Regeling vervallen per 01-01-2008

Destructieverordening

Geldend van 01-01-2000 t/m 31-12-2007

Intitulé

Destructieverordening

Raadsbesluit nr. 7

Betreft: Destructieverordening

De raad van de gemeente Zuidlaren;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 oktober 1999;

gelezen het positief advies van de commissie Grondgebied van 28 oktober 1999;

gelet op artikel op artikel 17 van de Destructiewet (Stb 783 en 784, 10 november 1994);

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende

Destructieverordening

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

a wet: de Destructiewet (Stb 783 en 784, 10 november 1994);

b aangifteplichtige: degene die als houder of eigenaar van destructiemateriaal ingevol-ge de wet verplicht is daarvan aangifte te doen;

c destructiemateriaal: dode honden, dode katten en het krachtens artikel 2, tweede lid van de wet aangewezen materiaal;

Artikel 2

Burgemeester en wethouders wijzen één of meer verzamelplaatsen aan, waar het destructiema-teriaal in ontvangst wordt genomen.

Artikel 3

De aangifteplichtige is gehouden uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het destructiemateriaal is ontstaan, het materiaal te vervoeren naar de naastbijgelegen verzamel-plaats en het daar aan te geven en af te staan.

Artikel 4

Tot het tijdstip van afgifte is de aangifteplichtige gehouden het destructiemateriaal zodanig te bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Artikel 5

De artikelen 3 en 4 vinden geen toepassing voor zover artikel 6 van het Destructiebesluit van toepassing is.

Artikel 6

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Destructieverordening Tynaarlo”.

  • 2.

    Zij treedt in werking met ingang van 1 januari 2000.

  • 3.

    De Destructieverordening voor de gemeente Eelde, vastgesteld door de raad in zijn vergade-ring van 4 juli 1995, vervalt.

  • 4.

    De Destructieverordening voor de gemeente Vries, zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 22 augustus 1995, vervalt.

  • 5.

    De Destructieverordening voor de gemeente Zuidlaren, zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 21 december 1993, vervalt.

Zuidlaren, 16 november 1999,

De raad voornoemd,

mr. H. W. Pannekoek, voorzitter.

mr. P. Post, secretaris.

Artikelsgewijze toelichting behorende bij de destructieverordening

Artikel 1

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan op grond van artikel 2, tweede lid van de Destructiewet categorieën aanwijzen van dierlijk afval als hoog-risico-materiaal en daarvan bepalen dat artikel 17 van toepassing is. Het gaat daarbij om vogels die zijn gestorven aan botulisme en om kadavers van dieren in dierentuinen, die uit het oogpunt van volksgezondheid gevaarlijk kunnen zijn.

Artikel 2

De wet bevat geen bepalingen over het verzamelen van dode honden en dode katten. Het ge-meentebestuur kan derhalve één of meer verzamelplaatsen aanwijzen. Dit kan zijn een gemeen-telijke werf, waar zich een ton met koeling bevindt voor het verzamelen van dode honden en do-de katten. De bevoegde instantie is dan de aanwezige ambtenaar van de betreffende dienst. Op de Gemeentewerf in Tynaarlo is een verzamelplaats.

Het gemeentebestuur kan ook de vaak bestaande praktijk handhaven om dierenartsen of die-renambulance-organisaties aan te wijzen als voor het verzamelen bevoegde personen of instan-ties. De verzamelplaatsen zijn dan de dierenartsen. In Eelde is dierenarts Van Til aangewezen als verzamelplaats.

Artikel 4

Met deze bepaling wordt bedoeld, dat dode honden en dode katten niet samen met ander mate-riaal dan van dierlijke herkomst mogen worden bewaard. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om hals-banden, touw en kleden.

Artikel 5

Op grond van artikel 13, derde lid van de gewijzigde Destructiewet zal de minister van Volks-gezondheid, Welzijn en Sport in het Destructiebesluit bepalen, dat er uitzonderingen bestaan op de regel dat dode honden en dode katten moeten worden afgestaan aan de destructor/onder-nemer (op grond van de regelen in de plaatselijke verordening).

Indien dode honden en dode katten worden begraven op het terrein van de eigenaar of houder of op een plaats die ingevolge een besluitvan het gemeentebestuur voor dit doel is toegelaten, hetzij worden verast in een crematorium, behoeven deze niet te worden afgestaan aan de des-tructor/ondernemer.