Zie voor de prestatievelden artikel 6 van deze verordening.

h. huishoudelijk reglement: een document vast te stellen door de Adviesraad Wmo waarin ter uitwerking van de taken van de adviesraad nadere praktische invulling word gegeven aan de werkwijze van de Adviesraad en andere zaken die van belang zijn voor het goed functioneren van de Adviesraad.

Artikel 2 Doelstelling cliëntenparticipatie

De cliëntenparticipatie Wmo heeft de volgende doelstelling:

1. bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wmo door de organisatie vanuit een onafhankelijke positie betrokken worden bij de voorbereiding, uitvoering, monitoring, toetsing en evaluatie van het gevoerde gemeentelijke Wmo-beleid.

2. bijdragen aan de totstandkoming en verbetering van het integraal gemeentelijke Wmo-beleid.

Artikel 3 Instelling Adviesraad Wmo

Er is één Adviesraad Wmo die wordt betrokken bij de voorbereiding, uitvoering, monitoring en evaluatie van het beleid over maatschappelijke ondersteuning.

Artikel 4 Samenstelling Adviesraad Wmo

1. De Adviesraad Wmo wordt samengesteld door en uit afgevaardigden van de clusters van gebruikersorganisaties en natuurlijke personen die bepaalde doelgroepen van de Wmo vertegenwoordigen.

2. De Adviesraad Wmo bestaat uit minimaal tien leden:

a. een vertegenwoordiger per prestatieveld;

b. een onafhankelijke voorzitter met stemrecht;

c. de Adviesraad Wmo kan tot een maximum van negentien leden worden aangevuld, evenwichtig verdeeld over de negen prestatievelden.

3. De Adviesraad Wmo benoemt een secretaris uit zijn midden, evenals een plaatsvervangend voorzitter/secretaris.

4. Het college wijst een contactambtenaar aan voor de Adviesraad Wmo.

5. De Adviesraad Wmo kent een agendacommissie die verantwoordelijk is voor de voorbereiding van de vergaderingen, het beheer van de financiën en het bewaken van de planning.

6. Organisaties als bedoeld in lid 1 van dit artikel mogen vertegenwoordigers voordragen voor deelname aan de Adviesraad Wmo. Ook kan de Adviesraad Wmo organisaties verzoeken om vertegenwoordigers voor te dragen.

7. Het college kan, na overleg met de Adviesraad Wmo, nadere regels stellen over de vertegenwoordiging van doelgroepen en het instellen van clusters.

Artikel 5 Leden adviesraad Wmo

1. De leden van de Adviesraad Wmo en de voorzitter worden benoemd door het college.

2. De leden nemen plaats in de Adviesraad Wmo op persoonlijke titel, zonder last of ruggespraak.

3. Het lidmaatschap van de Adviesraad Wmo is onverenigbaar met:

a. het lidmaatschap van de gemeenteraad, het college en/of raadscommissies;

b. het werknemerschap van de gemeente Twenterand;

c. het werknemerschap van de organisatie die belast is met de ondersteuning van de Adviesraad Wmo.

4. Leden van de Adviesraad Wmo wonen in de gemeente Twenterand.

5. De voorzitter en de leden maken maximaal vier jaar deel uit van de Adviesraad Wmo, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal vier jaar. De benoeming en verlenging wordt bij voorkeur zodanig geregeld dat telkens slechts maximaal de helft van het aantal leden van het de Adviesraad Wmo tegelijkertijd aftreedt.

Artikel 6 Beleidsterreinen

In het kader van de cliëntenparticipatie wordt de Adviesraad Wmo tijdig betrokken bij:

a. het gemeentelijke beleid met betrekking tot de Wmo: beleidsvoorbereiding, monitoring, uitvoering en evaluatie;

b. het integrale beleid op het terrein van de Wmo, bestaande uit:

• voornemens, beleid of activiteiten van de gemeente gericht op het brengen van samenhang in het beleid op de verschillende terreinen van de Wmo;

• het beleid op alle terreinen gerelateerd aan de negen prestatievelden in de Wmo:

o het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten;

o op preventiegerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden;

o het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning;

o het ondersteunen van mantelzorgers daar onder begrepen steun bij het vinden van adequate oplossingen indien zij hun taken tijdelijk niet kunnen waarnemen, evenals het ondersteunen van vrijwilligers;

o het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem;

o het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behouden en het bevorderen van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer;

o het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang en het voeren van beleid ter bestrijding van geweld dat door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer is gepleegd;

o het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen;

o het bevorderen van beleid om verslaving tegen te gaan;

Artikel 7 Taken en bevoegheden Adviesraad Wmo

1. In het kader van cliëntenparticipatie vraagt het college de Adviesraad Wmo om advies bij de beleidsterreinen, zoals beschreven in artikel 6. De Adviesraad Wmo is daarnaast gerechtigd om ongevraagd advies te geven.

2. Het college vraagt de Adviesraad Wmo in ieder geval advies over:

a. het op te stellen beleidsplan Wmo (minimaal één keer in de vier jaar);

b. de wijze waarop de kwaliteit van maatschappelijke ondersteuning gewaarborgd wordt.

3. De Adviesraad Wmo is niet bevoegd te adviseren over:

a. een privaatrechtelijke rechtshandeling die door de gemeente Twenterand als rechtspersoon wordt verricht;

b. zaken die betrekking hebben op individuele cliënten;

c. de Wet werk en bijstand en de Wet Sociale Werkvoorziening.

4. Jaarlijks maakt de agendacommissie een inhoudelijk en financieel verslag op van de werkzaamheden over het afgelopen jaar. Dit jaarverslag wordt toegezonden aan het college.

5. De Adviesraad Wmo is primair verantwoordelijk voor de werving en selectie van nieuwe leden.

Artikel 8 Werkwijze adviesen Adviesraad Wmo

1. De adviezen van de Adviesraad Wmo voldoen aan de volgende criteria:

a. de adviezen worden schriftelijk uitgebracht;

b. de adviezen worden voorzien van een motivering.

2. Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, minimaal vier weken van tevoren, dat het uit te brengen advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit door de Raad. Dit houdt in ieder geval in dat:

a. de Adviesraad Wmo wordt betrokken bij de ontwikkeling van nieuw beleid;

b. de Adviesraad Wmo wordt betrokken bij het formuleren en vaststellen van de vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie, de verantwoording van het gevoerde beleid, bij de bespreking van de evaluatie en de monitoring;

c. de Adviesraad Wmo wordt betrokken bij het jaarlijkse tevredenheidonderzoek.

3. De wijze waarop het college met een advies van de Adviesraad Wmo omgaat, wordt schriftelijk gecommuniceerd.

4. Wanneer het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van de Adviesraad Wmo, dan wordt dit bij dit voorstel vermeld, waarbij tevens wordt aangegeven op welke gronden van het advies van de Adviesraad Wmo is afgeweken.

5. De adviezen van de Adviesraad Wmo zijn openbaar.

6. Van overleg en afspraken met de Adviesraad Wmo doet het college in uiterlijk acht weken schriftelijk rapportage aan de Adviesraad Wmo. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de Adviesraad Wmo gegeven adviezen wordt gedaan.

7. Het college voorziet de Adviesraad Wmo van informatie ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de Adviesraad Wmo. Het gaat hier om alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

Artikel 9 Raadpleging clusters

Om zoveel mogelijk burgers en/of belangenorganisaties bij haar werkzaamheden te betrekken kan de Adviesraad Wmo zich laten ondersteunen door clusters.

Artikel 10 Vergaderingen Adviesraad Wmo

1. De Adviesraad Wmo vergadert tenminste vier keer per jaar en wanneer nodig vaker. Deze vergaderingen zijn openbaar en worden publiekelijk bekend gemaakt.

2. Tussen het college en de Adviesraad Wmo vindt minimaal twee keer per jaar overleg plaats, waarvoor beide partijen onderwerpen kunnen agenderen. Het overleg vindt plaats onder wisselend voorzitterschap van de Adviesraad Wmo en de portefeuillewethouder.

3. Daarnaast vindt, indien nodig, overleg plaats tussen de agendacommissie van de Adviesraad Wmo en de portefeuillewethouder op beider initiatief.

Artikel 11 Besluitvorming

1. De Adviesraad Wmo kan besluiten nemen door middel van stemming indien tenminste de helft van het aantal leden aanwezig is en aan de stemming heeft deelgenomen.

2. Alleen de leden van de Adviesraad Wmo hebben stemrecht.

Artikel 12 Evaluatie Adviesraad Wmo

1. De samenwerking tussen het college en de Adviesraad Wmo wordt jaarlijks geëvalueerd op initiatief van de Adviesraad Wmo.

2. Daarnaast wordt de werking van de Adviesraad Wmo één keer per jaar geëvalueerd.

Artikel 13 Faciliteiten Adviesraad Wmo

1. Het college stelt jaarlijks aan de hand van het door het Adviesraad Wmo opgestelde begroting voldoende budget beschikbaar voor de voorzieningen die nodig zijn voor de uitoefening van de werkzaamheden, zoals de administratieve kosten en kosten van deskundigheidsbevordering van de leden van de Adviesraad Wmo. Het college kan ook besluiten sommige kostenposten in natura aan te bieden, zoals een vergaderruimte in het gemeentehuis en de daarbij horende voorzieningen.

2. Deze middelen worden zodanig ter beschikking gesteld dat de Adviesraad Wmo redelijkerwijs in staat kan worden geacht gemeenschappelijke belangen te behartigen.

3. Ten behoeve van de Adviesraad Wmo wordt jaarlijks in de gemeentebegroting een budget opgenomen.

4. De leden van de Adviesraad Wmo ontvangen geen vergoeding voor het bijwonen van de vergadering.

5. Voor niet-reguliere activiteiten kan de Adviesraad Wmo bij het college een projectsubsidie aanvragen.

Artikel 14 Klachten

Natuurlijke personen evenals rechtspersonen die een belang hebben in de gemeente en die van mening zijn dat hun belang onvoldoende behartigd wordt door de Adviesraad Wmo kunnen gebruik maken van de regeling klachtenprocedure van de gemeente Twenterand.

Artikel 15 Reglementen

1. De Adviesraad Wmo kan in aanvulling op deze verordening één of meer reglementen opstellen.

2. In het huishoudelijk reglement wordt tenminste opgenomen: nadere regels

rondom vergaderingen, de samenstelling van de agendacommissie, de werkwijze

rond vervanging van een lid en de totstandkoming van adviezen.

3. Een afschrift van elk reglement wordt na vaststelling door de Adviesraad Wmo ter kennisneming gezonden aan het college.

Artikel 16 Slotbepalingen

1. In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking tot de Wmo beslist het college in overleg met de Adviesraad Wmo.

2. Indien er geen Adviesraad Wmo binnen de gemeente functioneert, zal het college de totstandkoming van een Adviesraad Wmo actief bevorderen.

3. Deze verordening treedt in werking, met ingang van de achtste dag na bekendmaking onder gelijktijdige intrekking van de verordening “Verordening Inspraak Integraal Gehandicaptenbeleid”.

4. In wederzijdse overeenstemming tussen de Adviesraad Wmo en het college kan afgeweken worden van de bepalingen, wanneer zich daartoe situaties voordoen.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Twenterand”.

Ondertekening

Vriezenveen, 27 mei 2008
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
 
 
drs. R.J.M. Ros drs. H. Koetje

Toelichting 1

Toelichting Verordening cliëntenparticipatie Wet maatschappelijke ondersteuning

Toelichting algemeen

De Wet maatschappelijke ondersteuning is per 1 januari 2007 in werking getreden. ‘Meedoen’ is het uitgangspunt van de Wmo. Alle burgers, jong of oud, gehandicapt of niet, moeten mee kunnen doen aan alle facetten van de samenleving, al dan niet met hulp van familie, vrienden of bekenden. Wanneer dat niet mogelijk is, kan de burger vanaf 1 januari 2007 aankloppen bij de gemeente voor ondersteuning.

De Wmo stelt onder andere de volgende eisen aan de gemeenten: participatie en verantwoording. De eerste eis komt mede tot uitdrukking in deze verordening. De gemeente moet de burgers betrekken bij het opstellen van beleid en de uitvoering van het beleid op het gebied van de maatschappelijke ondersteuning.

In de Wmo wordt het college verplicht om de cliëntenparticipatie vorm te geven bij de beleidsvoorbereiding en het opstellen van het beleidsplan. In de Wmo is echter geen verplichting opgenomen voor aparte inspraak of een participatieverordening; hiervoor wordt alleen verwezen naar artikel 150 van de Gemeentewet (inspraakverordening). De gemeente heeft dus beleidsvrijheid om de inspraak naar eigen inzicht te regelen.

De belangrijkste Wmo-artikelen in het kader van de cliëntenparticipatie zijn artikel 11 en 12.

Artikel 11 van de Wmo luidt:

“Het college van burgemeester en wethouders betrekt ingezetenen van de gemeente en in de gemeente belanghebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, op de wijze voorzien in de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet vastgestelde verordening.”

Artikel 12 van de Wmo luidt:

“Alvorens een voordracht tot vaststelling door de gemeenteraad te doen, vraagt het college van burgemeester en wethouders over het ontwerpplan advies aan de gezamenlijke vertegenwoordigers van representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning evenals aan één of meerdere niet gebonden personen van wie een terzake kundig advies kan worden verwacht.”

De wetgever heeft in de Wmo geen verplichting opgenomen voor de gemeenten om een raad in te stellen, maar hij heeft wel aanvullende eisen gesteld. Zo moeten de gemeenten hun best doen om de wensen en behoeften van burgers en cliënten in kaart te brengen en moeten zij alle benodigde informatie verstrekken.

In het kader hiervan en gezien artikel 12 van de Wmo heeft de gemeente Twenterand ervoor gekozen een Adviesraad Wmo op te richten, dat het algemeen belang dient en een adviserende rol heeft richting het college wat betreft het Wmo-beleid.

Toelichting artikelsgewijs

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 2 Doelstelling cliëntenparticipatie

In dit artikel wordt de doelstelling van de cliëntenparticipatie weergegeven. De doelstelling is tweeledig. Aan de ene kant wil de participatie van cliënten bewerkstelligen dat zij betrokken worden bij het Wmo-beleid en aan de andere kant kan op deze manier het gemeentelijke Wmo-beleid op een interactieve manier tot stand komen en verbeterd worden.

Artikel 3 Instelling Adviesraad Wmo

Er wordt één Adviesraad Wmo opgericht dat betrokken wordt bij het Wmo-beleid. Het betreft hier dus formele participatie.

Artikel 4 Samenstelling Adviesraad Wmo

De Adviesraad Wmo wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van belangenorganisaties en andere natuurlijke personen die vallen onder de Wmo, gezien de prestatievelden.

De Adviesraad Wmo bestaat uit minimaal tien leden en maximaal negentien, namelijk één a twee personen per prestatieveld en de voorzitter.

Gezien de prestatievelden van de Wmo, zouden er doelgroepen benoemd kunnen worden die minimaal vertegenwoordigd moeten worden in de Adviesraad Wmo. Wij hebben er echter voor gekozen om het als een taak van de Adviesraad Wmo te zien om te komen tot een evenwichtige verdeling binnen de prestatievelden. Eventueel kunnen er clusters opgericht worden die een bepaalde doelgroep of meerdere doelgroepen vertegenwoordigen en die de Adviesraad Wmo van informatie voorzien. Op deze manier kunnen toch alle doelgroepen van de Wmo gehoord worden.

De mogelijkheid bestaat om nadere regels te stellen en later nog doelgroepen toe te voegen aan de Adviesraad Wmo.

Artikel 5 Leden Adviesraad Wmo

Alle leden van de Adviesraad Wmo worden benoemd door het college. Ook bij vervanging. Alle leden zijn onafhankelijk zeker ook de voorzitter. De secretaris en de plaatsvervangende voorzitter en secretaris worden uit het midden van de Adviesraad Wmo benoemd.

Artikel 6 Beleidsterreinen

De beleidsterreinen zoals ze genoemd staan in artikel 6 komen uit de wetstekst van de Wmo.

Artikel 7 Taken en bevoegdheden Adviesraad Wmo

In dit artikel worden de taken en bevoegdheden van de Adviesraad beschreven. Zij is niet bevoegd te adviseren over de Wwb en WSW, aangezien de cliëntenparticipatie hiervoor apart is of wordt opgezet.

Artikel 8 Werkwijze adviezen Adviesraad Wmo

In artikel 8 wordt de werkwijze rond de Adviesraad Wmo weergegeven. Bedoeld is vier weken na vaststelling van het definitieve concept. Het college spant zich in om waar mogelijk de aanlevertijd te verruimen en de beantwoording te versnellen. Bij wensen tot afwijking van termijnen door één der partijen zal er overleg plaatsvinden.

Artikel 9 Raadpleging clusters

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 10 Vergaderingen Adviesraad Wmo

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 11 Besluitvorming

Hoewel besluitvorming bij de vormgeving van adviezen, zeker wanneer ook minderheidsstandpunten worden vermeld, weinig aan de orde zal zijn, dient toch dit artikel opgenomen te worden daar over organisatorische aspecten, zoals benoeming van een secretaris wel besluiten genomen moeten (kunnen) worden.

Artikel 12 Evaluatie Adviesraad Wmo

Jaarlijks vindt er een evaluatie plaats. Het betreft zowel de werking van de Adviesraad Wmo op zich als de samenwerking tussen het college en de Adviesraad Wmo.

Artikel 13 Faciliteiten Adviesraad Wmo

Het college stelt voldoende faciliteiten beschikbaar aan de Adviesraad Wmo.

Artikel 14 Klachten

Bij klachten over de cliëntenparticipatie kan gebruik gemaakt worden van de klachtenprocedure van de gemeente Twenterand.

Artikel 15 Reglementen

De mogelijkheid bestaat voor de Adviesraad Wmo om nadere regels te stellen, zoals een huishoudelijk reglement. Een aanduiding van onderwerpen is reeds aangegeven in lid 2. Een reglement mag niet in strijd zijn met deze verordening. Het college krijgt de reglementen toegezonden ter kennisname.

Artikel 16 Slotbepalingen

In het smalle beleidsplan “Met Elkaar” is reeds de beleidsrichting aangegeven om de vm. Wet voorzieningen gehandicapten-doelgroep c.s. te laten integreren dan wel te doen vertegenwoordigen in de Wmo Adviesraad. Het intrekken van de verordening die hieraan ten grondslag ligt is dan een logische consequentie.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening dient aangehaald te worden volgens deze citeertitel.